Boekenarchief H

Monika Helfer

Leeuwenhart
Monika Helfer


Na de boeken De bagage en Waar vader was, vormt dit boek het sluitstuk over de familie van Monika Helfer.
De eerste twee boeken vertellen het verhaal over de vader en moeder van de schrijfster. Leeuwenhart gaat over Richard, de jongere broer van Monika.
De broer waarvan al in het begin van het boek verteld wordt dat hij zelfmoord gepleegd heeft.
Leeuwenhart was het koosnaampje dat zijn vader hem gegeven had.


Naast deze broer zijn er nog twee zussen, Renate en Gretel. Als de moeder van de vier kinderen overlijdt en de vader deze klap niet te boven komt en zich in een klooster terugtrekt., worden de kinderen bij ooms en tantes geplaatst. Helaas niet bij elkaar, de zusjes worden opgevangen door de ene oom en tante en Richard vertrekt naar een andere oom en tante die zelf geen kinderen hebben. Richard krijgt daar een merkwaardige opvoeding. Tante aanbidt hem, oom is een bullebak.


Richard is al van jongs af aan anders dan andere kinderen. Monika is nog altijd bang dat dit komt omdat ze hem als als baby bij het verschonen heeft laten vallen. Of komt het toch door de Engelse ziekte die hij als kind doorstond en daardoor liep als de filmcowboy John Wayne.
Ook als volwassen man lijkt hij constant in een andere dimensie te leven. Hij is een eenzaat, een zonderling, die het leven leeft zoals het komt. Monika's man zei over Richard: 'Ik ken niemand die het leven zo onbelangrijk vond als Richard.
Als de kinderen ouder zijn trekken broer en zus weer meer naar elkaar toe.


Richard verzint verhalen, om zijn bestaansrecht te verzekeren? vraagt Monika zich af.
Er is dan ook de eeuwige twijfel of wat hij vertelt waar is. Als Richard dan ook het verhaal over Kitti vertelt, die hij ontmoette omdat hij met zijn hond Sjamasj in een badkuip met de stroom van de rivier werd meegevoerd en zij hem redde, gelooft Monika hem niet.
Maar als hij even later met Putzi aan komt, de dochter van Kitti die ze bij hem achterliet omdat ze moest bevallen van haar tweede dochter moet ze hem wel geloven.


Kitti komt haar dochter echter niet meer ophalen en Putzi en Richard krijgen een hechte band, totdat Kitti ineens weer op de stoep staat en het kind opeist.
Later komt ze echter Putzi I én haar tweede dochter Putzi II brengen en deze keer lijkt het definitief. Monika zorgt voor de baby en Richard trekt op met Putzi I, hij neemt haar zelfs mee naar zijn werk. Hij is stapelgek op het meisje en zij op haar 'papa'.
Uiteindelijk vergeet iedereen dat Putzi I in feite niet Richards dochter is.


Maar we weten al dat Richard zelfmoord pleegt op jonge leeftijd. Dat blijft in je achterhoofd zitten. Je vraagt je af waarom, alles lijkt juist goed te gaan, Richard is uiteindelijk zelfs getrouwd. Volgens Monika was zijn vrouw net zo bijzonder, ze was geschapen voor hem.
Maar dan staan ineens de moeder weer voor de deur en komt alles in een stroomversnelling.


Omdat Richard in feite zo ongrijpbaar was, gaat Monika regelmatig te rade bij haar man, die hem heel goed gekend heeft. Hij vult sommige gaten op maar toch lijkt het alsof Monika, of iemand anders, nooit de vinger achter de beweegredenen en gedachtegang van Richard krijgt. Hij blijft ondoorgrondelijk. Kende hij zichzelf eigenlijk wel? Vraag je je af.


Het is een afstandelijk maar toch indringend verhaal. Je wilt weten wat er gebeurt maar toch ergert de aarzelende bijna gereserveerde houding van Monika je ook.
Heb je het eenmaal uit dan blijft het wel nazinderen. Je wilt meer weten over Richard, zijn vrouw, Putzi I en Kikki. Waar zijn ze gebleven? Hoe is Putzi's leven verder verlopen?
Een verhaal om te onthouden.


ISBN 9789046830437 | Hardcover | 189 pagina's | Wereldbibliotheek | 4 april 2024
Uitstekend vertaald door Ralph Aarnout

© Dettie, 4 juli 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De bagage
Monika Helfer


Het meisje, drie jaar oud, staat aan hun bed, midden in de nacht. Het is Margarethe. Grete. Ze beeft.
'Mama,' fluistert ze.
Haar moeder fluistert ook: 'Kom!'
Het kleintje kruipt bij haar onder de deken. Vader mag het niet merken. [...]
Dat meisje was mijn moeder, Margrethe, een schuw kind, dat iedere keer dat ze haar vader zag wegdook en naar de rok van haar moeder keek. Hara vader was zachtmoedig tegen de andere vier kinderen, over het algemeen was hij een zachtmoedige vader en zou dat ook voor de twee jongsten zijn. Alleen dit meisje verafschuwde hij, Margrethe, die mijn moeder zou worden, omdat hij dacht dat ze niet van hem was.


Dit bovenstaande is de kern waar het verhaal om draait. De vertelster, de dochter van Margrethe, laat ons teruggaan in de tijd, naar de periode vóór de geboorte van haar moeder.


Grootmoeder Maria is getrouwd met Josef Moosburger, een knappe man, die brandschoon op zijn lijf en kleding is. Hij is zwijgzaam, de enige man waarmee hij praat is de burgemeester. Daar doet hij handeltjes mee die het daglicht niet verdragen. Maria is eveneens erg knap, de schoonheid van het dorp. Alle mannen dromen ervan dat zij hun vrouw was, ze adoreren haar. Josef en Maria wonen met hun kinderen aan de rand van een Oosterijks bergdal. Het is een eind lopen naar hun huis. Zij zijn de buitenstaanders, de armen, de bagage.


Op een dag komt de adjunct-postbode, een goedige man, het hele eind naar boven gelopen met een oproepingsbevel. Josef moest naar het front. En daarmee begint het verhaal waar de dochter van Margrethe naar verwijst.


Josef vraagt de enige man die hij vertrouwt, de burgemeester, op zijn vrouw te passen. Hij weet maar al te goed hoe begerig de blikken van de mannen in het dorp naar zijn vrouw zijn. De burgemeester kwijt zich goed van zijn taak. Hij bezoekt het gezin regelmatig en het ontbreekt Maria en haar kinderen aan niets. Hij neemt Maria zelfs mee naar de markt, waar ze in gesprek raakt met een vreemdeling. Haar schoonheid beroert deze vriendelijke, vrolijke Duitse man.
'Zijn blik drong door tot in het binnenste van haar ogen.' zou Maria kunnen zeggen. Zoals ze wel vaker markante uitspraken had.


En zo belanden we in een verhaal dat laat zien hoe achterdocht, afgunst, liefde en realiteit hun invloed uit kunnen oefenen op een mensenleven. Niets is wat het lijkt, alles en niets gebeurt. De oorlog heeft grote impact op Josef, evenals op het gezin van hem, maar op een heel andere manier dan je zou verwachten. Dankzij  deze situatie blijkt ook dat kinderen snel volwassen kunnen worden als het moet. Hun levens kunnen daardoor heel anders lopen dan aanvankelijk aangenomen werd.


De vertelster houdt afstand, zij doet haar relaas naar aanleiding van dingen die ze gehoord heeft van tantes en ooms én haar eigen bevindingen. Maar dat doet zij met een helder en gevoelig gemoed. Haar verhalen over de broers en zus van haar moeder zijn bijzonder en soms humoristisch maar ook serieus.
Je bent even onderdeel geweest van deze buitenissige familie met personages die elk hun eigen gezicht hebben. Het is spijtig dat je ze weer los moet laten.
Kortom, het boek is een klein juweeltje .


ISBN 9789046827550 | Hardcover | 159 pagina's | Uitgeverij Nieuw Amsterdam | 6 oktober 2020
Mooi vertaald door Ralp Aarnout

© Dettie, 11 december 2020

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER