Non-fictie

Schaduw van schijn
Barney Agerbeek


Barney Agerbeek vertrok in 1952 op vierjarige leeftijd met zijn ouders uit zijn geboorteland Indonesië naar Rotterdam.
Het leven in Nederland is niet makkelijk. "Er was geen werk, geen woning, geen warmte."


In mooie, licht weemoedige bewoordingen vertelt Barney over zijn ouders.
Hij vertelt over zijn altijd lieve, gastvrije moeder die nooit de moed liet zakken, ze is de eeuwig opgewekte vrouw die in iedereen alleen maar goede dingen ziet.  Moeder klaagde nooit, over de tijd in Indië zei ze alleen 'Geen makkelijke tijd' Haar jeugd was zwaar en ook de tijd na vaders overlijden was moeilijk, maar ze ging altijd door en maakte er het beste van. De schrijver noemt haar een heilige.
Het jappenkamp en de Bersiap (een gewelddadige periode in de Indonesische geschiedenis die duurde van ongeveer oktober 1945 tot begin 1946) hebben bij zijn vader flink zijn sporen nagelaten. Hij hoort van zijn moeder dat zijn stille in zichzelf gekeerde vader vroeger de gangmaker van menig feest was. Vader is streng en heeft veel commentaar op alles en iedereen wat de schrijver evenwel op een liefdevolle manier weet over te brengen. De herinneringen aan zijn vader zijn eveneens goed, hij voelde zich geborgen. Zijn vader kwam altijd voor zijn vrouw en kinderen op. Kwam je aan hen dan kwam je aan hem wat hij met een bijzonder voorval op school in woorden weet te illustreren.


Later vertrekt de schrijver met zijn vrouw en kinderen als expat naar Indonesië. Ook hierover heeft hij mooie, beschouwende verhalen te vertellen. De schrijver is een goede observator. Hij ziet en doorziet veel. Agerbeek is inmiddels bankier en het is vreemd, vindt hij, om als rijk man daar rond te lopen. Zijn moeder komt hem regelmatig opzoeken. Samen gaan ze naar het huis waar zij vroeger woonde met haar gezin. Het staat er nog. Tot moeders grote ontroering blijkt daar nu haar voormalige buurvrouw te wonen. De hernieuwde ontmoeting is prachtig en ontroerend beschreven.
Agerbeek vertelt over Jakarta waar het nooit stil is, waar arm naast rijk woont, waar altijd eten te koop is op welk tijdstip van de dag ook. Hij vertelt over de ingehuurde bewaker waarmee hij bijzondere dingen meemaakt. Hij vertelt over de tijd dat Suharto het voor het zeggen had. Als bankier kreeg  je vroeg of laat altijd te maken met de corrupte Suhartoclan zoals hij het noemt. Ook het bizarre zakenleven zelf komt aan bod zoals de keren dat hij met zakenmensen vrij luxe uitstapjes maakte waarbij regelmatig vrouwen worden aangeboden die het hem soms flink moeilijk kunnen maken. Maar ook ontmoet hij dankzij dat zakenleven heel interessante mensen. kunstenaars, muzikanten etc. die nu nog tot zijn vriendenkring behoren.


Barney Agerbeek heeft een mooie, beeldende manier van vertellen. Hij kan zich goed inleven in elke situatie en beziet vooral de méns in al zijn facetten. Hij is mild in zijn oordeel. Zijn verhalen stralen warmte uit en zijn een plezier om te lezen.
Tussen de verhalen door staan een klein aantal gedichten. Samen met de mooi verzorgde uitvoering van het boek vormt dit alles een prima geheel.

ISBN 9789062658251 Hardcover met leeslint 160 pagina's Uitgeverij In de knipscheer april 2013

© Dettie, 6 juni 2013

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER