De weduwe van de kolonie
Haar leven in de maatschappij van weldadigheid
Marja Visscher
1852
Asschen Kaatje loopt elke dag door de straten van Rotterdam, ze belt overal aan en neemt de emmer vol as, oude kledingstukken, oud meubilair en versleten speelgoed mee naar de askar. Bovendien speelt ze postillion d'amour voor de bewoners. Menig aantal briefjes zijn door haar over en weer gebracht naar jonge geliefden. Ze krijgt niets betaald maar is tevreden met haar werk.
De oude Gerrit, de asman, staat oogluikend toe dat de vrolijke en meelevende Kaatje de sintels en kledingstukken meeneemt om te gebruiken of te verkopen. Thuis wacht haar immers Nelis, haar echtgenoot voor de wet, maar in werkelijkheid een oude vriend uit het weeshuis waar ze samen mee opgroeide. Kaatje zorgt voor Nelis en moedert over hem. Zo geliefd als Asschen Kaatje is, zo'n afkeer hebben mensen van Nelis die al het bijeengescharrelde inkomen door Kaatje naar de kroeg brengt.
Het is Gerrit die het jonge meisje steeds helpt aan brood en zelfs aan een huis - wat meer een beschimmelde kelder is. Dankzij Gerrit is het stel nog in leven.
Het hebben van een postadres maakt dat Kaatje en Nelis een brief krijgen waarin ze gesommeerd worden om zich aan de kade te melden om verscheept te worden naar Veenhuizen. Kaatje is blij, ze heeft gehoord dat ze daar een eigen huisje met een stukje grond, kleding en voedsel krijgen. Heel wat beter dan het grauwe hok waarin ze leven en de vieze lappen waarin ze rondlopen.
Het houdt wel in dat ze de strenge regels van Veenhuizen moeten opvolgen, wat o.a. geen drank inhoudt. Nelis ziet het niet zitten. Maar ze worden verplicht te gaan.
Gerrit en zijn vrouw komen afscheid nemen. Het spijt hem zeer dat Kaatje weggaat.
Maar onderweg overlijdt Nelis plotsklaps. Een ambtenaar van de Maatschappij van Weldadigheid waar de kolonies onder vallen, heeft echter medelijden met het jonge meisje en zorgt ervoor dat ze in Wilhelminaoord terecht kan. Veenhuizen blijkt meer een heropvoedingsoord voor zwervers en arme mensen te zijn. Wilhelminaoord biedt veel meer kansen op een goed leven. Aanvankelijk voelt Kaatje zich als een prinses. Een eigen warm huisje, schone kleren, een écht bed, en genoeg eten. Ze weet niet wat haar overkomt.
Later begint ze de benauwdheid van de strenge regels te ervaren, de twijfel komt op, moet zij haar hele leven zo doorgaan? En die gedachte leidt tot vele complicaties die Kaatje niet voorzien had.
Zelf heb ik De kolonieman van Angelie Sens over de oprichter van de kolonies gelezen. En ook de boeken De proefkolonie, De strafkolonie en De kinderkolonie van Wil Schackman, Het pauperparadijs van Suzanna Janssen. De verhalen daarover zijn fascinerend en daarom wilde ik dit boek ook lezen. De genoemde boeken waren non-fictie boeken maar Marja Visscher heeft een historische roman geschreven rond de kolonie Wilhelminaoord en het is duidelijk dat ze heel veel research daarvoor gedaan heeft.
Ook de tegengeluiden over de koloniën die leefden in de stad heeft ze mooi weergegeven. Het hele idealistische plan van Johannes van den Bosch om verpauperde mensen een toekomst te geven, zagen zij als een grote opruiming van bedelaars, alcoholisten en zwervers.
Veel bewoners van de kolonies zagen het echter wel als een nieuwe start, het was niet niks wat ze kregen, maar ze moesten wel hard werken en de enorm strenge regels opvolgen. De beloning was dat je aan het eind het huisje jouw bezit werd. Maar voor het zover was...
Marja Visscher laat zien hoe sommige kolonisten de regels te benauwd vonden, vooral het niet mogen gebruiken van alcohol woog zwaar. Zwarte handel vierde hoogtij. Een aantal bewoners van de kolonies liepen weg, ze maakten een plaggenhut in het veen, dat was meestal meer een kuil met een schoorsteen. Die 'woning' werd opgebouwd tussen zonsondergang en zonsopkomst omdat het een ongeschreven regel was dat het nieuwe ‘huis’ mocht blijven staan als de schoorsteen ’s morgens rookte.
Ook dit verwerkt Marja Visscher mooi in het verhaal.
Dus naast de vreugde van een eigen huis en haard hebben, laat zij ook de keerzijde zien van de Maatschappij van Weldadigheid.
Het personage Kaatje maakt een enorme ontwikkeling door, mede doordat ze leert lezen en schrijven, maar ook toen was het voor een vrouw alleen niet makkelijk. Ze moet heel veel doorstaan voordat zij eindelijk haar rust vindt.
Fijn verhaal dat inlevend en goed verteld is.
ISBN 9789020556308 | Paperback | 256 pagina's | Zomer en Keuning | 16 oktober 2024
© Dettie, 21 november 2024
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Tussen rang en stand
Marja Visscher
Dit boek heb ik gelezen omdat ik mee wilde doen met dit samenleesboek bij hebban.nl. De - besloten - discussie daarover is bijzonder omdat de schrijfster zelf ook meedoet en veel bijdraagt aan het gesprek. Ze geeft ons extra informatie over de tijd waarin het boek zich afspeelt en neemt ruim de tijd om iedereen een antwoord te geven. Erg leuk!
Het verhaal gaat over de welgestelde Sara Louisa du Faget van Assendelft (1717-1807) die een geestelijk vermoeiend en zeer verstikkend leventje leidt. Kort gezegd, ze verveelt zich enorm. Ze woont met haar ouders aan het chique Haagse Lange Voorhout. Dag in dag uit moet ze bezoek ontvangen of bezoekjes afleggen. Elke dag moet ze naar alle roddel en achterklap luisteren en steeds maar weer krijgt ze te horen dat ze toch eens een man moet kiezen, ze is immers al zesendertig... Maar ze wil helemaal geen gearrangeerd huwelijk, want dat zou betekenen dat het ongekend saaie leven gewoon doorgaat, het enige verschil is dat ze dan ergens anders woont.
"Toen ze rond de twintig was, had ze de euvele moed gehad om hardop te klagen over haar weinig opwindende leven, hetgeen door haar ouders werd afgedaan als ondankbaarheid, Sindsdien had ze haar onvrede niet meer uitgesproken. Ze bleef beleefd tegen alle bekenden, die haar weinig nieuws meer hadden te melden."
Maar ze bedenkt een plan dat tot haar grote opluchting geaccepteerd wordt door haar ouders. Vader is het zelfs helemaal met haar eens. Sara wil namelijk graag naar hun buitenverblijf, het Hof van Assendelft, om te ontsnappen aan alle daagse verplichtingen maar tegen haar vader zegt ze dat het hoog tijd wordt dat het Hof gerenoveerd wordt. Ze heeft gehoord dat het in slechte staat verkeerd. Als vader het Hof nu eens laat opknappen? Dan zal zij samen met vriendin Hille daar verblijven om een oogje in het zeil houden. Veertien dagen later vertrekt ze, niet wetend dat haar saaie onbeduidende leventje radicaal zal veranderen. Hille moet eerst nog enkele zaken afhandelen voor ze zich bij Sara kan voegen en is daardoor de eerste weken niet aanwezig op het Hof. Hoe anders zou het gelopen zijn als ze wel gelijk mee was gegaan?
Op het Hof valt Sara namelijk als een baksteen voor de zeer aantrekkelijk tuinman Dirk van der Pligt. Het is liefde op het eerste gezicht en die liefde is wederzijds. Maar adel en arbeiders kan niet samengaan, dat wordt niet getolereerd. Ze zullen hun liefde geheim moeten houden. Zeker als er nog meer complicaties van diverse kanten bij komen... Toch blijkt het een liefde voor het leven.
Tot zover het verhaal. Als jong meisje vrat ik boeken als deze. Heerlijk wegzwijmelen en wegsmelten met de twee geliefden. Als er dan ook nog een historisch tintje aan zat was het helemaal puur genieten. Maar wat ouder (en wijzer?) geworden prik je wat sneller door de roze wolk heen en word je kritischer en wat blijft er dan over? Is het dan nog een boek dat je zal aanraden of een verhaal waar je helemaal in op kunt gaan? Wat dit boek betreft, deels wel en deels niet.
De schrijfster heeft zich duidelijk verdiept in de tijd dat het verhaal zich afspeelt (18e eeuw). Het verhaal is meeslepend en zeer romantisch.
Het is bijzonder om te lezen hoe Sara zich ontwikkelt tot een redelijk vrijgevochten vrouw, die kiest voor zichzelf in plaats van te voldoen aan de toen heersende normen en waarden. De houding van haar adellijke ouders, met name haar moeder, is soms schokkend en liefdeloos, de goede naam gaat boven het welzijn van Sara.
Maar Sara is ook wel érg naïef, ze is notabene een vrouw van zesendertig die constant in een roddelcircuit verkeerde. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat ze van bepaalde lichamelijke zaken geen weet had. Ze had zelfs in haar jonge jaren, ook seksueel, in Parijs flink de bloemetjes buiten gezet. Maar ik heb me laten vertellen dat seksualiteit een groot taboe was in die tijd.
Dirk van der Pligt is ook wel heel makkelijk, een tuinman die vrijt met zijn rijke werkgeefster is toch wel vrij uniek, zeker in die tijd, en niet helemaal risicoloos, het zal hem zeker niet in dank worden afgenomen op zijn zachtst gezegd. Maar voor Dirk maakt het niet uit. Geen zorgen voor de dag van morgen, als ze maar van elkaar houden. Sara en Dirk lijken af en toe twee grote kinderen in plaats van volwassen mensen.
Ook hierover vertelde de schrijfster ons dat Dirk zeker oprecht was in zijn liefde voor Sara. Ondanks het standsverschil, zijn ongeletterdheid en zijn rauwe, ruwe, redelijke armoedige leven. Maar hij wordt steeds geconfronteerd met de rauwe werkelijkheid en is vrij gehard geraakt hierdoor. Wat voor Sara nieuw en soms choquerend is, is voor hem de normaalste zaak van de wereld. Hij accepteert hun liefde zoals die is en neemt het zoals het komt. Toch is het wel Dirk die mooie dingen over hun liefde zegt waardoor Sara alles weet vol te houden. Want het leven is er voor haar niet makkelijker op geworden.
De wijze, oudere boerenvrouw, Maaike, waar Sara in afwachting van haar dienstmeisje de eerste weken gaat eten is in feite de spil van het verhaal, dankzij haar ontspoort de boel niet helemaal, hoewel er toch heel wat mis gaat. Dankzij haar wijsheid en nuchterheid weet ze erger te voorkomen.
Ook vriendin Hille is fantastisch, zij is de vrolijke noot in het verhaal. Vrijgevochten als ze is kijkt ze nergens van op, zij is ook de enige die meeleeft met Sara en Dirk en helpt als het nodig is.
Kortom, het verhaal is vlot en zeer beeldend geschreven en leest lekker weg, dat is een ding wat zeker is, maar bovenstaande kanttekeningen maken wel dat ik niet heel enthousiast ben, daarvoor neigt het verhaal toch teveel naar een damesroman in plaats van een historische roman, ofwel "een meeslepende liefdesgeschiedenis die zich afspeelt in een 18de eeuwse setting," zoals de schrijfster het zelf benoemt.
Daar is ook niets mis mee, maar persoonlijk zie ik liever iets meer historie en wat minder meeslepende romantiek.
ISBN 9789401908597 | Paperback | 239 pagina's | Uitgeverij Zomer & Keuning | oktober 2016
© Dettie, 31 oktober 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER