Nieuwe recensies Non-fictie

Opération spéciale
Dix ans de guerre entre Russie et Ukraine, vus et vécus depuis le Donbass
Paul Gogo


De auteur (°1991) is correspondent Oekraïne en Rusland voor o.a. La Libre Belgique. Al op de middelbare school volgde hij het keuzevak Russisch. In november 2013 trok hij naar Kiev, Donetsk en Slaviansk. In Kiev maakte hij de overwinning van Janoekovitsj mee en ook zijn weigering om het associatieverdrag met de EU te tekenen. Vervolgens was hij getuige van de Maidan-protesten, die op 21 februari 2014 leidden tot de afzetting en de vlucht van de president.
Poetin reageerde dan met de bezetting en annexatie van de Krim, wat leidde tot een golf van patriottisme en trots in Rusland. Poetin steunde ook de anti-Maidan in de Donbas, een verarmde mijnstreek aan de grens. De mijnwerkers werden door de intellectuelen en kunstenaars van Kiev beschouwd als ongeletterde alcoholisten.


De Russen voedden hun contestatie (strijd) door te verkondigen dat Kiev hen zou verplichten om voortaan enkel Oekraïens te spreken. De regering had in 2014 het Russisch een statuut gegeven van ‘regionale taal’ i.p.v. ‘nationale taal’. De separatisten maakten daarvan dat ze geen Russisch meer mochten spreken.


De Russen beloofden hogere salarissen en een beter leven als ze zich zouden aansluiten bij Rusland. Het Kremlin probeerde ook Marioepol en Odessa in opstand te brengen, maar zeker Odessa was en is té Europees en deed niet mee.


Gogo vertelt ook in ’t kort de geschiedenis van de Donbas, weliswaar zonder de prestaties van de Belgen tussen 1870 en 1917. 2014 werd een dieptepunt, toen de separatisten het cultureel centrum Izolatsia omvormden tot een folter- en executieplek.
Op 28 april 2014 maakte hij in Donetsk de laatste pro-Oekraïense manifestatie mee. Ze werd uiteen geklopt door gewelddadige separatisten, die nadien gezegend werden door orthodoxe geestelijken.


Op 1 mei veroverden de separatisten met veel geweld het politiekantoor en het gerechtsgebouw van Donetsk.  Gogo zag het gebeuren.
Op 2 mei probeerden pro-Russen onrust te zaaien in Odessa. Er sneuvelden 42 personen aan hun kant. De Russische pers maakte ervan dat neonazi’s de pro-Russen levend verbrand hadden. Poetin maakte er op 20 februari 2022 misbruik van om zijn invasie te rechtvaardigen (p. 66).


Ondertussen werden in Donetsk nog meer mensen opgepakt en gefolterd door gemaskerde separatisten, die ook de banken leegroofden. In een pseudo-referendum koos 89 à 96% van Donetsk en Loegansk voor onafhankelijkheid (p. 71).

Lees verder, klik HIER

 

Inzicht
Wetenschap voor Gods aangezicht
Mart-Jan Paul, Wim de Vries, Benno Zuiddam en Jan van Meerten (red.)

 

Op het moment van schrijven loopt er een tentoonstelling in Museum Catharijneconvent met de naam De schepping van de wetenschap. Volgens de website van het museum hebben religie en wetenschap meer gemeen met elkaar dan velen denken. De ontwikkeling van de natuurwetenschappen in Europa kan niet worden begrepen zonder kennis van religie.
Het boek Inzicht spoort helemaal met deze opvatting en diept het thema geloof-wetenschap grondig uit.


In het Woord vooraf schrijven de drie redacteuren: “Het christelijk geloof heeft eeuwenlang een positieve rol gespeeld in de ontwikkeling van de wetenschappen. Dat heeft te maken met de orde die door God in de schepping gelegd is. Hij heeft de natuurwetten ingesteld.
Alle auteurs van dit boek onderschrijven het standpunt dat binnen hun vakgebied geloof en wetenschap prima samen kunnen gaan.


Het boek is opgebouwd rondom vier thema’s:


- Het eerste thema behandelt materiaal over de historiciteit van Bijbelse gegevens, de schepping van de mens en het Bijbelse mensbeeld.


- Het tweede thema bespreekt de relatie tussen geloof en wetenschap in het verleden. Veel wetenschappers waren in het verleden overtuigde christenen: Blaise Pascal, Isaac Newton, Herman Boerhave, Robert Boyle, Jan Swammerdam, Bernard Nieuwentijt, William Paley. De lijst is lang. Al deze natuurvorsers waren onder de indruk van de harmonie, doelmatigheid en schoonheid van de schepping. De gedachte dat het leven in al zijn veelkleurigheid en veelvormigheid spontaan en bij toeval zou zijn ontstaan wijzen ze als ongeloofwaardig van de hand.


- Het derde thema gaat in op de verhouding tussen wetenschap en filosofie. Het gaat over vooronderstellingen als uitgangspunt voor onderzoek en de kracht maar ook de beperking van wetenschappelijke kennis.


- Het vierde thema gaat in op de natuurwetenschappelijke stand van zaken. Natuurconstanten zijn zodanig precies afgesteld dat leven op aarde mogelijk is geworden. Een geringe wijziging in één van die constanten zou menselijk leven al onmogelijk maken. Levende organismen zijn al op het niveau van de eenvoudigste cel ongelooflijk complex en voorzien van digitale informatie die niet evolutionair ontwikkeld kan zijn. De kennis die de mens krijgt door onderzoek van de natuur levert toepassingen op voor technologische ontwikkelingen. Voorbeelden hiervan zijn waterafstotende coatings, honingraatpanelen, klittenband, het ontwerp van vliegtuigvleugels. De mens imiteert als het ware de natuur (biomimetica).


De rode draad in het boek is de opvatting dat wetenschap toetsbaar moet zijn en experimenten herhaalbaar. Daarom kan de wetenschap geen uitspraken doen over het ontstaan van leven. Niemand was erbij toen leven ontstond en niemand kan het in een laboratorium nabootsen. Dat leven spontaan en toevallig kan ontstaan na een Big Bang van een paar miljard jaar geleden is een onbewezen vooronderstelling. De auteurs van dit boek zien overal in de natuur doelgerichte ontwikkeling (in plaats van toevallige), orde en schoonheid. Er is om die reden volgens hen sprake van een ontwerp en dat wijst op het bestaan van God. De bevestiging van hun zienswijze vinden ze terug in de Bijbel.


Dit boek bevat diepgravende bijdragen. De meeste zijn desondanks heel leesbaar. Voor sommige bijdragen geldt dat een bèta-achtergrond een voordeel is. Het boek is vooral bedoeld voor jonge mensen/studenten en voor christenen die geïnteresseerd zijn in dit onderwerp. Daarnaast constateer ik dat Inzicht een waardevolle rol kan spelen in de discussie met wetenschappers die geen christelijke achtergrond hebben. Inzicht baseert zich op gedegen onderzoek en stelt op basis daarvan lastige vragen over wetenschappelijke conclusies die moeilijk houdbaar zijn geworden. Er is geen enkele reden om hautain neer te zien op christelijke wetenschappers. Er is eerder alle reden om kennis te nemen van de resultaten van hun onderzoek en de terechte vragen die in dit boek worden gesteld te pareren. Als christelijke wetenschappers de moeite nemen om zich grondig te verdiepen in het werk van andersdenkenden mag het omgekeerde ook verwacht worden.


Alle auteurs van Inzicht zijn gepromoveerd in hun vakgebied. Het merendeel is verbonden aan een universiteit, een HBO-instelling of een onderzoeksinstelling. Ik wil geen namen noemen om niemand te kort te doen, want alle bijdragen zijn van een hoog niveau.


Wel noem ik graag de naam van de enige niet-academicus in dit gezelschap. Dat is Jan van Meerten, die geen bijdrage schreef, wel redacteur was en tevens de initiatiefnemer is van deze bundel. Als kartrekker heeft hij onvermoeibaar gezwoegd om het werk van twintig auteurs te coördineren. Het resultaat mag er zijn en die lof geldt ook de andere drie redacteuren.


Het boek is uiteraard voorzien van een uitgebreid notenapparaat en een beknopt register, bij sommige hoofdstukken is een verklarende woordenlijst opgenomen, en tot slot zijn van alle auteurs de personalia vermeld.
Inmiddels is van dit prima boek al een tweede druk verschenen.


ISBN 9789087187002 | Paperback | Omvang 342 blz. | Uitgeverij Labarum Academic Apeldoorn | 1 maart 2023

© Henk Hofman, 12 april 2024

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER

 

Eerste liefde
Stine Jensen


Het bijzondere van een eerste liefde is de totale aandacht die je voor elkaar hebt.
Alles aan de ander is nieuw, interessant, leuk en je doet er ook veel aan om die aandacht van en voor die ander vast te houden.
De rode draad in dit boekje is dan ook 'aandacht'.


Bij een eerste liefde is die aandacht compleet en intens, er valt zoveel te ontdekken. Je kunt bijna gewend raken aan die aandacht zoals Stine Jensen vertelt.
Haar eerste liefde stuurde elke dag een dikke brief, het werd bijna gewoon, totdat hij stopte met schrijven... Toen sloeg de twijfel toe.
Waarom schreef hij niet meer? Vond hij haar nog wel leuk? Al die vragen die iedereen zal herkennen in die onzekere begintijd van die eerste liefde.


Volgens Jensen draait het verliefd zijn, de liefde, vooral om die aandacht die er aanvankelijk is voor de ander. Hoe langer de relatie duurt hoe meer de aandacht verslapt en mogelijk daardoor de aanvankelijk grote liefde verdwijnt.
Jensen noemt ook films en boeken die op een bijzondere manier de start en ondergang van een liefde weergeven.

In deze tijd vol digitaal verkeer stelt Stine Jensen wordt een cultuur gekweekt waarin liefde en likes met elkaar verward worden.


"Likes van anderen geven ons het gevoel dat we ertoe doen. We denken dat een complimentje krijgen hetzelfde is als liefde en snakken de hele dag door naar bevestiging."


Ook wordt onze aandacht zo enorm versnipperd door de sociale media dat het lastig wordt om te kijken naar wat er werkelijk toe doet. Iedereen is wel online te bereiken. "Afwezigheid is geen optie." De dag wordt vaak bepaald door appjes, foto's en berichtjes sturen enz. De aandacht voor elkaar is er nog wel maar op een heel andere manier dan in de tijdperk zonder social media. Het is een vooral niets missen geworden in plaats van werkelijke interesse in de ander hebben.


Stine Jensen weet dit alles in duidelijke taal te verwoorden. Een boekje dat stemt tot nadenken.
In feite zou meer oprechte aandacht voor elkaar iedereen goed doen.


Stine Jensen (1972) is geboren in Denemarken, maar groeide op in Nederland. Ze studeerde filosofie en literatuurwetenschap in Groningen en werkt als criticus en columnist voor NRC Handelsblad.


ISBN 9789059654839 | Paperback | 64 pagina's | CPNB/Hollands Diep | 4 januari 2019

© Dettie, 13 april 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Onderweg
Op weg naar Santiago, op zoek naar mezelf
Bente van de Wouw


"Ik wist dat ik in het leven dat nog voor me lag opnieuw zou breken, barsten, scheuren. Dat was goed, ik wist nu hoe ik mezelf weer aan elkaar kon lijmen. Ik zou de barsten opvullen met goud en als die grote en kleine scheuren zouden, net als in de Japanse kunst kintsugi, bijdragen aan mijn schoonheid."


Bovenstaande zinnen schrijft Bente van de Wouw tegen het eind van het boek. Voorafgaande hieraan hebben we haar indrukwekkende verhaal kunnen lezen dat begint met de eerste stap op de Camino in Saint-Jean-Pied-de Port. Natuurlijk lezen we over het het te wandelen traject, de blaren, de ontmoetingen, het afzien en de vreugde, de prachtige band die tussen wandelaars ontstaat, de vriendschappen die gesloten worden en de hulp die de wandelaars elkaar bieden.
Toch zijn dat min of meer de bekende verhalen ondanks dat Bente van de Wouw die op erg mooie manier weet over te dragen.

Het mooiste aan het boek is echter het innerlijke traject dat Bente aflegt. Dat vertelt ze ons als het ware onder het wandelen door. 
Hooggevoelig als ze is, kent haar leven meer pieken en dalen dan anderen. Maar die zijn nooit zo erg dat ze er last van heeft. Haar leven verloopt prettig, na haar schooltijd krijgt ze een mooie baan en woont ze samen met haar jeugdliefde Rick. Maar op gegeven moment breekt alles haar op, stikt ze bijna in het stramien waarin ze zit, alleen weet ze dat op dat moment nog niet. Ze krijgt een burn-out en langzamerhand ziet ze de liefde tussen Rick en haar afbrokkelen totdat de dag komt dat hij weg is. Het verdriet hierover beschrijft Bente bijna voelbaar.

Ze krijgt paniekaanvallen en haar gevoelens flitsen van hoogte- naar dieptepunten en weer terug. Ze probeert overeind te blijven maar het lukt niet. Ze gaat naar haar ouders in de hoop daar haar veilige haven terug te vinden maar ook dat is veranderd. Haar moeder zegt iets dat angst oproept en haar een tijd zal achtervolgend. Ze knokt en vecht tot ze bijna niet meer kan, de put is diep, en toch is er iets waardoor ze overeind blijft en doorgaat.


Bente vertelt haar verhaal zonder zelfmedelijden maar wel eerlijk. Dat maakt het ook zo ontroerend, ik moest af en toe een traantje wegpinken. Hooggevoelig als ze is, komen veel zaken hard binnen, maar ondanks de paniek en angst weet ze steeds door alles heen te komen om daarna weer overeind te krabbelen. De titel is dan ook mooi gekozen. Bente is niet alleen onderweg naar Santiago maar ook onderweg naar acceptatie en rust.
Het is een prachtig boek dat kracht uitstraalt, een boek van om te koesteren en te herlezen.


Zie ook het instagramaccount van Bente van de Wouw @tobehonestnl


ISBN 9789000381098 | Paperback met flappen | 255 pagina's | Spectrum | 8 februari 2022

© Dettie, 3 april 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, Klik HIER

 

Zwijgende vaders
Het onbekende verhaal van de dwangarbeid
Tim Overdiek

‘Nederlanders van arisch bloed, in den leeftijd van 17-45 jaar (ook gehuwden)’ worden opgeroepen om zich te laten keuren voor het legioen van de Waffen-SS en de Landwacht. ‘Personen tussen 18-35 jaar, die aanmeldingsplichtig zijn voor den arbeidsinzet kunnen zich eveneens op een der keuringsdagen aanmelden en worden gedurende hun verbintenis van den arbeidsinzet vrijgesteld.’


In juli 1943 melden zich vele Nederlandse mannen om naar Duitsland te gaan, waar ze zouden moeten werken:  de Arbeitseinsatz, nodig omdat Duitse mannen en jongens aan het front waren.
Het lijkt een onderbelicht onderdeel van de tweede wereldoorlog, en dat komt doordat die mannen eenmaal terug in Nederland, hier hard aan het werk gingen en zwegen over wat ze meegemaakt hadden.
De mensen die er niet mee te maken hadden gehad stelden vaak akelige vragen:
Waarom ben  je niet ondergedoken? 
Ben je misschien vrijwillig in Duitsland gaan werken?
Was je zelfs nazi-sympathisant?


Ook jaren later bleven ze vaak zwijgen. Uit een soort schaamte toch?


Ook de vader van schrijver en journalist Tim Overdiek zweeg.
Na al die jaren besluit zijn zoon onderzoek te doen: wat heeft zijn vader meegemaakt? Waar was hij te werk gesteld?  En terwijl hij op onderzoek ging naar het verleden van zijn inmiddels overleden vader, kwam hij op het spoor van andere verhalen. Ook veelal van reeds overleden mannen.


Hun verhalen moeten verteld worden, ‘als eerbetoon aan die heel gewone Nederlandse jongens die terechtkwamen in de Duitse oorlogsmachine’. Het is een heidens karwei: archieven zijn ofwel vernietigd of erg onvolledig. Zoals gezegd zijn de direct betrokkenen vaak al overleden en hebben zij hun verhaal niet doorverteld. Overdiek moet het stellen met het weinige dat de nakomelingen nog weten en een enkel verslag of dagboek. Hij reisde in de voetsporen van zijn vader naar Duitsland.


Sommige mannen mochten na een geruime periode met verlof naar huis. En dan keerde niet iedereen braaf terug. Sommige mannen wisten op andere manieren te ontsnappen maar als ze daarbij gesnapt werden was de straf zwaar. Dan waren ook zij, of in ieder geval de fabrieken waar ze werkten, doelwit van geallieerde bomaanvallen. Een van de redenen waarom niet iedereen die in Duitsland te werk was gesteld nadat de oorlog voorbij was, terugkeerde. En zij die terugkeerden zwegen.


Een belangwekkend verhaal, voor de nazaten van zwijgende vaders, maar in feite voor iedereen, omdat het niet vergeten mag worden.Het verslag van Overdiek leest vlot, en is voorzien van enkele foto's en een bibliografie.


Tim Overdiek (1965) is schrijver en therapeutisch coach. Hij was jarenlang journalist, onder meer voor NOS Nieuws.


ISBN 9789463823395  | Paperback | 256 pagina's | Uitgeverij Balans | maart 2024

© Marjo, 1 april  2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Anna's perfecte smaken
Anna Jones


Citroen, olijfolie, azijn, mosterd, bliktomaten, kappertjes, chilipeper en harissa, tahin, knoflook, uien, miso en pinda's. Dit zijn de (basis)ingrediënten waar dit vegetarische kookboek om draait. Ingrediënten die allen lang houdbaar zijn, relatief betaalbaar en makkelijk te verkrijgen. Elk ingrediënt heeft een eigen hoofdstuk gekregen en het is verbazingwekkend wat er allemaal mee gemaakt kan worden.


De hoofdstukken beginnen met uitleg over het ingrediënt, een opsomming van de verkrijgbare soorten en uitleg over de smaak, uiterlijk en bij welke groente het ingrediënt goed past. Ook wordt vermeld hoe je het ingrediënt het beste kunt bewaren en welke manieren van gebruik bij Anna Jones favoriet zijn.
Hoewel ik graag en altijd met verse ingrediënten kook, ben ik toch niet erg bekend met harissa, tahin en miso en dan is deze uitleg extra prettig.


Maar naast de overheerlijke recepten krijgen we ook heel veel informatie over hoe je de smaak van vlees en vis kunt vervangen door plantaardige producten. Anna Jones gebruikt bijvoorbeeld fijngemalen en daarna gebakken kappertjes als vervanger voor anjovis. Om de smaak van bacon en ontbijtspek te krijgen bakt ze plakken gerookte tofu krokant in wat olie en druppelt daarna een beetje ahornsiroop met gerookte paprikapoeder over de warme plakken en bakt ze nog een paar seconden, en klaar is de 'spek'.


Anna Jones geeft ook korte maar grondige les in smaak. We leren dat naast proeven ook andere zintuigen meespelen in onze smaak. Ze leert ons hoe je smaak kunt opbouwen, hoe je het beste zuur, bitter, zout en zoet gebruikt. Maar ook hoe de werking van zoet kan zijn, bijvoorbeeld  op het verzachten van pittige gerechten, ook meldt ze dat zoet wordt versterkt in warme gerechten.
Ook de textuur van een gerecht wordt besproken evenals veel andere zaken die met smaak te maken hebben. Het is erg interessant om te lezen.
Maar er is veel meer in dit kookboek te lezen, wat helaas onmogelijk is om allemaal te noemen.


Verder doen de recepten met de twaalf ingrediënten je watertanden. Zelf ben ik een groot liefhebber van knoflook en alle recepten die in dit boek staan nodigen erg uit om ze te gaan maken. De tahin blijk je zelf te kunnen maken en als je de bijbehorende gerechten ziet en leest, zullen daar ook vast wat van de recepten uitgeprobeerd worden. Rokerige aubergines met tahin en gekruide tomaten bijvoorbeeld.
Wat ook erg prettig is, is dat een beetje kookliefhebber veel van de ingrediënten - veelal kruiden - in huis zal hebben, het te bereiden eten zal daardoor niet enorm duur worden.

Opnieuw heeft Anna Jones een erg prettig en aantrekkelijk kookboek samengesteld.
Het enige wat ik mis is een aanduiding van het aantal calorieën, koolhydraten en dergelijke maar het merendeel van de recepten vormen vooral gezonde maar heerlijke gerechten  dus heel erg is het niet.
Aanrader!


ISBN 9789464043082 | Hardcover | 353 pagina's | Fontaine uitgevers | 26 maart 2024
Vertaald door Renate Hagenouw en Aniek Njiokiktjien

© Dettie, 27 maart 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De Sportpalastrede 1943
Goebbels en de ‘totale oorlog’
Peter Longerich

 
Joseph Goebbels (1897-1945) was de minister van propaganda in het Derde Rijk van Adolf Hitler. Hij was een trouwe paladijn van Hitler en een fanatieke antisemiet. Zijn vrouw Magda verafgoodde de Führer. De zes kinderen die uit dit huwelijk geboren werden, kregen een voornaam die met de letter H begon. De H van Hitler. Het echtpaar had geen gelukkig huwelijk, beide hadden hun affaires en Joseph Goebbels was een berucht rokkenjager. Een scheiding werd echter verboden door Hitler.


Het ging voor Duitsland niet goed met de oorlogvoering. De omsingeling en vernietiging van het Duitse zesde leger bij Stalingrad was een enorme klap voor het Duitse moreel. Om het elan en het geloof in de eindoverwinning terug te krijgen, organiseerde Goebbels een massabijeenkomst in het Sportpalast. Goebbels was geknipt voor zijn rol als propagandachef. Als spreker was hij ongeëvenaard en de zogenaamde Sportpalastrede uit 1943 werd zijn meesterstuk. Zijn rede duurde twee uur en hij bouwde zijn betoog op naar een climax waarin de vraag werd gesteld: “Wollt Ihr den totalen Krieg?” Een uitzinnig gehoor barstte minutenlang uit in Sieg Heilgeroep en applaus.


Met de ‘totale oorlog’ bedoelde Goebbels een omschakeling naar een oorlogseconomie, waarin alle overbodige activiteiten (bioscopen, restaurants, cabarets, casino’s, luxe-winkels) gesloten werden, vrouwen verplicht werden tot de leeftijd van 45 jaar in de fabrieken te werken om daarmee zoveel mogelijk mannen vrij te maken voor frontdienst.


Zoals de naam al aangeeft was het Sportpalast in gebruik voor allerlei sportwedstrijden en andere evenementen. Met zijn lengte van 120 meter, breedte van 54 meter en hoogte van 20 meter was de zaal heel geschikt voor het beleggen van massabijeenkomsten. Een groot voordeel was ook dat er geen pilaren hinderlijk in het zicht stonden. In deze zaal versmolt het individu tijdens de toespraak met de massa, verdween de ratio om plaats te maken voor hysterie.


Goebbels was euforisch over het daverende succes van zijn rede. Maar Longerich typeert Goebbels als een ‘zeer intelligent, ijskoude en grenzeloos fanatieke demagoog’. Zijn rede in het Sportpalast is een griezelig voorbeeld van massasuggestie.


Longerich maakt in het derde deel duidelijk dat het concept van de ‘totale oorlog’ al vrij snel verzandde. Dat had te maken met een permanente interne machtsstrijd binnen de partij, waarin rivalen dongen om de gunst van Hitler en men bang was dat een ander de favoriet van Hitler zou worden. Hitler zelf wilde Goebbels of wie dan ook niet te machtig maken en voerde een beleid van verdeel en heers. Bovendien voelde hij niet voor de verplichte tewerkstelling van vrouwen. Hij voorzag dat dit een impopulaire maatregel zou zijn en dat vrouwen zich tegen het regime zouden keren.


De ‘totale oorlog’ zoals Goebbels die voor ogen had staan, kwam er dus niet. Wel kwam de ‘totale nederlaag’ van Duitsland in mei 1945. Goebbels, wetend dat hij berecht zou worden, pleegde samen met Magda zelfmoord, nadat zij eerst hun zes kinderen hadden vergiftigd.


Dit boek heeft een logische indeling rond drie thema’s: Eerst bespreekt Longerich de voorgeschiedenis. Daarna is de volledige tekst van de rede opgenomen, voorzien van commentaar door de auteur. Tot slot onderzoekt de schrijver wat de reacties in binnen- en buiteland op deze spectaculaire rede waren en wat er van het concept ‘totale oorlog’ terecht is gekomen.


De ‘Sportpalastrede’ is verder een interessant boek en goed geschreven. De griezelige les is dat demagogen een menigte kunnen manipuleren en voor hun karretje kunnen spannen. Eén van de pedagogische doelstellingen in onze tijd is ‘weerbaarheid’ te kweken bij een opgroeiende generatie. Een prima doelstelling, maar toch is ‘weerbaarheid’ net als ‘beschaving’ in tijden van crises maar een dunne schil.


Peter Longerich (1955) is de aangewezen figuur om dit boek te schrijven. Hij heeft in 2010 een veelgeprezen biografie over Goebbels gepubliceerd. Daarnaast heeft hij zich verdiept in de geschiedenis van de Holocaust. Hij wordt op één lijn gezet met andere gezaghebbende historici, zoals Ian Kershaw, Richard Overy, Timothy Snyder. Op het moment is hij hoogleraar aan de University of London’. Het boek is voorzien van een notenapparaat, register en bibliografie. De prima vertaling is van de hand van Huub Stegeman. De mooie omslag is het werk van Bart van den Tooren.

Van harte aanbevolen!


ISBN 9789464563573 | Paperback | Omvang 223 blz. | Uitgeverij Walburg Pers, Zutphen | 1 april 2024

© Henk Hofman, 22 april 2024

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER.

 

De trein naar het Imperium
Reizen door het Rusland van nu
Maja Wolny


De Pools-Belgische schrijfster Maja Wolny (°1976) reisde in oktober 2022 van Warschau naar Rusland en naar enkele buurlanden, zoals Ryszard Kapuscinski haar voordeed tussen 1989 en 1991, toen hij  de uiteenvallende Sovjet-Unie bezocht en beschreef in zijn ‘Imperium’ (1993). Haar doel was: met de bewoners praten over de oorlog van Poetin. De niet-Russen hebben sinds de invasie het land verlaten (p. 16).


Ze begint in Sint-Petersburg, waar de zon slechts 60 dagen per jaar schijnt. In 2006 krioelde het van Westerse toeristen, nu is er niemand meer (p. 23-27). De meeste luxe winkels zijn gesloten ‘om technische redenen’(p. 31): geen woord over de oorlog of de sancties. De meeste Russen geloven dat de VS en de NAVO de echte agressors zijn (p. 54). Ze geloven ongeveer alles wat Poetin verkondigt.
Enkele miljoenen jonge mannen zijn gevlucht voor de mobilisatie. Ze blijven weg van hun werk om niet opgepakt te worden voor het leger. Dat wordt niet verteld op de tv, die wel beweert dat kinderen uit de Donbas gelukkiger zijn nu ze bij Rusland horen (p. 66). De Russen zijn ervan overtuigd dat de mensen in de Donbas liever bij Rusland horen (p. 122).


Ze bezoekt ook Novosibirsk, na Moskou en Sint-Petersburg de grootste stad van Rusland. Ook daar zijn geen toeristen, zelfs niet uit China. Ook daar leeft de overtuiging dat de oorlog veroorzaakt is door de VS: “De Amerikanen willen Rusland vernietigen en misbruiken daarvoor de Oekraïners” (p. 90). Ze trekt ook naar Akademgorodok, in de jaren 50 bedoeld als het Russische Silicon Valley (p. 96-97). Dat is algemeen bekend in Rusland, maar niet daarbuiten. De sancties hebben daar één voordeel: ze stimuleren de wetenschappers om zelf dingen uit te vinden. Ze bezoekt ook Krasnojarsk, aan de Jenisej en vertelt dat Poolse ingenieurs destijds(1891-1905) de Transsiberische spoorweg bouwden (p. 115). In de winkels is alles aanwezig, dankzij China. Op de trein krijgt ze een boete omdat op haar ticket enkel ‘Wolny’ staat en niet ‘Wolny-Peirs’. Ze krijgt de raad zich geen Poolse te noemen, maar een Belarussische (p. 131-133).


Ook in het uiterste oosten van Siberië zeggen haar gesprekspartners: “Wij voeren oorlog tegen het kwaad, tegen het nazisme en tegen Amerika, dat Rusland wil verzwakken en verwoesten” (p. 139, 154, 158, 195). Reclameborden tot in Jakoetië verheerlijken de invasie van Oekraïne met ‘Alles voor de Overwinning’ (p. 164). Van de 106 mensen die ze interviewde, waren er maar twee die de oorlog krachtig veroordeelden.


Overal in Siberië treft ze Polen aan. Het dertiendelig woordenboek van de Jakoetische taal werd in de 19de eeuw opgesteld door de Poolse balling Edward Piekarski. In Jakoetsk is pas nog een groot standbeeld gebouwd voor Stalin, hoewel er 105 kampen waren (p. 170-175). De initiatiefnemers keuren dus zijn misdaden goed. Ze geeft daar een interview voor de Poolse tv. Mogelijk werd ze daarvoor later opgepakt aan de Pools-Belarussische grens (p. 177-178).


Kolyma is een afgelegen hel, ijskoud en berucht om zijn kampen en om de vele dwangarbeiders die er gestorven zijn. De regio is rijk aan goud, koper, kobalt, uranium. Ze bezoekt er musea van de goelag en stelt er vragen over de oorlog.


Dan zit ze ineens in Transnistrië, een smalle strook tussen Moldavië en Oekraïne. In 1990 heeft het gebied zich losgemaakt van Moldavië, omdat de regering er het Roemeens wou opleggen.
Dan volgen het arme Moldavië, dat 400.000 Oekraïners opgevangen heeft, Gagaoezië, een autonome regio in het zuiden van Moldavië en vervolgens Odessa, waar het strand vol ligt met Russische mijnen en waar heel wat gebouwen verwoest zijn. Vandaar trekt ze naar Georgië, op zoek naar gevluchte Russen, die er met ruim 100.000 zijn.


Dan naar Armenië en Azerbeidzjan. Ook daar werkten eind 19de- begin 20ste eeuw veel Polen. In Moermansk constateert ze dat alles aanwezig is in het warenhuis: Spaanse wijn, Nutella, Franse kazen, Belgisch bier (p. 255). In Belarus mag ze in januari 2023 niet binnen: het verbod komt van de Russische FSB wegens haar ‘anti-Russische artikels’  en het geldt tot 30 oktober 2042! Ze beleeft er veel angst, zoals vaak tijdens deze reis en ze wordt naar Polen gedeporteerd. Het boek eindigt met een veeltalige bibliografie.


Beoordeling
Wolny kan heel goed schrijven, ze zorgt voor spanning vanaf het begin. Ze is zeer belezen, ze citeert uit vele andere schrijvers, vaak Russische. Ze heeft een rijke woordenschat, waarmee ze wel veel omwegen bewandelt om iets te zeggen dat met minder woorden ook zou kunnen. De lezer die een chronologische volgorde verwacht, zal wel ontgoocheld zijn; je moet zelf uitzoeken wanneer ze ergens verblijft. Een kaart ontbreekt helaas: de schrijfster gaat ervan uit dat iedereen weet waar Tajsjet, Tsjoekotka en Gagaoezië liggen. Een elementaire kennis van het Russisch is wenselijk.
Er staat één zetfoutje in: Astolphe de Custine (1790-1857) schreef zijn ‘La Russie en 1839’  uiteraard in 1839, niet in ‘1939’ (p. 26).


Boeiende lectuur!


ISBN 978-90-223-4043-1 | Paperback | 280 pagina's incl. foto's | Uitgeverij Manteau, Antwerpen, maart 2024

© Jef Abbeel, 13 april 2024  www.jefabbeel.be

Lees de reacties op het firum en/of reageer, klik HIER

 

Verlicht liberaal in driedelig grijs
Het leven van Molly Geertsema (1918-1991)
Klaas Tammes


Op 3 april 2024 werd in een sprankelende bijeenkomst in het Provinciehuis te Arnhem het nieuwe boek van Klaas Tammes gepresenteerd. Verschillende sprekers, die het boek al hadden gelezen, roemden de boeiende stijl van schrijven van de auteur. En inderdaad evenaart de auteur zijn reputatie uit voorgaande boeken als schrijver begiftigd met een vlotte pen.


Geertsema was een markant politicus. Hij was lid van de Tweede Kamer, burgemeester van Warffum en Groningen, minister van binnenlandse zaken, fractievoorzitter, Commissaris van de Koningin in Gelderland, en na zijn pensionering weer vier jaar lid van de Eerste Kamer. Overal werd hij gewaardeerd om zijn bestuurderskwaliteiten, zijn enorme werkkracht en zijn benaderbaarheid.


Ed Nijpels, één van de sprekers in de genoemde bijeenkomst, noemde Molly Geertsema ‘een vat vol tegenstrijdigheden’. Dat blijkt inderdaad uit de totaal verschillende beoordelingen van Geertsema als politicus. We hoeven alleen maar te kijken naar de mening van partijgenoten. Loek Hermans noemt hem ‘het liberale geweten van de VVD’. Frits Bolkestein vindt dat onzin: Hans Wiegel was voor de partij veel belangrijker dan Geertsema ooit is geweest. Johan Remkes vindt Geertsema progressief op humanistische thema’s, maar weer niet op sociaaleconomisch gebied. Hans Wiegel vindt zijn voormalige collega alleen progressief als het om gelijkberechtiging van homoseksuelen ging, maar verder niet. En zo heeft eenieder zijn eigen invalshoek.


Klaas Tammes heeft in korte tijd bergen werk verzet om dit boek te schrijven. Alleen al de zeventig interviews en het uitwerken van al die gesprekken moet hem veel tijd hebben gekost. Toch is dit boek binnen twee jaar tot stand gekomen.


Tammes typeert Geertsema als liberaal in hart en nieren en een bestuurder bij uitstek. Van alle ambten vond hij het burgemeesterschap het mooiste. Hij ijverde voor homo-emancipatie en was fervent voorstander van samenwerking met de PvdA.


Geertsema was een man met een wat hoekig karakter. Hij noemde de dingen bij hun naam en kon dan ongezouten uit de hoek komen. Het is jammer dat dit soort politici er vandaag de dag niet veel meer zijn. Dat heeft te maken met bedreigingen op sociale media en activisten die opduiken voor de voordeur van je woning. Het is te begrijpen dat dit soort dingen je voorzichtig maakt. Evenwel heeft Geertsema daar altijd lak aan gehad. Hij nam nooit een blad voor de mond.


Als persoon was Geertsema een opvallende verschijning. Altijd gekleed in een driedelig grijs pak, een stevig postuur, en een fors stemgeluid. Hij hield van sport en een goed glas sherry, las nooit romans, en verafschuwde klassieke muziek. Hij was gesteld op goede manieren en ergerde zich aan mensen die tijdens een diner opstonden om naar de wc te gaan. Eten in een gelegenheid waar zo weinig licht was dat je niet kon zien wat er op je bord lag, stond hem ook niet aan.


Zo weet Klaas Tammes het informatieve gehalte te mixen met anekdotische wetenswaardigheden. En misschien is dat wel het geheim van zijn vlotte pen.
Heel bescheiden meldt Tammes in het Woord Vooraf dat dit geen allesomvattende biografie is, maar een biografisch portret. Het heeft hem niet belet een uitstekend portret te geven van een unieke, karakteristieke persoonlijkheid. Goed dat deze authentieke politicus aan de vergetelheid is ontrukt.


Klaas Tammes (1948) is sociaalgeograaf en oud-burgemeester van Lienden, Heteren (wnd.) en Buren. Hij schreef eerder biografieën van L.R.J. Ridder van Rappard, Hans Gruijters en de tien eerste vrouwelijke burgemeesters in Nederland. Onder het pseudoniem Nico van Abbenes publiceerde hij vier politieke thrillers die zich afspelen in de gemeentepolitiek.

 

ISBN 9789044655285 | Paperback | Omvang 328 blz. | Uitgeverij Prometheus | 15 maart 2024
Het boek is voorzien van een fotokatern, een bronnenlijst, een overzicht van de interviews, een register en een notenapparaat.

© Henk Hofman, 11 april 2024

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER.

 

Schoonvader van Poetins geheim agent
Tien jaar oorlog en liefde
Roel van Duijn


In dit boek bespreekt de auteur de Russische inval in Oekraïne (februari 2022), de voorgeschiedenis ervan, het verloop van de strijd, de propagandaoorlog en de noodzaak om Oekraïne uit alle macht te ondersteunen. Daardoorheen vlecht hij het verhaal van een relatie met de veel jongere Russische Zjenja. Die relatie loopt stuk als de dochter van Zjenja trouwt met een agent van Poetins geheime dienst. Zjenja wilde haar dochter niet laten vallen. Van Duijn wilde niet de schoonvader worden van Poetins geheim agent.


Het verhaal wordt verteld aan de hand van dagboekaantekeningen. Dat maakt het boek levendig om te lezen. Omdat de auteur vanuit het heden teruggrijpt op de dagboekaantekeningen is dit geen doorlopend chronologisch verhaal geworden. Veel onderwerpen komen op meerdere plaatsen in het boek aan de orde. Van Duijn heeft een vlotte stijl, zodat dit niet storend is. Vaak maakt hij van een herhaling gebruik om aanvullende informatie te geven.


Zijn scherpzinnige observaties zijn gebaseerd op het nauwkeurig volgen van het nieuws en op boeken van gerenommeerde historici. Het stelt hem in staat om feiten te onderscheiden van propaganda, zijn mening te baseren op solide argumenten en niet op emotie. Toch schemert er nog wel een naïef idealisme in de beschouwingen door, afkomstig uit de jeugdjaren van Van Duijn. Een voorbeeld daarvan is zijn hoop op een toekomstige wereldordening waar in overleg wereldproblemen worden aangepakt. Dit is een eeuwenoude illusie die steeds weer stukloopt op botsende belangen. De Verenigde Naties waren bij de oprichting bedoeld als zo’n overlegplatform, maar de praktijk geeft een ander beeld. Een ander voorbeeld is zijn huwelijk met Zjenja, gezien als bijdrage aan een harmonieuze multiculturele samenleving. Na een veelbelovend begin bleken politieke en culturele meningsverschillen in werkelijkheid onoverkomelijk.


Van Duijn zet Poetin en zijn kliek neer als een bende schurken met bloed aan hun handen, die geen middel schuwen om zichzelf te verrijken en hun macht te vergroten.
Poetin heeft het Westen in slaap gesust met zijn gascontracten. Hij sloot ook akkoorden waarin hij toestond dat Polen, Tsjechië en Hongarije lid werden van de NAVO. Hij garandeerde zelfs de soevereiniteit van Oekraïne in ruil voor het afstaan van hun kernwapenarsenaal. De Verenigde Staten hebben een half miljard dollar betaald voor het transport van de kernwapens naar Rusland.


Na jaren van opbouw en voorbereiding rukte Poetin het masker af en viel hij zijn buurland binnen onder voorwendsel dat de NAVO een bedreiging zou zijn voor de Russische veiligheid.
Van Duijn geeft uitstekend aan hoe Rusland gelegenheidscoalities smeedt met China, Noord-Korea en Iran om de Amerikaanse militaire en economische hegemonie te doorbreken. In feite zijn Rusland en China keiharde rivalen, maar deze ‘roofdieren’ houden dat nu nog zo veel mogelijk verborgen. Hij is heel kritisch over de zwakke opstelling van Europa. Wapenleveranties zijn veel te laat op gang gekomen, in onvoldoende aantallen en bepaalde wapensystemen zijn niet geleverd om niet ‘bij te dragen aan escalatie’.


“De bewoners van de democratische landen tonen een pijnlijk gebrek aan besef dat je voor het behoud van de democratie moet strijden tegen de bedreiging ervan.” (blz. 418)


Van Duijn trekt hieruit vergaande consequenties.
In de eerste plaats moet Europa zich tot het uiterste bewapenen om Poetin te stoppen.
In de tweede plaats moet de productie van wapens in Europa topprioriteit krijgen.
En in de derde plaats zal Europa moeten beschikken over een flink arsenaal atoomwapens. (blz. 419)
Dit alles ‘ligt niet in mijn vroegere lijn’ voegt Van Duijn eraan toe. Dat zal waar zijn! Ik heb als beginnende leraar in het voortgezet onderwijs lesgegeven over Roel van Duijn, oprichter van Provo, pacifist, demonstrant tegen kernbewapening. Wat een omslag heeft Van Duijn in zijn denken gemaakt! Moedig, want vroegere medestanders zal hij van zich vervreemd hebben. Eerlijk, want hij spaart zichzelf niet. Verstandig, want inderdaad pacifisme heeft nog nooit een oorlog voorkomen.
Kortom: een boeiend boek, met een schat aan informatie.


Roel van Duijn (1943) medeoprichter van Provo en de Kabouterbeweging, oud-wethouder van Amsterdam, publiceert boeken en artikelen.


ISBN 9789464563559 | Paperback | Omvang 423 blz. | Uitgeverij Walburg Pers Zutphen | 23 februari 2024

© Henk Hofman, 2 april 2024

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER.

 

Ovenschotel
bijbel

Van krokante bloemkoolschotel met kerriekruim tot moussaka met aubergine en kaneel
Janneke Philippi

Een nieuwe in de uitgebreide reeks Bijbels, om heel veel inspiratie op te doen!


Krokante bloemkoolschotel met champignons en kerriekruim
Preischotel met gerookte zalm en dillepuree
Pastaschotel met lamsgehakt, aubergine, tijm en feta
Romige risotto met venkel en zalm
Appel-kaneelcrumble…


Ga je al watertanden? En dan heb je de foto’s nog niet gezien!
In dit boek vind je bijna 400 pagina’s recepten, waarbij er voor ieder wat wils te vinden is. Allemaal ovenschotels dit keer, voor sommige hoef je niet meer te doen dan een ovenschaal te vullen en die in de oven te schuiven.

Hoe makkelijk kan het zijn?


Voor andere is er wel wat voorbereiding nodig, moet je bepaalde ingrediënten voorkoken of bakken.
Bij ieder recept vind je in een kolom aan de rechterkant voor hoeveel personen het gerecht bedoeld is, en daar staat ook de voorbereidingstijd |(indien nodig) en de oventijd. Vervolgens de ingrediënten en welke keukenattributen handig zijn.
Achter in de index vind je de recepten met de indeling die ook in het boek gebruikt wordt: eerst de basisrecepten, dan vervolgens de schotels met vooral aardappel, pasta, rijst, en schotels die bedekt worden met een deeg. Vervolgens een heleboel koolhydraatarme recepten, om af te sluiten met zoet. Je ziet: niet een indeling op basis van vlees, vis of vegetarisch/vegan, maar die recepten zijn er wel. Dat vergt wat zoekwerk.
Vaak kan je overigens een recept ook aanpassen. Janneke Philippi geeft namelijk tips, zoals


’vegatip: vervang de zalmreepjes door 250 gram witte bonen uit blik en een snuf kerrie.’


Bij ovengerechten worden veelal kazen gebruikt, in allerlei soorten en vormen, dus ook hier. Voor in het boek vind je informatie over allerlei kazen. Daar vind je nog meer nuttige informatie, zoals dat in alle kookbijbels het geval is.
Je vindt er recepten uit verschillende landen. Veel Italiaans, maar ook Engels of Spaans.
Deze is wel Hollands:  Spinazie-aardappelschotel met ei of een zuurkoolschotel, in diverse varianten.


Opnieuw een aanwinst dus, deze kookbijbel!


Janneke Philippi is kookboekenauteur en foodstyliste. Daarnaast schrijft ze recepten voor diverse tijdschriften. Samen met haar man, foodfotograaf en vormgever Serge Philippi, maakte ze meerdere kookboeken.

ISBN 9789048870813  | Hardcover | 496 pagina's | Uitgeverij Carrera| maart 2024

© Marjo, 30 maart 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Hitlers ultieme oorlog
Jodenvervolging in bezet Europa
Klaas A.D. Smelik


Hitlers ultieme oorlog was niet de oorlog tegen Groot-Brittannië in 1940. Het was ook niet de oorlog tegen de Sovjet-Unie die in 1941 begon. Nee, de ultieme oorlog die Hitler voerde was gericht tegen de Joden. Alle inspanningen van de Duitsers waren bovenal gericht op de ondergang van het Joodse volk. Terwijl de oorlog tegen de geallieerden al verloren was, ging het vermoorden van Joden door.


Het boek van Klaas Smelik is een gruwelijk boek om te lezen. Dat ligt niet aan de schrijver, want die is niet op sensatie uit. Het ligt aan de feiten. Op alle mogelijke manieren werden tijdens de Tweede Wereldoorlog Joden opgespoord en afgemaakt.
Wat moedeloos maakt ten aanzien van de menselijke aard is dat in heel Europa zoveel handlangers en verraders te vinden waren die de Duitsers hielpen. In heel Europa steunden ook veel bestuurders en ambtenaren de Duitsers onder het motto: we doen dit ‘om erger te voorkomen’. In feite een vijgenblad waar lijfsbehoud achter schuil ging.


Zeker, wij hebben nu gemakkelijk praten. Het is niet de bedoeling om in bovenstaande passage mensen te laken die buiten schot wilden blijven. Dat is te begrijpen als je leven op het spel staat. Dit boek maakt echter duidelijk dat in heel Europa mensen vrijwillig actief meewerkten aan massamoord op en het beroven van Joden en dan wordt het een ander verhaal.


In het Woord Vooraf werpt Smelik de vraag op: “Hoe willen wij een tweede Auschwitz voorkomen?” Het antwoord lezen we in feite op de laatste bladzijde. Primo Levi, overlevende van Auschwitz, wordt op die bladzijde geciteerd: “Het is gebeurd, dus het kan opnieuw gebeuren.”
De overheid moet het verschil uitmaken door een schild te zijn voor de zwakken en het recht van de sterkste aan banden te leggen. Verzaakt de overheid deze plicht dan vervalt de staat tot een roversbende en kan Auschwitz zich herhalen.


Het boek van Smelik maakt duidelijk hoe belangrijk de opstelling van mensen en instanties is geweest.
De Deense regering weigerde om anti-Joodse maatregelen door te voeren. Het percentage Joden dat in Denemarken omkwam is dan ook het laagste in bezet Europa. In Nederland daarentegen kwam driekwart van de Joodse bevolking om. Zo ongeveer het hoogste in Europa.
In België weigerde het Brusselse college van Burgemeesters elke medewerking aan de Duitsers. De politie werd uitdrukkelijk verboden om mee te helpen met het deporteren van Joden. Antwerpen daarentegen werkte van harte mee met de Duitsers. Het resultaat: In Brussel komt 37% van de Joodse inwoners om, in Antwerpen 66%.


In Bulgarije legde de kerk sterk de nadruk op de gelijkheid van alle mensen. De kerk liet het daar niet bij, maar zette de regering zwaar onder druk om Joden te beschermen. Een metropoliet [kerkelijk leider in de Orthodoxe kerk] dreigde zelfs op de rails te gaan liggen als er Joden uit zijn stad per trein zouden worden afgevoerd. Het resultaat: het merendeel van de Bulgaarse Joden overleefde de oorlog. Te meer opmerkelijk omdat Bulgarije niet vrij van antisemitisme was.
Het is dus duidelijk dat mensen toch het verschil kunnen uitmaken. Daar is wel moed voor nodig.


Smelik beschrijft hoe de Duitsers over heel bezet Europa een net uitwierpen waaruit ontsnappen onmogelijk was. Stap voor stap werden Joden beroofd van hun burgerrechten, opgesloten in getto’s, opgepakt en gedeporteerd om uiteindelijk vermoord te worden in een van de kampen.
Zijn boek is een knappe samenvatting van de jacht op de Joden opgeschreven in een soepele stijl. Het boek bevat veel nieuwe inzichten en nieuwe feiten. Menigmaal is de lezer verbijsterd over de verkniptheid van mensen.


Massamoordenaar Heinrich Himmler zegt in 1943 in een toespraak dat de nazi’s “fatsoenlijk” zijn gebleven en dat hun werk “een glorieuze bladzijde in onze geschiedenis” zal vormen. Tegelijk besefte Himmler wel degelijk dat hij zich schuldig maakte aan oorlogsmisdaden en dat hij na de oorlog terecht zou staan. Hij rechtvaardigde zichzelf met het verweer dat als ook kinderen in leven zouden worden gehouden zij als volwassenen wraak zouden kunnen nemen. Hier wordt de Shoah dus voorgesteld als zelfverdediging.
De menselijke aard is niet te doorgronden, blijft verbazen en is niet te vertrouwen.


Ik vind dit een knap boek dat een uitstekend overzicht biedt van de Jodenvervolging in bezet Europa, inzichtelijk maakt welke motieven tot het vervolgen van Joden hebben geleid en waarin wordt uitgelegd hoe de verschillen per land zo groot konden zijn.


Het boek leest dus gemakkelijk en is in een handzaam formaat uitgegeven met een prettige bladspiegel en gedrukt op hoogwit kwaliteitspapier. Alle waardering voor de zorg die besteed is aan dit boek over een grote tragedie uit de menselijke geschiedenis. Een uitstekend boek over een tragisch onderwerp!


Klaas A.D. Smelik (1950) studeerde onder meer theologie, archeologie en oude geschiedenis. Hij promoveerde op een studie over koning Saul. Daarnaast is hij deskundige op het gebied van de Jodenvervolging en gaf hij de nagelaten geschriften van Etty Hillesum uit.


ISBN 9789464563085 | Hardcover | Omvang 271 blz. | Uitgeverij Walburgpers | 7 maart 2024

© Henk Hofman, 20 maart 2024

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER.