Boekenarchief M

Perlmann’s zwijgen


De Zwitserse schrijver Pascal Mercier (pseudoniem van de hoogleraar in de filosofie aan de universiteit van Bern, Peter Bieri) is in Nederland vooral bekend door zijn bestseller Nachttrein naar Lissabon. Ook zijn roman De Pianostemmer, die ik eerder op deze site besproken heb, is in Nederland zeer goed ontvangen.
Van een heel ander genre, maar zeker niet minder van kwaliteit en spanning is zijn allereerste roman, Perlmann’s zwijgen, al geschreven in 1995. Bij het lezen van deze vaak zeer spannende roman nam mijn bewondering voor deze schrijver steeds meer toe omdat hij zo zorgvuldig, zelfs minutieus, de gebeurtenissen maar vooral ook de gedachten van de hoofdpersoon onder woorden brengt.


De hoofdpersoon, Perlmann, is in deze roman hoogleraar taalwetenschap te Berlijn. Door een manager van Olivetti wordt hem verzocht een wetenschappelijke bijeenkomst te organiseren in een kustplaats bij Genua, waarvoor hijzelf de deelnemers mag uitnodigen. Het wordt een select en opmerkelijk gezelschap dat we gedurende de ruime maand die het seminar duurt ruimschoots leren kennen.


Maar het gaat vooral om de nogal egocentrische Perlmann, een hoog aangeschreven taalwetenschapper die zowel in een persoonlijke als wetenschappelijke crisis verkeert. De persoonlijke crisis omdat hij nog geen jaar geleden zijn vrouw verloor door een verkeersongeluk, de andere omdat hij sterk is gaan twijfelen aan de waarde en zin van zijn wetenschappelijke werk.
Van moment tot moment volgen we zijn daden en gedachten, zelfs zijn dromen. De crisis verhindert Perlmann zijn wetenschappelijke bijdrage aan het congres tijdig op papier te zetten. Door dit steeds voor zich uit te schuiven en zijn tijd door allerlei escapades te verspillen, psychologisch boeiend door Mercier beschreven, wordt zijn tijdnood zo groot dat hij door de toenemende spanning vreemde dingen gaat doen die hem in steeds grotere moeilijkheden brengen.


Tenslotte pleegt hij bijna plagiaat en bereidt zelfs een moord voor, die hij in zijn wanhoop als onvermijdelijk beschouwt met als motief slechts het verlies aan prestige dat hij zal lijden bij degenen die hem kennen. Door het toeval komt hij in een bijna onoplosbare situatie, maar hetzelfde toeval redt hem, in de zeer verrassende gedaante van een voetbaldoelpunt.
De plot is ongelooflijk spannend beschreven. Meer zal ik hierover niet onthullen. Toen ik dacht dat de spanning geweken was keerde deze in een verhevigde vorm weer terug.


In het boek worden de relaties die Perlmann heeft met zijn dochter, een oude vriendin en de nieuwe contacten die hij tijdens het congres opdoet op intrigerende wijze beschreven. Het is geen man waar je sympathie voor krijgt maar zijn persoonlijkheid blijft boeien door zijn eerlijke gedachten en het hier tegenover staande oneerlijke optreden tegen zowat iedereen. Het boek geeft ook enig inzicht over de onderwerpen waarmee taalwetenschap zich bezig houdt zoals de herinnering en de tegenwoordigheid.
Op bladzijde 553 staat de volgende overweging van Perlmann:


“Langzamerhand begon hij te vermoeden dat hij tientallen jaren met de verkeerde voorstelling had geleefd. Het was helemaal niet waar dat afbakening betekende jezelf af te schermen en op te sluiten in een innerlijke vesting. Waar het om ging was heel iets anders: dat je, als de anderen het te weten kwamen onbevreesd en rustig stond voor wat je was, diep in jezelf. En het kwam Perlmann voor alsof dit inzicht ook de sleutel was tot de tegenwoordigheid waarnaar hij zo verlangde, maar die altijd zo ongrijpbaar en vluchtig was gebleven, als een luchtspiegeling”.


Als Perlmann, waarvan ik steeds meer denk dat hij het alter ego van Pierre Bieri is, dit zo’n dertig jaar eerder als levensmotto had aangenomen en had toegepast zou dit boek nooit geschreven zijn. Ofschoon bij mij de vraag rijst of de sleutel tot de tegenwoordigheid, zeg maar tot je zelfbewustzijn en zelfkennis, zomaar voor iedereen beschikbaar is of afdoende gebruikt kan worden bij alles wat je denkt, zegt en doet.


Perlmann’s zwijgen is een boek met veel psychologische en filosofische diepgang, met meesterlijke beschrijvingen van gedachten en confrontaties en met veel spanning. Iedereen die niet te lui is voor een boek van 623 bladzijden moet dit lezen!


Paperback | 623 Pagina's | Wereldbibliotheek ISBN10: 9028421874 | ISBN13: 9789028421875
Vertaald door Gerda Meijerink

© PieterW, augustus 2008

Reageren? Klik hier!