Nelleke Noordervliet

literatuurSnijpunt


En ook deze Nederlandse diva stelt teleur. Ik ga nu toch denken dat het aan mij ligt...


Deel een begint intrigerend: een lerares, Nora, wordt op school in haar arm gestoken met een mes, door een jongen van buitenlandse afkomst. Toen hij in zijn onwetendheid 'woorden, woorden, woorden' riep, hetgeen Nora als een citaat van Shakespeare herkende (wist die jongen veel) glimlachte ze. Dat was voor hem ontoelaatbaar.
Er wordt aangifte gedaan, de jongen wordt in voorarrest gezet, maar de rector van de school zou het liefst alles in de doofpot stoppen en Nora voelt zich niet serieus genomen, en heel alleen. Thuis heeft ze weinig steun, ze is gescheiden en haar dochter is een bijna zeventienjarige puber, met wie ze een voorzichtige relatie heeft. Dit meisje Franca, is graag bij haar vader, die behandelt haar tenminste als volwassene, vindt ze. Maar hij is nu op vakantie in Italië. En komt niet terug op de dag dat hij dat zou doen.
Deel twee gaat over een derde eenzaam personage: de ex. Hij is op zoek naar de wortels van een schrijver die ooit vier boeken heeft geschreven, de ABCD-boeken, en daardoor een cultfiguur is geworden, maar de man is verdwenen. Als hij nog leeft is hij bijna vijfennegentig. Guido is er van overtuigd dat hij ofwel ergens in Italië woont of daar begraven is. Dat gaat tegen de ideeën van de bewonderaars in, die hem niet serieus nemen. Hij voelt zich overigens ook niet serieus genomen door Nora en haar familie, en nu zal hij bewijzen dat hij het bij het rechte eind heeft.
Deel drie gaat over Franca. Ook zij voelt zich niet serieus genomen, door haar moeder in dit geval. En ze besluit om dan zelf maar naar Italië te gaan en haar vader te zoeken. Ze vindt er helaas meer dan haar lief is. In de tussentijd heeft ook Nora besloten naar Italië te gaan, en ze neemt een journalist mee, ene Paul, die de enige is die ooit met de beroemde schrijver in gesprek is geweest en daar nog steeds op aangekeken wordt. Eenmaal met z'n allen in Italië zal er tenslotte een apotheose plaats vinden. En dan volgt nog een epiloog. 



Ik vind dit boek ongeloofwaardig op het lachwekkende af. Alsof het niets is gaan ze in optocht naar Italië om daar verstoppertje te gaan spelen. De schrijver om wie alles daar draait wordt helemaal niet uitgewerkt, waarom zijn die boeken zo belangrijk? En wat heeft nu uiteindelijk die steekpartij met het hele verhaal te maken? En hoewel Noordervliet best mooie dingen kan schrijven, heb ik me deze keer meer geërgerd aan het overdrevene, de verwijzingen, het gebruik van moeilijke woorden waar dat helemaal niet nodig is. Ze staat bijvoorbeeld met een oorlam in haar hand die even verderop gewoon een borrel wordt. En een kinderboek dat ze even in de hand neemt, legt ze ongelezen weer weg. Ja, wiedes.. Enne: 'blikken van mannen kusten haar'. Tikkeltje overdreven hoor. Wat ik er aan over heb gehouden is dat een verhaal altijd meer kanten heeft. Nou de kant die ze mij getoond heeft is helaas negatief.


ISBN 9789045701448 Paperback 376 pagina's | Uitgeverij Augustus | januari 2008

© Marjo, februari 2009

Lees, de reacties op het forum, klik HIER

 
Uit het paradijs


Het boek begint aldus:
"Ik heb mijn moeder gezien. Ze is al meer dan dertig jaar dood."
Even denk je een zweverig verhaal te gaan lezen, over paranormale verschijningen, maar dat is toch niet zo. David Berk woont in z'n eentje in Leiden, en zegt geen nee als zijn jongere broer met zijn vrouw en dochter komt logeren. Nadine zal in Leiden gaan studeren.
Het is de aanleiding tot het ophalen van herinneringen. David was de zoon van Gesina en Wouter Berk en ze woonden in een huis in de duinen. De mannen waren er gelukkig, maar Gesina verveelde zich te pletter. Als ze Jef ontmoet, een charmante Vlaming, is het al gauw klaar: ze verlaat Wouter, en neemt David mee. Hij wordt uit het paradijs gehaald. In Brussel raakt ze opnieuw in verwachting, en dus trouwt ze met Jef. Hij zit onder de plak bij zijn familie en ze trekken bij hen in. Dat is de doodsteek voor Gesina's geluk: ze zal nooit geaccepteerd worden, zelfs niet als ze een stamhouder baart, Cyrille.
Gesina moet een man om zich heen hebben, ze moet aandacht krijgen. Als Jef naar de Kongo gestuurd wordt, begint ze een verhouding met zijn vader.


Het perspectief wisselt regelmatig van heden naar verleden, David probeert er achter te komen waaraan zijn moeder overleden is. Er was meer aan de hand denkt hij.


Nelleke Noordervliet beschrijft in dit boek de teloorgang van een familie, en misschien zegt ze wel dat een gezin dat goed loopt onmogelijk is. Beide huwelijken van Gesina mislukken, of de basis nu het onkerkelijke Hollandse gezin is, of het Vlaamse katholieke gezin. Er is weinig liefde...
Ook het gezin van David is niet geslaagd, zijn dochter is aan de drugs en woont samen met een flierefluiter. En is het huwelijk van Cyrille wel zo goed?
De zoons van Gesina hebben ieder een heel ander beeld van hun moeder, een beeld dat ze nu tot overeenstemming proberen te laten komen. Cyrille moet zwakheden erkennen en David moet alles wat positiever gaan zien.
Het is een boek waar je wat moeilijk in komt, traag leest, maar wat mij erg geboeid heeft. Noordervliet zet niet zomaar iets op papier, haar zinnen zijn weloverwogen. Daardoor zie je de scènes ook voor je. Ze maakt gebruik van een wrange humor, en haar beeldspraak is erg beeldend. Het verbaast mij niet dat dit boek genomineerd was voor de Librisprijs van 1998.
Mooi boek.


"goed, als het nu moet leg ik mijn schip met de neus in de wind. En zeilend over spiegeling van al wat het geleden heeft vaart het met de wind en schemering om boeg en tuig voorbij de laatste stad."

"Hij schreeuwde in triplex en lijm en houtverf en sodemieterde driftig zijn gereedschap in een hoek."

"Mijn moeder is eerder wat ik gemist heb dan wat ik heb gehad."


Hardcover | Uitgeverij Meulenhoff 1997 ISBN10: 9029054417 | ISBN13: 9789029054416


© Marjo,  juni 2008

Reageren? Klik hier!

 
literatuurAltijd roomboter


Op 16 september 1856 wordt Nelleke Noordervliets overgrootmoeder geboren: Engelbertha Wiggelaar.
In Arnhem werkt ze als dienstbode. In 1876 bevalt ze te Utrecht van een zoon, vader onbekend. Het jongetje sterft en ze gaat terug naar Arnhem. Een paar jaar later bevalt ze in Leiden van een dochter. Dan blijft ze in Leiden, trouwt in 1879 met Abraham Teljeur, en krijgt nog tien kinderen. Dit zijn de feiten, het weinige dat Noordervliet over haar voorouder weet.


Maar Engelbertha is vrouw, wees, dienstbode en ongehuwde moeder, in haar zijn de "kwesties" van de 19e eeuw aanwezig. En Noordervliet schrijft een fictief verhaal om haar overgrootmoeder heen: gebruikmakend van de feiten over haar familie en over de geschiedenis van die tijd.
Rond 1860 begon de emancipatie van de vrouw; wezen werden in weeshuizen opgevoed tot brave burgers, en hen werd een vak geleerd; een dienstbode was maar een enkele stap verwijderd van het laagste, de prostitutie: zij waren volledig afhankelijk van de werkgever, zij waren slaaf, hun heer kon met hen doen wat hij wilde en aan zijn woord werd niet getwijfeld. Als ongehuwde moeder kon een vrouw natuurlijk niet meer werken. Hoe men dan de kost verdiende? Misschien door boontjes af te halen voor de fabrieken die in die tijd ontstonden..
Noordervliet laat haar overgrootmoeder, die zeker een goede moeder en huisvrouw was, een sterke vrouw, aanwezig zijn bij een redevoering door Domela Nieuwenhuis, ze laat haar solliciteren naar de funktie van min voor de baby van koningin Emma, alles onder het mom van :"het had zo kunnen zijn".
Maar nooit wordt deze fictieve persoon de echte Engelbertha, die Noordervliet gekend heeft toen ze nog een klein kind was. Op 12 oktober 1953 sterft haar overgrootmoeder.


Het is erg wennen aan deze manier van schrijven: er zijn persoonlijke feiten, er is geschiedschrijving, er zijn verzinsel, alles door elkaar heen. Als het boek uit is heb je inderdaad niet meer dan een idee van hoe het geweest had kunnen zijn, maar waarom zou het niet zo geweest zijn? Zolang we niet weten hoe het gewone volk leefde, kunnen we het best doen met deze fictieve werkelijkheid.\


"de wereld was groot, te groot. De wereld buiten haar straat, haar clan, kende Engelbertha niet. Die was onbevattelijk. Ze wist zo'n beetje hoe de gegoede lieden leefden, uit haar tijd in Arnhem, maar ze kende hen niet werkelijk. Ze kon zich er geen voorstelling van maken hoe ze dachten, wat ze wisten. Het was onontgonnen terrein. Het was er niet. "


"Op dezelfde manier kijk ik (=Nelleke Noordervliet) naar het leven van Engelbertha. Terwijl zij in Leiden haar kinderen groot zag worden en haar handen ruw werkte, voor zover ik weet geen boek las, hooguit een blaadje of een krant, leefde tegelijkertijd niet ver daarvandaan Carry van Bruggen, een door mij bewonderd schrijfster (.....) Carry van Bruggen had haar dochter kunnen zijn. Of haar dochter had een Carry kunnen zijn, want Carry was de dochter van een eenvoudige joodse voorganger. Waarom kon de een aan haar milieu ontstijgen en de ander niet?"


Uitgever Augustus ISBN 9045701030 Verschijningsdatum 3/2005 Bindwijze Paperback Aantal pagina's 204 blz.

© Marjo

Meer over Nelleke Noordervliet, klik op de afbeelding

Reageren? Klik hier!

 

Altijd roomboter


Wat doe je als je een prachtige foto hebt van je overgrootmoeder? Je hebt haar wel eens gezien maar kennen deed je haar niet. Je bekijkt die foto goed, ziet een oude vrouw, in ouderwetse kleren, ze heeft grove handen, geen gebit in maar die ogen! Daar zit leven in, die lachen!
Dan ga je mijmeren. Hoe zou haar leven zijn geweest? En dat is precies wat Nelleke Noordervliet gedaan heeft. Ze dook de gemeentearchieven van Leiden, Utrecht en Arnhem in, las de lectuur over de tijd waarin haar overgrootmoeder leefde: eind 19e begin 20e eeuw, en bestudeerde oude kranten uit die periode. Langzaam onstond er een beeld gebaseerd op werkelijkheid en fantasie.
Nelleke's grootmoeder, Engelbertha Teljeur-Wiggelaar, was een ongehuwde dienstbode en tot twee maal toe zwanger gemaakt door de heer des huizes, het eerste kindje overlijdt korte tijd na de geboorte. Hoe zou haar overgrootmoeder dit ervaren hebben? Hoe ging de vrouw des huizes daar mee om?
Gelukkig ontmoet ze Abraham Teljeur, een zilversmit en later postbode, ze trouwt met hem en krijgt nog tien kinderen. Maar Egelbertha is niet zomaar een vrouw, zij is opgegroeid in het burger weeshuis in Arnhem wat haar een bepaald aanzien geeft, niet alle kinderen kwamen daar terecht. Zij heeft in een luxe woning gewerkt en weet hoe het hoort. Ze is geen lieve, eerder een harde vrouw, voor zichzelf en haar kinderen maar dat moet ze wel zijn. Tien kinderen grootbrengen in niet al te ideale omstandigheden is zwaar. Maar één ding weigerde ze pertinent en dat was margarine op haar brood, het moest altijd roomboter zijn.

Noordervliet weeft de gevonden geschiedkundige informatie door het verhaal heen, zoals de opkomst van Troelstra en het voorzichtige begin van de vrouwenemancipatie, en vult de hiaten op door bijvoorbeeld een gefingeerde ontmoeting van Engelbertha met tijdgenoot Freud. (Erg leuk) Of laat Engelbertha de viering van het Leidens ontzet meemaken waar de hoge heren minzaam een boterham en een haring uitdelen aan de armere bevolking.

Deze mix van fictie en werkelijkheid maakt het een zeer aangenaam boek om te lezen, een aanrader!

Paperback | 204 Pagina's | Uitgeverij Augustus | 3e Druk | 2005 ISBN: 9045701030

© Dettie

Reageren? Klik hier!

 

Zonder noorden komt niemand thuis
Nelleke Noordervliet


Nederland is een prachtig land, waar je leeft in welvaart en vrijheid, maar het nadeel is dat je altijd en overal mensen tegenkomt, ook de mensen die je echt helemaal nooit zou willen zien. Voor Robert Andersen, de hoofdpersoon in Zonder noorden komt niemand thuis, geldt dat zeker als hij verneemt dat de moordenaar van zijn vrouw vrijkomt uit de gevangenis. Rationeel weet hij dat hij moet vergeven, omdat de moordenaar zijn straf erop heeft zitten, maar emotioneel kan hij dat niet. Hij wil wraak. En de wraak die hij wil, wil hij tegelijkertijd niet uitvoeren. Daarom vertrekt hij voor onbepaalde tijd naar Canada. Hij huurt een huis in een klein dorp, waar hij ontdekt dat dit het huis was van Beverly Walker, die twee jaar geleden spoorloos verdwenen is. Hij ontdekt dat niemand haar mocht en gaat op zoek in documenten, zoals brieven en foto’s, die nog in de woning aanwezig zijn. Verder vraagt hij de dorpsbewoners uit over Beverly Walker. Die zijn daar niet blij mee. Ze mochten Beverly niet, niemand mocht Beverly ooit en gaandeweg het verhaal wordt duidelijk waarom dat zo was. Robert Andersen zou willen weten of ze een ongeluk heeft gekregen of wellicht is vermoord. Zelfmoord zou ook nog kunnen. Hij graaft en hoe dieper hij graaft, des te geïrriteerder raken zijn mededorpsbewoners. Intussen denkt hij na over het verlies van zijn vrouw, over hun huwelijk en over een ervaring die hij vlak na haar overlijden opdeed, namelijk het vluchtige gevoel van opluchting. Daarover voelt hij zich schuldig.


Het boek is geschreven in een mooie, degelijke stijl. Vooral in het begin waan je jezelf in Canada, zo levendig beschrijft Noordervliet de stille omgeving, de wegen met aan weerszijden grote bomen en verder niets. De zoektocht van Robert naar de achtergrond van de verdwijning van Beverly is spannend. Toch vraag ik me af of het boek niet beter zou zijn geweest als Robert een vrouw was geweest. De gedachten en emoties van Robert zijn namelijk nogal vrouwelijk: zelfreflectie, kritiek op zijn eigen soms botte en onhandige handelen tegenover dorpsgenote Jane op wie hij een oogje heeft, het schuldgevoel, allemaal zaken die ik eerder bij een vrouw dan bij een man zou verwachten. Bovendien zou een verhaal over een vrouw die in haar eentje naar een afgelegen gebied vertrekt om haar wraakgevoelens te ontlopen gewaagder zijn. Inderdaad, een vrouw doet zoiets niet zo heel snel, en dat was voor Nelleke Noordervliet nu juist een reden om van haar hoofdpersoon een man te maken. Dat vertelde ze tenminste tijdens een lezing, een paar weken geleden in Bilthoven.


Dat neemt niet weg dat dit boek een verademing is om te lezen. Het verhaal gaat aangenaam traag, het taalgebruik is zorgvuldig en weloverwogen en het is nog spannend ook.


ISBN 9789045703091 Hardcover 234 pagina's | Uitgeverij Augustus | oktober 2009

© PetraO., november 2009

Lees de reaties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

altVrij man
Nelleke Noordervliet


Menno Molenaar is arts en jurist in de zeventiende eeuw. Eigenlijk had hij dominee moeten worden, maar dat sprak hem helemaal niet aan. Het zag er niet naar uit dat hij zijn eigen zin kon gaan doen, omdat zijn ooms zijn studie betalen en hij hen moet gehoorzamen. Zijn moeder Catharina heeft zich na een mesalliance met Menno’s vader, die helaas gestorven is, moeten buigen voor haar halfbroers, die het geld hebben dat haar ontbreekt. Menno is gedwongen hetzelfde te doen, wil hij überhaupt studeren.
Maar Leiden is een stad waar de verlichting zich aandient. Nieuwlichters, filosofen als Spinoza kruisen Menno’s pad, en in de wetenschap dat zijn vader, een arts, geboeid was door de ideeën van Descartes omarmt ook Menno diens gedachtegoed: God en natuur zijn hetzelfde;  de woorden van dominees zijn dan misschien net geen onzin, zij spreken niet namens God.
Vanwege zijn moeder en de afhankelijkheid van zijn familie kan hij zijn meningen niet uiten, maar als hij de kans krijgt zich te mengen in het nachtleven van Leiden schroomt hij niet. Zijn wangedrag leidt tot verbanning van het college. Gelukkig voor hem ontmoet hij Henry Dixon, die zijn weldoener wordt en bereid is zijn studie rechten en artsenij te betalen. Natuurlijk staat daar het een en ander tegenover. Na zijn studie bijvoorbeeld wordt Menno in dienst van raadspensionaris Johan de Witt gemanoeuvreerd. Daar moet hij spioneren voor de oranjegezinde Dixon. De Witt was natuurlijk staatsgezind, maar vanuit Engeland was er drang om Willem van Oranje, zoon van de Engelse Maria Stuart, als stadhouder benoemd te krijgen. Ook de geschiedschrijver Lieuwe van Aitzema wil dat Menno aan hem rapporteert over de daden van de Witt. Het leven als dubbelspion nekt hem, hij voelt zich niet vrij. En dat terwijl de nieuwe denkers vrijheid als het hoogste goed beschouwen.
Het lijkt onontkoombaar: het geheel leidt tot een dramatische ontknoping. Menno is vrij, maar tegelijk zal hij nooit vrij zijn.


De zeventiende eeuw was een onrustige tijd: Engeland en De Nederlanden liggen in de clinch.  Calvinisten en katholieken lagen elkaar in de weg; en in de koloniën was ook het nodige rumoer. En het is de tijd van van de Ruyter en Tromp.
Menno laat dit alles achter zich: hij reist naar de Nieuwe Wereld waar het hem goed lijkt te gaan. Eindelijk krijgt hij de kans zijn idealen waar te maken. Het tij lijkt zich te keren: hij ontmoet er zijn grote liefde, en kan de arts zijn die hij wilde zijn. Maar natuurlijk nemen kolonisten hun eigen normen en waarden gewoon mee naar de nieuwe woonst. En zorgt de schrijfster er persoonlijk voor dat zijn leven niet al te gezapig wordt.


Nelleke Noordervliet vertelt in dit boek over een roerige periode in de geschiedenis, een tijd waarin de staat i. e. de politiek aan verandering onderhevig was, de tijd waarin religie het leven van de mens leidde, maar ook het verlichte denken zijn intrede deed, een tijd waarin de wereld zich letterlijk en figuurlijk uitbreidde.
Dat kan nogal droge kost zijn, hetgeen Noordervliet ondervangen heeft op twee manieren. Ze laat andere personages dan Menno hun verhaal vertellen en wisselt de wat saaie maar noodzakelijke uitleg af met vlotte dialogen, en gelukkig af en toe humor. Maar wat het meest opvalt is het feit dat zij, de schrijfster anno nu, wandelt en praat met Menno, de man uit de zeventiende eeuw. Af en toe ‘vermomt’ ze zich als een ander personages, om het verhaal en andere draai te geven. Alsof zij zelf als schrijfster niet almachtig zou zijn!
Maar misschien is dat net het punt: het vertellen van geschiedenis kan nooit puur zijn. Jazeker, we kennen de feiten, maar hoe kunnen wij weten en begrijpen wat er in de mens omging? En is de mens niet onderdeel van de geschiedenis? Met andere woorden: ook geschiedenis kan niet anders verteld worden dan als fictie, gezien door de ogen die wij er nu op richten. Zodat ook deze historische roman fictie is en blijft, ondanks het optreden van historische figuren en ondanks controleerbare feiten.
Doordat de lezer niet ontkomt aan deze achterliggende gedachte is het een belevenis om deze roman te lezen.

ISBN 9789045705507 | paperback |464 pagina's | Atlas Contact | mei 2012

© Marjo, 11 juli 2012

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER