Non-fictie

Mirjam van Hengel

Dola
over het leven van Dola de Jong
Mirjam van Hengel


In biografenland zijn er grofweg twee grote hoofdstromingen. De ene groep is de exacte groep. Bij hen moet alles kloppen, de jaartallen, de noten, de verwijzingen, ja zelfs het illustratiemateriaal wordt onder een vergrootglas gelegd. Het levert dan ook nauwkeurige maar vaak saaie biografieën op.De tweede stroom herbergt wat meer los, meer literair ingestelde biografen. Zij hangen de stelling aan dat feiten niet voor zich spreken, maar dat er aanvulling, soms fictie nodig is om het werk leesbaar te maken. (Facts do not speak for themselves, but have to be spoken for).
Mirjam van Hengel behoort tot de tweede groep. Ze schreef eerder een bio over Leo Vroman en een tweede over Remco Campert.


Dola de Jong (1911-2003) was in veel opzichten een bijzonder mens. Haar vader Salomon de Jong, was een joodse handelaar in dure kleding. Samen met zijn broers bezat hij drie kledingzaken.
Dola werd echter gegrepen door de danskunst. Ze bewonderde Yvonne Georgi en het Duitse kunstklimaat waar de kunstenaar Kurt Schwitters programmaboekjes ontwierp en allerlei dansers vrijheid hadden om met beweging te experimenteren.
Voor vader Salomon was dit een gruwel, hij schakelde dans gelijk met prostitutie. Maar hoe meer hij ageerde tegen een carrière van zijn dochter als danseres, des te meer was zij vastbesloten danseres te worden.

Schrijven - een andere passie van haar - deed ze eerst voor kranten en tijdschriften, het was een compromis met haar vader, immers journalistiek was minder erg dan dansen. Maar ze was vastbesloten om een roman te gaan schrijven. En als Dola iets wilde bereiken dan lukte dat. In Arnhem rondde ze haar school af.
Ze schreef aanvankelijk verhaaltjes voor kinderen over kabouters. In Dans om het hart  speelt erotiek een rol, maar ook de achterkant daarvan, zwangerschap bijvoorbeeld. Het boek is geen succes. Critici vinden het te modern.
Ze had verkering met ene Bobby maar wilde toch liever zelfstandig opereren.


In tussentijd rukt het fascisme, hand in hand met het antisemitisme op in Duitsland maar ook in mindere mate in Nederland. Dola ziet de ontwikkeling met lede ogen aan. Ze waarschuwt haar familieleden voor de oprukkende Duitsers. Haar familieleden halen hun schouders op, het zal wel loslopen, denken ze.


Ze bewondert Kurt Jooss, een danser en leerling van Mary Wigman. Hij heeft gewaagde balletten, veelal gericht tegen de nazi’s. Zijn dansen worden als entartet in de ban gedaan, wanneer Hitler aan de macht komt. Dola wil vluchten en ze streeft ernaar om Tanger in Marokko te bereiken via Marseille. Dat is niet eenvoudig, visa zijn duur en worden veelal vervalst. Vier vrienden van Dola hebben de tocht over het water aanvaard met een bootje genaamd De Mascotte. Drie dagen na Dola bereiken de vier mannen Tanger. Het is een rommelige stad en Dola voelt zich er niet echt op haar gemak Ze zal de situatie later beschrijven in haar roman En de akker is de wereld. (Aanvankelijk in het Engels geschreven)


De circusdirecteur en grootmagnaat Van Leer geeft haar geld om naar Amerika te komen. Hij wil later dat ze in zijn circus gaat dansen. Dat was in die dagen normaal. In New York aangekomen schrijft ze al snel teksten voor het Nederlands Informatie Bureau. Dat in opdracht van de Nederlandse regering in ballingschap.


Ze werkt nu aan een nieuw boek in het Engels: The Level Land. Het zal nimmer in een Nederlandse vertaling verschijnen. Het gaat over een gezin uit de buurt van Arnhem en bevat veel autobiografisch materiaal. Iedere dag neemt ze contact op met het Rode Kruis, om te vernemen hoe ’t met haar familie gaat.
Ze zullen bijna allemaal sterven in concentratiekampen.


Ze leert de uitgever Maxwell Perkins kennen. Hij geeft haar een voorschot van duizend dollar. Voor die dagen een mega bedrag. Ze schrijft in een cottage bij de zee en koopt een zwarte Buick.
Haar stiefmoeder, vader en broer zijn vermoord in Sobibor en als opdracht staat voorin haar boek And the Field is the World: In Memory of My Father, Stepmother and Brother.
In 1946 trouwt ze met Robert Joseph na van haar eerste man te zijn gescheiden. Hij bewondert haar gevoeligheid, haar eerlijkheid en kracht.
Haar boek heeft succes in New York. Etalages worden speciaal voor haar ingericht.


Ze zet zich in Amerika in voor Hollandse schrijvers als Vestdijk en Hermans. Zonder succes. Alleen Jan Cremer helpt ze aan een contract. Ze vindt hem boeiend en uitdagend en hij vecht tegen de truttigheid, net zoals zij zelf altijd zou doen. Hermans is boos, hij had hoge verwachtingen van het contact met Dola.


In haar latere jaren leeft ze wat teruggetrokken. Ze schrijft nog De Thuiswacht. Het gaat over de relatie van twee vrouwen en werd door Marnix Gijsen geroemd. In Amerika laat men het boek onuitgegeven. Het zou te veel aan de lesbische kant bungelen, zeker voor die tijd. Maar in 1961 verschijnt het in de VS en in 1964 ook in Engeland.
Ze kreeg stapels brieven van lesbiennes, die haar dankten.


Haar zoon Ian is getrouwd en Dola krijgt een kleinkind, ook is ze weer hertrouwd maar dat huwelijk is niet best. Na een hartaanval en vijf bypasses mag ze niet meer reizen, wat haar veel verdriet geeft. Uiteindelijk krijgt ze beenmergkanker en het einde komt in zicht.


Aan het eind van deze biografie kruipt Van Hengel verder in de huid van haar hoofdpersonage en wordt de biografie een soort bekentenisroman.
De Dola is vooruitstrevend, hard voor anderen, hard voor zichzelf en verdrietig over de moord op haar familie, maar gelukkig met haar kleinkind.
De biografe kreeg de beschikking over veel materiaal, krantenknipsels, brieven, gesprekken met nabestaanden en de romans. Maar ze verdwaalt nergens in geneuzel. Zo is deze biografie een eerbetoon aan een monument van een vrouw, die aan de vergetelheid is onttrokken.
Een knap stuk werk!


ISBN 9789403150611 | Paperback | Uitgeverij De Bezige Bij | 304 blz | 2022

© Karel Wasch, maart 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER