De achtste zonnebloemenDe zoektocht naar Van Goghs verdwenen schilderijPauline Vijverberg
"Ik hou van alles wat met boeken te maken heeft. Ik hou van hoe woorden verhalen worden en hoe woorden soms vleugels krijgen en je meevoeren naar plaatsen die je je nooit had kunnen indenken. Ik ben in Japan geboren, maar heb een deel van mijn vroege jeugd in Indonesië gewoond. Misschien zijn daardoor mijn herinneringen gevuld met geuren, kleuren en geluiden."
Dit bovenstaande is op de website van de schrijfster te lezen. Die herinneringen aan geuren, kleuren en geluiden heeft ze meegenomen naar dit boek. Alleen speelt het verhaal zich niet af in Indonesië maar in Zuid-Afrika waar Cor, de veertien jaar jongere de broer van Vincent van Gogh zich in 1889 vestigt.
Misschien dat Vincent hem op idee had gebracht, want hij was in februari 1888 naar het zuiden (Frankrijk) getrokken. Hij schreef daarover: ‘Ik heb al het gevoel dat het me goed gedaan heeft om naar het zuiden te gaan, om juist het noorden beter te zien…’ In Frankrijk schilderde Vincent zijn zeven beroemde zonnebloemen om zijn kamer wat op te vrolijken. Zou het kunnen dat Cor deze gezien heeft en zelfs een zonnebloemschilderij - het achtste - meegenomen heeft naar Transvaal, Zuid Afrika? Dit achtste zonnebloemenschilderij vormt de rode draad in het verhaal.
Toch speelt het centrale verhaal niet om Cor maar om de bevlogen entomoloog Jacobus Swierstra en de zusjes Niesje en Geesje Kwak. - Geesje stond model voor de kimono-schilderijen van George Breitner - De zusjes zijn in 1895, net als Cor, naar Transvaal geëmigreerd. "Veel Nederlanders bouwden in de Transvaal een nieuw leven op: onderwijzers, artsen, notarissen, adviseurs en ambtenaren, maar ook de tabakshandelaar, de bakker, de fotograaf, de bloemkweker. Er was zelfs een comité ter bevordering van emigratie naar Zuid-Afrika opgericht. Niemand ging naar Afrika zonder gevoel voor avontuur." schrijft Pauline Vijverberg bij Historiek.
Cor ontmoet de zusjes en is een geleide voor ze, hij laat hen kennis maken met Zuid-Afrika. Ook raakt Cor bevriend met Jacobus Zwierstra, die later trouwt met Niesje Kwak. De boerenoorlog breekt uit en zowel Jacobus als Cor melden zich voor het Hollandercorps dat meevecht met de boeren. Jacobus overleeft de oorlog. Cor niet. In zijn bezittingen die hij in bewaring had gegeven bij het museum waar Cor werkt, treffen ze een schilderij met zonnebloemen aan. Het wordt Niesjes lievelingsschilderij.
Niesje is de grote liefde van Jacobus, zij vertegenwoordigt alles wat hij niet heeft of kan. Ze is sprankelend, uitzonderlijk, sociaal, zelfbewust. De mooiste tijden beleven ze als Niesje mee gaat op onderzoek. Het is ontroerend om te lezen hoe de onbeholpen Jacobus, die zich veel meer thuis voelt tussen zijn insecten, zich zo bewust is van de invulling die zijn vrouw aan zijn leven geeft.
Het bijzondere in dit boek is echter dat hun dochter Aafke tussendoor commentaar levert en haar eigen verhaal vertelt over het leven met haar ouders. Aafke is degene die de geuren, kleuren en geluiden invoert. Zij heeft een schildersoog, zij ziet en voelt alle details, ruikt, proeft en ziet de kleuren van alles, zoals bijvoorbeeld de kleur van muziek. Haar inbreng verlevendigt ieders leven maar brengt ook kleur aan het boek zelf.
Het geliefde schilderij heeft voor haar een andere betekenis dan voor Niesje. Het schilderij is voor Aafke dé herinnering aan haar moeder, maar waar is het gebleven? Als Aafke vele jaren later naar Afrika terugkeert start ze een zoektocht dat veel onbesproken zaken overhoop zal halen.
In feite is het een verhaal over eenzaamheid in al zijn vormen én over de liefde. Deze verbintenis maakt dat het een boeiend maar soms lastig boek is om te lezen.
Het vertelperspectief verandert ook regelmatig, zelfs midden in een hoofdstuk, wat je soms in verwarring brengt.
De rol van het schilderij vormt wel de rode draad maar is niet het hoofdonderwerp, Cor van Gogh en het schilderij vormen meer de kapstok waar het verhaal aan opgehangen is. Het onderwerp is in feite veel meer gericht op de omgangsvormen die iedereen met elkaar heeft en het niet uitspreken van gevoelens, met name de genegenheid voor elkaar, of de spoken in je hoofd die je kunnen kwellen en dat geldt voor alle personages in het boek.
Toch is het wel een boek dat je moet blijven lezen, want zowel de tijd als de personages zijn erg boeiend beschreven, het is moeilijk om niet verder te lezen.
Kortom, Pauline Vijverberg heeft met dit boek een mooi historisch kunststukje van feit en fictie neergezet dat het lezen meer dan waard is.
ISBN 97889089757692 | Paperback | 366 pagina's | Uitgeverij Just Publishers | oktober 2020
Dettie, 17 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Alexine
Pauline Vijverberg
Alexine is de Nederlandse Alexine Tinne, (1835-1869) een avonturierster uit de negentiende eeuw. Samen met haar moeder Henriette bezocht ze veel plaatsen in Europa maar zij waren ook een van de eerste vrouwen die door Noord- Afrika trokken. Hun thuisbasis was Den Haag maar veel zagen ze daar niet van.
Natuurlijk roept de avontuurlijke geest van Alexine bewondering op. Ook haar moeder, haar trouwe metgezel, dwingt respect af, de vrouw liep tegen de zestig. Ze deden het toch maar, reizen in een totaal onbekend land, de taal niet kennend en toch gaan. Maar hóe ze gingen... het is bijna hilarisch om te lezen.
De vrouwen hadden een enorme berg aan bagage bij zich, hoepelrokken, boeken, hun honden én het gietijzeren bed van Alexine. In iets anders dan haar eigen bed kon ze niet slapen. (Moeder en dochter waren erg rijk zodat ze zich de vele reizen op deze manier konden veroorloven.)
Ook was het geen eindeloos lopen door onherbergzame gebieden... de vrouwen lieten zich dragen, in een comfortabele stoel en als het niet anders kon in een hangmat met matras. Soms reden ze zelf op een ezeltjes, paard of kameel. Maar ook op het kameel moest een luxe stoel komen. Er moest regelmatig een stop worden gemaakt omdat de honden hun behoefte moesten doen tot ergernis van de begleiders, dragers of de kapitein van een schip. Als je je het in gedachte ook voorstelt dan moet je toch grinniken bij het idee. Maar toch... de dames deden wat menig man niet durfde.
Pauline Vijverberg heeft de Europese reizen van de twee vrouwen summier aangestipt en heeft zich verder 'beperkt' tot de reis van de dames naar Egypte en verder. Alexine is onmiddellijk in de ban van Afrika en vanuit Egypte trekt ze, samen met moeder, steeds dieper Afrika in... op zoek naar de bronnen van de Nijl.
Toch is geen non-fictie boek geworden maar een echte roman, Pauline Vijverberg heeft de karakters van de twee vrouwen mooi uitgediept. Ook wordt er een fictief personage, Daniel, opgevoerd in het verder op realiteit gebaseerde boek. Deze Daniel is de man die dominante en ook verwende Alexine opvalt, sterker nog hij laat een verpletterende indruk op haar achter. Het spelletje van aantrekken en afstoten begint maar door allerlei omstandigheden wordt het uiteindelijk geen romance. Maar toch vergeten ze elkaar niet. Ze weten dat ze bij elkaar horen, maar helaas...
Zo vermeldt, lijkt het een zoet romannetje maar gelukkig heeft de de schrijfster deze man gedoseerd in het verhaal laten voorkomen. Door het opvoeren van Daniël kon ze de feiten aan elkaar verbinden zonder dat het een zouteloze vertelling wordt. Zonder Daniël had het natuurlijk ook gekund want de dames zijn excentriek en bijzonder genoeg om er een mooi verhaal omheen te breien.
Later komt Abby, de zus van Henriette, er nog bij. Zij vormt met haar angstige inborst een mooi contrast met de moedige dames.
Elk hoofdstuk wordt afwisselend verteld vanuit deze vier personages waarbij Henriette en Alexine het meest 'aan het woord' zijn. Helaas is Alexine niet erg oud geworden...
Een enkele opmerking: bepaalde dingen in het boek kwamen wat vreemd over. Bijvoorbeeld: Alexine besluit onverwacht verder te reizen en de dames blijken op gegeven moment verder per kameel te moeten reizen maar er stond al een stoel - voor op de kameel - klaar die speciaal voor Henriette gemaakt was ... Hoe kan dat als ze onverwacht per kameel verder moesten? En zo zijn er nog een paar van dergelijke 'foutjes' die met een goede redacteur voorkomen hadden kunnen worden. Heel af en toe, vooral in het begin, worden feiten een beetje opgesomd, later verdwijnt dat helemaal. Maar om alles duidelijk te krijgen was dit misschien wel nodig.
Maar verder is het een zéér prettig leesbare historische roman die zeker aan te raden is.
Het is te hopen dat er een tweede boek van deze schrijfster volgt.
ISBN Paperback 284 pagina's | Uitgeverij Prometheus Bv | februari 2010
© Dettie, mei 2010
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER