Mickey en de beestachtige spionnen
Illustraties: Becca Moor
Tekst: Anne Miller
Mickey is dol op codes. De hele dag kijkt ze goed om zich heen of ze er niet ergens een kan ontdekken om te ontcijferen. Ook maakt ze zelf codes. Ze heeft er basisregels voor opgesteld:
nummer een – denk logisch na
nummer twee – zorg goed voor je brein, dat betekent goed slapen, en vette vis eten
nummer drie – hou je ogen goed open, codes kunnen overal zijn.
Dit zijn sowieso handige tips, maar regel drie brengt haar het avontuur waar ze naar snakt, want ze moet codes ontcijferen.
Op een dag ziet ze in de bus een briefje hangen met een reeks cijfers en letters! Een geheime boodschap! Binnen de kortste keren heeft ze het ontcijferd: het is een advertentie waarin iemand hulp vraagt. Ze gaat naar het opgegeven adres, waar ze nu niet meteen enthousiast ontvangen wordt. Ze is immers een kind! Nou ja, ze is een beetje verontwaardigd: ze heeft toch die code ontcijferd! En dat is zo, dus ze mag blijven. Eh, waar ze mag blijven?
Het is een geheime organisatie, COBRA geheten. Zij vormen een zeer bijzonder gezelschap, die haar hulp tenslotte accepteren, omdat zij ‘opponeerbare duimen’ heeft, en omdat ze is wie ze is, valt ze minder op dan de andere leden van de club.
‘Zoals ik al zei, zijn we op zoek naar een volwassen mens met de juiste kennis en vaardigheden. We zijn bezig met een ingewikkelde zaak en zitten met een code die we niet kunnen ontcijferen.’
Natuurlijk kan Mickey dat met gemak. De zaak waar Coby, de leider het over heeft is een diamantenroof. En dan wordt de hond Winston ondvoerd, en blijkt Harry, degene voor wie Mickey in de plaats komt, niet echt verdwenen te zijn.
Het is een heel bijzondere groep waar Mickey zich bij aan sluit. Maar het is wel duidelijk dat ze niet zonder haar kunnen! Je moet een kind echt niet onderschatten!
Prima boek voor de doelgroep, het woordgebruik is niet al te moeilijk, woorden worden soms geaccentueerd met behulp van andere lettertypes of grootte, en de hoofdstukken zijn kort. De tekst wordt onderbroken door tekeningetjes, codes bijvoorbeeld. Er zijn ook paginavullende tekeningen, in zwart wit, die prima bij het verhaal passen. En het verhaal is behalve spannend ook erg grappig. Het onderwerp, codes en spionnen, dat spreekt kinderen natuurlijk ook aan.
Achterin het boek worden de schrijfster en de tekenaar voorgesteld en staan er coderaadsels.
ISBN 9789048858071 | hardcover | 192 pagina's | Uitgeverij Moon | juli 2020
Vertaald uit het Engels door Karin Pijl en Kirsten Verhagen | Leeftijd vanaf 8 jaar
© Marjo, 12 augustus 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER