Boekenarchief T-U-V

Onder het Melkbos
een stuk voor stemmen
Dylan Thomas - vertaling Erik Bindervoet


Het stemmenspel Under Milk Wood (1953) van de Welshe dichter Dylan Thomas (1914-1953) was vrijwel onmiddellijk een groot succes. Het is een vreemd schouwspel, waarin de bewoners van het fictieve dorp Llaregub (omgekeerd bugger all, krijg allemaal de p.) een etmaal doormaken. Maar liefst 65 personages worden ten tonele gevoerd. Ook doden spelen een rol en zijn even aanwezig als de levenden.


We maken kennis met de listen en lagen van de bakker, de dominee en alle andere aanwezigen zoals Kaptein Kat. De spelers verwensen elkaar, terwijl ze zich netjes voordoen of houden in het geheim van elkaar. Schuld, boete, woede maar ook tederheid wisselen elkaar af.
Er is een verfilming met Burton en Taylor en het wordt als toneelspel nog steeds overal opgevoerd. Ook in Nederland. Dylan Thomas maakte de première nog net mee in Amerika, maar stierf kort daarop.


In 1957 publiceerde Hugo Claus zijn vertaling van Dylan Thomas’ stemmenspel (Onder het melkwoud) en kreeg destijds veel waardering. En er is een vertaling van Cornelis W.Schooneveld uit 2010. Nu, ruim zestig jaar later, is het de hoogste tijd voor een nieuwe, eigenzinnige, swingende vertaling die juist is en tegelijkertijd vloeit. Met behoud van poëzie, spreektaligheid, woordspel en humor. Geen eenvoudige opgave. Eigenschappen die we terugvinden in het werk van de de auteur aan wie Thomas zeer schatplichtig was: James Joyce.


Under Milk Wood
was onder andere bedoeld als een ‘Welshe Ulysses’. Bindervoet tekende eerder voor de vertaling van Finnegans’ Wake, het vervolg op Ulysses van Joyce. Hieronder twee keer hetzelfde fragment, eerst in de vertaling van Bindervoet, dan in  Claus’ vertaling. Ik zal ze niet vergelijken. Want zoals een wijsgeer eens zei: ‘Waarom de ene bloem met de andere te vergelijken?’ Het hele stemmenspel is in verschillende uitvoeringen op YouTube te vinden .


Eerste stem

De ochtend is een en al gezang. De Eerwaarde Eli
Jenkins, in de weer met zijn ochtendvisites, blijft staan
voor het Welzijnshuis om te luisteren naar Polly Kousen-
band die de vloeren schrobt voor het Dansfeest van de
Vrouwenbond vanavond.


Polly Kousenband
(Zingt)
Ik vree ereis een man en die heette Jan
Hij was beresterk en wel twee meter lang
Ik vree ereis een man en die heette Piet
Groot en kogelrond met een kop als een biet
En ik vree ereis een man en die heette Klaassie
’t Was een sliert van een vent en een heel lief baassie
Maar de liefste van al of ie opstond of sliep
Was Pielemuisie Piel en die legt zes voet diep.


O, Jan Piet en Klaassie konden ermee door
Zukke lieve vrijers komen niet vaak voor
Maar bij Pielemuisie Piel op schoot was ik o zo blij
Pielemuisie Piezel is de man voor mij.


Nu komen mannen van overal in ’t rond
Om met mij te rollebollen op de grond
Maar telkens als ik wat ze vroegen dee
Keessie van de Heuvel of ’n Matroos ter Zee
Denk ik steevast toch al zijn ze nog zo bruut of kuis
Aan Jan, Piet en Klaassie zo groot als een huis
En ’t meest van al denk ik als ik voor die kerels zing
Aan Pielemuisie Piel die de pijp uit ging.


O, Jan Piet en Klaassie konden ermee door
Zukke lieve vrijers komen niet vaak voor
Maar bij Pielemuisie Piel op schoot was ik o zo blij
Pielemuisie Piezel is de man voor mij.


Eerw. Eli Jenkins

Loof de Heer! Wij zijn een muzikaal volkje.


Tweede stem

En de Eerwaarde Jenkins rept zich voort door het stadje,
om de zieken te bezoeken met pudding en gedichten.
Het stadje is zo vol als een tortelduivenei.


(Erik Bindervoet, Onder het Melkbos, 2020)


**


Eerste stem
De ochtend is één groot gezang. De Eerwaarde Eli Jenkins,
op zijn morgenbezoeken, blijft staan voor het Nuts-
gebouw om te luisteren naar Polly Garter, terwijl zij de
vloeren schrobt voor het bal van de Vereniging van
Huisvrouwen vanavond.


Polly Garter
(zingt)
Ik hield van een man en zijn naam was Tom
Hij was sterk als een ram en vechten dat hij kon!
Ik hield van een man en zijn naam was Dick
Hij was breed als een ton en een meter dik
En ik hield van een man en zijn naam was Harry
Zes voet hoog en hij rook naar sherry
Maar van wie ‘k ’t meeste hield, of ik waakte of sliep
Was kleine Willy Wee en hij ligt zes voet diep.


O, Tom, Dick en Harry, zij waren goed en fijn
En zo mooi als toen zal het wel nooit meer zijn,
Maar kleine Willy Wee die nam mij op zijn knie.
O, de man voor mij is kleine Willy Wee.


Nu komen er mannen van de dorpen in het rond
Zij rennen achter mij en rollen mij op de grond
Maar als ik ook maar één van hen bemin
Johnnie van de Heuvel of zeilende Jim
Als zij doen wat zij willen, dan lig ik te dromen
Van Tom, Dick en Harry, die lang waren als bomen
Maar ’t meest van al droom ik van mijn verre lief
Van kleine Willy Weasel, die zonk en die stierf.


O, Tom, Dick en Harry, zij waren goed en fijn
En zo mooi als toen kan het niet meer zijn,
Maar kleine Willy Wee die nam mij op zijn knie
O, de man voor mij is kleine Willy Wee.


E. H. Jenkins

God zij geloofd! Wij zijn een muzikaal volk.


Tweede stem

En de Eerwaarde Jenkins haast zich door de stad om de
zieken te bezoeken, met pudding en gedichten.


Eerste stem

De stad is vol als een parkietenei.


(Hugo Claus, Onder het Melkbos, 1957)


ISBN 9789025310790 | Hardcover| Uitgeverij Atheneaum &Van Gennep| blz.157 | maart 2020

© Karel Wasch, augustus 2020

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER