Portret in zwart
Ik ga vertellen over dagen en over nachten, over de korte dood die het lichaam binnendringt, over de dromen die het geluk in me weten op te roepen dat ik gedurende de dag niet ken, wanneer mijn oogleden open zijn en mijn ogen me verhinderen om niet te zien.
Na de “ouverture” lezen we in De dwaze autobiografie van mevrouw Anne-Rose D. deze eerste regels...
Anne-Rose is dichter en kunstminnaar. Ze leeft sobertjes in een appartement in Rue du Bac in Parijs. In zichzelf gekeerd, vereenzaamd, vol van aangrijpende, mooie en ontroerende herinneringen... Eens was zij een groot dichteres, schrijfster van essays en columns voor de grote krant “Le Monde”, maar zij kiest ervoor om in vergetelheid haar weg te zoeken. Een enorm geluk ervaart Anne-Rose steeds in haar dromen, die gelukkig vaak voorkomen, ook doordat zij zo graag lang en veel slaapt.
Dromen… altijd over Stockholm, daar proeft en beleeft zij zo’n groot geluk zoals ze nog nooit heeft ervaren, alleen… ze is er nog nooit geweest...
In een opwelling besluit zij een vliegticket te nemen naar haar geliefde droomplaats. Eenmaal in het vliegtuig krijgt ze grote spijt, wordt ziek, en besluit tijdens de overstap in Kopenhagen, daar te blijven. Het is daar in een klein, somber hotelletje waar ze verwoed begint met het schrijven van haar memoires.
In 5 dagen tijd schrijft zij op een prachtige, poëtische, meesterlijke en weemoedige wijze haar dagboek tot dan toe. De enorme grote liefde die zij heeft gekoesterd voor haar eerste vriendje Claude, die op zeer jonge leeftijd zelfmoord heeft gepleegd. De abortus die zij vlak voor Claude’s zelfmoord heeft ondergaan. De gedichten die zij daarna schreef en haar onmiddellijk tot een grote dichter maakte. Mooi beschreven is ook de ontmoeting met de zuster van de dichter Arthur Rimbaud, die zij in zijn volmaaktheid zo adoreerde. Aangrijpend de relatie die zij had met haar tweede liefde Maurice, een bekend schilder, die later naar Londen vertrekt, Anne-Rose achterlatend, maar zij beseft dan alleen maar dat de liefdesrelatie op afstand, gerieflijker is . Wel houden zij een intense briefwisseling erop na.
Zeven jaren later na het schrijven van dit dagboek, leest Maurice in een Londense krant een overlijdensadvertentie van zijn “ex-geliefde”. Hij spoedt zich onmiddellijk naar Parijs voor de majestueuze, verzorgde begrafenis: Anne-Rose die zelf zo bewust voor de vergetelheid had gekozen, wordt met pracht en praal en onder enorm grote belangstelling herdacht. Als erfgename van haar appartement en inboedel besluit Maurice weer een tijdje in Parijs te gaan wonen. Daar vindt hij haar dagboek en een geheime brief. Tot tranen toe bewogen leest hij haar ‘dwaze” memoires en zit hij met een groot dilemma wat hij met de verzegelde brief moet doen.
Portret in zwart: een volmaakt geschreven boek, met veel genot gelezen.
Prometheus Amsterdam 2003, ISBN 90-446-0238-1, paperbackuitgave, 154 bladzijden. Vertaling: Marieke van Laake
© Irene, 20 maart 2007
Reageren? Klik hier!
Portret in zwart
Anne-Rose, dichteres, schrijft haar autobiografie als ze op vakantie is in Denemarken.
Ze heeft niet zo'n fijne jeugd gehad, hetgeen grotendeels te maken heeft met haar aard: ze is een buitenbeentje, niet in staat om contact te maken met anderen. De enige waar ze dat wel mee kan is ook een buitenbeentje: Claude.
Met hem heeft ze een fijne tijd tot ze zwanger raakt en door haar ouders gedwongen wordt om abortus te plegen. Claude weet van niets, en ze is niet in staat het hem te vertellen, als alles achter de rug is. Hij concludeert uit haar stugge afstandelijkheid dat ook zij hem niet meer moet en pleegt zelfmoord.
Dat komt er dan voor Anne-Rose nog bij: schuldgevoel. Als haar ouders gestorven zijn trekt ze naar Parijs, want 'de Meester' heeft haar gedichten opgemerkt; ze moet haar vleugels uitslaan.
Overdag leeft en werkt ze in haar geliefde Parijs, waar ze haar ogen bewust sluit voor de vuiligheid die een grote stad met zich meebrengt, maar 's nachts, in haar dromen, is ze in Stockholm. Ze is er nooit geweest en zal er nooit komen -de pogingen die ze onderneemt om de stad met eigen ogen te zien mislukken- maar ze kent iedere straat, iedere winkel in haar dromen. Een nieuwe vriend, Maurice, bevestigt haar onvermogen: ze kan alleen maar een briefwisseling met hem aan.
En zo sterft ze, eenzaam en vrijwel alleen, in de grote stad.
Dankzij Lecca's fraaie stijl van schrijven heb ik het boek uitgelezen, maar het verhaal boeide me helemaal niet. Misschien nog eens een ander boek van deze schrijver proberen...
De vertaling staat vol met fouten, die me ook erg storen... 'ik wordt' verschillende keren, 'stijle trappen'... en als er een nichtje op bezoek komt, vraagt die niet waar haar tante is, nee, ze vraagt naar haar oma! En nog meer van die dingen.
Ook vind ik de titel niet goed, de vertaling dan. De Italiaanse titel is 'terugtrekking in de nacht'. Dat past veel beter. Letterlijk en figuurlijk. Dat portret zie ik helemaal niet.
Paperback | 155 Pagina's | Uitgeverij Prometheus ISBN10: 9044602381 Vertaald door Marieke van Laake
© Marjo, mei 2007
Reageren? Klik hier!