Non-fictie

Theo Gerritse

Rauter
Himmlers vuist in Nederland
Theo Gerritse


Het is geen aangenaam onderwerp en de foto op de omslag nodigt niet uit tot lezen maar toch is dit een ‘fijn’ boek om te lezen. Rauter ‘verdient’ een biografie, liever gezegd: het is nódig dat dit lijvige boek er is want hij ‘de meest gevreesde vertegenwoordiger van het bezettingsbestuur’, pag. 15.


De proloog met het verhaal over zijn laatste uren en de voltrekking van het doodsvonnis is direct al beklemmend. De auteur is gefascineerd naar wie Rauter is omdat hij hem beschouwt als personificatie van het kwaad. 


In het eerste deel gaat Gerritse uitgebreid in op de historische context van de Tweede Wereldoorlog: de Duitse beleving van de nederlaag van de Eerste Wereldoorlog. Dit vormt Rauters politiek en hierdoor radicaliseert zijn visie.
Tal van Duitse citaten – het boek veronderstelt dat de lezer deze kan lezen want ze worden niet vertaald – illustreren de tijd waarin Rauter leeft. Deze teksten laten duidelijk zien dat het antisemitisme en nationalisme groeien en uiteenlopende groepen met elkaar verbinden.
Rauter bewondert Hitler en is lid van de Steierische Heimatschutz, een nationaalsocialistische beweging. Hij wil lid worden van de SA maar krijgt niet het fel begeerde lage lidnummer dat iemand extra status geeft. Als tweede keus sluit hij zich aan bij de SS omdat hij hier carrière-mogelijkheden ziet.


In het tweede deel wordt Rauter na de Duitse bezetting van ons land ‘Höheres SS- und Polizeiführer in den Niederlanden’. Hitlers opdracht is om hier voor rust en orde te zorgen. Rauters ideaal is een ‘Germaanse volksgemeenschap’ waarbij Nederland een onderdeel wordt van het Germaanse rijk omdat alle Nederlanders volgens hem ‘Volksdeutscher’ zijn.


Aanvankelijk lijkt de bezetting mee te vallen want het Nederlandse recht kan van kracht blijven ‘voor zoover het verenigbaar is met de bezetting en niet in strijd is met de bepalingen van het decreet van den Führer betreffende de uitoefening van de regeeringsbevoegdheden in Nederland’, pag. 157. Al snel wordt echter de ware aard van de bezettende macht duidelijk.


Rauter speelt een belangrijke rol in de deportatie van Joden en zo werkt hij mee aan de Endlösung. De auteur legt goed uit wat Rauters functie was en hoe de bezettende macht in ons land functioneerde. Rauter heeft een ruime interpretatie van het begrip Jood, hetgeen veel Joden fataal wordt. Hij is er zelfs op tegen om onderscheid in Joden en de daarbij behorende vrijstelling te maken. Hierin gaat Rauter zelfs verder dan de afspraken van de Wannsee conferentie.


Het boek vertelt over de Arisierung (het onteigenen van joods vastgoed en joodse winkels) van Nederland en de anti-Joodse maatregelen die elkaar in snel tempo opvolgen en de Joden steeds meer uit het openbare leven isoleren. In 1941 vinden de eerste razzia’s plaats waarbij Rauter betrokken is. Eind 1942 worden de Joden in Nederland ‘vogelvrij’ verklaard. Rauter: ‘Es kann also kein Jude, der nicht priviligiert ist, sich mehr in Holland sehen lassen’, pag. 303. Een aantal gemengd-gehuwde Joden wordt door Rauter gedwongen zich te laten steriliseren.
Vught is aanvankelijk een ‘modelkamp’ maar later wordt iedereen ook van hier toch weggevoerd. In 1943 zijn er veel razzia’s, wordt de Joodsche Raad opgeheven en duiken Joden onder. De ‘koppremie’ wordt ingesteld: wie een Jood aangeeft, krijgt daarvoor een beloning (7.50 gulden).


In dit boek krijgt de lezer ook zicht op de algemene situatie in Nederland omdat Rauter daar bij betrokken is: de toenemende schaarste aan grondstoffen, het groeiende onbehagen onder de bevolking, de druk van de Arbeitseinsatz, het Englandspiel waarbij Duitsers infiltreren in Engelse spionage en geheime hulp aan het verzet.


Sabotages van het toenemende verzet worden beantwoord met gijzelaars die worden geëxecuteerd. Rauter is daar niet voor omdat het de weerzin tegen de Duitsers verhoogt. Stakingen worden met harde hand de kop ingedrukt en de ware aard van de bezetter wordt steeds duidelijker. Liquidaties door het verzet worden door Rauter beantwoord met Gegenterror: het beruchte Silbertanne commando waarover hij zelf de leiding heeft.
Ook het drama van Putten krijgt aandacht. Na een mislukte aanslag op een Duitse legerauto worden 588 mannen uit dit dorp weggevoerd en slechts 49 van hen keren uiteindelijk terug.
Later wordt Rauter zelf het doelwit van een aanslag bij Woeste Hoeve en als  represaillemaatregel -  het wordt een ‘afscheidscadeau in stijl’ genoemd - worden 263 mensen gefusilleerd.


Wanneer de angst voor een geallieerde invasie toeneemt, wordt de Landwacht opgericht. Leden hiervoor worden uit de NSB gerecruteerd. Op Dolle Dinsdag slaan Duitsers op de vlucht, uit angst voor een geallieerde bevrijding. Rauter verhuist zijn kantoor naar Apeldoorn en laat dossiers verbranden.


De auteur besteedt ook aandacht aan de relatie van Rauter met andere leidinggevenden in Nederland zoals Seyss-Inquart en Mussert. De verhouding met de laatste is slecht; Mussert wordt door de bezetter niet echt serieus genomen maar meent dat hij als leider van de NSB belangrijk is. Er zijn veel bestuurlijke, persoonlijke en politieke verwikkelingen tussen deze personen en die komen in dit boek uitgebreid aan de orde. Ze vergen soms wel wat geduld van de lezer.


Het derde deel is gewijd aan de berechting van Rauter. Wat ontbreekt is de periode rond de bevrijding en zijn gevangenname. De aanklacht luidt dat Rauter ‘opzettelijk systematisch terrorisme bedreef tegen het Nederlandse volk’, pag. 518. Rauter ziet het oordeel als rechtvaardig en beschouwt zijn dood als genoegdoening voor een betere verhouding tussen Nederland en Duitsland. Hij aanvaardt de rechtsgang als een logisch voortvloeisel van zijn daden die hij steeds bagatelliseert. Rauter schuift de verantwoordelijkheid af op zijn meerderen Seyss Inquart en Himmler en vindt dat hij zelf redelijk heeft gehandeld. Evenals andere - Gemmeker van concentratiekamp Westerbork bv. – zegt Rauter dat hij niet heeft geweten wat de Joden in de concentratiekampen elders in Europa te wachten stond.


Het arrest van de rechtbank luidt dat Rauter ‘een zo verwerpelijke, immers van elk begrip van recht en zedelijkheid gespeende geestesgesteldheid’ vertoont. De feiten laten zien dat zijn handelen ‘dermate ernstige gevolgen voor talloze slachtoffers van het door den requierant uitgeoefende schrikbewind hebben meegebracht dat deze slechts met het leven voor zijn gedrag zal kunnen boeten’, pag. 572.
De beschrijving van de executie is indrukwekkend; Rauter krijgt een naamloos graf bij Den Haag.


In het laatste hoofdstuk wordt een typering van Rauter gegeven. Zo vormt dit boek een ‘koele biografie’ waarbij de schrijver ernaar heeft gestreefd om zich van emotie te onthouden. Dat is hem – behoudens enkele kleine typeringen hier en daar – prima gelukt. We mogen de auteur dankbaar zijn dat hij ons dit boek heeft geschonken, de voorbereiding en het schrijven zullen hem af en toe best zwaar zijn gevallen, lijkt mij. Immers: wie zich zo inleeft in een persoon die zoveel leed teweeg heeft gebracht en zo’n vooraanstaande rol in de bezetting van ons land heeft gespeeld, wordt daar ook persoonlijk in meegetrokken. Dit boek is dan ook een prestatie van formaat!


ISBN 978 946 1055 286 | Paperback | 748 pagina’s | Boom Amsterdam | oktober 2018

© Evert van der Veen, 9 augustus 2019

Lees de reacties op het forum en / of reageer, klik HIER