Baby- en peuterboeken 0-3 jaar

Martin Waddell & Barbara Firth

Welterusten, Kleine Beer
illustraties: Barbara Firth
tekst: Martin Waddell


"Al meer dan een kwarteeuw gaan kinderen met een gerust hart slapen bij Welterusten, Kleine Beer" staat er bij de informatie over het boek te lezen. Dat kan ik me voorstellen want Grote Beer is een beer die iedereen wel als vriend zou willen hebben. Hij heeft een lieve snuit en woont in een heel gezellige Berengrot. In de kamer staat een lekkere grote berenstoel waar je helemaal in weg kunt kruipen. Er hangen berenfoto's aan de muur en er staat een berenbeeldje op de schouw. Er is ook een fijn berenhoekje met een berenbedje voor Kleine Beer. Na een dag buiten spelen kan Kleine Beer daarin gaan slapen.


Die avond ligt Kleine Beer ook in zijn bedje en zit Grote Beer lekker bij het warme haardvuur in zijn spannende Berenboek lezen. Maar Kleine Beer draait en wiebelt. 'Kun je niet slapen, Kleine Beer?' vraagt Grote Beer hem en Kleine Beer vertelt dat hij bang voor het donker is.


'Donker, waar dan?' vroeg Grote Beer.
'Nou, overal,' zei Kleine Beer.


Daar weet Grote Beer wel wat op, hij zet een klein lampje bij het bed, dan is het niet zo donker meer. Maar het helpt niet, er is nog veel meer donker... En zo gaat het door. Arme Grote Beer, zijn boek is net zo spannend maar lief als hij is, elke keer zorgt hij voor meer licht bij het bedje van Kleine Beer. Maar er is nog steeds een heleboel, héél erg veel donker, vindt Kleine Beer en buiten is het ook héél donker. Wat nu? Grote Beer denkt diep na en opeens weet hij het. Hij haalt Kleine Beer uit zijn bedje en draagt hem op zijn arm naar buiten, naar het grote donker. Kleine Beer vindt het maar eng. Maar dan zegt Grote Beer: "Kijk eens naar het donker Kleine Beer, kijk ik heb de maan voor je meegenomen. De grote gele maan en alle flonkerende sterren."
En dan... valt Kleine Beer, helemaal gerustgesteld, eindelijk in slaap.


Zeg nu zelf, met zo'n mooi verhaal over een lieve Beer die de maan en de sterren voor je meebrengt, hoef je nooit meer bang te zijn. Als je dan ook nog de mooie, warme tekeningen erbij ziet, is het helemaal over met griezelbang te zijn voor het donker.


Grote Beer vertelt al vijfentwintig jaar aan Kleine Beer waarom hij niet bang hoeft te zijn voor het donker. Dat deed hij steeds in dezelfde kleren en hetzelfde huisje, dat mocht nu wel eens opgefrist worden, vond zijn uitgever. En Grote Beer praatte ook wel een beetje ouderwets, dus kreeg hij ook een beetje moderne taalles zodat alle Kleine Beertjes van nu en later hem ook zullen begrijpen. Als dat niet geweldig is!


Zie ook de Welterusten, Kleine Beer lessuggesties (pdf)

Martin Waddell (Ierland, 1941) begon op zijn vijftiende bij een krant te werken. In 1966 besloot hij schrijver te worden en in 1969 publiceerde hij zijn eerste kinderboek. Omdat de dagelijkse wereld van kinderen al zwart genoeg is, wil Martin Waddell dat zijn verhalen een goede afloop hebben. Hij concentreert zich op herkenbare, dagelijkse problemen, zoals de komst van een nieuw zusje of angst voor het donker. Zijn werk is vele malen bekroond, onder meer met de Smarties Book Prize voor Welterusten... Kleine Beer. In 2004 werd zijn werk bekroond met de prestigieuze Hans Christian Andersenprijs.


ISBN 9789047707646 | Hardcover | 32 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | januari 2016
25e herziene druk (eerste Engelse druk 1989) Vertaald door Jesse Goossens | Leeftijd 2+

© Dettie, 22 januari 2016

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER