jeugd 6-9 jaar

De jongen achter in de klas
Onjali Q. Raúf


“Achter in onze klas was een lege stoel. Het was geen bijzondere stoel. Hij was gewoon leeg omdat er niemand zat. Maar op een dag, drie weken nadat school weer was begonnen, gebeurde er iets heel spannends. Mijn drie beste vrienden en ik hadden het nooit verwacht. En het begon allemaal met die stoel.”


Zo begint het boek “De jongen achter in de klas”. We maken kennis met de ik-figuur en diens vrienden: Tom, Josie en Michael. Ze zitten samen in de klas bij juf Khan. Op de derde dinsdagmorgen van het schooljaar, vergezelt juf Sanders, het schoolhoofd, een jongen naar hun klas. Een jongen die de kinderen nooit eerder hebben gezien. Een jongen met kort donker haar, grote ogen en een gladde bleke huid.


“Luister, allemaal,” zei juf Khan terwijl de jongen naast haar kwam staan. “Dit is Ahmet. Hij komt vanaf vandaag bij ons in de klas. Hij is net naar Londen verhuisd en is nieuw op school. Daarom hoop ik dat jullie hem allemaal helpen en aardig zijn tegen hem.”


De nieuwe jongen gaat achterin zitten, op de lege stoel. De vier kinderen zijn nieuwsgierig wie deze jongen is en zijn vast besloten vriendschap met hem te sluiten. “Vier nieuwe vrienden hebben is véél beter dan helemaal geen vrienden hebben. Zeker voor een jongen die er zo bang en verdrietig uitzag als de jongen die nu achter in onze klas zat.”


Maar als de vier vrienden in de pauze met Ahmet willen spelen, is hij verdwenen. Ook in de grote pauze komt hij niet naar buiten. Pas aan het eind dag, als de school al een tijdje uit is, wordt hij naar buiten begeleid door juf Khan waar een mevrouw met een rode sjaal op hem wacht.


Het duurt niet lang of er doen allerlei verhalen en roddels over de vreemde jongen de ronde. Dat het een vluchteling is. En dat je uit moet kijken met vluchtelingen, voordat je het weet pikken ze je baan in. De vier kinderen laten zich door dit soort praatjes niet ontmoedigen en sluiten vriendschap met Ahmet.
Elke dag spelen ze in de pauze samen voetbal. Ze nemen het voor hem op als Brendan, de pestkop van de klas, uit is op rottigheid. Beetje bij beetje komen de vier vrienden achter de tragische geschiedenis van Ahmet.


Op een morgen, hoort de ik-figuur in de bus twee mensen zeggen dat de Britse overheid over negen dagen de grenzen zal sluiten voor de vluchtelingen. Maar hoe moet dat dan met Ahmet. Als de grenzen dicht gaan, ziet hij dan ooit nog zijn vader en moeder terug? De kinderen steken de kopen bij elkaar en bedenken een geniaal plan. Het is het beste idee van de wereld.


Onjali Raúf heeft met dit boek de vluchtelingeproblematiek toegankelijk en bespreekbaar gemaakt. Dat doet ze op een integere manier. Nergens wordt het te dramatisch, plat of goedkoop. De hoofdpersonen in het boek zijn kinderlijk naïef in het bedenken van hun oplossingen. We leven met hen mee. We voelen hun onmacht, hun verontwaardiging, hun energie en hun grenzeloos optimisme. Dat gevoel zijn wij, volwassenen, een beetje kwijt geraakt. Daarom is het zo’n heerlijk ontwapenend boek. Een kinderboek dat je meeneemt naar een basisschool in een van de buitenwijken van Londen, waar het schoolse leven in sommige opzichten lijkt op dat van de grote steden in Nederland.


Maar het is ook een boek dat vertelt over het trieste lot van de vluchtelingen: de pijnlijke reden van hun vertrek, hun omzwervingen door Europa, de gevaren en ontberingen, hun ontvangst in het gastland en de heersende publieke opinie.


Dit boek leent zich er uitstekend voor om voor te lezen. De dialogen zijn kort en puntig. Het taalgebruik is vlot en we kunnen ons makkelijk verplaatsen in de ik-figuur, die het verhaal aan ons vertelt. Een soms pijnlijk verhaal, dat ons stof tot nadenken geeft en ons vragen stelt. Hoe het o.a. zou zijn om vluchteling te zijn.


Het lost de problematiek in Syrië, in de Griekse vluchtelingenkampen niet op. Maar het laat ons even stil staan bij het trieste lot van al die mannen, vrouwen en kinderen. Die hun leven wagen om de ellende in hun eigen te ontvluchten. En daarin is de schrijfster meer dan geslaagd.


ISBN 9789047711773 | Hardcover | 312 pagina's | Lemniscaat | september 2019
Leeftijd 9+

© Eric Heugens, 3 november 2019

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER