Boekenarchief T-U-V

Cesarina Vighy

Deze laatste zomer
Cesarina Vighy


Cesarina Vighy debuteert met dit boek. Dat zou geen bijzonder iets zijn, ware het niet dat ze al 73 was toen ze dit schreef. En dat ze er intussen niet meer is. Ze is mei dit jaar overleden. Het boek maakt duidelijk waaraan, het is een boek over haar leven waarvan het laatste deel beheerst werd door de ziekte. Toch is dit boek geen klachtenbrij geworden. Integendeel zelfs.  Amelia, haar alterego vertelt over haar leven. Ze begint bij haar grootouders, en via haar ouders komt ze uit bij haar eigen belevenissen. Het is niet een soepel lopende roman, het is in de vorm van een soort dagboek, maar dan wel jaren later geschreven. 'Ik zal in die poel afdalen, ik zal de geesten uit mijn dromen terugzien.'
Af en toe wordt er gehint naar het heden, maar nauwelijks naar haar ziekte. Dat komt pas op het laatst, als haar leven in de buitenwereld 'voorbij' is.
In het eerste hoofdstuk, een soort inleiding, spreekt ze zichzelf/ de hoofdpersoon toe, in cursiefjes; dan is ze wel ziek, maar niet zielig. Nee, zeker niet zielig.


Amelia ontsnapt aan haar ouders die in Venetië wonen, door naar Rome te trekken. Ze woont er op kamers, en heeft er minnaars. Zoals ze schreef over haar geboorteplaats zo krijgt ook de stad waar ze het liefst woont volop aandacht.  Langzaam maar zeker komt we bij het heden, en dan  spreekt ze ook over haar huidige gezin, over haar echtgenoot die tegen alle tekenen in haar Engel werd.


'En toch zijn we nog steeds bij elkaar: ik ernstig ziek, hij de driftige engel, kordaat als een moeder die weet wat haar kinderen willen nog voordat ze er zelf naar hebben gevraagd. We zijn er nog, na jaren van kalmte die je gelukkig zou kunnen noemen als je tenminste zou beseffen, terwijl je ze beleeft, dat dat geluk is.'


Amelia was jong toen het feminisme opkwam, maar niet jong genoeg. Ze wil meedoen, 'ik die me pas net had ontworsteld aan mijn moeders gebod om altijd een hemdje te dragen zodat je niet verkouden wordt,' maar de horde losgeslagen vrouwen beangstigde haar. Ze liet de roerige tijden aan haar en haar gezin voorbij gaan. Geen schokkende, of opwindende gebeurtenissen dus in dit boek, maar een gewoon verhaal van een gewone vrouw wiens einde misschien niet zo gewoon maar ook niet wereldschokkend is.
Met nog een paar handvatten voor de zieke medemens, een interview en wat leesclubvragen is het boek compleet.


'De taal, die grote verrader, maakt het je duidelijk: verkindsen is ook weer niet zo'n heel negatief woord als je er de smaak van lolly's uit je jeugd aan overhoudt.'


'de kunst van het vertellen kent geen waarheidsdrang'



ISBN 978 90 229 5967 1 paperback Orlando | juni 2010
'L'ultima estate' Vertaald door Manon Smits

© Marjo, juni 2010

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER