Mijn eerste zeedierenboek
Zoë Ingram
Het boek met zo’n twintig zeedieren begint met het voor kinderen niet onbekende anemoonvisje.
Oranje-wit gestreept is-ie en bekend als Nemo uit de bekende Disney film. Maar nu kun je meer te weten komen over deze vis: zijn officiële naam (wel lastig voor jonge kinderen dat Latijn!), wat hij eet, hoe zwaar hij gemiddeld is en hoe lang hij leeft.
Dit staat in een apart kadertje op de twee pagina’s waarover de volledige afbeelding van de vis in zijn geheel uitgesmeerd is. Verder wordt er verteld dat er 30 verschillende soorten anemoonvissen zijn, en dat ze tussen zeeanemonen wonen om veilig te zijn voor roofdieren. Dus dan begrijp je meteen waarom ze zo heten!
Op de volgende pagina’s, steeds per twee, zie je andere zeedieren, met telkens een gelijksoortige lay-out. De gewone zeehond, de narwal, de tuimelaar, maar ook koraal, een zeeotter en zeepaardje komen voorbij. En nog meer. Achterin kun je zien welke dieren in het boek besproken worden.
Elke keer een korte beschrijving, een kader met feiten, en ook nog een ‘wist je dat’ kadertje. Zo leer je dat de blauwe vinvis het hardst roept en dat de zeehond wel een half uur onder water kan blijven.
Lekker als je staat te wachten tot hij weer boven komt!
De vormgeving is uitstekend: duidelijke lay-out met een grote en duidelijke belettering. De tekeningen van Zoë Ingram geven precies weer hoe de dieren er uit zien, hetgeen het boek mooi maakt om naar te kijken voor de kleinsten die nog niet zelf kunnen lezen.
Zoë Ingram studeerde textielontwerp, maar ze tekent ook graag op papier of gebruikt verschillende technieken tegelijkertijd. Zoë woont in Edinburgh, Schotland. Eerder verscheen bij dezelfde uitgever Mijn eerste vogelboek.
https://lillarogers.com/artists/zoe-ingram
ISBN 9789047712800 | hardcover | 34 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | juli 2021
Afmeting: 23,8 x 23,7 x 1 cm | leeftijd 4+
© Marjo, 19 augustus 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Mijn eerste vogelboek
Zoë Ingram
Vroeger had ik een buurjongetje die alles wat groeide en bloeide prachtig vond. Hij 'kweekte' kikkertjes, liet kleine krabbetjes rondzwemmen, vond elke bloem prachtig maar vogels waren helemaal geweldig. Elke keer wees hij enthousiast naar elke vogel die voorbij kwam vliegen en keek me dan stralend aan bij het zien van al dat moois. Inmiddels is hij verhuisd en al een hele vent van 8 jaar maar wat zou hij dit boek toentertijd leuk hebben gevonden...
Er staan namelijk drieëntwintig vogels in die het meeste te zien zijn in de tuin, op het balkon of in het park. Ze zijn allemaal realistisch getekend door Zoë Ingram, zodat de kinderen ze al snel leren herkennen.
Maar we zien niet alleen de afbeeldingen, er staan ook allerlei informatie over de vogels bij, bijvoorbeeld hoeveel van de betreffende vogels in Nederland voorkomen, en dat zijn o.a.; 400.000 van die gezellige pimpelmeesjes, 100.000 roffelende grote bonte spechten, 1.100.000 merels en 750.000 spreeuwen. Deze laatste kunnen overigens prachtige figuren in de lucht maken als ze samen een spreeuwenwolk maken. Die wolk kan bestaan uit wel 100.000 spreeuwen, vertelt Zoë Ingram ons.
Maar de hoeveelheid is niet het enige wat er gemeld wordt. Bij elke vogel zien we ook het ei getekend, lezen we hoe groot dat ei is en hoeveel eieren er door die betreffende vogel gelegd wordt. Een koolmeesje legt bijvoorbeeld wel 7 tot 15 eieren!
In aparte kadertjes staan naast de hoeveelheid vogels ook de grootte en, de spanwijdte van de vogel evenals wat ze eten en wat hun leefomgeving is.
Heel leuk is dat bij elke vogel ook een leuk weetje staat. Bijvoorbeeld dat een houtduif zijn jongen voedt met melk en dat stadsduiven een medaille hebben gekregen tijden de Eerste en Tweede Wereldoorlog! En wist je dat een grote bonte specht een heel lange tong heeft?
Al met al vormt dit boek een mooi begin voor de kleine vogelliefhebber, de vogels zijn duidelijk weergegeven - alleen de mus is wel heel oranje in plaats van bruin - en daardoor makkelijk te herkennen. Het boek is volgens de catalogus van Lemniscaat geschikt voor 4+ maar dat is wel erg jong. Het is in mijn ogen leuker als het kind alles zelf kan lezen en met het boek in de hand in bijvoorbeeld de tuin kan speuren welke vogels te zien zijn daar. Achterin het boek zijn alle vogels namelijk nog een keer getoond met daarbij een wit vakje waarin je kunt afvinken dat je de vogel gezien hebt.
Mooi verzorgd en informatief boek.
ISBN 9789047711728 | Hardcover | 56 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | april 2020
Afmeting 23,9 x 23,8 cm | NUR 223 | Vertaald door Jesse Goossens | leeftijd 4+
© Dettie, 13 april 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER