Solitaire
Ton van der Lee
Ton van der Lee heeft inmiddels al negen boeken geschreven waarin Afrika het onderwerp is. Drie ervan, de prachtige boeken Het zandkasteel, De Afrikaanse weg en Geheimen van de Maasai (met DVD) heb ik inmiddels gelezen. Die boeken ademen allemaal een grote liefde voor het mooie land en zijn schitterende natuur uit. Ton van der Lee voelt zich daar als de spreekwoordelijke vis in het water, ware het niet dat er erg weinig water is.
Dit boek, Solitaire, is zijn eerste boek. Daarin is te lezen hoe de liefde voor Afrika ontstaan is en waarom het uitgerekend dat land is waar hij naar toe trekt om daar een nieuw bestaan op te bouwen.
Het is vooral de stilte, het contact met de aarde wat hij in Nederland mist. In Nederland zijn overal files, er is de gekte in de winkels vol dure kleding, schoenen, accessoires. En er zijn al die supermarkten met hun enorme voedselaanbod. Kopen, kopen, kopen is al wat de klok slaat. Bovendien is het nergens echt stil en de natuur is aangelegd. Aandacht voor elkaar is er niet meer, iedereen is bezig met zijn of haar carrière en kinderen gaan vanaf hun tweede jaar de chrèche in.
"ik zit op een terras en bestel een cappuccino. Aan de tafel naast me zitten drie mensen, die alledrie telefoneren. Ze kijken elkaar niet aan maar praten met verbeten gezichten in hun mobieltje.
Een gevoel van totale vervreemding overvalt me."
Dit gevoel, deze vervreemding wordt steeds sterker en maakt dat Ton van der Lee daadwerkelijk stappen gaat ondernemen. Hij, filmproducent, neemt geen nieuwe opdrachten meer aan. Hij verkoopt zijn twee productiebedrijven en verhuurt zijn huis. Hij neemt afscheid van familie, vrienden en kennissen. Tot zijn verbazing en ook wel ongerustheid hoort hij van bijna iedereen aan wie hij zijn plannen vertelt heeft 'dat ze dat ook wel willen, dat ze zo moe zijn, en ook alles zo zat zijn.'
En dan is hij in Kaapstad en trekt in een backpackershotel. Aan een kant opgelucht dat het eindelijk zo ver is, aan de andere kant is de innerlijke rust er nog niet, alles is nog te ongewoon, te spannend. " [...] ik vind het toch wel een beetje eng allemaal. Voor het eerst sinds mijn studie, misschien voor het eerst van mijn leven zonder plan. Met maar één zekerheid: ik ga voorlopig niet naar huis."
Maar ook het backpackershotel is hem te druk. Hij koopt een oude Ford bestelwagen met radio en vertrekt zo snel als hij kan naar Karoo, het grote dunbevolkte plateau ten noorden van de bergen. En eindelijk, als hij daar is kan hij diep ademhalen. Hier is hij voor gekomen. Totale stilte.
Hij reist verder, kleine plaatsjes passerend waar hij inkopen doet. Hij slaapt in de heuvels onder een schitterende sterrenhemel. Hij arriveert in Keetmanshoop, een flinke plaats in Namibië en reist weer verder, de onrust is nog steeds zijn lijf niet uit. Hij ontdekt dat hij 's nachts ligt te tandenknarsen en weet ook hoe dat komt. Het is feitelijk toch nogal beangstigend. Hij weet niet waar hij heen gaat maar de totale vrijheid blijkt ook de totale doelloosheid... 'Heb ik me dan in Nederland van alles ontdaan om tot deze conclusie te komen?' vraagt hij zich vertwijfeld af.
Hij besluit naar Walvisbaai, de zeehaven in Namibië te reizen. De enige stad die hij onderweg zal tegenkomen is Solitaire, daar kan hij tanken en wat drinken in een hotel en misschien geld wisselen bij de bank.
'Ik kom op een kruispunt van drie zandwegen, waar een verroest en gedeukt bord de weg wijst naar Solitaire Bottle Store. Er staat niet bij hoeveel kilometer het nog is naar de stad.
Honderd meter van het kruispunt staan drie vervallen gebouwtjes. Ik rijd er heen en stop bij een halfgedemonteerde benzinepomp. Onder de bomen staat een laag huis met een groen geschilderde veranda. Rechts is een grote schuur, waar een autowrak tussen oude balken, roestige vaten en omgevallen stapels stenen staat. '
Dit blijkt 'de stad' Solitaire te zijn. Benzine is er op dat moment niet.
In Solitaire woont Moose, Peter de zwager van Moose en eigenaar van Solitaire en verder zijn daar Leonardo en Zulu, de hulpjes. De goedige goedlachse Moose staat in de winkel, de stugge Peter beheert de farm, wat Solitaire in feite gewoon is, niets geen stad, gewoon een grote farm met op het terrein een benzinepomp en winkeltje.
Zulu is pompbediende en Leonardo is de klusjesman. Moose is in de wijde omgeving vooral bekend om het heerlijke brood dat hij bakt.
Er is geen benzine. Volgende week komt de benzinewagen pas weer langs. Het gevolg is dat Ton moet overnachten in Solitaire. En Ton is drie weken later nóg in Solitaire, ook als er weer benzine is, het piepkleine plaatsje in the middle of nowhere, bevalt hem uitstekend. Hij slaapt buiten in een droge rivierbedding. Het tandenknarsen is voorbij, hij is thuisgekomen...
Wat volgt is het verhaal over het leven daar. Ton wandelt eindeloos met de drie honden van Peter die hem aanbidden, niet gewend als ze zijn aan een liefdevolle behandeling. Ton verkent daarna de verdere omgeving en gaat naar de voor hem onweerstaanbare Kalahari-woestijn. Ton ontmoet diverse aparte mensen en doet allerlei bijzondere streken aan zoals de heilige heuvels van de Bushmen.
Hij ziet het wonder van het in heel korte tijd groen worden van het droge woestijngebied en al de bloemen die openbarsten na de regenperiode. Ton maakt rond Kerstmis kennis met Helen, de venijnige vrouw van Peter waar iedereen bang voor is. Ton helpt Moose in de winkel en langzaam komt er een idee in zijn hoofd op... Kennelijk zit de plannenmakerij hem nog teveel in het bloed. Hij start in overleg met Moose en Peter een eenvoudig restaurant en er worden enkele kamertjes gebouwd zodat passanten kunnen blijven slapen. De zaken gaan goed, Solitaire wordt steeds vaker aangedaan, touroperators nemen Solitaire op in hun reisschema. Solitaire staat lovend beschreven in de Loneley Planet en uiteindelijk is het gedaan met de rust. Ton, Moose, Peter, de kokkin... iedereen werkt heel hard om aan alle vraag te kunnen voldoen. De gemoedelijke sfeer veranderd. Hebzucht gaat eveneens een rol spelen. Daar gaat de droom...
Ton van der Lee heeft een dermate beeldende stijl van schrijven waardoor het verhaal leest als een roman. Het enige wat je mist zijn foto's maar misschien is dat ook juist de charme van het boek. Je kunt nu je eigen beelden vormen bij het verhaal. De beschrijvingen over de prachtige natuur en de stilte doen je verlangen naar zo'n plek. Diep in je hart voel je ook bewondering, hij doet het toch maar. Wie durft dat? Ook al kun je je het financieel permitteren en heb je een huis achter de hand voor het geval dat het mis gaat het blijft toch een waagstuk. Ton van der Lee is eerlijk in zijn relaas. Hij vertelt ook over de angst, de twijfel, de zorgen die hem soms overvallen, maar toch overheerst het gevoel van vrijheid, van geluk, van weer mens te zijn die verbonden is met zijn omgeving.
Het boek straalt nog niet de rust uit van zijn latere boeken maar evengoed is dit ook een erg prettig verhaal om te lezen.
ISBN 9789044604221 Paperback 298 pagina's Uitgeverij Prometheus april 2004 (1e druk 2001)
© Dettie, 22 augustus 2012
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het zandkasteel
Ton van der Lee
"ik ben amper negentien jaar oud, ik ben aan de Spaanse kust op vakantie met mijn vienden Fred en James. We kamperen hier vlakbij, en hebben gisteren uit baldadigheid aangebeld bij het huis van de meester."
Die meester is Salvador Dalí en tot hun stomme verbazing mogen ze de volgende dag op bezoek komen. Een bezoek dat verstrekkende gevolgen heeft voor de schrijver van dit boek, Ton van der Lee. Dalí toont hem zijn huis en Van der Lee is diep onder de indruk.
'Ooit wil ik ook zoiets bouwen,' zeg ik in een opwelling.
Dalí kijkt me aan. Hij lacht me niet uit.
'Dat kan je ook. Ieder mens is een god.'
Tussen de oosterse kussens ligt een schetsboek. Hij scheurt er een vel uit en tekent in een paar grove streken een gebouw met onregelmatige torens, een zuilengalerij, een ronde poort en bizarre dakornamenten. Een droomkasteel. Nergens een rechte lijn te bekennen, het lijk wel of alles half gesmolten is.
Het treft me recht in mijn hart en lijkt iets wakker te maken dat diep in me lag te sluimeren. Lang vergeten dromen komen naar de oppervlakte.
'Zoiets?'
Ik knik sprakeloos.
'Ergens in een afgelegen streek van Afrika bouwen ze zo. Ik ben er nooit geweest. heb het niet gehaald. Nu ben ik te oud.'
Hij steekt me het papier toe.
'Volg je droom.'
En dat is iets wat Ton van der Lee jaren later ook doet. Hij is al vele malen in Afrika geweest, waar hij zich ongelofelijk thuis voelt, maar hij heeft nooit de plek gevonden waarover Dalí sprak. Deze keer zal hij net zo lang zoeken tot hij het vindt en daar zal hij zijn droomhuis gaan bouwen.
Van der Lee had volgens anderen al een droomleven, hij verdiende genoeg geld, was ongebonden maar had wel regelmatig mooie vriendinnen, had een prachtig huis in de grachtengordel en zijn filmproductiebedrijf liep goed. Maar hij kan zijn draai maar niet vinden. Het knaagt al jaren aan hem en nu hij in de veertig is, heeft hij besloten zijn bedrijf te verkopen en voor onbepaalde tijd naar de binnenlanden van Afrika te gaan. Zijn droom achterna.
In St. Louis (Senegal) koopt hij een oude Peugeot 504 bestelwagen van twee Duitsers en met deze auto reist hij naar Mali. Daar in the middle of nowhere wordt hij weer mens.
"Hier voel ik mij op m'n plaats, in deze eenzame vlaktes, onder deze enorme hemel, in deze intense stilte. Ik haal diep adem en een gevoel van groot geluk stroomt door me heen. [...]
De reis naar Mail kan niet helemaal per auto afgelegd worden. De weg is te slecht en/of te gevaarlijk. De reis Kayes - Bamako wordt dan ook per goederentrein afgelegd. Bij alles moet Van der Lee onderhandelen over de prijs. Een hotelkamer, eten, de treinreis... De auto wordt met de hand door een stel sterke mannen op de trein gezwiept. Ton moet in de auto slapen en 's ochtends ziet hij dat de wagon vol illegale reizigers zit. Bij veel stations moeten ze wachten omdat de machinist daar vriendinnetjes heeft die hij even moet 'bezoeken'. Het bezoek duurt een kwartier of een paar uur... De reis gaat in de bestelwagen door naar Djenné, een stadje niet ver van Timboektoe. Daar staat een moskee die wel aan de tekening van Dalí doet denken. En dan is het zover, Van der Lee rijdt Djenné binnen en denkt dat hij hallucineert...
Ik kijk verbijsterd om me heen. Niets heeft me voorbereid op deze uitbarsting van fantasie, deze rijkdom van vormen en kleuren. Ik zie huizen met hoge, rijkbewerkte gevels, met bizar gevorde portalen, dikke pilaren en vreemde dakornamenten, ik zie brede houten deuren vol zilverbeslag, slingerende trappen [...] ik zie buitenissige balustrades en kantelen die aan koortsdromen van kunstenaars lijken ontsproten.[...]
Dit is wat Dalí bedoeld moet hebben. Hier moet ik blijven.
Ton huurt een kamer in Chez Baba, het goedkoopste hotel. Hij heeft een introductiebrief van een kennis mee voor een meestermetselaar. Er wordt namelijk niets gebouwd zonder toestemming van deze metselaars en met hem wil Ton de mogelijkheid om een huis in Djanné te bouwen bespreken. De meestermetselaar is er niet en Van der Lee vult zijn tijd met de stad verkennen en op de binnenplaats van het hotel praten met de mensen die dagelijks langs komen. Eén ervan is Mamou, het papayameisje. Ton wordt hopeloos verliefd op haar, ze krijgen een los-vaste relatie. Een blanke en een kleurling kan niet. Mamou woont met haar familie in een herderskampement. Haar vader zal moeilijkheden veroorzaken als hij er achter komt.
Ondertussen is de meestermetselaar, Bayare Kouroumansse, terug, hij leest de brief en accepteert de opdracht van Ton, een huis bouwen in de stijl van de huizen in Djanné, de Toucouleur stijl. Alles zal volgens de traditie gebouwd worden zonder machines, beton, etc. Ton vindt een schitterende locatie aan de rivier en na lang onderhandelen krijgt hij zijn stuk land aan de oever van de rivier de Bani. Daar zal zijn zandkasteel gebouwd worden.
Dit non-fictie boek leest als een roman. Ton van der Lee weet de sfeer van het Afrika waar hij zich bevindt prachtig weer te geven. Het is vooral zijn enorme respect en het genieten van het land dat dit boek zo prettig leesbaar maakt. Hij vertelt over de bijzondere mensen die hij onderweg ontmoet, over het schitterende landschap, de prachtige kleuren en vooral de rust, de stilte, de hitte, de droogte, de enorme sterrenhemel, het kalme, het niet haasten, in tegenstelling tot de toeristen die altijd haast hebben etc.
Maar ook deelt hij met ons zijn twijfels. Hij verbrandt bijna al zijn schepen en stort zich in dit avontuur. Doet hij er wel goed aan? Vlucht hij inderdaad weg zoals enkele Hollandse vrienden zeggen? Of is het jaloezie van hen? Een droom najagen is confronterend, iedereen heeft zo zijn dromen en Ton doet het wel, hij gaat zijn droom achterna... Niet iedereen durft dat. Hoe zal het verder gaan met hem en Mamou? Kunnen zij eventueel samen verder of niet? Is wonen in Djenné zijn echte levensbestemming? Hij weet het zelf ook niet, maar weet wel dat de rust en stilte en kalmte, het leven per dag, bij hem horen en niet de hectiek van de Westerse wereld waar alles ingesteld is op tijd.
Prachtig boek, dat bovendien in mooie taal geschreven is.
ISBN 9789460032080 Paperback 255 pagina's | Uitgeverij Balans | midprice editie | oktober 2009
Met verklarende woordenlijst en kaart van Afrika
© Dettie, 10 augustus 2011
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Geheimen van de Maasai
inwijding in een bedreigde cultuur
filmmateriaal: Jandries Groenendijk
tekst: Ton van der Lee
Wie kent ze niet, de Maasai, een oud Afrikaans volk wat sterk tot de verbeelding spreekt. De journalist Ton van der Lee, en de filmer Jandries Groenendijk, zelf ingewijd als Maasai, gaan op zoek naar dit volk met zijn aloude tradities. Hoewel er al veel bekend is over dit volk blijven er nog veel mysteries omdat veel rituelen geheim zijn. De huidige heilige leider van de Maasai, Mokompo, leeft in een tijd dat zijn stam met uitdreiging bedreigd wordt. De eeuwenoude tradities komen onder druk te staan doordat steeds meer Maasai in de stad wonen of gaan studeren. En heilige grond en bossen dreigen verloren te gaan aan projectbouw of illegale houtkap. Om de cultuur van de Maasai vast te leggen voor de volgende generaties en als appèl voor regeringen en beleid dat hun heilige grond cultuurgoed is heeft hij de filmer Groenedijk de afgelopen jaren toestemming gegeven het leven van de masai te filmen. Groenendijk filmde het dagelijks leven van de Maasai, maar ook de heilige rituelen van de besnijdenis, de Eunoto-ceremonie, als de jonge krijgers mannen worden, en een vruchtbaarheidsceremonie.
Een ding had Groenendijk nog niet gefilmd, de heilige leider van de Maasai, in het heilige bos. En met name dan ook de Heilige Hoorn. Deze Hoorn hoort bij een oude Maasai legende… Lang geleden, in een tijd van hongersnood en grote droogte, toen de Maasai vreesde dat hun God, Enkai, hen verlaten had, verscheen er als antwoord op hun wanhopig gebed een jongeman, Kidongoi genaamd, in zijn hand had hij een hoorn vol magische stenen waarmee hij de toekomst kon voorspellen. Waar hij de grond aanraakte verscheen water, en overal waar hij liep verscheen groen gras. Hij was de redder Van de Maasai. Bij zijn naderende dood droeg hij zijn taak over aan zijn zoon. De afstammelingen van Kidongoi, de Engidongi wonen nog steeds op de heilige bergtop. Hun heilige leider, de leider van alle Maasai beheert nog steeds de heilige hoorn. Maar enkele Maasai krijgen die hoorn te zijn. Geen Westerling heeft hem ooit aanschouwd.
In dit boek gaat Groenendijk samen met de journalist Ton van der Lee op zoek naar Engidongi en de heilige leider Mokompo. Op hun reis ontmoeten ze verschillende Maasai stammen, met als climax de ontmoeting met de Engidongi in het Heilige bos. Over of ze ook daadwerkelijk de Heilige hoorn mogen filmen wordt je als lezer tot de laatste bladzijde in spanning gehouden.
Het boek bevat niet alleen het verslag van deze reis, met prachtige foto’s, maar óók een dvd met 80 minuten verslag van alle Maasai ceremonies en de ontmoeting met de Engidongi en hun leider. Buitengewoon uniek en indrukwekkend materiaal. Wel heftig om te zien af en toe, zowel bij de vruchtbaarheidsceremonie als bij de Eunoto ceremonie sommige mannen en vrouwen door de rituelen en hallucinerende stoffen behoorlijk buitenzinnen raken.
De beelden van de landschappen zijn ook práchtig. Je kunt de dvd los kijken, maar omdat er geen begeleidende stem bij is moet je eigenlijk eerst het boek gelezen hebben om de context van de ceremonies een beetje te begrijpen.
Ikzelf ben altijd gefascineerd geweest door dit volk, en, los van hun geschiedenis, met name door hoe een eeuwenoud volk met eeuwenoude rituelen zich staande houdt in het moderne leven van de 21ste eeuw. En het spanningsveld wat dat met zich mee brengt nu steeds meer Maasai in de stad wonen en werken, vaak als nachtwaker. Of ze studeren, wat aan de ene kant aangemoedigd wordt, en aan de andere kant met angst wordt bekeken. In dit boek voel je dat spanningsveld bijna letterlijk in het verhaal van een Heilige priester, hoog in de orde, een heilig man, die door de week als schoonmaker in een vakantiepark blijkt de werken, en ’s avonds danst voor de toeristen.
Uit angst dus voor het verlies van zijn cultuur gaf een in isolement levende Heilige leider toestemming om heilige rituelen filmen wat uiteindelijk leidde tot dit mooie boek en de bijbehorende DVD met unieke beelden.
ISBN 9789050189521 Paperback 207 pagina's | Uitgeverij Balans | januari 2009
© Willeke, juni 2009
Lees de reacties op het forum, klik HIER