Non-fictie jeugd

Alles wat je weet over dinosaurussen is FOUT!
Nick Crumpton

Dat kan toch niet zo zijn, dat het waar is wat die titel beweert!?
Maar hoogstwaarschijnlijk klopt het wel. Of je moet iemand zijn die alles wat er ontdekt wordt over dinosaurussen, dan zal je met bepaalde feiten bekend zijn, maar de meeste feiten zijn echt anders dan in de andere boeken die de afgelopen jaren verschenen zijn.

‘Maak je geen zorgen – jij kunt het niet helpen. De meeste dinosaurusfeiten heb je van volwassenen geleerd. Maar volwassenen zijn oud…en de feiten die zij kennen zijn dat dus ook!'

En dit is absoluut waar. Niet alleen volwassenen, maar ook de boeken die zij lazen en schreven, daar klopt niet veel meer van, stelt Nick Crumpton.


Klopt er dan helemaal niets meer? Nou, eigenlijk niet.
Het begint er al mee dat de dinosaurussen die men heden ten dage kent omdat er overblijfselen gevonden zijn, niet tegelijk in dezelfde tijd leefden, zoals men dat gemakshalve altijd aanneemt. Eerst was er het Paleozoïcum (541 tot 252 miljoen jaar geleden) gevolgd door een periode waarin de meeste dieren uitstierven. Of daar dino’s bij zaten is niet bekend.


De vroegste dinosaurus die gevonden is, leefde in de periode die we het Mesozoïcum noemen (tussen 252 en 66 miljoen jaar geleden) en die leefde dan ongeveer 243 miljoen jaar geleden: de Nyasasurus. De volgende in de rij dateert van weer 10 miljoen jaar later.
Na het Paleozoïcum volgt het Mesozoïcum dat is opgedeeld in het Trias, de Jura en het Krijt. De Juraperiode was vrij nat. In die tijd leefden dinosaurussen als de Dilophosaurus en de Brachiosaurus. (hé, die laatste is een bekende…)
Tussen deze twee dino’s zit een periode van 40 miljoen jaar!


Van de Krijtperiode (145 tot 66 miljoen jaar geleden) denkt men dat de wereld al meer leek op wat we nu kennen. De continenten waren zo ongeveer als ze nu zijn en er waren behalve bossen en planten ook bloemen.
En toen, en dat is bij de meesten wel bekend, kwam er weer een periode waarin dieren uitstierven, dat was 66 miljoen jaar geleden. De tijd daarna heet het Cenozoïcum.


Duizelt het je al?
Dan ben je nog maar net begonnen. In dit mooi uitgevoerde boek staan héél veel feiten. Gelukkig ook veel afbeeldingen, die niet alleen alles verduidelijken maar ook wat prettiger leesbaar maken. Niettemin, je bent reuze blij met de duidelijke indeling, en met de woordenlijst en het register achterin.


Het zal je niet verbazen dat in het laatste hoofdstuk verteld wordt dat ook in dit boek misschien nog wel dingen staan die niet kloppen. Of feiten die men nu nog niet kent. Er worden nog steeds overblijfselen gevonden en de technieken waarmee men kan onderzoeken of de dieren veren hadden dan wel behaard of kaal waren en nog veel meer worden ook nog verder ontwikkeld.

Het meest verbazingwekkende is eigenlijk dat dinosaurussen helemaal niet uitgestorven zijn! Ja, een heleboel soorten wel. Maar er zijn nog steeds dino’s op de wereld! Kolibries, zwanen, musjes, duiven, eigenlijk alle vogels zijn voortgekomen uit de jeholornis en de archeopteryx, hun voorvaderen, eh, voordino’s.


Wie is die Nick Crumpton dan wel, dat hij alles wat we weten onderuithaalt? Hij blijkt te weten waar hij over praat.
Nick Crumpton is zoöloog. Hij promoveerde aan de universiteit van Cambridge om vervolgens aan de slag te gaan als voorlichter bij het Londense natuurhistorisch museum en als journalist en onderzoeker voor de BBC. Inmiddels werkt hij voor de Royal Society en schrijft hij boeken voor volwassenen en kinderen.


ISBN 9789047712770| Hardcover | 64 pagina's | NUR 223 | Uitgeverij Lemniscaat | september 2021
Vertaald uit het Engels door Steven Blaas | Illustraties van Gavin Scott | Afmeting: 29,7 x 25,9 x 1,3 cm | Leeftijd 10+

© Marjo, 9 oktober  2021

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER