Non-fictie

Alex Bakker

Transgender in Nederland
Een buitengewone geschiedenis
Alex Bakker


Na een korte inleiding waarin onder andere enige uitleg wordt gegeven over de begrippen transseksueel (transsexueel) en transgender, waarbij het laatste begrip op een gegeven moment gebruikt werd voor de tussengroep, die zich niet als transseksueel of travestiet identificeerde. Inmiddels wordt het begrip transgender veelal voor de hele groep gebruikt. Overigens moet ik hierbij opmerken dat het begrip transgender eerder ook wel werd gebruikt, om aan te geven dat het een en ander niets met seksualiteit te maken had.


Vervolgens beschrijft het boek in 5 hoofdstukken de geschiedenis van de hulpverlening en belangenbehartiging van transgenders in Nederland. Alle bekende figuren komen wel voorbij, zoals Otto de Vaal, Anton Verschoor, Louis Gooren en niet te vergeten Jos Megens, die vanaf 1975 tot z'n pensioen deel heeft uitgemaakt van het behandelteam in Amsterdam, eerst als assistent, maar later als coördinator. Maar ook minder bekende behandelteams worden vermeld, zoals Dijkzicht in Rotterdam en het Elisabeth Gasthuis in combinatie met het AMC. Yvonne Kroonenberg, die de meesten alleen als schrijfster zullen kennen, maar die ook korte tijd deel heeft uitgemaakt van het gender-team wordt nog in het boek genoemd.


jaren 50-60
In het eerste hoofdstuk komen de jaren 50 en 60 aan bod, waarin het een en ander nog zeer omstreden was. Er werden wel wat mensen behandeld, maar het speelde zich nog allemaal in een schemergebied af.


jaren 70
Het tweede hoofdstuk behandelt de jaren 70, waarin Otto de Vaal als arts een belangrijke rol speelt. Hij was ook de eerste die een Nederlands boek over transseksuelen (zoals ze toen nog genoemd werden) schreef. Het was ook de tijd dat er bij de NVSH werkgroepen Travestie en Transseksualiteit op kwamen, waar mensen elkaar in een veilige atmosfeer konden ontmoeten. Men publiceerde ook adressen van winkels en schoonheidsspecialisten, die geen problemen hadden met de cliënten.
In dit hoofdstuk valt ook iets meer te lezen over de operatie, waarbij een soort vagina wordt gecreëerd. Deze moet met een schuimrubber klos worden opengehouden. Dat dit later anders gedaan werd, wordt dan weer niet in het boek genoemd. Zo zijn er overigens wel meer dingen die in het boek ontbreken, maar daarover later meer.


Otto de Vaal werd opgevolgd door Anton Verschoor en langzaam kwam er een zekere professionalisering in de hulpverlening, die steeds meer geconcentreerd werd in het VU ziekenhuis, waar Louis Gooren als endocrinoloog werkte. Het een en ander werd door het ziekenfonds vergoed, maar wat het boek niet vermeld is dat de bezoekjes aan psycholoog Anton Verschoor door de cliënt zelf betaald moesten worden. Daar Anton Verschoor de sleutel tot verdere behandeling in handen had en hij nogal strikte opvattingen had waar een transgender aan moest voldoen, gaf men vaak gewenste antwoorden.


jaren 80

Hoofdstuk 3 behandelt de jaren 80, waarin het een en ander geconsolideerd werd. De behandeling concentreerde zich nog meer in het VU ziekenhuis, waar nu ook de operaties plaatsvonden. In dit hoofdstuk staat ook een stukje over het wantrouwen in feministische kring. Dat kwam rond 1980 op naar aanleiding van het boek 'The Transexual Empire, The Making of the She-Male van Janice Raymond, die transvrouwen ervan beschuldigde een soort vijfde colonne te zijn, gericht op het marginaliseren van echte vrouwen. Jeanne Doomen noemde dit boek in De Volkskrant een uitstekend betoog.
Overigens was dit niet bepaald het enige boek uit de feministische hoek, waarin negatief tegen transgenders werd aangekeken.


Germaine Greer zag transseksuelen als slachtoffers van de traditionele man/vrouw verhoudingen. Deze mensen moesten zich dus niet laten aanpassen aan het gevoelde geslacht, maar gewoon accepteren dat qua rolpatroon niet voldeden aan de gangbare norm. Daar de meesten ook een heteroseksuele relatie nastreefden, moesten ze gewoon accepteren dat ze homoseksueel waren. Dat was een opvatting die men ook in kringen van homoseksuelen en lesbiennes had.
Vergelijkbare opvattingen vond je ook in progressieve kringen. Als het verschil tussen man en vrouw niet echt bestond en vrouwen vooral door hun opvoeding tot vrouw gemaakt werden, waarom zou iemand dan van geslacht veranderen? Ook hierover is in het boek verder niets te lezen. Misschien omdat het een en ander wat buiten het kader van het boek valt, dat zich toch vooral richt op de wijze waarop de medische wereld met het probleem om ging en de geschiedenis van de hulpverlening en de belangenbehartiging, terwijl er ook nog wel de nodige aandacht is voor hoe het een en ander in de media kwam.


In dit hoofdstuk komt ook de kerk aan bod en is er aandacht voor de Pauluskerk in Rotterdam, waar dominee Visser ook plaats biedt aan travestieten en transseksuelen. Er komen inmiddels ook meer zelfhulpgroepen, waarvoor in dit hoofdstuk ook aandacht is.

jaren 90
De volgende 2 hoofdstukken zijn korter. Hoofdstuk 4 gaat over de jaren 90, waarin de situatie min of meer gestabiliseerd is en er aandacht komt voor twee groepen waarbij de hulpverlening op de nodige controverses stuitte, namelijk vluchtelingen en kinderen. Bij de eerste groep is de controverse met name het feit dat mensen naar Nederland kwamen om hier een gratis geslachtsaanpassing te krijgen, iets dat zelfs tot kamervragen leidde. Deze controverse is langzaam weggeëbd, hetgeen niet geldt voor de behandelingen van kinderen. Hierbij beperkt de medische behandeling zich tot het geven van pubertijdsremmers.


huidige eeuw
Het vijfde hoofdstuk gaat over deze eeuw, waarin er aandacht komt voor de groepen die zichzelf niet direct als man of vrouw willen identificeren. Er komen meer belangengroepen en transgenders worden de T in de LHBT. Er ontstaat ook een ander soort emancipatie, waarbij transgenders zich als transgender blijven identificeren, waar het vroeger gebruikelijker was om dat verleden geheel weg te stoppen. Het hele proces werd niet voor niets detranseksualisatie genoemd.


In het hoofdstuk is ook aandacht voor twee auteurs, die over hun transitie hebben geschreven, namelijk Renate (voorheen René) Stoute en Maxim Februari. Een andere transgender auteur Dirkje (voorheen William) Kuik, die al in 1979 geopereerd werd ontbreekt in dit boek.


In dit hoofdstuk is ook aandacht voor de maatschappelijke positie van transgenders, die ondanks alle veranderingen nog steeds niet al te rooskleurig is. Uit onderzoek lin de jaren 80 (dat niet in dit boek vermeld wordt) bleek dat de meeste transseksuelen werkloos waren, of in de prostitutie en soms in de amusementswereld (travestieclubs) werkten. Uit het rapport van het SCP (Sociaal en Cultureel Planbureau) uit 2017 blijkt dat 53% van de transgenders een laag inkomen heeft, versus 30% bij de totale bevolking. En waar 62% van de totale bevolking als werknemer, of zelfstandige aan de slag is, geldt dit maar voor 41% van de transgenders.


Het boek sluit af met een samenvatting en dan volgen de voetnoten en overzichten van de geraadpleegde literatuur, geraadpleegde archieven, personen die de auteur gesproken heeft en een persoonsregister.


Het is een degelijk werkstuk geworden met veel voetnoten. De auteur komt zelf uit de wereld van transgenders en hij heeft zich echt in het onderwerp verdiept. Door het boek staan ook verhalen van transgenders, die het hoofdverhaal onderbreken. Deze persoonlijke verhalen voegen wel iets toe aan het boek. Het wordt daardoor misschien wat minder een puur geschiedkundig verhaal en ze laten zien hoe het een en ander voor de betrokkenen was. Het boek is geïllustreerd met de nodige zwart-wit foto's, terwijl er in het midden ook nog de nodige kleurenfoto's van transgenders staan.


Het boek is zeker aan te raden voor mensen die meer willen weten over de medische geschiedenis, terwijl ook mensen als René van der Gijp en Johan Derksen dit boekje wel eens zouden mogen lezen.


ISBN 9789089536228 | Paperback | 287 pagina's | NUR 680 | Uitgeverij Boom | januari 2018

© Renate, 25 februari 2018

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Mijn valse verleden
Het autobiografische verhaal van een man geboren als meisje
Alex Bakker


Alex Bakker werd geboren als jongste dochter in een protestants gezin in Drenthe. Op zijn achtentwintigste verandert hij van geslacht. Een nieuw begin, in het juiste lichaam. Hij stopt alles wat herinnert aan zijn oude leven letterlijk in dozen, om die nooit meer open te doen. Ruim vijftien jaar later heeft hij eindelijk de moed verzameld om zijn jeugd onder ogen te zien. In Mijn valse verleden gaat Alex Bakker op zoek naar de pijnlijke waarheid van vroeger. Hoe was het om verraden te worden door je lichaam, om onmetelijk jaloers te zijn op jongens, en om te beslissen dat alles anders moest?


Wat een geheugen heeft Alex Bakker, de auteur van dit bijzonder mooi geschreven autobiografische verhaal van een man, die geboren is als meisje. De gebeurtenissen die hij nog weet uit zijn kinderjaren en de puberteit zijn onvoorstelbaar gedetailleerd beschreven in dit boek. Zou dat gekomen zijn omdat hij, zoals hij het zelf zegt, vooral in zijn hoofd, in zijn geest bestond en hij zijn lichaam vooral niet wilde voelen of sterker nog dat hij dat vooral volledig wilde ontkennen. Alhoewel hij ook beschrijft dat hij dat pas veel later begreep:


Ik ben alleen maar ogen en oren. In de gangen van school, in de leslokalen, op het plein. Ik zie en ik hoor. De anderen, de jongens en de meisjes, lopen om me heen en praten tegen mij, met mij, ik zie ze en ik hoor ze. Pas als iemand mij per ongeluk aanraakt, schrik ik op en weet ik weer dat ook ik stoffelijk ben, dan ik ruimte inneem. Maar dat gebeurt zelden. Wij zijn geen aanrakers. We doen niet aan intimiteit. Dat is maar goed ook. Ik wil alleen nog maar geest zijn.


Het boek is opgebouwd uit fragmenten uit het heden en uit het verleden. De fragmenten uit het verleden beschrijven de worsteling die Alex doormaakt met de gedachte dat zijn lichaam niet hoort bij wie hij is. Het is het lichaam van een meisje en één ding weet hij zeker, hij is geen meisje. De manier waarop Alex de lezer vervolgens meeneemt in zijn gedachten is zo bijzonder dat je als lezer heel goed begint te begrijpen dat hier geen sprake is van iets vreemds, maar van iets heel vanzelfsprekends. Ik zelf heb misschien weleens gedacht, hoe zou het zijn om een jongen te zijn, maar ik heb nooit gedacht, ik weet eigenlijk zeker dat ik een jongen ben. Als die gedachte zich, zoals bij Alex steeds aan je opdringt, dan is er toch zeker wel iets aan de hand als je lichaam je het tegenovergestelde vertelt.


Hoe mooi beschrijft Alex het proces en hoe diep neemt hij de lezer daar in mee. Het kan bijna niet anders of hier ontstaat begrip en medeleven. Natuurlijk, denkt de lezer, moet jij zorgen dat je lichaam gaat passen bij wie je voelt dat je bent. Ik heb dit nog nooit zo sterk ervaren als bij het lezen van dit boek. In documentaires over dit onderwerp wordt vaak de technische lichamelijke verandering die nodig is belicht. In dit boek lezen we voornamelijk de geestelijke verandering die optreedt als het lichaam eindelijk in harmonie is met de geest. Toch kan Alex het allemaal zelf ook maar moeilijk accepteren, maar ten slotte kan hij voor zichzelf maar één antwoord bedenken:


Ja, ik moet dit accepteren. Dat ik niet als meisje geboren had willen worden. Dat is altijd jaloers zal zijn op mannen. Waarom had ik dat nooit eerder willen voelen? Omdat ik me dan voortdurend zo had gevoeld zoals nu, hier, op de vloer.

 
Dit is een boek, dat niet alleen lotgenoten, hun familieleden en hulpverleners zouden moeten lezen, maar eigenlijk iedereen.


Alex Bakker (1968) is historicus en woont in Amsterdam en Berlijn. Hij werkt als tekstschrijver, redacteur en researcher voor documentaires. Mijn valse verleden is zijn debuut.


ISBN 9789046808986 | Paperback | 192 pagina's | Uitgeverij Nieuw Amsterdam | maart 2015

© Ria, 22 september 2015

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER