De vloek van de schelpen
Efua Traoré
‘Ze bleef naar het huis staren. Ineens viel haar een deel in het hek op waar een spijl ontbrak. De ruimte tussen de andere spijlen was daar groot genoeg om iemand door te laten…’
Kuki woont nog maar net met haar zwangere moeder en diens nieuwe man, dokter D. in een nieuwe buurt waar ze niemand kent. De school is ook nieuw, ze voelt zich er niet thuis. De andere meisjes negeren haar omdat ze het mikpunt is geworden van het bazigste meisje van de klas. Moji was altijd in gezelschap van andere meisjes, en voerde het hoogste woord.
Kuki durft ook niet tegen haar in te gaan. En wat begint met de tas voor Moji dragen loopt steeds verder uit de hand.
Als ze alleen op speurtocht gaat in de buurt, ontdekt ze het verlaten huis met het hek er om heen. Het moet ooit een prachtig huis geweest zijn, een kroonluchter hangt er nog, en er stonden prachtige kasten. Wel leeg en vol stof. Op de oprit lagen mooie schelpen, en ook op andere plekken in het huis vindt ze schelpen.
En ineens ziet ze een meisje! Een straatkind? Ze ziet er haveloos uit. Maar ze heeft wel een mooie ketting met een schelp om haar nek.
Enilo wordt een vriendin, maar er is wel iets vreemds met haar aan de hand. Waarom woont ze in een leeg huis? Waar is haar familie?
Het maakt Kuki niet uit. Enilo is aardiger dan welk meisje op school ook.
Maar…
‘En zelfs al zouden we in die Abiku-mythes geloven, dan nog zeggen ze allemaal dat de dertiende verjaardag een mijlpaal is. Zodra je dertien wordt, ben je geen kind meer en is het gevaar geweken'.
Gevaar? Haar tante Bisola weet er alles van: zij waarschuwt Kuki tegen ondeugende Abiku, die bezit nemen van kinderen, en geeft haar amuletten.
Daar wordt Kuki’s moeder boos om: het is onzin, dat geklets over geesten!
Maar als het nu waar is wat tante Bisola zegt? Kuki is nog net geen dertien…
En magisch verhaal over vriendschap. En pesten.
Omdat het verhaal zich afspeelt in Nigeria komen er vreemde woorden in de tekst voor. Achterin staat een woordenlijst. En daar vind je ook een nawoord van de schrijfster. Nigerianen geloven vaak in geestverschijningen, vervloekte families, goden en… intelligente schildpadden.
Efua Traoré (1976) is een Nigeriaans-Duitse verhalenschrijver. Ze won in 2018 de regionale Commonwealth Short Story Prize en werd in 2022 genomineerd voor de Waterstones Children's Book Prize. Haar debuut, Kinderen van het drijfzand, werd door The Guardian uitgeroepen tot een van de beste kinderboeken van 2021. Het boek kreeg in 2023 in Nederland een Zilveren Griffel.
ISBN 9789025885243 | Hardcover| 320 pagina's | Uitgeverij Leopold | augustus 2023Vertaald uit het Engels door Sandra C. Hessels | Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 28 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Hotel Bonbien
Enne Koens
Siri is tien en woont al haar hele leven in een hotel. Niet zomaar een hotel: Hotel Bonbien ligt aan de N19 in Frankrijk! Een hotel waar vooral mensen komen voor even een drankje of een hapje. Een enkele keer blijven ze logeren, maar eigenlijk is het een plek voor een stop als je onderweg bent naar het zuiden van Frankrijk. Of nog verder. Dat vindt Siri soms minder leuk, want ze kan niet echt vrienden kan maken, iedereen verdwijnt weer!
Toch zou ze echt niet willen verhuizen!
Maar nu gaat het niet zo goed met het hotel, en haar ouders maken steeds vaker ruzie. Dan gaat het er stevig aan toe! Complete serviezen sneuvelen!
Nu was Siri dat eigenlijk al wel gewend, maar toen gingen ineens de ouders van haar beste vriendin scheiden.
En dat snapt ze niet: bij Sylvie is het altijd zo gezellig en haar ouders maken nooit ruzie! Als die al uit elkaar gaan, dan kan het toch ook niet goed blijven gaan met haar eigen ruziemakende ouders?
'Genieten Octave, genieten heeft geen prijs.'
'H-Hilare' stamelt hij, 'zo bedoel ik het niet precies.''Maar ik wel, Octave, zo bedoel ik het precies.
Geld is het stof op de weg en de modder op het pad. Genieten is de hemel.'
'Dat is ook zo, maar we moeten nog schoolboeken voor de kinderen kopen, de letters op de gevel laten repareren en de theedoeken in de bleek zetten, Hilare.' En heel voorzichtig voegt hij eraan toe: 'Dat is eigenlijk veel belangrijker.'
'Ach wat. Denk je dat de gasten zich de theedoeken herinneren of het koekje, Octave? Wat denk je?'
Zo gaat dat. En zo kunnen ze uren ruziën. Soms gaan ze door tot mijn moeder over de hoofden van de gasten heen roept: 'En je stinkt, Octave, en je bonnetjes stinken. Dat is alles, dat is het hele probleem!'
Ook haar oudere broer Gilles blijkt zich er zorgen over te maken. Hoe kunnen ze voorkomen dat hun leven drastisch gaat veranderen?
Maar dat gebeurt dus sowieso: Siri blijkt plotseling een bijzonder talent te hebben!
Nu zal het vast wel goed komen!
Tot Gilles dat idee krijgt is het een verhaal over een gezin dat misschien niet zo normaal is, maar toch realistisch blijft. Maar daarna krijgt het verhaal een bijzondere wending en is eigenlijk niet meer zo realistisch. Al geeft Enne Koens achter in het boek aan dat het toch wel eens voorkomt.
Siri is de verteller, we lezen het vanuit de beleving van een tienjarige. Dat is met de perikelen binnen het gezin heel mooi gedaan. Je ziet haar groeien.
Enne Koens (1974) heeft onder andere Sammie en opa en Ik ben Vincent en ik ben niet bang geschreven, waarvoor ze genomineerd werd voor de Deutscher Jugendliteraturpreis en de Premio Strega. Ook kreeg ze de Jonge Jury Debuutprijs.
ISBN 9789044848915 | Hardcover | 288 pagina's | Luitingh-Sijthoff | mei 2023
Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 21 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Felinia
en de verdwenen kinderen
Gerard van Gemert
Gerard van Gemert was aanvankelijk vooral bekend door zijn boeken over De voetbalgoden en Kief de goaltjesdief, maar langzamerhand ontwikkelt hij zich naar een breder scala aan onderwerpen. Het begon met boeken over andere sporten zoals Hockey maar langzamerhand begon het te veranderen en ontstond de spannende serie Eilandgeheimen, betsaande uit boeken die zich allemaal afspelen op Terschelling. Daarna werden de boeken van Van Gemert steeds socialer, zoals Vastberaden over een jongen die van pleeggezin naar pleeggezin gaat of het boek Ontzet, over Krijn die in het verzet zit tijdens WOII.
En nu is het eerste fantasyverhaal van Van Gemerts hand verschenen! En wat voor verhaal!
Het begint op de dag dat Felinia een bewusteloze jongen op het strand vindt. Gelukkig komt hij snel bij. Hij blijkt Sven te heten.
Felinia woont op het eiland Yokonias en is stomverbaasd over de verhalen die Sven heeft en wat is dat apparaat waarmee hij verbinding zoekt? Ze vertrouwt hem niet helemaal, wie weet is hij gestuurd door de Snavel. Het kost Sven heel veel overtuigingskracht om Felinia duidelijk te maken dat hij echt geen kwade bedoelingen heeft. Hij is net zo verbaasd als zij, hij heeft echt nog nooit van Yokonias gehoord en wie of wat is de Snavel.
De Snavel blijkt de dictator van het eiland te zijn en hij ontvoert alle kinderen omdat hij weet dat er één onder hen zit, die machtiger is dan hij. En laat dat ene kind nu uitgerekend Felinia zijn! Zij is degene die met haar speciale krachten de kinderen kan bevrijden maar dan moet ze eerst naar Chawi en die woont op de Berg der Dwazen. Chawi is een kluizenaar wordt gezegd... Maar als Sven en Felinia bij hem willen belanden, moeten ze eerst heel veel enge opdrachten uitvoeren, zoals over een balk die de ene kant en de andere kant van een ravijn met elkaar verbindt, terwijl ze bekogeld worden door de Kuddels.
Felinia heeft speciale krachten maar Sven is ook onmisbaar want hij is een uitstekende hacker en dat komt heel goed van pas in de puzzels en opdrachten die ze moeten oplossen.
Het is een heerlijk, spannend verhaal geworden en zo te merken blijft dit niet het enige deel rond Sven en Felinia en dat is helemaal super!
ISBN 9789044844573 | Hardcover | 200 pagina's | Clavis | 26 september 2022
Met zwart-wit afbeeldingen van Esther Rosier | Leeftijd 10+
© Dettie, 8 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Ontzet
Gerard van Gemert
Krijn van Overeem en zijn ouders worden ervan verdacht dat ze bevriend zijn met de Duitsers. Ze brengen immers elke dag brood naar de Duitsers die bivakkeren in Krijns school en ook officier Hausmann brengt de bakkerij regelmatig een bezoekje. Wat ze niet weten, is dat de bakker en zijn zoon in het verzet zitten en zelfs een Joods gezin met drie kinderen een onderduikplek hebben geboden op de zolder van hun huis.
Het verhaal begint in september 1944. De geruchten gaan dat de geallieerden zijn geland en Nederland binnen een paar dagen vrij zal zijn. Krijn en zijn familie zijn er klaar voor, het Joodse gezin zit al beneden... Maar helaas zullen zij hun plek op zolder weer moeten innemen. Het duurt nog een dikke zeven maanden voor de Duitsers het op moeten geven.
Ondertussen blijft het verzetswerk doorgaan. Krijn moet samen met Bertus, een klasgenoot die totaal geen vertrouwen in Krijn heeft, een gevaarlijke en belangrijke opdracht uitvoeren. Het loopt bijna mis en Bertus ontsnapt zelfs ternauwernood aan de dood. Dit maakt dat Krijn nog meer gewantrouwd wordt, Krijn en zijn ouders zijn landverraders volgens de dorpsbewoners. Het kost Krijn dan ook moeite om niets te zeggen over de Joodse familie die bij hen woont.
Maar nu gaat het gerucht dat de Duitsers explosieven hebben om de brug over de Rijn op te blazen, zodat de geallieerden niet verder kunnen oprukken. Dat moet natuurlijk voorkomen worden. Krijn en zijn klasgenoot Emmie worden ingeschakeld, want wie verdenkt nou twee jonge mensen?
Het wordt een heel gevaarlijke missie en vooral een race tegen de klok...
Gerard van Gemert heeft met Ontzet een prachtig verhaal neergezet, waarin de waanzin, het verdriet en de spannende en benauwende situatie in oorlogstijd goed weergegeven wordt. Vooral hoe aangekeken werd tegen mensen waarvan het vermoeden bestond dat ze heulden met de Duitsers wordt goed duidelijk gemaakt. Nadat de oorlog afgelopen was, bleken meer zogenaamde NSB'ers diep in het verzet te hebben gezeten. Waardoor er een wijze les wordt gegeven aan de mensen die met hun achterdocht en oordeel klaarstonden. Wat overigens niet zo vreemd is in oorlogstijd. Het verhaal is tot de laatste bladzijde enorm spannend en boeiend.
Heel anders dan de voetbalboeken en erg goed geschreven.
ISBN 9789044844535 | Hardcover | 144 pagina's | Clavis | 3 juni 2022
Met zwart-wit illustraties van Rudi Jonker | Leeftijd 10+
© Dettie, 8 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De wens van Ice Cream Boy
Lorena Veldhuijzen
De elfjarige Michiel begrijpt niet zo goed wat er gebeurd is in de straat waar hij zo vaak doorheen loopt op weg naar school. Er is ineens een klein winkeltje, tussen twee kantoorgebouwen gepropt. Dat was er eerder niet toch?
Er staat op: ‘de winkel van meester Magnificent; voor al uw alledaagse wonderen.’
Nu doet Michiel alles om maar niet naar school te hoeven. Hij heeft niet geleerd voor het proefwerk aardrijkskunde…
Dus hij stapt het winkeltje binnen. Een vreemd uitgedost mannetje verwelkomt hem. Bij zijn naam! Hoe kan hij dat nou weten?
Meester Magnificent, want zo stelt het mannetje zich voor, verkoopt zaadjes in een jampotje. Als je het zaadje plant, komt daar een wens uit. Wil Michiel een potje kopen? Heeft hij een wens?
Eigenlijk wel: als hij nou een tien haalt voor zijn proefwerk mag hij misschien weer buiten spelen van zijn moeder. Dat zou hij wel fijn vinden!
Meester Magnificent waarschuwt nog – er is altijd een keerzijde! Er zijn mirakels maar ook mirakkels, en die zijn niet leuk. En, zegt hij: ‘stap op tijd uit het treintje, Michiel!‘
Natuurlijk neemt Michiel een potje mee en hij gaat het zaadje planten. Hij ziet het verbaasde gezicht van zijn moeder al voor zich als hij met een tien thuiskomt…
Maar hij komt niet eens op school aan. Hij ontmoet een oude dame, Frieda. Zij neemt de jongen mee naar een ijssalon. Nauwelijks stapt hij daar binnen of er klinkt trompetgeschal: hij heeft de Gelato-ijsprijs gewonnen en dat betekent dat hij rond mag gaan reizen in 21 landen om daar 21 ijsjes te gaan eten. In 21 dagen!
Er zijn voorwaarden: hij moet een petje op, en selfies maken. want alles gaat online.
Ice Cream Boy, want zo heet hij nu, reist in een limousine met chauffeur naar Salzburg, naar Praag en Berlijn en nog meer steden.
Hij komt terecht in een wereld vol met glamour, ineens wil iedereen van alles van hem. En alles gaat viral. De media en de showbusiness storten zich op Ice Cream Boy.
Natuurlijk geniet Michiel er van, het is allemaal fantastisch, al die aandacht! Een sprookje.
Maar sprookjes zijn niet altijd zoals je verwacht. En Ice Cream Boy begint te twijfelen…
Dit verhaal is een ode aan de fantasie, die evenwel akelig dicht bij de werkelijkheid komt. Het is een coming of age verhaal: Michiel moet beslissen wat hij wil. Er zit een duidelijke kritiek op de moderne consumptiemaatschappij in het verhaal verwerkt.
De wens van Ice Cream Boy ontbeert zeker niet de humor die Lorena Veldhuijzen ook in haar andere boeken toepast, Maar hier is de ondertoon wel wat serieuzer en minder verdekt.
Zo rijst namelijk de vraag aan de (jonge) lezer: wat zou jij doen als je je in de schoenen van Michiel bevond?
Lorena Veldhuijzen (1972, Millingen aan de Rijn) studeerde journalistiek in Tilburg en werkte als copywriter in de reclamewereld. Sinds 2012 ligt haar focus vooral op haar allergrootste passie, het schrijven van kinderboeken. Het boek bevat leuke zwart-wit illustraties, gemaakt door Stefan Yamà Cab.
ISBN 9789044851298 | Hardcover | 152 pagina's | Uitgeverij Clavis | juni 2023
Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 25 augustus 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Pamoek
Cora Sakalli
Orkun gaat verhuizen.
Dat is op zich niet zo’n probleem, al zal hij zeker zijn vriend Arda gaan missen. Maar ze kunnen appen en zo, ze zullen vast wel in contact blijven.
Maar wat wel een probleem is, dat is die kat. De kat van Wessel, die zijn vriend was.
Orkun voelt zich schuldig over de dood van zijn vriend, en hij vindt dan ook dat hij voor diens kat moet zorgen. Het is een witte kater, Pamoek geheten.
Arda wil de zorg wel overnemen, maar dat is eigenlijk niet echt een goede oplossing. Zeker niet als er iemand anders in de flat van Wessel blijkt te wonen. En die persoon wil absoluut geen kat, dat maakt hij heel duidelijk.
Wat nu? Er zit niets anders op: Pamoek moet mee naar de nieuwe woning.
Een heel gedoe, want natuurlijk mogen de ouders van Orkun dat niet weten.
Dus hoe verhuis je in het geniep een kat?
'Zit je soms over die kat na te denken?' vraagt Melda.
Ik verslik me in mijn thee en begin keihard te hoesten.
'Welke kat?' vraagt baba nors. 'Die kat van vanmorgen?'
Melda knikt. 'Heb je die soms stiekem meegenomen?' vraagt ze met een klein lachje om haar mond.
Iedereen is stil. Vijf paar ogen zijn op mij gericht.'
De dertienjarige Franka woont met haar moeder in bij oma, in een oud, klein huisje. Franka’s ouders zijn gescheiden. Tot er een nieuw huis beschikbaar komt, moeten ze bij oma blijven. Haar vader wil dat ze in het weekend bij hem komt, maar daar heeft ze dus echt geen zin in. Niet na dat ongeluk. En niet vanwege de roddels in het dorp!
'Er was iets op de voetbalclub aan de hand en er is een auto-ongeluk geweest. Ik weet niet precies wat er gebeurd is, maar dat meisje was er ook bij betrokken, geloof ik.' Ze aait even over mijn hand en draait zich om. 'Ik heb te doen met dat kind,' zegt ze, voordat ze mijn kamer uitloopt. 'Ik zie haar weleens fietsen en dan heeft ze zo'n droevige uitdrukking op haar gezicht. Dat zou niet moeten op die leeftijd.'
Tot opluchting van Franka staat bij oma in de tuin nog steeds die boot.
Die is ook niet in echt goede staat, maar het is een toevluchtsoord voor
haar. Haar vriendin Tess wil ook wel helpen, maar of dat nu de goede
manier is?
Tot haar verbijstering vallen op een dag twee jongens zomaar haar boot binnen. Wie zijn dat? En wat moeten ze bij haar boot?
Een spannend verhaal met bijzondere verwikkelingen. Er ontstaat een bijzondere vriendschap, het hoofdthema van dit boek. Maar er worden allerlei maatschappelijke kwesties aangeroerd: wantrouwen versus vreemdelingen; eenzaamheid; onaangepast zijn.
Cora Sakalli stipt allerlei zaken als terloops aan, al zou alles normaal moeten zijn. Maar de maatschappij is nu eenmaal niet zo: er zijn altijd mensen die anders denken. Regels die nageleefd moeten worden.
Orkun en Franka zijn twee moedige kinderen, die het hart op de goede plaats hebben en die het verhaal met hun vindingrijke oplossingen een smeuïg tintje geven.
Een heerlijk verhaal!
Cora Sakalli (1982) groeide op in Lekkerkerk en studeerde filosofie in Rotterdam. Na haar studie ging ze aan de slag als adviseur in het stadhuis aan de Rotterdamse Coolsingel. Daarnaast schrijft ze kinderboeken en -verhalen. Eerder schreef ze het spannende 10+-boek Rennen!
ISBN 9789048868650 | Hardcover | 240 pagina's | Uitgeverij Moon | juni 2023
Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 23 juli 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Groetjes uit Zeerijp
Lysette van Geel
Als je elf jaar bent en in groep 8 zit wordt het belangrijk om verkering te hebben.
Chrisje heeft wel pech in de liefde (al lijkt het er niet op dat er veel liefde of verliefdheid bij te pas komt): de jongens die zij kiest zijn net verhuisd, of ze willen geen verkering.
Dat die jongens verhuizen is niet zo vreemd. Ook haar vriendinnen verdwijnen. Ze wonen namelijk in Zeerijp, een dorp in Noordoost Groningen. En daar – misschien weet je dat wel – hebben mensen last van aardbevingen, omdat er al jaren gas uit de grond werd gehaald. En nog steeds eigenlijk, want ja, geld is belangrijk denken veel mensen. Maar zo komt het dus dat er mensen verhuizen.
Daar hebben ze op school ook last van. De groepen 7 en 8 zitten bij elkaar in één klas.
Dat is best gezellig, maar het betekent ook dat de school krimpt. En als er dan bovendien een beving komt waardoor de school niet meer veilig is, dan zit het er dik in dat ze naar een ander dorp zullen moeten.
Chrisje en haar vriendin Gemma vinden dat maar niks. Meester Piet ook niet. Ze bedenken acties voor een geldinzameling, dan kan de school hersteld worden.
Maar dan verdwijnt dat geld. Nog erger: ook meester Piet is verdwenen! En dan komt die akelige directrice hen les geven.
Nee, het leven is niet meer zo leuk…
Behalve dat dit boek aandacht vraagt voor de problemen in Noordoost Groningen, is het ook een detectiveverhaal. Want Chrisje en haar vrienden gaan op zoek naar de meester. Waar zou hij toch gebleven zijn? Ook is het een verhaal over een meisje dat probeert na te doen waar anderen goed in zijn. Zal ze ontdekken dat ze beter haar eigen talent kan zoeken?
Het boek is gebaseerd op echte gebeurtenissen zoals Lysette van Geel achterin vertelt. Zeerijp bestaat dan ook echt.
Lysette van Geel (1981, Amsterdam) is journalist en werkt bij de radio. Ze heeft jarenlang als verslaggever en presentator bij het NOS Jeugdjournaal gewerkt. In 2017 verscheen haar kinderboekendebuut, De vlucht van Omid, dat gebaseerd is op het waargebeurde verhaal van de Iraanse Omid Aghondi.
Iris Boter (1952 Sassenheim) is illustrator en schrijver. Ze studeerde af aan de kunstacademie in Kampen en heeft al meer dan honderdtwintig jeugd- en kinderboeken geïllustreerd. Ook schreef ze meer dan dertig boeken voor zowel kinderen als volwassenen.
ISBN 9789021424286 | Hardcover | 160 pagina's | Uitgeverij Volt | juli 2021
Leeftijd 10+
© Marjo, 21 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Oog in oog met een tijger
2. De wisselaar
Maren Stoffels
De elfjarige Anders heeft een toepasselijke naam: hij is echt anders, want hij is een Wisselaar.
Dat houdt in dat hij het leven van een ander kan overnemen en in hun plaats dingen doen. In principe gaat het om goede dingen, zoals iets moeilijks doen wat de persoon met wie je wisselt niet kan of durft, maar in dit tweede deel krijgt Anders te maken met een Verwisselaar, en dat is iemand die er niet op uit is om het goede te doen.
Anders heeft intussen het wisselen al wel onder de knie, maar van een Verwisselaar heeft hij nog nooit gehoord. Wat dat voor iemand is en wat er aan gedaan moet worden, daar hoort hij alles over tijdens het wisselaarskamp. Hij ontmoet daar ook wisselaars van zijn eigen leeftijd. En hij ontdekt dat hij ook binnen het wereldje van de wisselaars anders is. Als je gaat wisselen gaat dat via een fontein. Dan word je dus nat!
Maar Anders niet. Die blijft kurkdroog. En het water verkleurt als de jonge wisselaars er in springen. Het wordt geel. Maar bij Anders niet! Dit zorgt natuurlijk voor spanningen onderling. Hij zal moeten ontdekken wie zijn echte vrienden zijn. Ook vindt hij het lastig dat hij er met niemand over kan en mag praten buiten de anders wisselaars dan. Hij moet thuis zelfs liegen, en dat bevalt hem helemaal niet.
Intussen hebben de volwassen wisselaars een leuk programma opgesteld voor het kamp. Hm, leuk is anders (grapje), want ze zijn niet zonder gevaar.
Maar de ergste opdracht heeft niets met het kamp te maken en is nog gevaarlijker.
Maar hoe dat allemaal afloopt daarvoor moeten we wachten op het vervolgdeel. En daar wringt meteen iets. Er staat namelijk in de boekbeschrijving dat het ‘een tweede deel, maar los te lezen‘ is. Maar: als je zonder voorkennis begint te lezen, heb je wel meteen een heleboel vragen. Het zou een stuk rustiger lezen als je het eerste deel gelezen hebt en dus al weet wat een wisselaar is. Ook is de titel misleidend. Die heeft te maken met een kort stuk in het verhaal. Toegegeven: het klinkt wel spannend en is dit boek absoluut! Lekker spannend, vlot geschreven en met inleving in de wereld van de doelgroep.
Maren Stoffels (1988, Amsterdam) schreef op haar negende haar eerste boek, over een eskimootje dat zijn vader zoekt. Het eerste echt uitgegeven boek (2005) was Dreadlocks & Lippenstift.
En nu dan een serie voor een jongere doelgroep, waarbij haar talent niets ingeboet heeft.
ISBN 9789025885298 | Hardcover| 144 pagina's | Uitgeverij Leopold | september 2023
Illustraties van Geert Gratama | Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 14 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het huis ontploft
Nathalie Stragier
De elf-jarige Gabriël baalt er vreselijk van dat Domi (nee, dat is niet zijn oma!) echt van plan is om hun appartement in Parijs te gaan verkopen. Het is te groot en te duur, zegt ze. Maar in dat appartement liggen de herinneringen aan Gabriels ouders die toen hij zeven was zijn omgekomen bij een auto-ongeluk.
Maar wat kan hij er aan doen?
En dan ziet hij dat Domi een pen pakt om het contract te tekenen met die akelige mensen die het appartement willen kopen.
‘Gabriel sprong op en hij voelde de zuurstof om zich heen verdwijnen. Hij probeerde adem te halen, maar kreeg geen lucht. Hij wankelde naar voren en wilde om hulp roepen, maar er kwam geen geluid uit zijn mond.
Als in slow motion zag hij Domi naar hem toedraaien en haar ogen groot worden van schrik toen hij met zijn hand naar zijn borst ging. Het lukte hem nog net om een stap in haar richting te zetten. Ze rende naar hem toe.’
Domi stuurt de kopers weg en gaat onmiddellijk met hem naar het ziekenhuis, wat is er aan de hand met Gabriel?
De arts zegt dat hij een paniekaanval heeft gehad. Maatregelen zijn niet nodig.
Maar het bezoek aan het ziekenhuis levert wel iets op: Gabriel leert er namelijk Félix kennen!
En als die vertelt dat hij samen met zijn vader op straat staat, en dat ze eigenlijk ook geen geld hebben voor een hotel, krijgt Gabriel een idee!
Want: huurders betalen huur toch?
Of Domi het zo’n goed idee vindt? De ontdekking dat er ook nog een oudere broer is maakt het nog lastiger. En Sébastien, de vader van Félix? Die wil geen liefdadigheid! Bovendien, als ze het noodgedwongen even aanzien, blijkt al snel dat het niet meevalt om ineens samen met vreemden in een en hetzelfde huis te wonen…
Hoewel de ondertoon best serieus is, zit er veel humor in dit verhaal. De personages – Gabriel, Félix, en Charline - vertellen om en om hun kant van de zaak. Ook Sébastien mag dat een keer doen.
Deze afwisseling werkt prima, want natuurlijk heeft iedereen een eigen kijk op de zaak. De hoofdstukken zijn ook nog lekker behapbaar.
Heerlijk verhaal over het maken van nieuwe vrienden.
Nathalie Stragier (Tourcoing, Frankrijk, 1971) wilde wel boeken gaan schrijven, maar twijfelde of ze dat wel zou kunnen. Daarom volgde ze een opleiding aan La Fémis: een hogeschool voor filmmakers, scenarioschrijvers en filmtechnici. Een van de vakken was: schrijven! Scènes en dialogen voor films en series. Na twintig jaar als scenarioschrijver besloot ze het te proberen: boeken voor kinderen. En met succes: Haar boek ‘Het huis ontploft’ werd bekroond met de Deutsch-Französischer Jugendliteraurpreis en genomineerd voor de Prix UNICEF de littérature jeunesse.
ISBN 9789025885250 |Hardcover| 152 pagina's | Uitgeverij Leopold | augustus 2023
Vertaald uit het Frans door Sanne van der Meij | Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 8 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Recept voor een regelrechte ramp
Linda van de Pol
De vijftienjarige Guusje vindt het leuk om recepten uit te proberen, maar in de snackbar van haar vader is dat niet zo’n goed idee.
Iemand die een frikandel speciaal bestelt, heeft helemaal geen zin in een ‘frikandel met toefjes mayonaise afgewisseld met dunne streepjes curry. Op de toefjes liggen keurig gerangschikte uitjes en kleine plukjes frisgroene peterselie’.
Guusje vindt dat die klant maar lastig is: alles zit er toch op?
Maar natuurlijk is de klant koning, dus krijgt Guusje op haar kop. Pff…
Als ze met Paul afspreekt, haar schoolvriend (al wil hij meer zijn dan dat) doet ze haar beklag.
Ze wil de snackbar niet overnemen! Haar passie is bakken: taarten, en andere lekkere snoeperijen. En als ze mama moet geloven kan ze dat goed. Ze wil dan ook een patisserieopleiding gaan doen.
Nu heeft ze zich opgegeven voor bakwedstrijd: een concours de pâtisseriers. Ze hoopt het wel, maar verwacht eigenlijk niet dat ze mee zal mogen doen.
En dan valt de envelop in de brievenbus: ze is uitgekozen!
Nu heeft ze wel een probleem: de wedstrijd vindt plaats in Parijs! Hoe komt ze daar in vredesnaam? Haar ouders zullen dat nooit goed vinden.
Nu is het lot haar goedgezind, want er is sprake van een schoolreis. Naar Parijs!
Maar natuurlijk gaat het niet naar wens, het gaat wel om Guusje ‘prettig chaotisch en loopt in 100 sloten tegelijk’.
Het wordt een heel avontuur. Eerst bevindt ze zich op de verkeerde plek, en dan ontmoet ze iemand die haar idee voor een taart steelt.
Gelukkig blijkt Paul een echte goede vriend!
Een recept voor een regelrechte ramp? Dat is Guusje zelf bij uitstek! Paul zegt het nog aardig: ‘je bent nu eenmaal niet altijd even handig.’
Maar wat Guusje ook is: een doorzetter, iemand die een passie volgt en dat niet zomaar terzijde schuift als het even niet mee zit!
Als je niet eens probeert je droom te volgen, dan kom je immers nergens!
Een heerlijk hilarisch verhaal! O ja, met recept!
Linda van de Pol ( Veessen, 1973) schreef eerder ‘Not so perfect’ voor jongeren.
ISBN 9789025883140 | Paperback| 144 pagina's | Uitgeverij Leopold | juli 2023
Leeftijd vanaf 11 jaar
© Marjo, 5 september 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De strijd van de straatkatten
1. Middernachtkatten
Barbara Laban
Nova zit sinds twee weken op het Tower Internaat in Londen. Ze weet niet waar haar ouders zijn, ze woonde al een tijdje bij haar pleegmoeder. Maar die was blij dat ze naar die school ging.
‘Ze deed of ze blij voor me was. Maar ik hoorde wat ze haar buurvrouw erover vertelde: ‘Een beurs! Ze is niet eens zo goed op school! En haar ouders hebben het beslist niet geregeld. Haar moeder is jaren geleden verdwenen en werk kennelijk voor een hulporganisatie. Maar waarom hoort dan niemand van haar? En haar vader is een dief op de vlucht! Mooie familie!’
Maar Nova weet dat haar vader in ieder geval aan haar denkt. Ze vindt regelmatig kleine cadeautjes, zoals een mooie bloem, of hij stuurt een briefje. Maar deze school, hm, ze weet het zo net nog niet. Er is maar één leraar en die is nogal verstrooid. Niet dat Nova het erg vindt dat ze niet hard hoeft te studeren!
Maar dat verandert. Want ze ontdekt samen met haar klasgenoot en vriend Henry dat het Tower Internaat geen gewone school is. Dààrom zijn er zoveel katten: het is een school voor kinderen die katten kunnen verstaan!
Felidix, zo heet zo’n kind. En ja, Nova en Henry zijn felidixen! Kattenbeschermers betekent dat letterlijk. Ze ontdekken al snel dat het niet zomaar een naam is.
Ze moeten écht katten beschermen! Natuurlijk moeten ze het geheim houden, maar gelukkig hebben ze elkaar. Nova blijkt wijze lessen gekregen te hebben van haar vader, ze kan heel goed kaartlezen! Maar wist hij dan dat ze deze gave heeft? En Henry heeft een bijzonder goede neus.
‘Toe dan,’ zei ze, ’ik wed dat het je niet lukt!’ Henry Grinnikte en kneep zijn ogen docht. ‘Duidelijk,’ fluisterde hij. ‘Dit ruikt naar de bank naast de hotdogverkoper waar die oude jogger elke morgen zit. Ik ruik zweetvoeten, mosterd en duiven.’
Als je dan leest dat Nova’s mond openvalt, dan weet je hoe goed Henry is! Ze zullen het hard nodig hebben, want ze zullen zich onder de grond moeten begeven om de katten te helpen. We sluipen met hen mee door onderaardse metrogangen en riolen. Jasses…
Het leuke is dat dit boek deel één is van een trilogie! Dus er valt nog meer te genieten van de avonturen van Nova en Henry. En de katten natuurlijk, die neergezet worden als dieren met menselijke trekjes.
Jérôme Pélissier tekent de katten precies zo, dat je ze herkent.
Barbara Laban (1969) komt uit Duitsland, maar ze haar boeken spelen zich vaak af op andere plekken. De schrijfster heeft Chinese en Japanse Taal en Cultuur gestudeerd en in München, Taipei en Amsterdam gewerkt.
ISBN 9789025885359 | Hardcover | 320 pagina's | Uitgeverij Leopold | juni 2023
Illustraties van J֖érôme Pélissier | Vertaald uit het Duits door Ans van der Graaff | Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 18 augustus 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER