Het Geheim van het Verdwenen Drakenvuur
Anneke Strik
"Hij zag dat zijn vader in de buurt stond van het schilderij van zijn grootouders. Prins had een hekel aan dat schilderij. Het leek net of zijn grootouders alles in de gaten hielden. Ze zagen er ook erg onvriendelijk uit. Hij was blij dat hij ze nooit gekend had.
Plotseling drukte koning Bodor ergens op. Prins zag hoe de boekenkast langzaam naar binnen draaide. En donkere ruimte verscheen. Prins hield zijn adem in. Een geheime gang!"
Natuurlijk vertelt Prins Oswaldus, kortweg Prins genaamd, zijn ontdekking onmiddellijk aan zijn grote vriendin Apolonia, die op de boerderij bij het kasteel woont. En natuurlijk willen ze, avontuurlijk als ze zijn, gelijk weten waar die gang naartoe gaat en wat er te zien is. Ze vinden een kist waar brieven van de zus van koning Bodor in zitten. Het blijkt dat de vader van Prins nog een broer, Runar, en een zus, Halldora, heeft! Daar wist hij niets van! Prins is woedend! Waarom heeft zijn vader nooit iets gezegd?
"Mijn broer Runar, jouw oom dus, en ik waren water en vuur. We hadden alleen maar ruzie en bedachten van alles om elkaar dwars te zitten. [...]
Runar was jaloers op mij, omdat ik de oudste was en onze vader zou opvolgen, Hij wilde niets liever dan koning worden van ons koninkrijk, Stagnaru."
De ruzies werden steeds erger en uiteindelijk werd Runar weggestuurd en kreeg het onherbergzame gebied Invervisa toegewezen als koninkrijk. Runar was daarover zo boos dat hij zijn broer Bodor vervloekte. Hij zei dat hij op een dag onverslaanbaar zou zijn. Dan zou hij Bodors en vele andere rijken veroveren. Het toeval wil dat de koning de volgende dag het bericht krijgt dat zijn broer een zilveren draak gevangen heeft. En wie een draak heeft, heeft alle macht...
De heks weet dat haar visioen die ze bij de geboorte van Prins had nu uitgekomen is. Apolonia en Prins zijn uitgekozen om de zilveren draak te bevrijden. En zo komt het dat de twee kinderen even later op pad gaan. Gelukkig mocht hun slimme en lieve ezel Dameer mee. De kinderen hebben ook allerlei handige attributen en speciale beschermende kleding gekregen. Die attributen werken alleen als ze die cadeau geven en ze mogen heel blij zijn dat de heks dit allemaal zo goed bedacht heeft, want ze komen heel goed van pas.
De kinderen maken de wonderbaarlijkste dingen mee, Vluggeeltjes wijzen hun de weg, ze zien - zeer ongelukkige - bomen met ogen, ontmoeten een akelig mannetje, die heel achterdochtig is, maken kennis met Ulfur, de lieve, wijze man die in de 6000 jaar oude Boabapboom woont, van hem mogen ze in de grote bijzondere bibliotheek alles over draken opzoeken én ook lezen ze over Deliziana, het gebied waar ze door moeten om de grote tovenaar Raban te vinden.
In Deliziana leren ze alles over geuren én smaken, Ze ontmoeten geurspecialisten en leren hoe belangrijk een geur kan zijn als je iets eet. De smaakmakers zijn ook al ongelooflijk goed in hun vak. Apolonia en Prins kijken hun ogen uit en krijgen de hele dag heerlijk eten. Dat klinkt lekker maar de smaken zijn zo bijzonder dat de kinderen en Dameer nauwelijks kunnen stoppen met eten, het eten verleid ze om te blijven... Hoe komen ze daar weg? Ze moeten verder!
En zo maken de kinderen de meest bijzondere dingen mee, ze maken kennis met de Bolkes, ze wonen een tijdje bij een lief gezin, ontmoeten de grote tovernaar Raban, krijgen een reuzenvogel als vriend en moeten heel veel lastige obstakels overwinnen om het land van Runar en de Zilveren draak te bereiken... Maar lukt ze dat ook?
Anneke Strik heeft met dit boek een heerlijk avontuur geschreven, je verveelt je geen moment dankzij de aparte wezens en de grote fantasie die gebruikt is. De kinderen hebben geluk dat de bomen en de wind hun verder helpen.
Naast het heerlijke verhaal wordt op heel subtiele wijze aangegeven dat de natuur belangrijk is, de bomen helpen elkaar en alle dieren die in hun wonen. De vader van Prins is niet echt aardig voor zijn mensen maar Prins en Apolonia proberen dat steeds te compenseren door dingen te doen die goed zijn voor iedereen. Ook boeken spelen een mooie rol in het verhaal, maar niet zo dat het vervelend of belerend is, het past gewoon bij alles wat de kinderen overkomt.
De ezel en de leuke reuzenvogel Fugl zijn eveneens onvergetelijk.
De gebruikte taal is eenvoudig, de zinnen zijn kort waardoor het boek goed te lezen is door de doelgroep. De letters zijn van een prettig formaat.
De uitvoering van het boek vraagt om een extra vermelding. Naast de vele grote en kleine, erg mooie heldergekleurde afbeeldingen zijn enkele pagina's zelf ook van zeer mooie, al dan niet in elkaar overlopende, kleuren voorzien. Dat alleen is al een klein feestje op zich.
Kortom, een boek dat aandacht verdient. Een boek waar ieder kind van gaat genieten.
ISBN 9789082963205 | Hardcover | 190 pagina's | uitgeverij A. Story | 2018
Leeftijd 7 - ca. 10 jaar
© Dettie, 25 juli 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER