Non-fictie

Peter Romijn

De lange Tweede Wereldoorlog
Nederland 1940 – 1949
Peter Romijn


‘De oorlog duurt voort’ luidde de kop in het bevrijdingsnummer van Trouw. Daarmee wordt bedoeld dat de oorlog in Nederland met de bevrijding weliswaar ten einde is maar dat dit nog niet geldt voor toenmalig Nederlands-Indië. Dit is de insteek van de auteur, hoogleraar in Amsterdam en als onderzoeker verbonden aan het NIOD: ‘in brede kring heerste er bezorgdheid dat nu de oorlog gewonnen was, de vruchten van de vrede niet geplukt konden worden’, pagina 131.


De visie van de auteur dat de oorlogen in Nederland en in Nederlands-Indië één geheel vormen, is vernieuwend. In de gebruikelijke opvatting eindigt de oorlog op 5 mei 1945 en krijgt het Indonesische streven naar onafhankelijkheid in de meeste boeken geen of summiere aandacht. De auteur legt in de inleiding duidelijk en helder verantwoording af van zijn benadering van de geschiedenis.


In het boek krijgen de politieke en militaire gebeurtenissen gedurende de Tweede Wereldoorlog in verhouding de meeste aandacht. In het eerste hoofdstuk dat de periode van 1900 – 1940 behandelt, staan de internationale verhoudingen centraal waarbinnen Nederland zijn eigen politiek van neutraliteit voert die in de Eerste Wereldoorlog succesvol is. In de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog is de neutrale houding van Nederland echter een ‘bedreigde illusie’: men zag het gevaar van het nationaalsocialisme onvoldoende.


In de volgende hoofdstukken komt de Duitse bezetting ter sprake waarin al snel duidelijk wordt dat het Nederlands bestuurlijke apparaat een onderdeel wordt van het Duitse bezettingsbestuur. Dit heeft twee belangrijke doelstellingen die al snel op alle terreinen zichtbaar worden: het doorbreken van de verzuiling door het oprichten van overkoepelende organisaties op alle terreinen waaronder alle levensbeschouwelijke richtingen moesten vallen. Het tweede doel was de uitsluiting van Joden en dit laatste gebeurde in kleine maar belangrijke stapjes waarin steeds duidelijker werd dat de Joden geen enkel (bestaans)recht meer hebben zoals Seysz-Inquart in 1941 zei: ‘Wij zullen de Joden raken, waar wij hen aantreffen en wie met hen meegaat, heeft de gevolgen te dragen’, pagina 93.


Zoals de auteur duidelijk maakt, is het beschamende dat topambtenaren hierin meegingen omdat zij dachten dat zij op deze manier de bevolking konden beschermen tegen machtsovername door de NSB. Zoals de Joodse wetenschapper en schrijver Sem Dresden later zou zeggen over zijn volk: voor hen golden ‘andere wetten voor een ander bestaan’.


Ook wordt in Nederland tijdens de bezetting het zogenaamde Führerprinzip ingevoerd: de plaatselijke en provinciale democratie werd opgeheven en maakte plaats voor één persoon die de macht uitoefende. Er vond een politieke zuivering plaats waarbij iedereen die zich anti-Duits opstelt, werd ontslagen. ‘Personele nazificatie’ noemt de auteur dit. Abel Herzberg spreekt van ‘de Nederlandse paradox’: ‘de sterke historische vergroeiing der Nederlandse Joden met het Nederlandse volk en de in menig opzicht bestaande identiteit hebben hun nauwelijks gebaat’. Ons land kent één van de hoogste percentages van vermoorde Joden. Daar zijn allerlei oorzaken en verklaringen voor te geven die dit min of meer aannemelijk maken maar het blijft een triest en ongemakkelijk gegeven.


Geleidelijk veranderde het klimaat in ons land: de Duitse onderdrukking werd harder, de vervolging van Joden nam toe en dat had als resultaat dat het verzet toenam en tal van verzetsgroepen ontstonden. Steeds duidelijker werd dat Nederland zijn vrijheid kwijt was en een wingewest van Duitsland was dat economisch werd uitgebuit en steeds meer arbeidskrachten voor de Duitse industrie moest leveren.


De bevrijding was minder romantisch dan wij ons uit beelden vaak voorstellen. Daar is ook in andere publicaties meer genuanceerde aandacht voor gekomen. Met name voor het zuiden van Nederland bracht het moeizame proces van bevrijding, dat in september 1944 begon, chaos, geweld, verwoesting, dood en leed voor burgers met zich mee.


Er is een flink hoofdstuk ingeruimd voor de situatie in Nederlands-Indië waar al sinds het begin van de 20e eeuw een sluimerend verlangen naar zelfstandigheid is. Door de Japanse bezetting en de oorlog die hier vervolgens ontstaat, neemt dit streven naar onafhankelijkheid sterk toe met groeiend verzet tegen Nederland als gevolg.


In ons land was er aanvankelijk weinig oog en begrip voor dit streven waardoor het conflict in snel tempo escaleerde. De auteur staat stil bij de Bersiap-periode die uiterst gewelddadig was, de uitzending van Nederlandse militairen die in ‘politionele acties’ de orde moesten herstellen maar in feite een burgeroorlog voerden. Veelzeggend zijn de woorden van legercommandant Spoor bij de uitzending van de troepen: ‘U bent hier niet om oorlog te brengen maar om de vrede te herstellen; u komt niet als veroveraars maar als bevrijders’.


De auteur laat de feiten spreken en is terughoudend in het geven van zijn eigen mening. Juist zo wordt duidelijk dat Nederland destijds totaal niet aanvoelde hoe de wereld ook in Nederlands-Indië was veranderd en hoe men in z’n eigen visie zat opgesloten.


In een afsluitend hoofdstuk gaat de auteur nog eens uitgebreid in op de wijze waarop leidinggevende mensen in Nederland met dit verleden zijn omgegaan. De visie die in de woorden van generaal Spoor schuilde, maakte na verloop van tijd plaats voor aarzelend begrip die tenslotte uitmondde in het noodgedwongen afstand doen van de overzeese kolonie. Dit betekende het einde van een tijdperk zoals dat voor vele Europese landen gold.


Dit boek onderscheidt zich in deze brede benadering van de veertiger jaren uit de vorige eeuw van vele andere boeken die over de Tweede Wereldoorlog gaan. Deze visie is plausibel en heeft geleidelijk bij herdenkingen aan invloed gewonnen.


Bij de beschrijving van de Tweede Wereldoorlog in ons land krijgt het bestuurlijke aspect in verhouding veel aandacht. Het is daarom wel wat jammer dat de mensen die dit alles meemaakten, niet zo sterk naar voren komen in dit boek. Er zijn echter genoeg andere boeken die dáár juist weer meer aandacht aan besteden. Dit boek heeft daarom zijn eigen tegoed.


ISBN 978 94 638 2085 1 | Paperback | 288 pagina’s Balans | 14 april 2020

© Evert van der Veen, 19 april 2020

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER