Kiddo king
(een verhaal over prinsjes en prinsesjes)
Wim Meyles
Het verhaal gaat over Ietje, die niet mee op vakantie wil als haar ouders kiezen voor drie weken nietsdoen in Ontspanje. Dus mag ze een vakantiepark uitzoeken. Het wordt Kiddo King, waar je volgens de aanprijzing niets hoeft, maar alles mag. Als ze – haastig – afgezet wordt door haar ouders, staat er een meisje voor haar neus, in een mantelpakje. Ze is Yokki, de directrice, en geeft meteen de toon aan. Ze vertelt dat er iedere dag een ander vriendje voor Ietje zal zijn. Die verschijnen zomaar in haar kamer, of ze die nu op slot doet of barricadeert, maakt niets uit.
Ietje heeft in de week die ze daar doorbrengt geen idee wat er echt is, wat niet, wie er liegt en wie de waarheid spreekt. Zijn de avonturen die ze meemaakt met Holle Boll Gulz, Boddie, Choa en Adé echt of zit ze dan in een van de computerspelletjes van Pjoetr?
Het is een rare wereld: kinderen zijn inderdaad de baas, maar er lopen ook volwassnen rond, die slaafs doen wat de kinderen hen opdragen. Hoewel ze soms ook opstandig zijn, zoals de ouders van Adé, die het spelletje van Klein Duimpje spelen. Iedere dag is een deel van een sprookje: Luilekkerland, waar ze Obesi ontmoet; het Wolvenbos, waar een mandje naar een grootmoeder gebracht wordt en echt een wolf rondloopt. Of de zeven dwergen, die nu gepromoveerd zijn tot het personeel van een schoonheidssalon.
Je kan het zo gek niet opnoemen of het kan daar in KiddoKing!
Niet toevallig zijn het vaak de dingen waar zowel kinderen als volwassenen ook in het werkelijke leven tegen aan lopen die aan de kaak gesteld worden. Het uren lang gamen, het snoepen. Dat is trouwens een leuke vondst: in het D & A winkeltje kies je je eigen snoep uit, hetgeen bepaalt wat voor iemand je wordt.
De opa van Ietje die het boek schrijft heeft een levendige fantasie. Wim Meyles maakt het nog gekker: voor het echte verhaal begint hebben we al enkele hoofdstukken gehad, met een soort inleiding waarin opa vertelt wie Ietje is, hetgeen ze zelf ook nog eens herhaalt. Maar bij haar wordt het een tirade tegen volwassenen...
‘Grote mensen zijn niet eerlijk. Savonts moeten wij vroeg naar bed. Zelf blijven ze dan nog heel lang op om de programaas te kijken die wij niet mogen zien. Om de lekkere dingen in huis op te maken. Om lui te hangen op de bank. Egowisten zijn het!’
En eigenlijk begint het boek met een opruiend praatje en een waarschuwing over namen: namen daar heb je je hele leven last van. Ouders: kijk uit wat je kiest! Kinderen: kies gewoon een andere, als je geen leuke naam hebt.
Het geheel is erg leuk, waarbij de kleurrijke vrolijke tekeningen helemaal bij passen. Fantasie, woordspelingen, overdenkingen in een leuk jasje. Als bijvoorbeeld binnen het verhaal dat opaschrijft, Ietje zegt dat ze haar belevenissen in haar dagboek moet gaan op schrijven voor opa, zet dat de tijd op zijn kop, ongeveer net zoals wanneer Pjoetr laat zien hoe hij in een computerspelletje de wolf in het Wolvenbos heeft neergeschoten toen die Ietje de dag ervoor bedreigde.
Nog een stukje:
’Pakke,’ zei de eerste. Hij greep Ietje stevig beet.
‘Hebbe,’ grijnsde de tweede.
‘Houwe,’ fleemde de derde. ‘ Doe je mond es open. We hebbe wat lekkers voor je.’
‘Laat me los!’ protesteerde Ietje. ‘Wie zijn jubbie? Em wab sdobbe jubbie imme mobd?’
‘Zoete broodjes!’ zei Pakke. ‘ Met room, stroop en honing. Lekker hè?’
Vergeefs probeerde Ietje zich los te wurmen.
‘Wij onderneme,’ vervolgde Pakke. ‘Springe in ellek gat in de markt. Wil de klant wit, dan krijgt ie wit. Wil ie zwart, dan zorrege wij voor zwart.’
‘Wenst de keizer nieuwe klere...’ vervolgde Hebbe..
‘Dan stappe wij in de textiel.’ vulde Houwe aan.’
Kortom, een knotsgek boek, waar je ook nog van leert. Heerlijk moet het zijn om er zo op los te fantaseren en er toch een prettig geheel van te maken!
ISBN 9789089545732 | paperback | 111 pagina's | Uitgeverij Elikser | december 2013
Illustraties door Ellen de Bruijn Leeftijd van 10-100, aldus de flap
© Marjo, 31 december 2013
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER