Meer eten minder zorg!
Met eten & drinken een gelukkiger leven, langer zelfredzaam en minder zorgkosten
Phyllis den Brok
Dat eten & drinken een belangrijk onderdeel van ons leven vormen, staat buiten kijf. Maar waar we zelden bij stilstaan is dat rond eten & drinken allerlei processen gaande zijn die er voor zorgen dat we niet alleen lichamelijk maar ook geestelijk aan onze trekken komen én wat deze processen bijdragen aan ons gevoel van welbehagen en gezondheid. Ook de kwetsbare mensen onder ons kunnen erg veel baat hebben bij een goede benadering rond het de hele procedure die bij eten & drinken komt kijken. Dit boek is vooral voor deze groep mensen (cliënten) geschreven zodat zij langer zelfstandig kunnen functioneren in hun eigen leefomgeving.
Het is namelijk zo, stelt Phyllis den Brok, dat het bij een cliënt niet alleen belangrijk is dat hij of zij voedsel binnenkrijgt maar ook wat de cliënt zelf kan bijdragen aan de uiteindelijke maaltijd op zijn bord. Iemand die hulpbehoevend is, is niet invalide. Diegene kan vaak zelf nog veel bijdragen aan het tot stand komen van het eten en drinken, of het nu brood of een warme maaltijd is of koffie, thee of frisdrank betreft. Het gebeurt echter veel te vaak dat alle activiteiten rond eten & drinken overgenomen wordt door de hulpverlener/hulpinstelling of dat dankzij de aangeschafte of afgeleverde 'kant en klaar' maaltijd niets meer gedaan hoeft te worden rondom het eten. Het hoeft alleen nog maar opgegeten te worden.
De cliënt heeft dan wel zijn maaltijd, wat ook belangrijk is, maar er zijn ook heel veel zaken die niet meer gebeuren. De boodschappen die o.a. ook voor de sociale contacten zorgden, worden niet meer gedaan. Ook blijft de cliënt dankzij het boodschappen doen in beweging en daardoor fitter van lijf en leden. Het bereiden van het eten & drinken zelf vraagt eveneens om beweging, de cliënt moet bukken, strekken, heen en weer lopen etc.
Het bezwaar van de schrijfster is ook dat de maaltijden vaak niet in overleg met de cliënt verzorgd worden waardoor een bepaalde eigen manier van bereiden niet opgepakt wordt. De cliënt vindt daardoor de maaltijd minder smakelijk, wat als gevolg kan hebben; minder eetlust, een zwakker gestel en daardoor een nóg kwetsbaarder cliënt.
Verder stelt Phyllis de Brok dat veelal gelijk de héle bereiding van eten & drinken wordt overgenomen, het broodje wordt gesmeerd, de maaltijd staat klaar voor de magnetron, het drinken wordt klaargezet, terwijl de cliënt zelf bijvoorbeeld nog makkelijk de aardappelen kan schillen, kan roeren in de pan, koffie kan zetten e.d. Ook de afwas wordt vaak door de hulpverlener gedaan terwijl die ook samen gedaan had kunnen worden. De cliënt kan bijvoorbeeld de spullen afdrogen. De héle procedure rondt het eten wordt dus uit handen genomen.
Via ruim twintig opgevoerde praktijksituaties laat Phyllis den Brok zien hoe het veelal in de praktijk gaat en met welke relatief kleine andere vorm van benadering rond eten & drinken iemand veel langer zelfstandig kan functioneren, met alle positieve gevolgen van dien. Ze toont aan hoe belangrijk het is dat de cliënt betrokken wordt bij de procedures rond het eten & drinken en dat eten & drinken niet alleen maar voedingsstoffen zijn die je moet nuttigen om in leven te blijven. Ze laat ons allerlei veelal herkenbare situaties lezen, het maakt daarbij niet uit of de cliënt thuis woont, in een verzorgingshuis zit of in een andere hulpinstelling verblijft.
Dankzij die door Phylllis ten Brok opgevoerde actieve benadering voelt de cliënt zich weer meer bij de maatschappij betrokken en iemand die er ook toe doet en de cliënt staat daardoor weer positiever in het leven. Er komt vaak ook weer meer regelmaat in het leven van een cliënt en de sociale contacten verbeteren, hetzij door overleg over het eten en drinken, hetzij door weer boodschappen te doen, hetzij door samen de tafel te dekken en eten op te scheppen.
Na elke praktijksituatie worden punten van aandacht besproken om de cliënt te helpen, zodat iedereen ook weet hoe je de procedure kunt bewerkstelligen en tot een goed resultaat kunt komen. Phyllis ten Brok geeft dus allerlei aanwijzingen aan hulpverleners wat betreft punten die aandacht verdienen maar ook vraagt ze de hulpverleners goed te luisteren naar wat hun cliënten willen en niet alleen de standaardprocedure uit te voeren.
Het boek is ontzettend leerzaam en praktijkgericht. Niet álle oplossingen die Phyllis aandraagt zullen uitgevoerd kunnen worden maar het merendeel wel. Met veel overtuigingskracht weet Phyllis den Brok duidelijk te maken dat eten & drinken veel meer inhoudt dan de twee woordjes lijken te vertegenwoordigen. Ik zou het boek met name alle zorginstellingen willen aanraden. Zij kunnen o.a. aan de slag met het stappenplan met praktische uitwerkingen die in het boek is opgenomen. Ook staan er aan het eind van het boek enkele uitgewerkte financiële voorbeelden die aantonen wat deze werkwijze voor de maatschappij kan opleveren aan lagere zorgkosten.
Kortom, een glashelder, eerlijk, praktijkgeoriënteerd boek. Het is met recht 'Meer eten minder zorg!'
Over de auteur: Phyllis den Brok heeft ruim 10 jaar ervaring in de zorg als manager op het gebied van eten & drinken, zowel binnen de ouderenzorg als binnen de gehandicaptenzorg.
ISBN 9789082375121 | paperback met flappen (formaat 21 x 21 cm ) | meeretenminderzorg.nl | november 2015
© Dettie, 7 januari 2015
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER