Boekenarchief T-U-V

J.J. Voskuil

J.J. Voskuil (Wikipedia)

 

De buurman
J.J. Voskuil


J.J. Voskuil is het meest bekend geworden door zijn geweldige zevendelige 'Bureauserie' - Een sterk autobiografisch relaas, over de menselijke verhoudingen op en rondom een wetenschappelijk instituut, gewijd aan folkloristisch en dialectisch onderzoek, in de jaren 1957-1987 (gemodelleerd naar het P.J. Meertens-instituut, waar Voskuil lange tijd werkzaam was) -.  In de Bureauboeken speelden de telefoongesprekken van Maarten/Voskuil met zijn vrouw, de bijzondere, ongrijpbare Nicolien, een flinke rol. In 'De buurman' lezen we meer over de gang van zaken bij dit stel thuis.


Nicolien en Maarten Koning krijgen in dit verhaal nieuwe buren. Nadat in het achterhuis jarenlang een bedrijfje gezeten heeft, trekt er nu een alleenstaande man in. Op een zaterdag rond middernacht worden de meubels overgebracht en een tijdje later hangt er een nieuw naambordje bij de brievenbus met daarop de naam Drs P. Stallinga. Dat moet een Fries zijn, stelt Maarten tot ergernis van Nicolien vast. Maar Nicolien is verder wel tevreden. "Voor mannen die alleen waren, had ze bij voorbaat sympathie."


Er gebeurt daarna weinig. De Drs. is een schuwe man van in de zestig die, zo gauw hij mensen in het gemeenschappelijk portaaltje hoort gauw de deur dichttrekt, hij wens duidelijk geen contact. Maar dat alles verandert als  P. Stallinga op een dag een 'logé' krijgt. De extraverte Peer. Maarten schat hem zo rond de vijfendertig jaar. Dat Peer geen logé is, blijkt na een paar maanden als er een nieuw naambordje verschijnt met de namen Petrus Stallinga, Peer van der Graaf. Evengoed merken Maarten en Nicolien weinig van hun buren.


Maar op een dag belt Nicolien Maarten op zijn werk. Ze meldt dat ze thee heeft gedronken bij de twee heren en Nicolien heeft besloten dat deze mannen als zijnde homoseksueel tot de underdog behoren en de underdog ontroert haar.
Vanaf die tijd wordt er over en weer thee gedronken - of wat sterkers - . De zich vaak op de tweede plek geplaatst voelende Nicolien is erg blij met het contact met haar nieuwe vrienden. Nu is ze eindelijk eens niet het vrouwtje van.... Zij zijn tenminste geïnteresseerd in háár, dat komt ze zelden tegen in de heterowereld...


Maarten is minder gecharmeerd van zijn nieuwe buren. Petrus vindt hij stug en narrig en Peer is nietszeggend. Maar Maarten mag geen kwaad woord over ze zeggen. Nicolien wordt bijna hysterisch als Maarten commentaar op hen heeft. 'Hou je bek! Ik accepteer het niet dat je zo over ze praat! Dat komt door je moeder, zij was ook een homohater!' zijn de veelvuldige kreten van haar. Het kan er bij haar niet in dat Maarten ze gewoon niet mag, ondanks zijn vele pogingen het uit te leggen.


Maarten heeft altijd al moeite gehad met oppervlakkige gesprekken te moeten voeren en vraagt daarom tijdens de wederzijdse bezoeken veel aan de twee mannen, tot grote ergernis van Nicolien. En hierin heeft ze een medestander want Petrus houdt ook niet zo van dat 'gepsychologiseer'. Peer daarentegen is onbevangen, vertelt veel, en laat pikante privéfoto's zien wat op zijn beurt Petrus weer gênant vindt.
Toch is er vrij intensief contact tussen het viertal. Gezamenlijke etentjes, uitstapjes etc. Het gaat allemaal leuk... Maar langzamerhand ontstaan er barstjes in de omgang.


Maarten houdt welwillend contact met ze vanwege de lieve vrede thuis en van Petrus hoeft het ook niet zo allemaal. Het zijn Peer en Nicolien die de omgang draaiende houden. Nicolien is buitengewoon op het stel gesteld en ook al hebben ze soms eigenaardige, niet vriendelijke trekjes dan praat ze dat nog goed, zoals de keer dat Peer weigerde voor de katten te zorgen.


"Peer wil niet voor de katten zorgen. zei ze verbluft. Hij vindt dat ik dat had moeten vragen en er niet vanuit had mogen gaan dat zij dat wel deden.'
'Maar zo ver was het toch nog niet?'
'Nee, dat dacht ik ook.' Ze zweeg even. 'Ik denk dat hij bang is dat er over hem gelopen wordt, zei ze tenslotte. Omdat het een underdog is natuurlijk. Underdogs worden altijd uitgebuit.


Het kan in feite niet anders dan dat deze omgang met de buren mis moet gaan, ze verschillen teveel. En dat gebeurt ook, langzamerhand wordt het contact minder vriendelijk, minder begrijpend, zelfs grimmig. Maar Nicolien blijft geloven in háár vrienden. Maarten en Nicolien kibbelen derhalve heel wat af over de twee mannen en daarbij komt de onnavolgbare 'logica' van Nicolien tot lichte ergernis en wanhoop van Maarten goed naar voren.


Het mooie is, dat Maarten Koning/Voskuil, op zijn eigen bijzondere manier, zijn beschouwingen kan verwoorden. Hij analyseert de buren, hun gedrag, hun merkwaardigheden en hun oppervlakkigheid. Maartens kracht ligt echter vooral in het weergeven van de gesprekken tussen hemzelf en Nicolien, die veel om elkaar geven maar in feite elkaar nooit écht begrijpen omdat hun logica zo verschillend is:

We kwamen terug uit Frankrijk met in mijn rugzak geitenkaasjes voor Peer en Petrus die we in Langogne gekocht hadden.
"Ik wou eerst even bij Peer en Petrus langs, om te zeggen dat we terug zijn,' zei ze in de trein. 'Dan brengen we morgen die kaasjes wel.'
'Goed.'
'Je zegt het niet erg overtuigd.'
'Ik vind het goed.'
'Ben je her er niet mee eens soms?'
'Nee, ik vind het best.'
'Wat had jij dan gedacht?''
'Ik had er niet over gedacht.'
'Maar je vindt toch zeker ook dat we het even moeten gaan zeggen?'
'Dat is aardig ja'
'Maar je had er niet over gedacht.'
"Het lijkt me beter dat jij dat regelt.'
'Maar daarom kun jij er toch ook wel over denken?'
'Wat schiet ik daar nou mee op? Als ik anders zou denken zouden we ruzie krijgen. Regel jij het nou maar. Ik vind het allemaal best.'
'Dus je hebt iets anders gedacht?'
'Ik heb niets gedacht.'
'Dan gaan we niet!'


Juist dit soort conversaties maken het boek zo aantrekkelijk, het is af en toe zo onlogisch dat het bijna hilarisch-  en ook triest -  is. Maar ook de onverwachte uitschieters van Maarten zoals de keer dat deze vrij behoudende, beetje afstandelijke, laconieke man razend op zijn vrouw wordt of in heftige discussie gaat met Petrus - wat Nicolien natuurlijk vreselijk vindt - houden het boek boeiend en levendig.


Het was lang geleden dat ik een boek van J.J.  Voskuil gelezen had en het voelde als een groot cadeau, een thuiskomen, dat ik er weer een in handen kreeg en kon lezen. - Ik had gelijk heimwee naar de Bureauboeken. - Maar het is altijd wel moeilijk om over een boek van een schrijver die zo mooi de echtheid, in feite de essentie, van alles kan weergeven een recensie te schrijven want eigenlijk wil je àlles wel citeren en àlles benadrukken om het bijzondere, het speciale, van de schrijver en het boek aan te geven. Dat is onmogelijk, je kunt het unieke alleen ervaren door het te lezen. Vooral doen! is mijn advies.


Zie ook de opname van De Plantage - Bij Voskuil thuis  (55.40 minuten) over Het Bureau, Bij nader inzien, Maarten Koning/Voskuil en Nicolien (die bij het interview aanwezig is)


ISBN 9789028241930 | Paperback | 304 pagina's | G.A. Van Oorschot | maart 2012

Dettie, 12 augustus 2018

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER