Zootje ongeregeld
Iris Boter
‘Het is mij niet toegestaan ineengevouwen stukjes papier als projectielen door het luchtruim te doen voortbewegen.’
De eerste zin van het boek is de strafregel die Tore moet schrijven. Omdat het al snel duidelijk is dat Tore, onze hoofdpersoon dyslectisch is, vraag je je wel af hoe haar meester er bij komt om zulke lastige zinnen te laten schrijven! Er volgen er nog meer, want Tore is geen braaf meisje dat met de armen over elkaar aandachtig luistert naar wat de meester te vertellen heeft!
Als je dan ook leest hoe ze met de nek aangekeken wordt door haar klasgenootjes, vraag je je af hoe het kan dat ze toch zo’n opgewekt kind is! Maar misschien komt dat juist wel door precies datgene waarom kinderen niet met haar om willen gaan. Of mogen gaan. Zoals het nieuwe meisje in de klas direct al van haar ouders te horen heeft gekregen: dat het niet mag.
‘Mijn moeder vindt het gewoon raar.’
’Raar? Wat?’
‘Gewoon. Alles.’
’Hoezo? Wat is er mis met mijn familie?’ Tore voelt opeens iets hards in haar keel zitten.
Het duurt even voordat Mila zegt: ‘Niet echt iets mis. Maar jullie zijn met zoveel. En mijn moeder weet niet precies wie bij wie hoort. Ze vindt het gewoon een zootje ongeregeld.’
Tore snapt er helemaal niets van. Ja, er wonen heel veel mensen in hun huis. Maar dat is groot genoeg. Het is helemaal geen zootje ongeregeld, het is een hele fijne familie! Het is er gezellig, er is altijd iemand om mee te spelen te praten als je dat wil. En als iemand hulp nodig heeft, dan is die persoon welkom!
Het zijn er wel veel, dat geeft ze toe. En er zijn ook nog een pony en een hond, Komhier genaamd!
‘Dan is het maar een rare grote familie. Het is wel háár rare grote familie.’
Maar ja, als de oma die de boontjes schoonmaakt voor de avondmaaltijd een kruiwagen nodig heeft om alles in te doen, dan denk je toch ook wel: hoeveel mensen zijn er wel niet? Maar bij het eten zitten ze allemaal bij elkaar, hartstikke gezellig!
Toch klopt het wel, ziet Tore: het is een rommeltje in huis, de (drie!) afwasmachines bijvoorbeeld worden nooit leeggeruimd, en toch staan de keukenkastjes vol, met ongeordende spullen. En ja, iets opruimen of weggooien, dat doet niemand.
Maar, bedenkt Tore, daar kan ze wel iets aan doen. Als ze nu eens begint met die ene kamer: allemaal papier dat er al jaren ligt. Dat kan alvast naar de papiercontainer.
En dan gebeurt er precies wat je verwacht: Tore heeft iets weggegooid dat ze hard nodig hebben! En de papiercontainer is al leeg.
Wat ze zo dringend nodig heeft? Adoptiepapieren voor Olle, het kleine broertje. Want iedereen, behalve de studentes, is op de een of andere manier familie, maar Olle niet. Die hebben ze als zwervertje gevonden in IJsland. En meegenomen. Dat mocht van de burgemeester daar. Maar hier in Nederland denkt men er anders over: er komt een mevrouw van KindZorg aan de deur, die de papieren wil hebben. Wat nu?Tore mag dan dyslectisch zijn dat weerhoudt haar niet als ze acties onderneemt om Olle bij hen te houden. Dan vraagt ze hulp, of ze lost het anders op.
Thema: een aanklacht tegen de bureaucratie die de menselijkheid uit het
oog verliest, al is dat niet direct hetgeen jonge lezers uit het boek
zullen halen. Wel krijgen die de enorme liefde mee die al die mensen die
bij Tore wonen voor elkaar voelen, en hoeveel ze voor elkaar over
hebben. De humor die Iris Boter in het verhaal verwerkt gecombineerd met
haar beeldende manier van schrijven maakt het verhaal ondanks de ernst
hilarisch.
Iris Boter maakt er ook nog leuke tekeningen bij! (haha, die spaghettiwedstrijd!)
En dan zijn er nog de toepasselijke spreuken die kriskras door het boek staan, als ook op de
openingspagina’s. Die zijn van overopa Benedict, die soms helemaal in
spreuken praat.
Aan het eind komt alles goed -
zo niet, dan is het het einde nog niet!
Ontzettend grappig allemaal, met toch ook die serieuze ondertoon. Want
waarom is iemand die anders leeft dan jijzelf ‘vreemd en gek’?
Iris Boter studeerde aan de kunstacademie en werd daarna fulltime schrijver en illustrator. Ze schreef al meer dan 30 boeken en illustreerde er meer dan 150, waaronder de boeken over Juf Braaksel én de boeken over de Zoete Zusjes.
Samen met Marte Jongbloed won ze twee keer de Pluim van de Nederlandse Kinderjury.
Zie ook het inkijkexemplaar
ISBN 9789048859818| hardcover | 192 pagina's | Uitgeverij Moon| juni 2021
Leeftijd vanaf 8 jaar
© Marjo, 19 juli 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Een kans voor een kat
De DierenRidders: Deel 5
illustraties: Mark Janssen
tekst: Iris Boter
Koen, hun klasgenoot, doet de laatste tijd maar raar, vinden de DierenRidders. Ze hebben geen idee wat er met hem aan de hand is. Ze willen heel graag dat Koen bij hun op de voetbalclub komt, want hij kan geweldig voetballen maar zo gauw ze erover beginnen wordt hij boos en loopt weg.
Koen wil echt nergens aan meedoen, met niets, hij wil zelfs niet mee naar de film. En hoe kan het dat hij de oude sportschoenen van Tijn aan heeft? Hij heeft ze toch niet gestolen?
Gelukkig is dat niet zo, zijn moeder had ze naar de kringloopwinkel gebracht maar waarom zegt Koen dat niet gewoon in plaats van te liegen dat hij ze al heel lang heeft, vraagt Tijn zich af. De DierenRidders vinden het maar vreemd allemaal. Ze vragen Stan, de vriend van Koen, of hij weet waarom Koen steeds zo kwaad reageert, maar ook tegen Stan doet Koen heel stug en afwerend. Toch belooft hij bij Koen langs te gaan en zo komen ze uiteindelijk te weten wat er bij Koen thuis aan de hand is. Het ergste vindt Koen dat hij daardoor zelfs zijn kat Rembrandt naar het dierenasiel moest brengen. Hij is stapelgek op zijn kat.
De DierenRidders vinden het heel naar voor Koen en omdat ze het toch even rustig hebben met dieren in nood besluiten ze Koen te helpen, maar hoe krijgen ze Rembrandt weer uit het asiel? Na een hoop gepieker krijgt Tijn een superidee...
Je verwacht, dankzij het idee, dat het de DierenRidders gemakkelijk gaat lukken de kat weer naar Koen terug te kunnen brengen. Ze zijn er ondernemend en vindingrijk genoeg voor. Maar Iris Boter geeft toch nog een onverwachte draai aan het verhaal, waardoor je even denkt dat het toch nog mis gaat. Gelukkig loopt alles nog goed af, zelfs beter dan Koen had durven dromen...
De boeken over de DierenRidders kaarten op een subtiele manier maatschappelijke thema’s aan, zo ook dit boek.
Het is een boek vol lieve vriendschap waar je doorheen vliegt. Bloedspannend is het niet, je zit niet op het puntje van je stoel, maar je wil toch steeds doorlezen onder andere om te weten of het geweldige plan van Tijn gaat lukken. Je duimt ook mee voor de goede afloop als alles anders loopt dan de DierenRidders bedacht hadden.
Kortom, Iris Boter schreef met dit boek over de DierenRidders opnieuw een fijn, warm verhaal met inhoud.
Waren er maar meer DierenRidders...
Zie ook het inkijkexemplaar
ISBN 9789000356386 | hardcover | 62 pagina's | Uitgeverij Holkema & Warendorf | juni 2017
Met vlotte zwart-wit afbeeldingen van Mark Janssen | Leeftijd 7+
© Dettie, 15 juli 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De papegaai in de kast
De DierenRidders: Deel 4
illustraties: Mark Janssen
tekst: Iris Boter
'Willen jullie thee?' Oma schenkt de glazen al vol. 'Wat zullen we vandaag gaan doen?
'Vandaag ga je verhuizen, mam,' zegt mama. 'Dat weet je toch? Naar een plek waar je niet meer zelf hoeft te koken en geen trap meer hoeft te lopen.'
'Ja,' zegt oma. 'Dat weet ik.'
Jammer genoeg weet oma het even later niet meer, ze wordt steeds vergeetachtiger. Als haar stoel waar ze op altijd zit weggehaald wordt, vraagt ze; 'Waar moet ik dan op zitten? Waarom moet alles weg?' en de moeder van Amy vertelt opnieuw dat ze gaat verhuizen, naar De Zonnehof, een woonzorgcentrum. De moeder van Amy vindt het zelf ook naar, zij en haar broer Nico zijn in het oude huis geboren. Amy vond het ook fijn in oma's huis, ze vindt het heel jammer dat ze in De Zonnehof niet meer bij oma kan logeren. Maar het allerergste is dat meneer Van Harmelen, de papegaai, niet mee mag. Huisdieren worden niet toegestaan!
Een paar dagen later gaat Amy met haar vriendin Nora bij oma op bezoek in De Zonnehof. Ze vindt het maar een kale boel daar. Maar lastiger is dat oma vraagt of de kinderen haar naar huis willen brengen. 'Het heeft nu wel weer lang genoeg geduurd hier,' zegt ze. Ze mist meneer Van Harmelen zo, hij is haar grote vriend... Amy en Nora vinden het vreselijk zielig voor oma. 'Tijd voor actie!' roept Amy. Wat we tot dan toe namelijk niet wisten is dat Amy en Nora samen met Tijn, Pieter en Zoë een groep vormen die zich De DierenRidders noemen. Oma moet geholpen worden vinden ze, meneer Van Harmelen moet terug naar oma. Dan wordt ze weer vrolijk. De DierenRidders bedenken een plan zodat niemand zal merken dat de papegaai bij oma is.
Natuurlijk werkt dat niet met zo'n vergeetachtige oma, maar leuk is het wel! Oma bloeit helemaal op, zelfs het hele zorghuis wordt levendiger door meneer Van Harmelen. Alleen weten ze daar nog niet dat het door een papegaai komt! De leuke buurman van oma zit inmiddels ook in het complot en dat is maar goed ook, dankzij hem weet nog steeds niemand dat de papegaai in De Zonnehof woont, totdat...
Gelukkig loopt het nog goed af en dankzij De DierenRidders hebben ook de bewoners van De Zonnehof het nu veel beter! Hoera voor Amy, Nora, Tijn, Pieter en Zoë! Dat hebben ze toch maar even mooi voor elkaar gekregen!
Het knappe is dat de schrijfster Iris Boter de vergeetachtigheid van oma niet specifiek benoemt maar laat zien door de taal, door oma's vragen. Dat komt veel beter over dan bijvoorbeeld zeggen, 'oma vergeet heel veel'. Ook de bewoners van het huis worden op een dergelijke manier neergezet wat ze heel levendig en beeldend maakt.
Het plan is natuurlijk heel lief, echt een plan dat alleen kinderen kunnen bedenken én doen. Het hele plan is natuurlijk al bij voorbaat gedoemd te mislukken maar dat maakt het verhaal juist zo komisch. En een papegaai die ook nog wel eens gekke dingen zegt maakt het verhaal helemáál grappig.
De vrolijke zwart-wit afbeeldingen van Mark Janssen zijn een fijne toevoeging aan het verhaal. De jonge lezertjes zullen erg genieten van dit boek.
- Ik moet toch maar eens op zoek naar de eerste drie delen... -
ISBN 9789000352319 | Hardcover | 64 pagina's | NUR 282 | Uitgeverij Van Holkema & Warendorf | oktober 2016
Leeftijd 7+
Dettie, 2 november 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER