Noem me Calimero; of Carmen zo je wilt
Diana Tjin
Carmen heeft een idée fixe: haar vader is op vierenvijftigjarige leeftijd - plus twee maanden - gestorven, zomaar plotseling. En Carmen is er van overtuigd dat haar hetzelfde zal overkomen.
Ze heeft het er met niemand over.
Ook niet met haar man, met wie ze al jaren meereist als ze in de gelegenheid is. Joop is journalist en reist veel voor zijn werk.
Carmen zelf heeft ook al meerdere boeken geschreven, maar er is geen uitgever die met haar in zee wil. Ze begrijpt niet zo goed waarom niet. Wat mankeert er aan haar teksten?
Als Joop en Carmen aankomen op de plek waar ze een paar dagen zullen blijven, in Italië, treffen ze een paniekerige gastvrouw. Hun appartement is klaar maar de overige verblijven waar toch ook al snel de gasten voor zullen arriveren, zijn een chaos. En werklui? Dat is een ramp. Maar geen zorg voor haar gasten, zegt ze.
Carmen is van plan om op deze plek inspiratie op te doen voor die laatste roman, dus ze observeert de mensen met wie ze te maken krijgt. Dat zijn bepaald kleurrijke figuren. Nee, het zijn niet de gasten, maar de mensen die Katie, hun gastvrouw, gaan helpen om de woningen in orde te maken, waar Carmen zich bij aan zal sluiten. Dat had ze nooit gedacht, dat ze zou gaan werken in de tuin, of mee zou helpen sjouwen!
Intussen hoort ze de verhalen aan, die inderdaad niet alledaags zijn en die ze goed zou kunnen verwerken in een roman.
Die verhalen van de anderen worden niet altijd even goed geïntegreerd in het geheel, dat op deze manier een kaderroman lijkt.
Carmen blijft wel de omlijsting. Ze komt niet naar voren als een sterk karakter, maar lijkt wel te groeien in de loop van haar verblijf daar. Zodat ze misschien ook met haar eigen demonen af kan rekenen.
Misschien is het wat schrijvers doen: de mensen met wie ze te maken hebben in hokjes zetten, maar de personages worden nogal stereotiep neergezet. En dat terwijl ze zelf daar juist last van heeft. Ligt het misschien aan haar eigen houding?
‘Waarom kunnen ze niet eens een keer op haar voorwaarden met haar omgaan? Is dat nou zo moeilijk? Haar gewoon waarderen om wie ze is, tweede generatie, gekleurd en vrouw en toch hoogopgeleid met een baan waarmee ze een goed salaris verdient, iemand die keurig op tijd haar vast lasten betaalt, niet aan belastingontduiking doet, zich aan alle geldende wetten houdt, geen misdaden pleegt, zelfs nog nooit een verkeersboete heeft gekregen. Waarom is dat zo ingewikkeld?’
Haar debuut, Het geheim van mevrouw Grünwald, blijft de beste roman van Diana Tjin.
Diana Tjin (Amsterdam. 1961). Ze heeft Klassieke Talen gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam en is werkzaam als Erfgoed catalografe bij de Universiteitsbibliotheek.
ISBN 9789493214804 | Paperback | 286 pagina's | Uitgeverij In de Knipscheer | oktober 2022
© Marjo, 1 oktober 2023
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De catalograaf
Een liefdesgeschiedenis
Diana Tjin
Edgar, als catalograaf werkzaam bij de Universiteitsbibliotheek, gaat met pensioen. Dat wordt hem aangezegd, hij heeft geen keuze, maar zijn werk is zijn leven. Het brengt orde en regelmaat. Wat moet hij nu met al die vrije tijd, met die leegte? Hij trekt zich terug in het vakantiehuisje dat zijn ouders hun leven lang hadden, in Groet.
Een toevallige ontmoeting geeft weer een doel aan zijn leven. Meneer Charles zoekt een catalograaf, om zijn verzameling automatons te ordenen. Dit is wat een catalograaf doet: materialen als boeken, films, games, spelmaterialen, e-boeken catalogiseren. En automatons dus, mechanische speelgoedjes of robotjes, heel oud of modern, gemaakt met behulp van de modernste technologische middelen.
Terwijl hij het aanbod in overweging houdt, neemt hij eerst tijd om zijn eigen leven ook eens te ordenen…
Hij vertelt over zijn ouders en zijn grote familie, Surinaams, deels met Chinese wortels, deels Joods. Edgar wist niet precies hoe het allemaal zat, en zijn moeder gaf geen duidelijke antwoorden. Maar dat ze buitenbeentjes waren, dat werd hem ook door zijn omgeving ingepeperd.
Wat was er precies aan de hand met zijn moeder? Waarom liep het mis tussen zijn ouders? Wie is hij, wat is zijn afkomst? Alles op een rijtje zetten brengt hem misschien inzicht en begrip.
Buitenstaanders waren ze, des te meer omdat zijn moeder een eigen leven wilde: zij is kunstenaar, vindt ze, geen huissloof. Zijn vader vindt het maar niks: de mensen zouden denken dat hij niet voor zijn gezin kan zorgen! Als het haar zus wel lukt - zij wordt advocaat! - belandt Edgars moeder in een langdurige depressie, waar ze ten slotte op eigen kracht uit weet te komen. Maar dan laat ze zien dat ze sterk is: zij weet wat ze wil en dat zal gebeuren...
Het draait om het aloude probleem, de traditionele rolverdeling, door de vrouw als verstikkend ervaren, terwijl de man een ander leven als een bedreiging ziet. Tussen zijn ouders veroorzaakt het een kloof, en al is de liefde tussen hen niet over, het huwelijk is voorbij. Het gezin is gebroken en de jongen voelt zich een buitenstaander tussen hen in.
Geen wonder dat orde en regelmaat precies dat is, wat hij nodig heeft. Hij verwacht niet dat in een huwelijk te vinden, hij blijft zijn leven lang alleen. Bij meneer Charles – wat moet die man toch met die jonge honden? – ontmoet hij Maria. Is dit een laatste kans? Kan hij - nu hij zijn eigen leven geordend heeft en denkt te weten wie hij is – een beetje chaos toelaten?
‘Een liefdesgeschiedenis’ is de ondertitel, maar als lezer heb je niet het idee dat het een romance is. Eerder dan van zijn ouders, en zelfs dat is maar summier. Veel meer is het een zoektocht naar identiteit, met als neventhematiek de traditionele rolverdeling binnen een huwelijk. Kan de buitenstaander wel meedoen in wat het leven heet?
Het verhaal kabbelt rustig maar gestaag naar een einde, er is nauwelijks een spanningsboog, omdat de thematiek belangrijker is. Het verleden speelt vanzelf een grotere rol dan het heden, de hoofdpersoon moet daar immers orde in aanbrengen.
Diana Tjin heeft in dit boek veel gegevens uit haar eigen leven gebruikt.
Diana Tjin (Amsterdam, 1961) heeft Klassieke Talen gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam en is werkzaam als Erfgoed catalografe bij de Universiteitsbibliotheek. Haar beide ouders zijn afkomstig uit Suriname. Ze debuteerde met de roman 'Het geheim van mevrouw Grünwald'.
ISBN 9789062657940 | paperback | 224 pagina's | Uitgeverij In de Knipscheer | april 2020
© Marjo, 20 mei 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het geheim van mevrouw Grünwald
Anna wordt door haar oma naar een vriendin gestuurd. Dat is mevrouw Grünwald, een oude vrouw, die alleen woont. Als ze de deur opendoet voor Anna vraagt ze boos: ‘Wie ben je? Wat wil je van me?’ en ze grijpt naar een gouden halsketting waaraan piepkleine, blauw-violette vlinders hangen. Die ketting speelt een belangrijke rol in het verhaal dat mevrouw Grünwald vervolgens aan Anna vertelt.
Dat verhaal onthult een vergeten historische feit: de internering van mensen van Duitse afkomst, die op Suriname woonden toen Nederland aan Duitsland de oorlog verklaarde. De Nederlandse gouverneur Kielstra besloot de ‘Duitsers’ op te sluiten in kampen. Om de rust in Suriname te handhaven werden alle Duitsers geïnterneerd, ongeacht hun idealen. Zo eindigen nazi’s en zelfs joden in dezelfde interneringskampen.
Mevrouw Grünwald, haar man Fritz en hun twee kinderen waren onder hen. Ze werden bijna zeven jaar lang opgesloten in Kamp Copieweg. Ze hadden Duitsland nog nooit gezien, laat staan dat ze iets te maken hadden met het nazisme.
Voor zover dat lukte kregen de mensen in het kamp wel hulp van de Surinaamse bevolking. Ondanks hun Duitse naam waren zij immers Surinamers. Zo werden ze dagelijks van voedsel voorzien. Na de oorlog duurde het nog maanden voor ze eindelijk terug mochten naar hun oude leven.
In dit boek worden alle ontberingen, de angsten en de honger uit de doeken gedaan, als ook wat er binnen de gezinnen over wie zij haar verhaal vertelt allemaal speelde. En wat er gebeurde toen zij na de oorlog met haar kinderen in Amsterdam terecht kwam. Het doel was Duitsland, maar daar waren zij niet welkom, omdat het dorp waar ze heen wilden in Oost-Duitsland lag.
In Amsterdam was hen ook geen warm welkom ten deel gevallen, vooral de kinderen hadden het moeilijk op school en op straat: ze waren gekleurd in een tijd dat de samenleving niet zo gemêleerd was als nu. Hun Nederlands was niet zoals de Amsterdammers het kenden, ze spraken natuurlijk met een Surinaamse accent.
‘Opnieuw maakten ze ons uit voor rotte vis en wat dies meer zij. Je zou denken dat ze daar schoon genoeg van zouden hebben, dat het hen was gaan vervelen. Niets van dat alles. Stuk voor stuk deden ze mee. Heus niet alleen de militairen, heel gewone burgers namen met even groot enthousiasme aan die scheldpartij mee. Dat deden ze overigens niet omdat we hen iets misdaan hadden, maar louter omdat wij Duitsers waren. Het mooist van alles is, dat de meesten van ons nog nooit in Duitsland waren geweest, sommigen geen enkel woord Duits spraken…’
Het Geheim van Mevrouw Grünwald is fictief, maar wel gebaseerd op ware feiten. Het verhaal betreft een schandvlek uit het verleden, alsmede een probleem dat helaas van alle tijden is: kindermishandeling. Je vraagt je als lezer af waarom voor deze constructie gekozen is: het verhaal door de oudere vrouw laten vertellen aan een kind. Het is natuurlijk wel hetgeen de schrijfster kwijt wil aan de lezer, maar wat moet het kind Anna er mee? Natuurlijk blijkt er een verband te zijn, want het boek gaat ook om een groot sociaal probleem. Wat mevrouw Grünwald heeft meegemaakt, moet Anna’s ogen openen.
Diana Tjin (1961, Amsterdam) is van Surinaamse afkomst, maar geboren in Nederland. Aan de Universiteit van Amsterdam studeerde ze klassieke talen. Ze is informatiewetenschapper bij de Universiteitsbibliotheek. Het geheim van Mevrouw Grünwald is haar debuutroman.
ISBN 9789062659548 | Hardcover | 232 pagina's | Uitgeverij In de Knipscheer | april 2017
© Marjo, 12 augustus 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER