De Tovenaar en de Profeet
Twee grondleggers en hun concurrerende ideeën over een leefbare toekomst op onze planeet
Charles C. Mann
Het voortbestaan van onze planeet staat op het spel. Halverwege deze eeuw zijn er tien miljard mensen. Hoe moeten we die voeden? Hoe is het met de beschikbaarheid van grondstoffen en energie? Groeien de problemen van vervuiling en klimaatverandering ons niet boven het hoofd?
Sommigen beschrijven in dit boek de toekomst van de mens al in apocalyptische termen. De mens is bezig met zelfvernietiging en dat zou een onvermijdelijk biologisch principe zijn. Elke soort groeit door tot over de grens van een leefbaar bestaan en gaat daarna ten onder.
Charles C. Mann houdt het hoofd koel en beschrijft twee scenario’s om een ramp af te wenden.
Aanhangers van het eerste scenario zijn diegenen die hun hoop en vertrouwen op wetenschap en technologie vestigen. Dit zijn de ‘tovenaars’.
Het tweede scenario wordt aangehangen door mensen die oproepen tot een soberder leefstijl en een leven in overeenstemming met de mogelijkheden van de natuur. Dit zijn de ‘profeten’.
Charles C. Mann schrijft niet over de Tovenaar of de Profeet, maar over de Tovenaar en de Profeet. Hij maakt dus geen keuze. Beider aanpak leidt tot grote successen, maar ook tot mislukkingen. In beide gevallen zien we dat de beste bedoelingen averechts kunnen uitpakken. Voor zowel de Tovenaar als de Profeet geldt dat zij aanlopen tegen de menselijke natuur: mensen verkiezen ‘het huidige nut boven het toekomstige nut’ (blz. 363). Met andere woorden: de meeste mensen kijken altijd naar de voordelen op korte termijn en niet naar nadelen die nog ver weg in de tijd liggen.
Op blz. 361 constateert Charles C. Mann dat de opwarming van de aarde veel sneller gaat dan de berekeningen hadden aan gegeven. ‘We dachten altijd dat dit soort systemen voor zulke veranderingen duizenden jaren nodig hadden. Maar het gaat nu zo snel dat het angstaanjagend is.’ Aan de andere kant heeft Mann het in zijn boek over een aarde die honderdduizenden jaren oud is, zoals evolutionisten dat naar voren brengen. Maar als wetenschappelijke berekeningen naar de toekomst toe niet uitkomen omdat processen in de praktijk ‘angstaanjagend’ snel gaan, kan dat natuurlijk in het verleden ook het geval zijn geweest. Ineens lijken christenen met hun geloof in een jonge aarde niet meer zo wereldvreemd.
Dat gevoel wordt nog versterkt als Mann op blz. 368 beschrijft hoe een miniem verschil in beginvoorwaarden op termijn tot totaal andere uitkomsten kan leiden. ‘Een miniem verschil in beginvoorwaarden verandert de uitkomst dramatisch’. Ineens lijken die koolfstofdateringen waarmee de ouderdom van de aarde wordt bepaald minder solide dan wetenschappers doen voorkomen. Mijn vraag is waarom Mann deze constatering wel toepast als het over de toekomst gaat, maar weer niet als het over het verleden en de ouderdom van de aarde gaat.
Het boek van Mann komt zowel beklemmend als bevrijdend over. Beklemmend vanwege de reële rampen die de mensheid als geheel boven het hoofd hangen. Bevrijdend omdat Mann geen doemdenker is, maar laat zien hoe steeds weer op tijd nuchtere bezinning het wint van de hebzucht. Het is vurig te hopen dat dit ook nu weer het geval zal zijn.
Mann schreef zijn boek uit zorg over zijn kinderen. En inderdaad, je moet er niet aan denken wat je kinderen en kleinkinderen mee moeten maken als deze planeet bezwijkt onder wat ik maar even ‘de vraatzucht van onze generatie’ noem. Het lijkt nu nog een onmogelijke opgave om het roer om te gooien. De dingen hangen immers met elkaar samen. Stel dat we stoppen met nodeloze vliegvakanties en cruisetochten. Dan heeft dat catastrofale gevolgen voor het hotelwezen, de horeca, de taxichauffeurs, de winkeliers, noem maar op. Het voorbeeld laat zien dat we bijna niet meer terug kunnen. Er toch zal er een weg gevonden moeten worden! Op blz. 389 wijst Mann op kernenergie als een betrouwbare, goedkope en veilige optie. Het grote probleem is weer hoe het gevaarlijke radioactieve afval verwijderd moet worden, meldt hij.
Het is duidelijk: we moeten keuzes maken. Wetenschappers moeten consequenties van de verschillende keuzes duidelijk maken. Politici moeten de moed hebben verkiezingen in te gaan met impopulaire plannen. Kiezers moeten het verantwoordelijkheidsbesef hebben om niet voor het kortetermijnbelang te kiezen.
Charles Mann schrijft ontzettend boeiend. Het is niet alleen heel knap zoals hij ingewikkelde thema’s op een eenvoudige wijze uitlegt, het boek is ook interessant vanwege alle boeiende personen en hun lotgevallen. Voor mensen die zich bekommeren om het milieu en die het nieuws hierover goed volgen, is dit boek echt een aanrader. Het brengt structuur aan in een ingewikkeld vraagstuk. Bovendien is het altijd nuttig de voorgeschiedenis van dit thema goed te kennen.
Samenvattend: De Tovenaar en de Profeet is een ontzettend pakkend boek geworden over de milieu-, energie-, klimaat- en voedselproblematiek, waarin wetenschappers en politici een weg zoeken om het voortbestaan van de mensheid te waarborgen. Het boek getuigt van de gemakzucht en de achteloosheid waarmee mensen de natuur vernietigen, maar ook van de enorme strijd en creativiteit van mensen om de natuur te beschermen.
Het boek wordt afgesloten met een uitgebreid notenapparaat, een literatuurverwijzing en een register. Verspreid door het boek heen zijn talloze foto’s opgenomen. In zijn Dankwoord bedankt Charles C. Mann de Nederlandse vertaler Bart Voorzanger die de schrijver voor ‘tientallen flaters’ behoed heeft, zodat ‘de Nederlandse versie vast beter is dan mijn Engelse’ (blz. 541). Ik geloof het graag en sluit me hierbij aan door de Nederlandse versie van harte bij u aan te bevelen.
ISBN 9789046823859 | Paperback | 688 blz. | Uitgeverij Nieuw Amsterdam | september 2018
© Henk Hofman, 22 oktober 2018
Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER
1493
Hoe de wereld zich ontwikkelde na de ontdekking van Amerika
Charles C. Mann
In een tv interview maakte de bekende Britse historicus Simon Schama, op de vraag naar het belang om kennis te nemen van de geschiedenis, de opmerking dat als iemand daar geen kennis van heeft genomen eigenlijk een soort kind is gebleven. Een kind dus zonder nieuwsgierigheid naar het verleden zou ik daar aan toe willen voegen. Hij bedoelt daar uiteraard mee dat niemand de toestand in de wereld kan duiden zonder grondige kennis van de geschiedenis. Zo is de zogenaamde globalisering, de sterke verknoping op economisch, sociaal en politiek vlak van de ganse wereld met zijn vele daarmee samenhangende problemen, niet iets wat pas in de laatste tientallen jaren tot stand is gekomen.
Charles C. Mann laat in zijn boek 1493 zien dat de verknoping van de wereld op mondiaal niveau echt een aanvang begint te nemen wanneer Columbus Amerika ontdekt. En zo er bij alles wat de mens onderneemt positieve en negatieve zaken van elkaar zijn te onderscheiden, was dat in dit geval niet minder het geval.
Voor de inheemse bevolking van Amerika, wat toen uiteraard niet die naam had, was het treffen met de Europeanen een regelrechte ramp. Afgezien van het geweld brachten de Europeanen ook ziektes met zich mee die vele miljoenen doden veroorzaakten onder de inheemse bevolking, omdat zij niet tegen die infecties bestand waren. De oorspronkelijke cultuur is voor een groot deel door de komst van de Europeanen verloren gegaan. Het grootste deel van de Europeanen zien Indianen op paarden voor hun geestesoog als ze aan de oorspronkelijke bewoners van Amerika denken, terwijl paarden pas door Europeanen zijn ingevoerd. Paarden kwamen in Amerika niet voor en de inheemse bevolking bewerkte het land dan ook heel anders dan de Europeanen, die hun plantages vaak niet konden onderscheiden van de wilde natuur.
Vanuit Amerika namen de Europeanen o.a. maïs, aardappelen, tomaten, zilver en rubber mee en voerde zij anderzijds paarden, graan, koffie, zijde en appels in. Het vuile werk werd gedaan door de Indianen en door massaal vele duizenden slaven, met alle consequenties van dien, uit Afrika in te voeren. De aanleiding van de Amerikaanse burgeroorlog wordt vaak in verband gebracht met de twist over de uitbreiding van de slavernij.
De komst van de aardappel in Europa had als direct gevolg dat het aantal hongersnoden spectaculair verminderden, mede doordat de aardappelplant aanvankelijk in Europa geen natuurlijke vijanden had. Toen er later toch aardappelziekte ontstond zou dat voor meer dan een miljoen Ieren de hongerdood betekenen.
Het zilver kwam niet alleen in Europa terecht, maar zeker de helft kwam via Manilla in China terecht dat een chronisch te kort aan zilver had om munten te slaan. In ruil voor het zilver werd de wereld overspoeld met Chinese zijde en porselein.
Talloos zijn het aantal verknopingen die door deze zogenaamde Columbian Exchange zijn ontstaan en die Mann in 1493 op onderhoudende wijze verteld. Hij toont aan dat de wereld al meer dan vijf eeuwen onderling met elkaar verbonden is en dat dat in de toekomst niet anders zal zijn.
Het boek bevat een uitgebreid notenapparaat, het aantal landkaarten en afbeeldingen zijn echter zeer gering en van een magere kwaliteit, wat jammer is voor een boek dat overigens een uitstekende en verzorgde indruk achterlaat.
ISBN 9789046810347 Paperback 400 pagina's | Nieuw Amsterdam | oktober 2011
Vertaald door vertaling Bart Voorzanger
© Cavendish, 8 april 2012
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
1491
De ontdekking van precolumbiaans Amerika
Wat weten we eigenlijk van de geschiedenis? Er bestaat zo’n ontstellende hoeveelheid aan geschiedenisboeken, en er komen er jaarlijks zoveel bij, dat het bijna onmogelijk is om alles te lezen.Toch zou ik iedereen willen aanraden dit boek wel te lezen.
Dit boek gaat over de tijd vóór de ontdekking van Amerika. Over Amerika zijn al wel hele bibliotheken vol geschreven, maar dan voornamelijk vanaf de tijd dat de Europeanen voet aan wal zette. Een belangrijke oorzaak is ongetwijfeld dat de oorspronkelijke bewoners nauwelijks of geen schrift nalieten, en datgene wat wel is teruggevonden moeilijk te ontcijferen was.
De Europeanen brachten met de ontdekking van Amerika ziektes met zich mee, zoals de pokken, waar de Indianen geen afweer tegen hadden en massaal stierven. De ziekten snelden de ontdekkers vooruit, waardoor de valse indruk ontstond van een relatief laag aantal inwoners.
Tegenwoordig denkt men dat het inwonertal veel hoger was, en sommigen denken zelfs dat het aantal in 1491 zelfs hoger was dan dat in Europa. Dat het aantal altijd zo laag is ingeschat heeft zeer zeker te maken met de uitroeiing van de Indianen door de blanken, zowel door geweld als onbedoeld door de verspreiding van de voor hen dodelijke ziekten.
Zo zijn er in de loop van de tijd veel mythen over de Indianen ontstaan en in stand gehouden, zodat het algemene beeld er een is van een tamelijk primitieve bevolking.
Onderzoekers met een bepaalde autoriteit in hun vakgebied hebben jarenlang een bepaald beeld overeind willen houden. Zij keerden zich bijvoorbeeld tegen de alsmaar toenemende bewijzen dat de oorspronkelijke bewoners reeds duizenden jaren eerder op het continent aanwezig waren, dan zij beweerden.
De laatste dertig jaar zijn er veel meer zaken ontdekt, die het hele tot dan toe bestaande beeld op zijn kop heeft gezet.
In Amerika bestonden vele hoogontwikkelde volken, Inca’s, Azteken, Maya’s en zeer veel andere waarvan nog een heel onderzoeksveld voor ons ligt.
Mann geeft in zijn boek een verbluffende kijk wat zich in de laatste jaren aan ontdekkingen heeft voorgedaan over de oorspronkelijke bewoners van Amerika, die zo’n aparte en daardoor uitermate boeiende ontwikkeling hebben doorgemaakt. Na lezing van dit uiterst interessante boek zal je beeld van de wereldgeschiedenis voor altijd gewijzigd zijn.
ISBN 9789046803493 | Paperback | 624 Pagina's | Nieuw Amsterdam | april 2006
© Cavendish, november 2007
Lees de reacties op het Leestafelforum en/of reageer, klik HIER