De stiefvader
Henry Sepers
Dit is het verhaal van een man die weet dat zijn dood snel naderbij komt. Hij heeft het immers zelf georkestreerd? Nou ja, niet zijn ziekte, maar wel dit:
‘Lisa Toledo noteert datum en tijd van zijn overlijden in haar mobieltje. Maandag 8 mei 2017, 19.30.’
Het is de eerste zin van het boek en je bent meteen in het verhaal. Boven deze tekst staat ‘Tien’, het eerste van tien hoofdstukken die aftellen tot 8 mei.
Is het verhaal nu al verklapt? Niet echt. De ik-figuur, Rover, tot voor kort leraar Nederlands, kan immers altijd nog terugkomen op deze afspraak. Maar helaas voor hem was het verdict van de artsen wel duidelijk: hij is onmiskenbaar terminaal.
Deze laatste dagen zal hij gebruiken om zijn leven nog eens te overdenken. Heeft hij ergens spijt van? Zijn er nog dingen die hij moet doen?
Het antwoord is positief. Alles draait om dat meisje, Sarah, die ten tijde van zijn tweede huwelijk zijn stiefdochter was.
En met wie de relatie faliekant fout gelopen is.
Nu is Sarah een beroemd actrice, zij wil hem niet meer ontmoeten. Geen contact meer. In de afgelopen jaren heeft zij hem wel in meerdere interviews genoemd.
Heeft hij misschien toch genoeg voor haar betekend dat ze zich nu zal verwaardigen hem een laatste afscheid te gunnen?
Rover schuwt geen enkel middel om dat voor elkaar te krijgen. En zo is daar ineens het woord ’sterfbedtoeristen.’
Hij vertelt over de dagelijkse gang van zaken, over zijn verzorgers, zijn vrouw en die vriend die meer uit is op media-aandacht dan gewenst. Maar nu kan hij mooi dienst doen als middel om Sarah te bereiken.
Ook vertelt hij over zijn verleden, over zijn drie vrouwen. En over Sarah natuurlijk.
‘Beelden trekken als trage zeilschepen door mijn hoofd. Sommige herinneringen zijn schel en overbelicht, andere hebben verzadigde kleuren. Ik zie een klas voor me. De leerlingen zijn aan het werk, oefenen een tekst. Het is in de week voor ik definitief afgevoerd word op een brancard. Een jongen kijkt op, wisselt een vluchtige blik met me, kijkt snel weer weg als hij ziet dat ik het merk. Ik geniet van de stilte, de concentratie in het lokaal, de vergetelheid die ze brengen. Voor even bestaat de buitenwereld niet meer. Er zijn geen vervelende ouders, pesterijen, verliefdheden, ruzies. Alles vloeit samen in een moeilijke vraag over een tekst die ze misschien niets interesseert, maar ze even bevrijdt van henzelf’
De schrijver vertelt zijn verhaal tegen iemand, waarvan niet duidelijk is of jij, de lezer, dat bent, maar er ook niemand anders genoemd wordt.
Hij spreekt over zijn verlangen nog eenmaal te spreken met zijn dochter die zijn alles was. Waarom komt ze niet? Hoe hun relatie echt was kunnen we alleen maar gissen. We krijgen het verhaal alleen van zijn kant te horen, al staan er ook stukjes in het boek met stukken uit de interviews die Sarah gaf en waarin ze over hun relatie vertelde.
Is haar verhaal de waarheid? Of het zijne?
Doet het er toe, als je einde nadert?
Is het niet sneu als je op dat moment van je leven niet kunt waarderen wat je wèl hebt, maar blijft verlangen naar hetgeen je ontglipt?
Het is een erg indringend verhaal, over de onontkoombaarheid van het einde. Over de angst voor de dood, voor het weg moeten laten glijden van het leven.
Stilistisch ook erg mooi.
Henry Sepers (1955) studeerde Nederlands en werkte als docent. Hij debuteerde in 1997 met de roman Bedachte Stad, evenals dit boek een roman over een verstoorde vader-dochter-relatie. In 2009 verscheen zijn eerste dichtbundel. Sepers heeft zes romans en drie dichtbundels op zijn naam staan, alle even fijnzinnig. De tweede dichtbundel Spreekt de troubadour (2012) werd genomineerd voor de J. C. Bloem poëzieprijs 2013. Sepers is ook fotograaf en videokunstenaar.
ISBN 9789492241511 | Paperback | 232 pagina's | Uitgeverij Magonia | maart 2023
© Marjo, 23 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De onbedoelden
Cobi van Baars
Aaf weet de ze geadopteerd is maar dat doet haar weinig. Haar leven is prima, haar ouders zijn uitstekende en lieve mensen. Behoefte om haar biologische moeder te leren kennen, heeft ze niet. Het is goed zo. Maar dan roepen haar ouders Aaf bij zich. Ze moeten haar wat vertellen. Ze heeft een tweelingzus! Bij de adoptie hebben haar ouders echter moeten beloven dat Aaf dit pas mocht weten als ze eenentwintig werd.
Natuurlijk doet het wat met Aaf. Ze is aan een kant heel boos dat ze het nu pas weet, maar ook nieuwsgierig. Ze gaat onmiddellijk tot actie over. Waar is die zus, ze wil haar zien, kijken of ze dingen in haar herkent. Aaf vindt het vreemd dat ze nooit iets gevoeld heeft. Tweelingen missen elkaar onbewust toch steeds?
In een andere stad woont Annemarieke, de andere helft van de tweeling. De jonge vrouw die zich haar hele leven opgesplitst heeft in de stoere versie van zichzelf en de meegaande, zachte versie die hara ouders graag zien. Zij én haar ouders hebben totaal geen weet van Aaf. Sterker nog haar ouders wilden zelfs het liefst twee kinderen adopteren maar dat kon niet. De reden daarvan hebben ze nooit kunnen achterhalen.
Dit gezin is veel minder prettig dan het gezin waar Aaf in is opgegroeid. Annemariekes ouders zijn vrij angstige, conservatieve mensen. De schok is dan ook hevig als ze het nieuws te horen krijgen. De ouders zijn doodsbang hun dochter kwijt te raken.
Al snel ontmoet de, niet eeneiïge, tweeling elkaar, het klikt onmiddellijk, ze herkennen veel in elkaar en toch zijn ze ook totaal verschillend.
Met dit contact lijkt alles afgedaan maar in feite begint dan de zoektocht pas goed. Wie was hun moeder, wie was hun vader? Wat hebben zij van hun ouders meegekregen?
Wij als lezer weten ondertussen het verhaal van de moeder, die als jong meisje opgroeide in het katholieke Limburg van de jaren zestig. Toen zij ongewild zwanger raakte van 'haar Griek' was het huis te klein. Onder geen beding mocht zij het kind houden. We lezen het aangrijpende verhaal van haar aankomst in het door nonnen geleide 'kliniek'. We lezen over de strenge regels, het absoluut niet mogen zien van haar tweeling en hoe erg zij dit allemaal vond. Er is echter één ding dat haar op de been houdt en dat is de belofte dat de kinderen samen geadopteerd zullen worden, in één gezin...
Deze roman is gebaseerd op een waargebeurd verhaal. Dat maakt het mogelijk nog aangrijpender. Zeker als je leest wat voor impact en verstrekkende gevolgen de hele benauwde situatie van destijds op de biologische moeder en vooral Annemarieke gehad heeft. En dat alles vanwege de schande van een ongehuwde moeder zijn, iets wat destijds te erg voor woorden was. Het hele thuisgezin zou de blaam van die moeder treffen.
De stem van de kerk droeg toentertijd ook ver. De wet van de pastoor was in veel opzichten heilig. Adoptie stond destijds nog letterlijk in de kinderschoenen.
Het bizarre is dat er in het 'klooster' zo ontzettend veel gelogen en verdoezeld werd. Wat niet weet, wat niet deert. Niets werd besproken, niets werd begeleid, alleen naam en faam waren belangrijk.
Cobi van Baars heeft het hele gebeuren ontzettend boeiend beschreven. Zo gauw je aan het boek begint wort je beetgepakt en het verhaal ingezogen. Je kunt nauwelijks stoppen met lezen, je móet weten hoe het verder gaat en afloopt voor de twee jonge vrouwen. Daarnaast is het ook knap geschreven, geen moment wordt het verhaal sensatie-achtig of sentimenteel. Aaf en Annemarieke zoeken samen naar het verleden, naar de personen die zij al die tijd niet gekend hebben. En dat is zwaar én leuk.
Kortom, het is een prachtig boek dat nog even bij je blijft rondzingen.
Cobi van Baars is naast schrijfster ook schilder. Ze studeerde cum laude af aan de Radboud Universiteit op de relatie tussen literatuur en beeldende kunst.
Zij bouwt gestaag aan een overtuigend oeuvre. Ze debuteerde in 2017 met de roman Schipper & Zn., gevolgd door Over het krakende ei (2019) en Branduren (2021).
ISBN 9789025474713 | Paperback | 224 pagina's | Atlas Contact | 11 mei 2023
© Dettie, 19 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De goddeloze graaf
Margreet Hofland
Blijkbaar was de achttiende eeuw een vruchtbare periode voor avonturiers en charlatans. Als het dat tenminste waren!
In dit boek komen ook betwiste figuren als de graaf van Saint-Germain, de comtesse de la Motte en arts en astroloog Franz Mesmer voorbij, maar de hoofdpersoon is Alessandro Cagliostro, geneesheer, alchemist en vrijmetselaar.
Net als Mesmer kon hij waarschijnlijk zijn patiënten hypnotiseren, het zou tenminste een verklaring zijn voor wat hij deed: mensen genezen door handoplegging.
Het verhaal begint bij zijn geboorte, in 1748. Zijn moeder bevond zich op een schip dat naar Trebizonde (Trabzon, in Turkije) voer. Despina was daarvandaan weggevlucht omdat haar vader haar wilde uithuwelijken, niet wetend dat ze al snel verliefd zou worden op een Maltezer ridder. Deze man, de grootmeester van Malta, kon niet met haar trouwen, al had hij gewild, hij had een gelofte afgelegd. De naam van de boreling is dan Acharat. Een bijzondere jeugd staat hem te wachten, zijn opvoeding vindt deels plaats in Mekka, deels in Egypte. Daar raakt hij in de ban van Toth, de Egyptische god van de maan, de magie, de kalender, de schrijfkunst en de wijsheid.
Als hij vijftien jaar oud is spreekt hij zes talen, en is bedreven in plant- en natuurkunde, als ook in medicijnen. Ook de alchemie boeit hem.
De vraag die hem vooral bezighoudt is: wie is mijn vader?
Als hij het antwoord heeft, verandert zijn naam: Als Alessandro Cagliostro wacht hem een woelig leven, hij reist wat af: Rome, Parijs, Londen, Brussel, zelfs Maastricht en Den Haag doet hij aan! In gezelschap van zijn vrouw Serafina Feliciani wordt hij overal gastvrij onthaald. Beroemde mensen als Paus Clemente XIII en Catharina de Grote heten hem welkom, en vrijwel overal wordt hij geïntroduceerd bij de loges der vrijmetselarij.
Cagliostro heeft een missie: hij wil de mensen laten inzien dat de verschillende religies gebaseerd zijn op een en dezelfde God; dat man en vrouw gelijk zijn. Hij zet zijn genezende gave daarbij vrijelijk in, zonder winstbejag. Helaas, zoals dat zo vaak gaat, heeft hij ook tegenstanders, vooral in de katholieke kerk. Zijn leven eindigt in 1795, in San Leo, een fort in Noord-Italië.
In een nawoord vertelt Margreet Hofland dat zij zich gebaseerd heeft op het verhaal van Cagliostro zelf. Niet op dat van bijvoorbeeld Goethe, die negatief over hem schreef: hij liet onderzoeken wie deze graaf was en kwam tot de conclusie dat Cagliostro zijn hele leven, inclusief naam, verzonnen had.
Wat de waarheid is?
Wie zal het weten…
Deze roman vertelt een aannemelijk verhaal. Het getuigt van alleen maar goede bedoelingen van de graaf. Het leest in ieder geval als een trein, en wie de man ook geweest is, het kan geen kwaad te geloven in de man zoals die hier afgeschilderd wordt.
Margreet Hofland is schrijver bij de uitgeverijen Magonia en In de Knipscheer en journalist bij weekkrant Den Haag Centraal. Ze schreef vier historische romans. Er zal veel werk hebben gezeten in het napluizen van de achtergrond van dit verhaal maar het resultaat mag er zijn!
ISBN 9789492241542 | Paperback | 316 pagina's | Uitgeverij Magonia | maart 2023
© Marjo, 11 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Dolende zielen
Cecile Pin
De vijftienjarige Anh pakt een rugzak in. Ook haar broertjes Thanh en Minh doen dat. Zij zullen als eersten van het gezin Thi naar Da Nang vertrekken, vanwaar een boot hen naar Hongkong zal brengen. Daar zullen ze in een kamp wachten op de overige leden van het gezin: hun ouders en hun jongere broertjes en zusjes om dan gezamenlijk de oversteek te maken naar Amerika, waar een broer van vader al een succesvol bestaan heeft opgebouwd.
Het is 1978. Eerder, in 1975 was er een officieel einde gekomen aan de Vietnamoorlog. De communisten namen Saigon in. Amerika trok zijn leger terug.
Vietnam had een vriendschapsverdrag gesloten met de Sovjet-Unie. Het gevolg was een zuiveringspolitiek: katholieken en vroegere overheidsfunctionarissen werden opgepakt. Het land is niet veilig meer voor hen. Zo besluit ook het gezin Thi te vertrekken.
‘Drie maanden later stond Anh in de vroege ochtend op een strand aan de zuidkust van Hongkong, terwijl haar voeten ondanks de bries heel warm voelden op het zand. De hand van de agent rustte ongevraagd, maar geruststellend op haar schouders. Een dokter sloeg een voor een de lakens terug van de lichamen die voor hen lagen. Ze bekeek de gezichten die eronder waren schuilgegaan, keurig naast elkaar op het zand, totdat ze de gezichten van haar ouders, broertjes en zusjes zag.’
Vanaf dat moment rust de verantwoordelijkheid voor haar broers op de schouders van het nog jonge meisje. Ze brengen maanden door in opvangkampen, wachtend tot ze de oversteek naar het Westen mogen maken. Intussen leren ze Engels. Als het moment komt dat Anh aan moet geven waar ze heen willen, kiest ze niet voor Amerika, maar voor Engeland. Daar komen ze ook aan, opnieuw in een kamp. Tenslotte krijgen ze in 1980 een woning toegewezen.
‘In de kampen was de chaos begrensd geweest: daar hadden ze gewoond met andere Vietnamezen die zich in dezelfde moeilijke situatie bevonden als zij. Maar hier zouden ze hun weg moeten zien te vinden in de woestenij terwijl ze zij aan zij leefden met Engelsen die in deze straten waren opgegroeid, die ze hadden aangelegd en vormgegeven, en Anh wist niet of dat was gedaan met ook haar in gedachten.
‘We zijn er, in Catford.’
Anh is dan bijna achttien, haar broers 15 en 13. De jongens accepteren niet meer dat Anh zich opstelt als de verantwoordelijke ouder. Anh zou zelf ook wel gewoon jong willen zijn, maar dat kan niet, ze hoort voor hen te zorgen. Ze gaat werken. Niet lang daarna besluit Minh te stoppen met school, en ook hij zoekt werk.
Maar men zit niet te wachten op buitenlanders die de taal niet goed machtig zijn. Ze worden uitgescholden, gediscrimineerd. Het bekende verhaal: immigranten zijn niet welkom.
Het verhaal wordt onderbroken door stukken tekst waarschijnlijk van de schrijfster zelf waarin meer verteld wordt over de achtergrond van het vluchtelingenprobleem. Over bepaalde gebeurtenissen in die jaren, over Margaret Thatcher die een smerig spelletje speelde; over het syndroom PCRS (persisterende complexe rouwstoornis).
Er was een missie van de Amerikanen tegen de Vietcong: Wandering Soul, een vreselijke manier om oorlog te voeren, gebruik makend van de Vietnamese cultuur rondom de doden.
En er zijn intermezzo’s waarin het jongste broertje Dao aan het woord is. Hij is een van de dolende zielen.
Cecile Pin deed onderzoek naar achtergronden, en weet de wederwaardigheden van bootvluchtelingen goed over te brengen. Ook beschrijft ze hoe het leven voor nieuwkomers in de Britse samenleving verliep. Een aangrijpend verhaal. Een belangrijk verhaal dat net zo min als onze eigen Wereldoorlogen vergeten mag worden.
Cecile Pin studeerde filosofie aan University College en King's College in Londen. Ze schrijft voor de Bad Form Review, behaalde de longlist van de Young Writer's Prize en won in 2021 de London Writers Award.
ISBN 9789048864720 | Paperback | 208 pagina’s | Uitgever Hollands Diep | maart 2023
Vertaald uit het Engels door Anneke Bok
© Marjo, 4 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Een vindingrijk man
Hennie Molenaar
In oktober 1654 ontplofte het Kruithuis in Delft. Daar lag ongeveer 90.000 pond buskruit opgeslagen. De ravage was enorm: het Kruithuis stond namelijk in de binnenstad. Deze ramp kostte ook vele mensenlevens, honderden denkt men. Precies weet men het niet, velen zijn niet teruggevonden.
In dit boek dat in feite gaat over Johannes Vermeer en Antoni van Leeuwenhoek, beiden in de tijd inwoners van Delft, geeft Hennie Molenaar ook enkele (fictieve) slachtoffers een stem.
De tienjarige Katriene is er een van. Ten tijde van de klap zat zij op school, een van de gebouwen waar niets van overbleef in de verzengende brand die volgde.
Katriene was de enige dochter van Barbara, die ondanks haar grote verdriet verder moet met het leven, met haar zoons.
Wouter, haar jongste zoon, gaat tegen de wens van zijn vader in, in de leer bij Vermeer.
Ook bij van Leeuwenhoek komt hij over de vloer, waar hij zijn oog laat vallen op dochter Marie. Zij ziet hem ook wel zitten maar haar vader niet!
Door Wouter, die een begaafd tekenaar is, in het verhaal te schrijven komen we meer te weten over het werk en het leven van Vermeer én dat van Antoni van Leeuwenhoek.
Ook andere Delftenaren komen aan bod, zodat je een goed beeld krijgt van hoe het leven in die tijd geweest kan zijn.
Antoni van Leeuwenhoek, in 1632 geboren in Delft, was een begaafd man, maar hield zijn uitvindingen liever voor zichzelf. Hij trouwde twee maal, en had vijf kinderen. Alleen Marie overleefde hem toen hij in 1723 overleed. Zij erfde een fortuin.
Minder goed ging het bij de Vermeers. De geboortedatum van Johannes Vermeer is niet bekend, maar hij werd gedoopt op 31 oktober 1632 te Delft gedoopt. Zijn gezin had het al niet breed en in 1672 stortte ook nog de kunsthandel in. Vermeer overleed december 1675, met achterlating van elf kinderen. Op twee van Vermeers schilderijen kan Antoni van Leeuwenhoek afgebeeld staan, maar zeker is dat niet.
Een andere inwoner van Delft was Reinier de Graaf, gedoopt juli 1641 en in Delft overleden in augustus 1673. Hij was een Nederlands arts en anatoom, vooral gericht op voortplantingsgeneeskunde. Hij ontdekte de later naar hem genoemde 'Graafse follikels'.
Ook hij was betrokken bij Van Leeuwenhoek, die met zijn microscopen immers een heleboel onvermoede feiten kon aantonen.
Hennie Molenaar heeft flink onderzoek gedaan naar deze mannen, naar hun werk en leven als ook naar de stad Delft. Al deze feiten zijn verweven in een roman, waarin we dan weer lezen over hoe de mensen in die tijd leefden.
Zo wordt het heel plezierig om al die anders misschien droge feiten tot je te nemen.
Wie van geschiedenis houdt: lees dit boek!
ISBN 9789464683684 | Paperback | 276 pagina’s | Uitgever Boekscout | januari 2023
© Marjo, 2 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De assistente van de chirurg
Nora Beady: Deel 1
Audrey Blake
Schrijfsters Jaima Fixsen en Regina Sirois ontmoetten elkaar als finalisten van een schrijfwedstrijd. Samen besloten ze hun krachten te bundelen en onder het pseudoniem Audrey Blake hebben zij De assistente van de chirurg geschreven. Dit is het eerste deel in een serie over Nora Beady.
Het verhaal begint in 1832 als de cholera in volle omgang is losgebarsten in Londen. Dokter Horace Croft neemt de zieke Nora mee naar zijn huis als heel haar familie overleden is aan die nare ziekte. Nora knapt op en wordt in het huishouden van de excentrieke chirurg opgenomen. In eerste instantie om te ontdekken of Nora immuniteit heeft opgebouwd voor als de cholera later nog eens uit zal breken, maar al snel wordt Nora onmisbaar door de chirurg bij van alles te assisteren.
Het begint met hechtingen zetten, maar al snel helpt ze mee met de operaties. Ook maakt ze anatomische tekeningen van de lijken die dokter Croft onderzoekt. Alles moet in het diepst geheim gebeuren, want het is in Engeland niet toegestaan dat een vrouw het vak geneeskunde uitoefent. Als dokter Croft het steeds drukker krijgt, neemt hij dokter Gibson in dienst om hem te assisteren. Nora voelt zich verraden en moet voor Daniël Gibson verbergen dat zijn al die tijd zelf juist de assistente van de chirurg geweest is. Dat blijkt onmogelijk te zijn. Wat zal dokter Daniël Gibson doen? Zal hij haar verraden?
‘Maar het is ook wel een schok.’ Dr. Gibson ging rechtop zitten, zijn mond serieus en gespannen. ‘Dr. Croft staat jou toe, op illegale wijze, geneeskunde te bedrijven – en nu ben ik medeplichtig. En jullie doen allebei alsof het doodnormaal is.’ De woorden slopen dreigend op haar af, als een stier met zijn kop laag, langzaam en alarmerend.
Ze pakte Langenbeck steviger vast. ‘Het is eigenlijk heel natuurlijk zo gegroeid. Ik heb aanleg voor verpleging. En niemand eist dat je hier blijft.’
‘Maar het is veel meer dan verplegen, Miss Beady.’ Zijn donkere ogen glommen, helder en geconcentreerd.
In haar borstkas had zich lucht opgebouwd en ze liet de adem langzaam tussen haar lippen door ontsnappen. ‘Ik kan niet vergeten wat ik weet. En moet ik mensen laten lijden enkel om de schertsvertoning overeind te houden dat ik als vrouw onwetend zou zijn?’
Het dilemma speelt in het boek een grote rol. Helemaal als Nora een operatie uitvoert waarbij het leven van een patiënt gered wordt en wat zo’n wetenschappelijke betekenis heeft dat er niet over gezwegen kan worden.
Met de assistente van de chirurg is een belangrijk onderwerp uit de geschiedenis op een mooie manier onder het voetlicht gebracht. De emoties van alle personen die een rol spelen in dit verhaal worden erg goed weergegeven en de karakters zijn allemaal zeer natuurgetrouw beschreven. Hoe zal het aflopen met Nora? Ik kijk nu al uit naar het volgende deel!
ISBN 978 90 297 3437 0| NUR 342 | Paperback| 356 pagina’s | Uitgeverij KokBoekencentrum| mei 2023
De assistente van de chirurg is vertaald door Marijne Thomas.
© Els ten Voorde, 19 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het intieme leven
Niccolo Ammaniti
Het zijn niet de meest vleiende bijnamen die de 42-jarige Maria Cristina Palma heeft gekregen: Maria Triestina noemen ze haar omdat ze al jong haar ouders en broer is verloren en bovendien haar eerste echtgenoot verloor door een auto-ongeluk. De andere bijnaam is Maria Dommetriena. Men gaat er van uit dat ze niet intelligent kan zijn omdat ze zo mooi is. Uitgeroepen tot de mooiste vrouw ter wereld zelfs. Maria Cristina is de vrouw van de Italiaanse premier. Als zodanig houdt haar rol inderdaad vooral in dat ze mooi moet zijn. En van een onbesproken gedrag.
Dat zal in die februariweek waarin het grootste deel van het verhaal zich afspeelt haar grote probleem zijn. Het verleden haalt haar in, als ze een onverwachte ontmoeting heeft. Haar jeugdliefde Nicola Sarti duikt op, en ze valt opnieuw voor hem.
Maar tot haar grote schrik ontdekt ze dat hij die ene seksvideo die ze samen in hun onbezonnenheid gemaakt hebben nog steeds heeft. Dus is ze chantabel. En daar lijkt hij gebruik van te willen maken.
Wat moet ze doen? Ze durft het niemand te vertellen, zeker haar man niet. Die ziet ze trouwens nauwelijks, zo druk is hij met de komende verkiezingen. En met een andere vrouw, denkt Maria Cristina.
Een verteller, die buiten het verhaal staat maar zich wel af en toe laat horen, sleept je mee in de belevingswereld van de hoofdpersoon: haar angsten en haar twijfels, maar gaandeweg ook de sterke kanten van haar karakter die vooral gevoed worden door de liefde voor haar dochter. Natuurlijk is haar leven niet gemakkelijk: ze staat volop in de belangstelling.
De video zal haar kapot maken denkt ze. En de carrière van haar man beëindigen, waardoor ook haar eigen leven totaal zal veranderen. En die van haar dochter.
Deze angst beheerst haar leven.
Zal ze in staat zijn het leven weer in een stevige greep te vatten?
Of typeert die ene bijnaam haar juist?
Een verhaal over de moderne wereld, een instagramwereld die drijft op uiterlijke schijn. En al is het een serieus thema er zitten ook hilarische scenes in. Ammaniti schrijft met een kwinkslag, met eveneens een rol voor de nietsontziende roddeljournalistiek. Met een verrassende wending op het eind hebben we hier een fantastisch boek!
Niccoló Ammaniti (1966) is vooral bekend van Ik haal je op, ik neem je mee, Ik ben niet bang, Zo God het wil en Anna. Dit is zijn tiende roman. Dat hij ook regisseur en scenarist is, voel je heel goed in zijn beschrijvingen, die gedetailleerd en filmisch zijn.
ISBN 9789048868346 | Paperback | 306 pagina's | Uitgeverij Lebowski | maart 2023
Vertaald uit het Italiaans door Etta Maris
© Marjo, 18 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De acht levenslessen van Clara Klein
Sara Brunsvold
‘Zelfs in haar laatste dagen laat een ongeneeslijk zieke vrouw geen kans voorbij gaan om van Gods liefde te getuigen.’
Dit staat op de kaft van De acht levenslessen van Clara Klein, het debuut van Sara Brunsvold. Een zin die je laat afvragen hoe dit mogelijk is. Hoe kan het dat als je zo ziek bent, je toch nog oog hebt voor Gods liefde? En het woordje ‘zelfs’ suggereert dat er voor haar laatste dagen ook veel getuigenis was. Hoe zag het leven van deze Clara Klein eruit? Wat heeft haar gevormd? Nieuwsgierig sloeg ik het boek open. De eerste pagina zette mij opnieuw stil: ‘Voor Jezus, Die stierf terwijl Hij liefhad.’ Bijzonder. Opnieuw liefde. Zal deze liefde op elke bladzijde van het boek terugkomen?
Zoals de Amerikaanse schrijfster zelf aangeeft in een interview is de weg naar succes veel interessanter dan het succes zelf. Het is een weg die geplaveid is met mislukkingen, teleurstellingen, maar ook met hoop en liefde. En dit zijn precies de thema’s die Sara Brunsvold in haar boek laat terugkomen.
Het verhaal wisselt zich af tussen 2016, het laatste levensjaar van Clara, en de periode 1969 – 1983. Ook al zegt Clara zelf dat haar leven bijzonder oninteressant is, denkt de hoofdredactrice van een vooraanstaande krant daar anders over en stuurt zij Aidyn Kelley, een jonge, ambitieuze journaliste naar de hospice waarin Clara verblijft om haar in memoriam te schrijven. Er ontstaan bijzondere gesprekken en hoe meer Aidyn te weten komt over Clara, hoe vaker zij bij haar wil zijn. Van Clara ontvangt zij allerlei levenslessen:
‘Goed. Schrijf dan dit op: ‘Het graf is niet mijn eindbestemming. Ik wil leven alsof ik dat geloof. Bij Gods gratie zal ik leven omdat ik dat geloofde.’
Langzaam kwam de pen van het meisje tot stilstand. Aidyn keek op en staarde Clara aan, alsof de woorden keer op keer door haar hoofd gingen en iets met haar deden.
Clara gebaarde naar de roerloze pen. ‘Schrijf dat op, liefje. Dit is goud.’
De acht levenslessen van Clara Klein: een verhaal om over na te denken en om mee te nemen in je eigen leven. Hoe heb ik lief en ben ik ook duizend keer aan mezelf gestorven in mijn liefde voor anderen?
ISBN 978 90 297 3426 4| NUR 302 | Paperback| 336 pagina’s | Uitgeverij KokBoekencentrum| april 2023
De acht levenslessen van Clara Klein is vertaald door Daniëlle Heerens.
© Els ten Voorde, 6 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Moeders en dochters
Erica James
In Moeders en dochters weet Erica James een idyllische setting neer te zetten van het havenstadje Tilsham Harbour aan de kust van Sussex waar hoofdpersoon Naomi woont.
Vanuit haar huis ‘Anchor House’ kijkt ze zo de zee op. Naomi geniet volop van het plekje waar ze woont. Helemaal nu ze twee jaar geleden weduwe geworden is van Colin. Haar ogenschijnlijk goede huwelijk waarin Naomi jarenlang gevangen zat, is voorbij en ze kan eindelijk haar eigen leven leiden. Als ze haar oude jeugdliefde ontmoet, wordt ze helemaal op en top gelukkig. Alhoewel…
Naomi heeft twee volwassen dochters die als dag en nacht van elkaar verschillen. Martha is vastberaden, bazig en wil alle touwtjes in handen hebben. Zij was daarom het favoriete kind van haar vader en heeft een wat rooskleurig beeld van Colin. Willow is besluiteloos en doet direct wat haar ingegeven wordt zonder na te denken over de gevolgen. Zij was een doorn in het oog voor haar vader. Herinneringen aan hun overleden vader verschillen daardoor dan ook als dag en nacht, maar hoe verschillend de twee dochters ook zijn, samen hebben zij er moeite mee dat hun moeder een nieuw leven wil beginnen met een andere man. Hoe kunnen ze haar op andere gedachten brengen?
Naast de zorgen om hun moeder kampen de zussen ook met hun eigen problemen die Erica James op een authentieke manier weet weer te geven. Aangrijpend is het gedeelte waarin huiselijk geweld centraal staat:
‘Laat me alsjeblieft los.’
Hij bracht zijn gezicht vlak bij dat van haar. ‘Waarom, zodat je nog iets kapot kunt maken? Zodat je me nog meer kunt irriteren?’
‘Ik deed het niet met opzet en ik heb sorry gezegd.’ Ze probeerde zich los te maken, maar hij trok nog harder aan haar haar en rukte haar dichter naar zich toe.
‘Sorry, sorry, sorry, meer hoor ik niet van je. Niets dan smoesjes en zielig gejammer. Heb je enig idee hoe bloedirritant dat is?’
Voor ze zich kon inhouden, liet ze zich het woord ’sorry’ weer ontglippen. Hij sloeg haar hard tegen het aanrecht en mepte haar met zijn vrije hand in haar gezicht. De tweede en nog hardere klap kwam op haar jukbeen terecht. Haar oren suisden en ze proefde bloed toen ze probeerde weg te duiken, maar ze werd zo hard tegen het aanrecht gedrukt dat ze niet kon ontsnappen. ‘Het is niet mijn bedoeling om je te ergeren,’ wist ze uit te brengen. ze trilde van angst.
‘Maar dat doe je wel. Altijd! Altijd!’ Hij greep haar bij de schouders en schudde haar zo heftig heen en weer dat haar hoofd naar achteren en voren schoot. De kamer wervelde om haar heen en ze begon te gillen toen er een angstaanjagende herinnering terugkwam. Ze gilde en gilde, net zoals ze al die jaren geleden gegild had moeten hebben.
Toen viel alles opeens stil en de krachtige handen die haar zo heftig heen en weer hadden geschud verdwenen van haar schouders.’
Lukt het de dochters om hun moeder te overtuigen van hun gelijk of krijgen ze, ondanks hun eigen zorgen, oog voor het geluk van hun moeder?
In Moeders en dochters komen naast thema’s als rouw, verlies en huiselijk geweld ook manipulatie, emotionele chantage, vruchtbaarheidsproblematiek en misbruik aan bod.
Nu zou je kunnen denken dat het dan wel een heel zwaar verhaal is om te lezen, maar Erica James weet dit boeiende familieverhaal zo te schrijven dat deze serieuze issues op een lichte wijze bespreekbaar worden gemaakt (zoals het door Sunday Express verwoord wordt op de achterzijde van het boek). Dit vind ik een rake beschrijving. Lezen dus!
ISBN 978 90 261 6454 5| NUR 302 | Paperback| 375 pagina’s | Uitgeverij De Fontein | april 2023
Moeders en dochters is vertaald door Yolande Ligterink.
© Els ten Voorde, 2 mei 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER!