Non-fictie

Leo Boudewijns

Marskramer van de muze
Leo Boudewijns


Wat een heerlijk boek is dit. Daar zou ik het misschien bij kunnen laten, maar ja, het moet toch wel een bespreking worden.


Leo Boudewijns heeft diverse functies gehad in de platenindustrie en schrijft in dit boek korte stukken over z'n leven en z'n liefde voor muziek. De stukken gaan vaak over klassieke muziek, die zoals hij ergens schrijft niet voor 'ons soort mensen' is, maar ook de lichte muziek komt aan bod. In de eerste plaats is er dan de muziek uit de jaren 30 en 40 en later komen ook nog Franse chansons en het 'betere' Nederlandse lied komen voorbij. Gezien de leeftijd van de auteur is het niet vreemd dat het bij de lichte muziek rond de jaren 50 stopt.


Het zijn persoonlijke stukken geworden, waarin je soms meer leest over z'n ontwikkeling en z'n werk in de platenindustrie en die op andere momenten meer over de muziek gaan. Hij geeft ook aan dat hij wel van mening is veranderd over de authentieke uitvoeringspraktijk, waarbij grote symfonieorkesten worden vervangen door kleinere ensembles, die meer in overeenstemming zijn met de ensembles die de muziek ten tijde dat ze geschreven werd, uitvoerden.


Ook musical komt in het boek aan bod, waarbij de auteur een zekere aversie lijkt te hebben tegen de modernere musicals, waarbij hij onder andere Phantom of the Opera (waarvan de muziek is geschreven door Andrew Lloyd Webber) noemt, hoewel hij dan wel waardering op kan brengen voor Evita en Cats (van dezelfde componist).


Al met al is dit een leuk boek om in te grasduinen, of om gewoon van kaft tot kaft te lezen. De verhalen gaan niet alleen over de muziek, maar ook over hoesontwerpen, z'n eigen muzikale ontwikkeling en een klein beetje over z'n persoonlijk leven. Het boek bevat ook nog wat foto's tussen de tekst.


ISBN 9789492395153 | Paperback | 269 pagina's | Uitgeverij Prominent | oktober 2017

© Renate, 26 november 2017

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER