Hoogland
Adriaan van IJperen


Novelle staat op de cover.
Volgens wikipedia 'bedoelt men tegenwoordig met de term novelle een prozaverhaal dat wat de omvang betreft tussen de roman en het korte verhaal geplaatst wordt. De lengte is meestal tussen de 20.000 en 40.000 woorden, maar hierover bestaat geen consensus. Een novelle bezit een eenvoudige structuur en een klein aantal personages. Meestal omvat een novelle een bijzondere gebeurtenis en toont ze de hoofdpersonages op een beslissend moment in hun leven.' Dit is exact wat het 118 pagina's tellende boekje is en inhoudt.


Hoofdpersonage is vijftigjarige Max, die de Schotse West Higland Way loopt, een meerdaagse wandeling van Milngavie naar de Ben Nevis, de hoogste berg van Schotland. Hij heeft vroeger als jonge jongen deze route ook gelopen. Max verwacht dat het een sentimental  journey wordt, een wandeling vol herinneringen over de tijd dat hij deze route meer als prestatietocht liep dan om te genieten. Hij heeft er zin in en na het benodigde eten en een fles water te hebben gekocht start hij zijn reis. Hij wil snel Milngavie uit zijn en van de stilte van de moors genieten. Max loopt heerlijk te mijmeren als hij ineens 'Hoi' naast zich hoort.


'Er loopt iemand naast me, zomaar uit het niets.
'Jezus, vent, ik schrik van je.
'Oh sorry,' klinkt het vanuit zijn dikke rossige baard. Haren waaien om zijn hoofd.
'Ik hoorde je niet aankomen, liep wat in gedachten. Dat krijg je, op zo'n rechte weg.
'Ik loop al even achter je en dacht, ik ga er langs. Ik hou er niet van iemand vlak voor me te hebben.'


De jongen van ca 20-25 jaar loopt ook de West Higland Way. Na een kort gesprekje loopt hij snel weer door. Hij is stug, een jongen van weinig woorden. Max doet het rustiger aan maar aan het eind van de dag ontmoet hij de jongen, Pepijn, opnieuw in een bunkhouse (soort jongerenhotel) bij de ruïne van Buchanan Castle. Nog steeds is Pepijn niet erg toeschietelijk. Met zijn forse postuur, lange haar en volle rossige baard zou het zomaar een kopie kunnen zijn van de jonge Max. Hij herkent de afwerende houding van de jongen wel. Was hij niet net zo op die leeftijd?
Natuurlijk vertrekken ze de volgende dag apart. Pepijn loopt in zijn eigen tempo. Misschien spreken ze elkaar nog onderweg of 's avonds, misschien niet. 
Het wordt een zware tocht die dag, Max komt niet lekker in zijn ritme. Soms ziet hij in de verte Pepijn lopen maar meestal is hij alleen met zijn eigen gedachten en herinneringen die alle kanten op gaan. Tot Max' grote verrassing treft hij halverwege de route Pepijn aan, en Max stelt voor om samen de verdere route af te leggen. Pepijn stemt schouderophalend in. Hoofdzakelijk zwijgend vervolgen ze hun weg, als het moet wordt er wat gezegd. Ook dit herkent Max, hij was net zo'n Einzelgänger, gesloten en op zichzelf. Waar hij overigens flink onder te lijden heeft gehad. Hij voelt de behoefte Pepijn te helpen, hem uit zijn cocon te halen...
De beiden mannen trekken de rest van de wandelroute samen op. Niet van harte van Pepijns kant, hoewel hij langzamerhand iets begint te ontdooien. Max doet zijn best om de jongen losser te krijgen, spraakzamer, vrijer maar Pepijn lijkt er niet erg van gediend. Beiden lopen meestal alleen of trekken zwijgzaam met elkaar op...


Tijdens zo'n lange wandeling dwalen gedachten af, gaan sneller, gaan trager. [...] Een korte afstand duurt een eeuwigheid, een zware afmattende beklimming is in een paar tellen voorbij. Tijd en plaats raken ontkoppeld. Heden, verleden en toekomst lopen dooreen.


Max vertelt af en toe een, hopelijk, inzichtgevend verhaal aan Pepijn maar of Pepijn er iets mee kan of doet...
De reis loopt ten einde en Max ontdekt dat hij door zijn pogingen Pepijn te helpen veel over zichzelf heeft ontdekt. Het blijkt dat hij naast de prachtige wandeling door het Schotse land ook een mooie innerlijke reis bewandeld heeft.


Adriaan van IJperen heeft een prettige novelle geschreven. De wandeling door de Schotse Hooglanden is zeer beeldend beschreven en werkt aanstekelijk. Het verhaal  zelf is mooi hoewel het af en toe bevreemdend werkte dat Max altijd over 'ik' sprak, ook als Pepijn er bij was. Bijv. als Pepijn en Max samen verder lopen naar het eindpunt van die dag. Pepijn loopt voorop en dan staat er  'Mijn tocht voert omhoog door dichte begroeiïng, tussen bomen en struiken door. Er is weinig zicht. Plotsklaps ben ik uit het struikgewas. Het werkte soms verwarrend. Loopt hij nu wel of niet met Pepijn samen?
En persoonlijk staat het me altijd tegen als in een verhaal een man over de mooie meisjes spreekt die hij onderweg tegenkomt. Hoewel hij zeker niet denigrerend over de meisjes schrijft.
Maar Max is wel een erg aardige man die oprecht probeert Pepijn te helpen, hoewel ik denkelijk als Pepijn zou reageren als Max ongevraagd zijn wijze verhalen gaat vertellen. Max is een beetje de luis in de pels die je constant een beetje jeuk bezorgt. Hij prikkelt, stimuleert én irriteert. Pepijn reageert nauwelijks op de verhalen van Max maar je vermoedt dat hij toch wel luistert en er wat aan heeft.
Toch maakt het boek dat je zelf ook nadenkt over bepaalde zaken, er zitten herkenbare onderwerpen bij, hoe zou jij zelf die dingen aanpakken, hoe heb jij dingen aangepakt, en daarnaast kun je wegdromen over het mooi beschreven landschap, de stilte, de inkeer, de rust en dat is altijd een prettige bijkomstigheid.
Dit debuut is, ondanks de kleine minpuntjes een mooie start voor een verder schrijfcarrière.


Zie ook: http://www.zinspelen.com/adriaan.htm


ISBN 9789078905585 Paperback 118 pagina's Uitgeverij De Brouwerij juni 2012

© Dettie, 6 juni 2012

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER