Hoop en andere gevaarlijke verlangens
Vier mensen steken vanuit Marokko in een fragiel rubberbootje illegaal de Straat van Gibraltar over om in Spanje een beter bestaan op te bouwen.
Vóór de oversteek:
Halima, leidt een ellendig bestaan. Ze heeft drie kinderen en een man die regelmatig dronken thuiskomt en haar dan in elkaar slaat. Ze is dit leven meer dan zat en wil eigenlijk scheiden, wat haar man haar natuurlijk niet toestaat.
Murad is afgestudeerd maar kan geen werk vinden en werkt nu als gids voor toeristen in Tanger. Hij droomt van een beter leven in Spanje.
Met Aziz gaat het al niet veel beter, ook hij kan geen werk vinden en woont met zijn vrouw en moeder in een kleine flatwoning. Hij is afhankelijk van het inkomen van zijn (mooie) vrouw. Hij wil mede voor haar een betere toekomst.
Als laatste is daar Faten, een godsdienstfanate die door haar kritische houding in de problemen komt.
Allen besluiten op gegeven moment Marokko te verlaten en de illegale oversteek naar Spanje te wagen. Ze moeten daar een enorm bedrag voor neertellen en schrapen dit dan ook met veel moeite bijelkaar. Ze weten dat deze reis gevaarlijk is en mogelijk kan mislukken maar hebben het er graag voor over. Alles beter dan het leven wat ze nu hebben...
In het tweede deel wordt verteld hoe het hen vergaat na hun oversteek, wat anders is dan je vermoedt.
Ik heb dit debuut met gemengde gevoelens gelezen. De flaptekst gaf je het idee dat deze mensen zwaar wanhopig waren en dat vond ik niet terug in de verhalen. Hooguit wel in het verhaal van Halima. Met andere woorden... de wanhoop spatte niet van de bladzijden af. Het gaat over mensen die graag een beter leven willen of meer inkomen willen hebben of iets willen betekenen. Vooral Aziz ziet zichzelf als gesetteld man terugkomen, in een mooie auto, chique kostuum en geld genoeg om een groot huis te kunnen kopen.
Wat wél naar voren kwam was dat ze niet gelukkig waren in hun bestaan.
De verhalen worden verteld vanuit het gezichtspunt van deze vier mensen. Je krijgt niet echt de Marokkaanse sfeer mee zoals bijvoorbeeld Kader Abdollah dat wel kan bewerkstelligen als hij vertelt over zijn leven in Iran.
Er wordt veel muntthee gedronken en veel gegeten. Er wordt geageerd tegen de hoofddoek die een dochter van deze vier wil gaan dragen. In de koffiehuizen komen alleen mannen maar het echte Marokkaanse leven proef je niet.
Op zich is het wel een prettig leesbaar boek, de verhalen zijn zeker in het eerste gedeelte goed, in het tweede gedeelte rammelt het hier en daar en worden sommige zaken niet echt duidelijk. Maar dat kunnen ook beginnersfoutjes zijn.
Ik had vooral door de flaptekst een ander verhaal verwacht, waarschijnlijk meer drama, meer steekhoudender argumenten om je land te verlaten en illegaal in een ander land verder te gaan. Ik vroeg me steeds af waarom ze niet in hun land zélf naar andere mogelijkheden zochten maar de riskante oversteek waagden in een overvol rubberen bootje.
Maar voor een debuut is het knap! Ik heb slechtere boeken gelezen van gerenommeerde schrijvers.
Gebonden| Sirene b.v. Uitgeverij | ISBN 9058313905 Verschijningsdatum september 2006 Aantal pagina's 160 Vertaler: M. Denneman
© Dettie, oktober 2006
Reageren? Klik hier!