Boekenarchief T-U-V

De heren van Friesland

 

Arjen Terpstra wil het verhaal van zijn voorouders vertellen: zijn grootouders vertrokken  net na de oorlog met hun zonen Feite, Durk en Gerrit naar Californië. Hun dochter bleef achter om in Friesland een gezin te stichten. Een van haar zoons is dus de schrijver, die in 1953 zijn ‘Amerikaanse’  familie ontmoette.Een klein deel van het boek vertelt over hun ervaringen in Amerika, maar het grootste deel is toch het verzonnen verhaal van de familie van der Zee.Dat is jammer, omdat de samenhang ontbreekt tussen de twee verhaallijnen. De familie Terpstra duikt af en toe op, tussen het andere verhaal door, soms zelfs storend, omdat het verband niet duidelijk is.

Het fictieve verhaal:
Tjerk heeft een boerderij in Tjerkgaast, zeventig hectare grond en zeventig koeien. Voor al het werk dat vooral ’s zomers gedaan moest worden op het land, en met het vee, kwamen toen al arbeiders uit heel Europa. Misschien was het daardoor dat Tjalling, zoon van Tjerk, het wel zag zitten om te emigreren, zeker als hij de enthousiaste verhalen leest in de brieven van zijn oom Hotze, die eerder vertrokken is. Tjalling en Tjeerd zijn tweelingbroers, maar met totaal verschillend karakter. Tjalling is groot, sterk en een wildebras, die er niet tegen kan om opgesloten te zitten. Tjeerd is rustig, bedachtzaam, en verknocht aan de boerderij en Friesland. En aan Antje. Als er bericht komt dat het niet meer zo goed gaat met oom Hotze, vindt Tjerk dat Tjalling maar moet gaan om te helpen. Maar het noodlot slaat toe, hij maakt een ongelukkige val met zijn paard en in zijn plaats gaat Tjeerd met de boot mee. In feite nemen de broers dan elkaars leven over. Tjalling trouwt met Antje, en krijgt een zoon, Douwe, en Tjeerd maakt fortuin in Amerika.

Het is het verhaal van een familie, maar ook het relaas van gelukzoekers, voor wie Amerika nog steeds het land is waar iedereen alle kansen heeft. Dat het iets genuanceerder ligt, daar komen ze dan wel achter. Het is een veelbelovend verhaal, en het had erg leuk kunnen zijn, maar helaas zitten er veel onregelmatigheden in die de pret verstoren. Een goede redacteur was nuttig geweest.

De volgorde van zinsdelen is af en toe zo raar, dat ik dacht dat het een vertaling was. Nu blijkt dat ook zo te zijn, maar vanuit het Fries! Kan dat ook tot kromme zinnen leiden?

‘ Als de zon ’s avonds in de zomer verandert in een rode bol..’

‘ droomde hij van rennende paarden door sloten zonder water’

‘ de tweeling T & T gingen altijd de hele dag…’

Een overvloedig gebruik van steeds weer de voornamen, nou ja, te veel waar een bezem doorheen had gekund.  Dan de manier van vertellen: die is vaak te saai, te veel vertellend, dat doet aan de levendigheid geen goed. Maar daarnaast zijn er ook stukken waaruit blijkt dat de schrijver het wel kan. Jammer…

 

ISBN 9789049951030, Hardcover 287 pagina's, uitgeverij Mistral, maart 2009

© Marjo, september 2009

Lees de reacties op het forum, klik HIER