Boekenarchief M

De wintersoldaat
Daniel Mason


‘De hoeven van zijn paard kletterden tegen de bevroren grond. De lucht was grijs, en in de verte kon hij de bergen in de storm zien oprijzen. Daar ergens was Lemnowice, en het regimentshospitaal van het Derde Leger, waar hij geacht werd te gaan dienen.’


De tweeëntwintigjarige student Lucius Krzelevski uit Wenen heeft er als kind al van gedroomd om dokter te worden. Dat is niet helemaal de gebruikelijke gang van zaken in de familie waarin hij opgroeit. Zijn vader komt uit een oude Poolse familie, zijn moeder is een zakelijk ingestelde vrouw die erg op status gesteld is. Zijn broers en zussen hebben flair, zijn de trots van hun ouders, maar Julius is een buitenbeentje. En dat blijft hij tijdens de studie, omdat de anderen, met uitzondering van één, niet zo gedreven zijn als hij.


En dan wordt het 1914, er breekt een oorlog uit. Al snel is er een tekort aan doktoren en worden ook studenten geworven. Lucius hoopt in het leger veel te kunnen leren en meldt zich.
Hij is geschokt als hij ziet hoe de toestand in de primitief ingerichte hospitalen in werkelijkheid is: te weinig medisch onderlegde mensen, nauwelijks medicijnen en andere benodigdheden. Als hij aankomt in Lemnowice, blijkt het hospitaal een kerk te zijn. Het is er ijskoud, en er is slechts één verpleegster, een non, die hem ontvangt met een geweer in haar hand. Tegen de wolven, zegt ze. Maar ook tegen Kozakken en tegen oprukkende vijanden.


Lucius wordt meteen in het diepe gegooid: de student die nog nooit geopereerd heeft, moet ledematen amputeren, en vechten tegen luizen en ratten, die tyfus met zich meenemen. Margareta blijkt praktisch goed onderlegd, al weet ze weinig tot niets van de theorie. Zij leert hem de praktijk. En dan wordt er een man binnengebracht die nergens op reageert, haast catatonisch is. Lucius begrijpt dat deze man dezelfde ziekte heeft waar hij al over hoorde, een ziekte die in toenemende mate aan het Westelijk Front voorkomt. Lucius en Margareta weten de man uit zijn stupor te krijgen met behulp van de juiste medicijnen en vooral veel met hem te praten. Als ze ontdekken dat hij een begenadigd tekenaar is, laten ze hem tekenen.
Horvath, zo heet de man, wordt een speciale patiënt, van zowel Lucius als Margareta.


En dan komt er een rekruteringsploeg, die alle hospitalen langsgaat en iedere man die er maar enigszins toe in staat lijkt te kunnen vechten, met zich meeneemt. De leidinggevende officier, een wrede man, luistert niet naar argumenten: wie geen zichtbare verwondingen heeft, hoort aan het front. Ook mannen die aan shellshock lijden, want dat is die nieuwe ziekte, veroorzaakt door de ondraaglijkheid van de gemechaniseerde oorlogsvoering. Totale verlamming, blindheid, stoelgangproblemen, spierspasmen. Moeten zulke mannen weer vechten? Het is aanstellerij, vindt de officier, en bij een tweede poging neemt hij Horvath mee.


Dat voelt als een nederlaag, en misschien is het wel daardoor dat de dokter en de verpleegster elkaar vinden. Al vermoedde Julius al dat hij verliefd was. Maar ze was een non… Deze prille liefde krijgt nauwelijks een kans, het is oorlog, het front nadert, en door omstandigheden raken ze elkaar ook weer kwijt.
En als dan de Wapenstilstand afgeroepen wordt zijn de grenzen veranderd en is reizen een ramp. Kan Lucius zijn Grote Liefde nog terugvinden?


Een roman dus, maar het verhaal van de Wintersoldaat is vooral dat van de veranderende medische inzichten tijdens de Eerste Wereldoorlog. Madame Curie, die aan de basis stond van de röntgenfotografie, heeft zelfs een bijrolletje, maar het gaat toch meer over de verworven kennis over de menselijke geest. Daniel Mason spaart de lezer niet, hij beschrijft in detail over de operaties die onder de meest vreselijke omstandigheden uitgevoerd moesten worden, over het leed dat de oorlogsslachtoffers moesten ondergaan, door gebrek aan de juiste diagnose maar vooral het ontbreken van medicatie.


Over de wanhoop gaat het, van de hulpverleners die moesten roeien met de riemen die ze (nauwelijks) hadden, onder zware omstandigheden, in het geval van Lucius barre winters, in onherbergzame gebieden. Mason vertelt over de Eerste Wereldoorlog zoals die zich aan een ander front afspeelde: Oostenrijkers, Hongaren, Tsjechen en Polen die in dienst waren van het Keizerrijk Oostenrijk streden tegen de Russen.


Masons stijl is beeldend, je ziet en voelt met de personages mee. Niet bepaald een lekker romannetje dus, maar wel een verhaal dat je meesleept, niet alleen de oorlog in, maar ook binnen de kringen van de welgestelde kringen van Wenen, waarbij de tegenstelling tussen Margareta, die vaardige, maar ondergewaardeerde vrouw, versus de lichtzinnige societydames.


Daniel Mason (1976) is een Amerikaans schrijver, bioloog en arts.
Hij werd bekend door zijn eerste roman De pianostemmer (2002)


ISBN 9789048848621 | paperback | 364 pagina's | Uitgeverij Hollands Diep | maart 2019

© Marjo, 6 juni 2019

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER