Non-fictie jeugd

Bette Westera

http://www.bettewestera.nl

http://www.philiphopman.nl

https://www.sylviaweve.com

 

Seks is niks geks
illustraties: Sylvia Weve
tekst: Bette Westera


"Als je wilt praten over geslachtsdelen kun je het beestje maar het beste gewoon bij de naam noemen. Maar bij welke naam? Er is zoveel keuze!
Artsen en wetenschappers hebben het over vagina's en penissen. Dat klinkt keurig, maar wel een beetje saai."


Een paar weken terug, las ik het boek Hoe maak je een baby? waarover ik opmerkte "Het enige mogelijke minpuntje is dat voor de geslachtsdelen 'moeilijke' woorden gebruikt worden. Bijvoorbeeld vulva, testikels etc."


In dit boek wordt juist aan de namen voor de manlijke en vrouwelijke geslachtsorganen veel aandacht besteed. Voor de man is het vrij normaal om over piemel te spreken. Dat woord klopt ook, niets anders dan een penis kan een piemel zijn.
Maar dan de vrouwen. Wat is een goed woord voor een vagina?  Kut wordt bijvoorbeeld te vaak als scheldwoord gebruikt. En spleetje klopt niet, want een vagina is meer dan dat. Een voorbips dan? Dat klinkt ook raar. Poes, mossel, oester is het ook niet helemaal. Maar wat kun je dan wel zeggen? "Het zou handig zijn als er voor vagina een woord bestond dat net zo lekker klinkt als piemel en dat door iedereen - jong en oud - gebruikt wordt." zeggen de samenstellers van dit boek.

In Zweden was er een vrouw die het ook moeilijk vond om een goed woord voor vagina te vinden. Kinderen noemen daar de penis, snopp. De vrouw vond de naam snippa er wel mooi bij passen. Zij introduceerde het woord op een paar scholen en de rest is geschiedenis. Het woord is in Zweden nu heel gewoon geworden. In Nederland kwam ook 'het-goede-woord-probleem' naar voren werd dit verhaal als voorbeeld gebruikt. Er volgde een prijsvraag. En de winnaar is... poenie! Piemel en poenie dus. In dit boek wordt het woord poenie dan ook consequent gebruikt.

Vervolgens worden er allerlei wetenswaardigheden over de piemel en de poenie verteld. Hoe die eruit zien - niet standaard, ieder heeft zijn eigen unieke piemel en poenie -, wat je er zelf of samen mee kunt doen. Wat er gebeurt als een manlijke zaadcel een eitje bevrucht etc.
Wat je wel of niet kunt accepteren van het gedrag van iemand anders. Ook homoseksualiteit en in het verkeerde lichaam geboren zijn wordt besproken.
Leuk is dat het seksleven van dieren in al zijn variëteiten eveneens besproken wordt. Nooit geweten bijvoorbeeld dat een slangen en salamander een piemel hebben met twee uiteinden. Als de staart van deze dieren bij de paring teveel in de weg zit voor het ene uiteinde, gebruiken ze gewoon de andere!

Het is al met al een fantastisch boek. Je kunt het wel aan taalkundig virtuoos Bette Westera overlaten om al de informatie in een speelse maar ook zeer heldere taal weer te geven. Daarnaast zijn er een flink aantal kleine kwisjes in het boek te vinden - waar je ook veel van opsteekt -  én ontzettend leuke gedichten die vrolijk, grappig en leerzaam zijn.

Sylvia Weve heeft bij de teksten heel humoristische tekeningen gemaakt. De combinatie van tekst en tekeningen is zoals altijd bij deze twee mensen perfect in harmonie. Het is weer klasse!


ISBN 9789493228054 | Hardcover met stofomslag | 96 pagina's | Samsara | Mei 2021
Leeftijd 11+

Dettie, 24 mei 2021

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

A is van Os
Waar komen onze letters vandaan?
Autobahn & Bette Westera


Autobahn is een ontwerpstudio waarvan Maarten Dullemeijer en Rob Stolte de eigenaren zijn. Het vierjarige zoontje van Stolte begon op gegeven moment letters te tekenen en dat werd de uiteindelijke aanleiding voor dit boek. Want waar komen letters eigenlijk vandaan?
Daarop werd de ons welbekende Bette Westera gevraagd zich daar eens te verdiepen. Zij wist het antwoord eigenlijk zelf ook niet maar dat mocht de pret niet drukken. Sterker nog ze vond het een erg leuke opdracht en ontdekte de leukste dingen, zoals de a komt niet van aap, maar van... os!


Maar voordat we zover zijn gaan we eerst terug in de tijd en wel van nu, de tijd van de smartphones waarmee we elkaar berichtjes sturen, tot zo'n drieduizend jaar vóór Christus.

"Daar ontstonden de hiërogliefen: tekeningen van mensen, dieren, planten en dingen. Deze tekens gebruikten de Egyptenaren om te schrijven. Je zou die manier van schrijven kunnen vergelijken met wat wij doen als we een berichtje appen:

ik ♥ van jou.
hey, Afbeeldingsresultaat voor slaap emoji je al?"


Nóg verder terug waren er geen letters of tekens. Alleen tekeningen die woorden voorstelden.


Vervolgens lezen we een erg leuk verhaal van een jongen die een tijdreis maakt en ziet hoe tekens in de wand gekrast worden, om vervolgens te zien wat mensen die later leven erover te zeggen hebben.


En dan... komen we bij het feitelijke werk. We zien het hele alfabet passeren met daarbij de uitleg hoe de letters ontstaan zijn. En wat blijkt? De A is een omgekeerde ossenkop! En de C was oorspronkelijk een soort werpstok! En de S was aanvankelijk het teken voor boog!
je kunt uren in dit boek kijken om uit te vinden hoe we tot onze huidige (latijnse) letterschrift zijn gekomen. Niet alle herkomst is even begrijpelijk maar het blijft evengoed interessant om het te zien en te weten. Het grappige is dat we in onze tijd met de app-berichtjes weer terug gaan naar de taal met tekeningetjes in plaats van letters!


Het boek sluit af met allerlei toevoegingen over bijvoorbeeld Chinese tekens of het Arabische schrift. Ook kun je zelf spelletjes doen zoals o.a. pictionary (uitbeelden van woorden) of zelf nieuwe emoji's verzinnen.


En als je daarna nog geen genoeg hebt van alle informatie kun je nog luisteren naar het interview dat Frits Spits hield met Bette Westera over dit boek. Zij benadrukt daarin dat het boek niet over taal gaat maar puur over het ontstaan van letters.
Verder is er nog veel informatie te vinden op de website behorend bij dit boek; aisvanos.nl


Erg leuk is verder dat de steen op de cover van het boek ook daadwerkelijk aanvoelt als een steen.


Al met al een bijzonder, mooi verzorgd, modern vormgegeven boek voor leergierige, nieuwsgierige kinderen (en hun ouders)!


ISBN 9789025768041 | Hardcover | 79 pagina's | Uitgeverij Gottmer | juni 2018
Leeftijd 10+

© Dettie, 2 augustus 2018

Lees de reactie op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Hét lijfboek
illustraties: Philip Hopman
tekst: Bette Westera


Als je een kind iets wil leren over zijn of haar lijf dan moet je dit boek erbij pakken. Op een heel speelse manier komen ze dan alles te weten over hoe het lichaam werkt.


Te beginnen met het hoofd want daarin zitten je mond, neus, oren en ogen waarmee je kunt proeven, ruiken, horen en zien. Maar hoe kan het dat jouw hersenen aan jou vertellen dat je een beker ziet? Of dat je een roos ruikt? En waarom worden oude mensen vergeetachtig? En hoe voelt het je als je zoent, of hete soep eet, of een losse tand in je mond hebt?
Via tekst en tekeningen maar ook via heel leuke rijmende versjes en liedjes kun je dat allemaal leren.


Maar iemand bestaat niet alleen uit een hoofd natuurlijk, daar moeten ook een romp en benen aan. Dat hoofdstuk begint gelijk met een leuk liedje over 0-benen-Johnny die je op de bijgeleverde CD kunt beluisteren. Met een lekker Amerikaans accent zingt O-benen-Johnny zijn cowboylied. Verder kun je lezen hoe slim kleine kinderen zijn als ze iets willen hebben, ze kruipen, schuiven op hun billen of hun buik tot ze er zijn. Bovendien zijn ze héél lening, ze stoppen met gemak hun teen in hun mond. Als kinderen groter worden, groeien vooral hun romp, armen en benen, hun hoofd groeit grappig genoeg lang niet zo hard mee. Ook hier staan weer geweldige tekeningen, liedjes en versjes bij.


En zo wordt het hele lijf besproken zoals je huid en je haar, waarbij Annie M.G. Schmidt jaloers had kunnen worden over het gedichtje over het ruime vel van tante Annabel. "

[...]
Lieve tante Annabel,
koop toch eens een ander vel.
Het hoeft geen haute couture te zijn,
niet deftig en niet duur te zijn.
Koop gewoon iets simpels
met wat minder rimpels.
[...]


Tante Annabel peinst er gelukkig niet over en gelijk heeft ze, ze is prachtig mooi als je haar alleen in haar onderbroek met rimpelvel en al afgebeeld ziet.


Ook de maag en darmen komen aan bod. Daarbij horen drie liedjes, de eerste over een buik die niet wil eten, waarin een kind zingt over zijn zieke buik. Het tweede liedje gaat over een jongetje die heel erg nodig een heel grote plas moet doen, maar hij zit in de trein naar Berlijn en plassen op die bielzen is niet fijn. En dan komt het hilarische lied over neuspeuteren, boeren en winden laten. Foei foei foei wordt er met een zwaar Russisch accent gezongen. Maar de koningen die daarvoor de gevangenis in moesten hebben wel enorme lol!


Via hart, bloed en longen komen we bij de botten en spieren waarbij ook weer allerlei weetjes en uitleg staat. Ook hierbij weer een heel grappig lied over de spierpijn van papa die aldoor zo nodig de bergen op moet rennen.
Ook de werking van zintuigen en zenuwen wordt heel helder uitgelegd. Hoe kan het dat het water in je mond loopt als je pannenkoeken ruikt? En waarom voelen we pijn als je bijvoorbeeld in je vinger snijdt? En wat doen zenuwen eigenlijk?
Het hoofdstuk seksualiteit en voortplanting is eveneens erg leuk gebracht. Heel duidelijk wordt uitgelegd waar de kinderen vandaan komen, en hoe alles bij een man en vrouw werkt. Schitterend is hierbij het vers Lang zullen ze leven! Over de race van de zaadcellen naar de eicel.
Ook over homoseksualiteit wordt prachtig verteld in een vers.


En dan komen we bij 'De dingen die je niet kunt zien'. Gedachten kun je bijvoorbeeld niet zien, waar wonen ze eigenlijk? Hierbij een rijm over sombere gedachten dat begint met


"Er zaten eens twee sombere gedachten
te wachten in het  hoofd van een mevrouw.
Te wachten en te wachten en te wachten.
Heel stil, tot die mevrouw ze denken zou.
Ze wachtten al een week en waren somberder dan ooit,
want sombere gedachten had ze nooit.


Het versje gaat nog twee coupletten verder. De twee sombere gedachten worden mager en bleek en stierven ongedacht na een week.
Hoe verzin je het!  In het stoere lied "We bouwen je lijf" wordt precies verteld wat cellen doen. Als je dit lied uit je hoofd leert kun je daarover nooit meer een onvoldoende halen op school. En waar voel je verliefdheid? En waar zitten boosheid en plezier en verdriet eigenlijk?


Het is ongelofelijk knap hoe Bette Westera in zulke korte teksten en geweldige versjes en liedjes het hele functioneren van het lichaam heeft kunnen beschrijven. Alles is met veel humor en inzicht gebracht, een kind heeft echt veel geleerd als het boek uit is.
Chapeau voor Bette Westra én Philip Hopman die dit allemaal zo geweldig in woord en beeld hebben gebracht!


ISBN 9789025744946 Hardcover 62 pagina's Uitgeverij Gottmer februari 2010
Met 13 lijfliedjes op CD + karaokeversie van de liedjes. Leeftijd 5+

Dettie, 17 september 2013

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Ober! Er zwemt een kwal door mijn soep
alles wat je liever niet wilt weten over eten
illustraties: Sylvia Weve
tekst: Bette Westera


De kinderboekenweek 2009 staat in het teken van 'eten en snoepen in kinderboeken'.
Er zijn veel boeken uitgegeven met dit onderwerp en er worden veel grappige namen bedacht voor eten of snoep zoals  De Grote Vriendelijke Reus van Roald Dahl die  ‘snoskommers’ eet, Harry Potter snoept van ‘Smekkies in alle Smaken’ en Pluk van de Petteflet eet ‘hasselbramenjam’.
In dit boek zijn geen grappige, gekke namen bedacht maar is het eten zelf gek. Tenminste wij vinden het raar.
Het boek gaat over wat mensen in andere landen heel gewoon vinden om te eten terwijl wij er van griezelen.


Bijvoorbeeld wurmen, kakkerlakken of spinnen, of rauwe eieren die 100 dagen in de grond worden gestopt en daarna opgegeten worden. Of erger, eieren met kuikentjes erin die gekookt worden. In China vindenze  dat heel lekker. Ook cavia's, honden of apen worden in verschillende landen gegeten. Zelfs de kannibalen worden besproken!


Je maakt dus kennis met allerlei eetgewoontes. Bijvoorbeeld in Japan eten mensen kogelvis, die vis is heel erg giftig, maar een paar koks kunnen deze  vis zo schoonmaken dat ze alle giftige gedeeltes eruit kunnen halen, maar soms gaat het evengoed mis en gaan mensen binnen een paar uur na het eten van die vis dood. Waarom eten ze die vis dan, zou je denken, hij schijnt niet eens erg lekker te zijn. Maar sommigen vinden het gewoon spannend.

In China eten ze graag vogelnestjessoep, die soep wordt gemaakt van échte vogelnestjes. Die nestjes worden gemaakt door een zeezwaluw en die bouwt de nestje van zijn spuug. In Nederland kunnen we bij de Chinees ook vogelnestjes eten maar dan zijn die gemaakt van gehakt en ei. In Nederland eten we haring, dat is rauwe vis. Daar griezelen mensen uit andere landen weer van.

Ook heb je eten dat erg stinkt maar wel lekker is. Wij eten die ook, denk maar eens aan 'stinkkaas'. In Indonesië is er een vrucht, de doerian,  die zo stinkt dat er bij hotels en restaurants bordjes hangen waarop staat: "verboden voor doerians" Of: "Geen doerians mee naar binnen nemen" Of: "Dit hotel is doerianvrij".
Deze vruchten stinken dus wel heel erg maar ze smaken heerlijk zoet en kruidig.

Het boek is opgedeeld in zeven hoofdstukken. Die hoofdstukken bestaan uit weetjes, anekdotes, mopjes en verhalen over eten. Alles wordt in duidelijke, heldere taal beschreven.
Ik zal eerlijk bekennen dat ik sommige stukjes heb  overgeslagen. Vooral dat over de kannibalen. Getver dacht ik regelmatig bij het lezen van bepaald eten. Maar ja, de ondertitel zegt het al, er staat van alles in wat je (misschien)  liever niet wil weten over eten.

Wat me wel een beetje bevreemdde was dat er een recept voor kikkerbilletjes in staat. Zeker gezien de manier waarop deze verkregen worden. De 'billetjes'worden uit de levende kikker getrokken. En dat terwijl er her en der verspreid over het boek artikeltjes over 'wakker dier' worden geplaatst die juist wil dat dieren minder lijden. En... kinderen van 9 jaar die (enorm dure) kikkerbilletjes kunnen kopen? Of is dit recept er als grap in gezet?

Toch is het wel een erg apart en leerzaam boek. De informatie over de eetgewoontes worden afgewisseld met 'berichten'  bij www.waarbenjij.nu. waarin verteld wordt wat mensen allemaal zien en meemaken op reis bijv. hoe spinnen gevangen en gefrituurd worden.  De teksten worden afgewisseld met zwart-wit illustraties van Sylvia Wever.
Aan  het eind van het boek is een test opgenomen getiteld "Wat voor eter ben jij?" Die heb ik niet gedaan  na het lezen van dit boek vrees ik dat ik niet de 'allerseter' ben die ik altijd dacht te zijn.
Maar, als je het spannend vindt om over allerlei aparte dingen die je kan eten te lezen dan is dit boek echt een aanrader.


ISBN 9789026126666 Hardcover 96 pagina's | De Fontein augustus 2009
Vanaf 9 jaar

© Dettie, augustus 2009

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Ober! Er zwemt een kwal door mijn soep
alles wat je liever niet wilt weten over eten
illustraties: Sylvia Weve
tekst: Bette Westera


Al in het eerste hoofdstuk wordt duidelijk gemaakt dat gewoontes veranderen: mensen van een of twee generaties terug zouden er niet over gepeinsd hebben om dingen als spaghetti op tafel te zetten, en wij griezelen  vooralsnog van het eten van sprinkhanen. Maar dat kan zomaar veranderen, waarom niet??

Niettemin lees je dit boek met verbazing: eten mensen echt dieren als ratten en cavia’s, of apen?  Dat lijkt ons vreselijk! En dan gaat het niet om de smaak, maar om het idee van wat je zit te eten. Maar het verandert immers al: ook in Nederland kun je bij de Chinees kwal eten. Of slang... En als een bisamrat ‘waterkonijn’ heet, smullen we er ook van!

’s Lands wijs, ‘ s lands eer, dat is de boodschap van dit boek, waarin Bette Westera ook behalve feiten, ook leuke anekdotes of grapjes heeft vermeld. En Sylvia Weve heeft er leuke tekeningetjes bij gemaakt.

Echt griezelig zijn de verhalen over kannibalisme. Hetgeen overigens niet betekent dat men mensenvlees eet, al kan dat wel. Kannibalisme staat voor het eten van soortgenoten. Een spin die haar eigen mannetje opeet na het paren ( dat doen ze) is ook een kannibaal. Daar hebben we helemaal geen moeite mee. Maar het verhaal van het vliegtuigongeluk in de Andes heeft veel ophef veroorzaakt: er is ook een boek en een film van: de overlevenden aten de gestorven medepassagiers, om zelf in leven te blijven... Maar dat is een incident, het is niet zo dat kannibalisme onder mensen iets normaals is. Toch kun je in Polynesië beter maar niet zeggen ‘ ik kan je wel opvreten’ Of ‘ je eet de oren van mijn hoofd’. Dat betekent daar namelijk dat je iemand uit de grond van je hart vervloekt!

Wat te denken van dingen die eerst lang liggen te rotten, om dan vervolgens als delicatesse verorberd te worden. Daar hoeven we niet eens voor naar het buitenland. In Limburg eten ze rommedoe, een stinkkaas . Een stukje verderop in Europa, in Sardinië eten ze kaas waar de maden uit moeten kruipen. Die eten ze met maden en al. Lopen de rillingen al over je lijf? Persoonlijk vind ik het idee van het eten van een ei met een halfvolgroeid kuiken er in nog erger. Dat doen ze op de Filippijnen. Gatver…

Toch.. wie weet wat onze (achter)kleinkinderen allemaal met smaak zullen verorberen!

Een leuk vormgegeven en vooral ook informatief boekje.

Een laatste opmerking: er wordt even terloops aandacht geschonken aan de bio-industrie. Het laat de lezer even nadenken over het absurde van het vetmesten van dieren in kleine kooitjes. Hoe kan dat nou lekker zijn?


ISBN 9789026126666 Hardcover 96 pagina's | De Fontein augustus 2009
Vanaf 9 jaar

© Marjo, september 2009

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER