Sterven doe je zo
Tjeerd Ybeles Smit
‘Tibetanen hebben hun dodenboek, Hindoes trekken zich terug in de Himalaya’s, gereformeerden zijn gereformeerd, joden zijn joden en islamieten voornamelijk islamiet, maar ik ben niets en heb niets. Als ik sterf moet ik het zelf maar uitzoeken. Ik ben een ongereformeerd, onbeschaafd, schrijvend dier en ik zoek een fles om mijn SOS te posten.’
De hoofdpersoon van dit boek heeft zojuist te horen gekregen dat hij een vergevorderde levercirrose heeft en niet lang meer zal leven. Hoe nu verder, vraagt hij zich af. Wie of wat kan hem helpen bij deze laatste reis?
Hij is 65, en heeft altijd de kost verdiend met schrijven. Geen romans, maar wervende teksten. Bescheiden is hij niet: hij was er goed in. Hij had nog wel een echt boek willen schrijven, maar waarover dan? ‘Gebruik je ervaringen met de medische stand’, zegt zijn vriend en uitgever, maar Stein heeft schoon genoeg van al die miskleunen. Zijn verleden dan? Daar zit genoeg stof in, denkt hij. Na een streng gereformeerde jeugd heeft hij radicaal en vrijgevochten alle dogma’s van zich afgeworpen, inclusief God. Want de mens heeft God uitgevonden, zegt hij, dus wat kan die voor hem betekenen? Een ander goddelijk wezen? Hij heeft er naar gezocht, tijdens zijn vele reizen, in zijn leven als hippie en drugsverslaafde. Een boek over God dus?
‘Geen God, geen God alsjeblieft, na dit land wil ik nooit meer iets van of over God horen. Alsjeblieft geen God, mensen heb ik nodig. Mensen zonder baarden.’
Uitgever Huidenkooper bevindt zich in een Oosters land als hij Stein belt met een verrassende mededeling. Het is een wending die spanning brengt in dit kleine boek, waar je verder vooral geconfronteerd wordt met de gedachtespinsels van Stein. Over zijn voorbije leven en over wat de toekomst, hoe kort ook, nog zal brengen. En over het heden, dat zich immers niets aantrekt van zijn toestand.
Het is een prachtig geschreven novelle, veel rake goedgevormde zinnen, en te denken gevende overwegingen.
Klein maar fijn dus.
‘Mozes smeet de stenen tafelen kapot toen hij oog in oog met het zondigende volk kwam te staan. Luther deed het later dunnetjes over met zijn inktpot die hij naar de duivel smeet. Ik had niets om mee te gooien, alles was al stuk.’
ISBN 9789062658053 | hardcover | 120 pagina's | In de Knipscheer | oktober 2012
© Marjo, 10 november 2012
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER