Het drama van Justina Abelina
Wim Ensing
In deze moderne wereld zijn we gewend aan allerlei soorten speurders: technisch rechercheur, forensisch rechercheur, digitaal rechercheur... de historische rechercheur hebben we nog niet gehad. Wim Ensing is schrijver en historicus, hem is een nieuwe functie als historisch rechercheur op het lijf geschreven.
In het voorwoord bij dit boek legt hij uit hoe hij op het idee kwam om te gaan speuren naar de zaak van Justina Abelina, een vrouw die eeuwen geleden om het leven kwam, in 1734 om precies te zijn. De bronnen waarin Ensing moest duiken zijn niet klaar als een klontje. Als er iets is wat duidelijk wordt uit dit boek is het dat wel! Hij gebruikt allerlei bronnen: het Drents archief, een register over verhuur van het zwarte laken, een register dat de collecte in de kerk bijhield, gerechtelijke archieven.
Justina Abelina, de vrouw waar het allemaal om draait - ze zou eens moeten weten wat haar dood zoveel eeuwen later nog te weeg brengt! Zou ze welwillend toekijken vanuit de coulissen? - is geboren als tweede telg van Justus de Coninck en Abelina van den Clooster, haar precieze geboortedatum is onbekend. De data van haar broer en zus staan wel in de kerkboeken: Tete, haar oudere zus is geboren in 1696 en haar broer in 1698. Die broer is Justus Zeino Abel de Coninck, die een grote rol in dit verhaal speelt. Justina zou rond 1700 geboren moeten zijn.
Justina trouwde met dominee Antonius Clant, en aangezien zij uit een adellijk geslacht stamde was dat beneden haar stand. Ze kreeg een dochter, die helaas snel stierf. De geboorteplaats, of in ieder geval woonplaats is Peize, een plaatsje in het noorden van Drenthe. Huis te Peize was jarenlang de woonplaats van de familie de Coninck.
Wim Ensing kende de familie, hij schreef een doctoraalscriptie over de havezate en zijn bewoners. Daarbij was hij wel op de naam Justina Abelina gestuit, maar een vermelding van een moord?
Toch zijn er geruchten. Door de jaren heen, zo vindt Ensing in de archieven, werd er meerdere keren, maar steeds anders, melding gemaakt in de zin van ‘deze was op een avond in de pastorie van Roderwolde door drie gemaskerde mannen vermoord.’
Wie was deze vrouw? Waarom is ze vermoord? Door wie? En belangrijke vraag: waarom zijn er geen bewijzen van een procesvoering te vinden?
Al snel zal blijken dat er slechts twee feiten absoluut waar zijn: Justina Abelina was dood, en zij stierf te Roderwolde. Of er sprake is van een moord, of er drie gemaskerde mannen bij betrokken waren, welke avond het was, en vooral: waarom er dan zo weinig terug te vinden is in de archieven, dat zijn de raadselen waarmee Wim Ensing te maken kreeg. De lezer volgt deze af en toe spannende zoektocht op de voet, maar het boek is veel meer een verslag van hoe zo’n onderzoek in zijn werk gaat. Hoe je steeds op zijsporen terecht komt, die je toch naspeurt, omdat je immers nooit weet en bovendien dat verhaal ook interessant is. Hoe er soms uit onverwachte hoek ineens iets te voorschijn komt.
Hoe was het leven van deze vrouw? Wie was Justina Abelina, en hoe is zij aan haar eind gekomen?
Ik garandeer geen overtuigend antwoord, maar de gevolgtrekking die Wim Ensing ons biedt is intrigerend. Eigenlijk willen we nog veel meer weten. Een stukje Drenthe is tot leven gekomen, geografisch en historisch. Het was een avontuur om deze speurtocht te volgen!
De omslag van het boek laat een schilderij zien van Herman Collenius (1650-1723). Hij was een bekend schilder die vaak gevraagd werd voor dit soort werken. We zien er de kinderen de Coninck:
Tete, Zeino, en... Abelina. Zij is het meisje op de voorgrond, een jaar of tien oud.
Ook is het Huis te Peize te zien op de achtergrond.
Zoals in een historisch werk past zien we in het boek ook foto’s, een stamboom, een topografische kaart, en natuurlijk de bronvermelding.
Meer achtergronden bij dit verhaal op www.justinaabelina.nl
ISBN 9789054522966 | Paperback| 152 pagina's | Uitgeverij Passage| december 2014
© Marjo, 30 maart 2015
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER