Non-fictie jeugd

Zoë Ingram

https://www.zoeingram.com

 

Mijn eerste bosdierenboek
Zoë Ingram


Na Mijn eerste vogelboek, Mijn eerste zeedierenboek en Mijn eerste kriebelbeestjesboek is er nu ook een boek over de dieren die je in het bos kunt zien.
Het concept is steeds hetzelfde: 20 dieren die met een duidelijke  grote afbeelding over twee pagina’s te zien zijn.
Je vindt er algemene informatie over wat het dier eet, hoe oud het kan worden en bij ieder dier staan de pootafdrukken weergegeven. Ook lees je hoe groot ze zijn, en hoe zwaar.
Daarnaast staan er bij ieder dier feitjes die alleen voor dat ene dier gelden: een konijn in het wild wordt maar drie jaar! Terwijl een kikker wel 10 jaar kan worden.
Het gaat over kleine dieren: de honingbij bijvoorbeeld, maar ook over een vos, die natuurlijk heel veel groter is. Of een hert!


En zoals steeds zijn er feitjes waarover je je kunt verwonderen:


- wist je dat een mol wel 20 meter per dag kan graven?
- dat een vossenstaart ook voor de vos zelf als een sjaal dient als het koud is?
- dat een egel wel vijfduizend stekels heeft?
- dat die rare witte wormen misschien wel de ‘kinderen’ zijn van een vliegend hert?


Je leert hoe het vrouwtje van een hert genoemd wordt: een hinde. En dat een wezel ook wel ‘muishond’ genoemd wordt.
En nog heel veel meer dingen lees je in dit boek!!

Zoë Ingram studeerde textielontwerp, maar ze tekent ook graag op papier of gebruikt verschillende technieken tegelijkertijd. Zoë woont in Edinburgh, Schotland.


ISBN 9789047715238 | Hardcover | 48 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | augustus 2023
Afmeting: 23,8 x 23,7 x 1 cm | leeftijd vanaf vier jaar

© Marjo, 29 oktober 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Mijn eerste kriebelbeestjes
boek

Zoë Ingram


Misschien kennen jullie al de boeken over vogels en zeedieren uit deze serie?
Nu komen er kriebelbeestjes bij, misschien nog wel leuker, want die kun je zelf in een tuin of op het balkon gaan zoeken! Er staat vaak bij waar je dan moet kijken!


Op iedere twee pagina’s zie je een dier dat je misschien al wel kent. De gewone huisspin bijvoorbeeld. Als je eenmaal meer weet over zo’n spin, vind je die vast niet meer eng! Er staat vermeld wat de wetenschappelijke naam is: Eratigena atrica. Waar ze het liefst wonen: in een hoek van de kamer en als extraatje wordt vermeld dat spinnen maandenlang zonder eten kunnen. Op dezelfde manier zie je een regenworm, een mug, een loopkever, een wesp en nog veel meer diertjes. Bij de koniginnenpagerups staat dat die melkeppe eet. Het was dan prettig geweest als erbij gezet was wat dat is (een tweejarige plant in de schermbloemenfamilie), maar vooruit, dat kan je ook opzoeken of op laten zoeken.


De vormgeving is ook dit keer weer helemaal prima. Alles is ruim opgezet, er is een kader met feitjes over de betreffende dieren en een Wist-je-dat. Op een grote afbeelding zie je hoe mooi die kleine beestjes zijn, en er een een kleinere afbeelding op ware grootte. Klein dus…
Jammer van dat ene foutje (een onvertaald Engels woord in het kader over de slak)


Zoë Ingram studeerde textielontwerp, maar ze tekent ook graag op papier of gebruikt verschillende technieken tegelijkertijd. Zoë woont in Edinburgh, Schotland.

https://lillarogers.com/artists/zoe-ingram

ISBN 9789047714323 | Hardcover | 48 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | april 2023
Vertaald uit het Engels door Steve Blaas Afmeting 23.7 x 23.7 cm| Leeftijd vanaf 4 jaar

© Marjo, 11 mei 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Mijn eerste zeedierenboek
Zoë Ingram


Het boek met zo’n twintig zeedieren begint met het voor kinderen niet onbekende anemoonvisje.
Oranje-wit gestreept is-ie en bekend als Nemo uit de bekende Disney film. Maar nu kun je meer te weten komen over deze vis: zijn officiële naam (wel lastig voor jonge kinderen dat Latijn!), wat hij eet, hoe zwaar hij gemiddeld is en hoe lang hij leeft.


Dit staat in een apart kadertje op de twee pagina’s waarover de volledige afbeelding van de vis in zijn geheel uitgesmeerd is. Verder wordt er verteld  dat er 30 verschillende soorten anemoonvissen zijn, en dat ze tussen zeeanemonen wonen om veilig te zijn voor roofdieren. Dus dan begrijp je meteen waarom ze zo heten!


Op de volgende pagina’s, steeds per twee, zie je andere zeedieren, met telkens een gelijksoortige lay-out. De gewone zeehond, de narwal, de tuimelaar, maar ook koraal, een zeeotter en zeepaardje komen voorbij. En nog meer. Achterin kun je zien welke dieren in het boek besproken worden.
Elke keer een korte beschrijving, een kader met feiten, en ook nog een ‘wist je dat’ kadertje. Zo leer je dat de blauwe vinvis het hardst roept en dat de zeehond wel een half uur onder water kan blijven.
Lekker als je staat te wachten tot hij weer boven komt!


De vormgeving is uitstekend: duidelijke lay-out met een grote en duidelijke belettering. De tekeningen van Zoë Ingram geven precies weer hoe de dieren er uit zien, hetgeen het boek mooi maakt om naar te kijken voor de kleinsten die nog niet zelf kunnen lezen.


Zoë Ingram studeerde textielontwerp, maar ze tekent ook graag op papier of gebruikt verschillende technieken tegelijkertijd. Zoë woont in Edinburgh, Schotland. Eerder verscheen bij dezelfde uitgever Mijn eerste vogelboek.
https://lillarogers.com/artists/zoe-ingram


ISBN 9789047712800 | hardcover | 34 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | juli 2021
Afmeting: 23,8 x 23,7 x 1 cm | leeftijd 4+

© Marjo, 19 augustus  2021

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Pagina 1 van 2

<< Start < Vorige 1 2 Volgende > Einde >>