jeugd 13-15 jaar

Alleen meisjes kunnen vliegen
Luc Hanegreefs


1899. Een jong meisje probeert te vluchten. Ze komt uit een kasteel, maar waarom ze eigenlijk probeert weg te komen is niet duidelijk. Wel dat ze teruggehaald wordt. Door ene Jacob.
Dan maken we een sprong in de tijd.


1959. Een vader wandelt met zijn zoon naar een kerk, in een klein dorp. Ze zien een oude man met bloemen: ‘ze houdt van aronskelken’, zegt hij en even later zien ze die bloemen op een monument n de kerk liggen. In hetzelfde dorp staat een kasteel, nogal vervallen Het lijkt onbewoond, maar dat blijkt niet zo te zijn.  De vader loopt het terrein van het kasteel op, hoewel de jongen protesteert. Dat is toch privé-domein! En terwijl ze door de tuin lopen ziet de jongen het: in een opening in de toren van het kasteel staat een gedaante. Helemaal in het wit, druk gebarend naar de jongen. En dan is ze weg.
Wat heeft hij gezien? Wie woont er in het kasteel?


1899: Cornelia zit opgesloten in haar kamer op het kasteel. Haar vader is sinds kort weduwnaar, en het meisje voelt aan wat hij van plan is.


‘Birgit? Geloof jij echt dat mama kon vliegen?’ vroeg Cornelia plots.
Birgit schraapte haar keel voor de bedachtzaam antwoordde. ‘Ze zei me wel eens dat ze wou dat ze kon wegvliegen van je vader, maar alleen als ze jou ook mee kon nemen.’
‘Dat heeft ze niet gedaan. Waarom niet, denk je?’


De huishoudster heeft daar geen antwoord op, en zo blijft het meisje denken dat haar moeder echt weggevlogen is. Maar zij kan (nog) niet vliegen. En ze kan niet tegen haar vader op. En zo wordt er nog geen jaar later een kind geboren: Katrina.
Maar Cornelia zal niet voor haar zorgen, dat doen Birgit en Jacob, ook nadat de kasteelheer verdwenen is op de dag dat hij het kasteel verliet om elders te gaan wonen. Hij had Katrina met zich mee willen nemen.


1960: de vader heeft een lelijke smak gemaakt en zijn geheugen is verstoord. Er worden geen wandelingen meer gemaakt. De jongen wil weten wat er precies gebeurd is, en zo ontdekt hij dat zijn vader geheimen had. Tot zijn verbijstering en die van zijn moeder worden er enveloppen bezorgd: in de een zit een klein sleuteltje en in de andere een insigne met een hakenkruis erop. Wat is dit? En waarom?


Op zijn zoektocht naar de achterliggende verhalen en het geheim van zijn vader ontdekt de jongen – die op pagina 119 een naam krijgt: Anton – wat er allemaal gebeurd is in de oorlogsjaren toen Duitsers het kasteel gevorderd hadden. En hij leert de huidige bewoners van het kasteel kennen. In de eerste plaats Nellie, een leeftijdsgenoot, die net als hij geïntrigeerd is door de raadsels en ook op zoek gaat. Als hij haar vraagt waar de vader van Cornelia is gebleven, zegt ze:


‘Dat heb ik Birgit ook gevraagd. Hij is ook… weg. Meer wilde ze er niet over kwijt.’
‘Weggevlogen?’ Ik kon de spottende toon in mijn stem amper verbergen.
‘Natuurlijk niet!’ beet ze verontwaardigd terug. ‘Alleen meisjes kunnen vliegen.’


Een spannende historische thriller. Alleen al door het heen en weer springen in de tijd is dit best een uitdaging voor jonge lezers, maar ook de geschiedenis van de kasteelbewoners is vrij ingewikkeld.
Toch, als je eenmaal in het verhaal zit, wil je weten wat er nu eigenlijk allemaal aan de hand was. Wat is er gebeurd met die vrouwen op het kasteel?
Wat is er gebeurd met de vader van Anton en hoe is hij bij het kasteel betrokken?


Gaandeweg wordt duidelijk dat het hier gaat om een onderbelicht aspect van de Tweede Wereldoorlog. Hanegreefs legt achter in het boek uit wat er aan de hand was. Misschien had hij dat beter aan het begin kunnen doen…


Luc Hanegreefs (1959) werkte jarenlang als journalist voor onder meer De Tijd, vrt en de nieuwsdienst van vtm. Nu verdeelt hij zijn tijd tussen schrijven en doceren aan de Hasseltse hogeschool, waar hij studenten journalistiek opleidt. In 1996 verscheen zijn eerste jeugdboek.


ISBN 9789044844856 | Hardcover | 206 pagina's | Uitgeverij Clavis | februari 2022
Leeftijd vanaf 14 jaar

© Marjo, 2 april 2022

Lees de reacties op het forum, klik HIER