jeugd 10-12 jaar

Joke van Leeuwen

https://www.jokevanleeuwen.com

 

De weg naar morgenochtend
een beeldverhaal
Joke van Leeuwen


Als je iets vertelt dan weet je in jouw hoofd precies wat je bedoelt, wat je duidelijk wilt maken. Daar gaan vaak gedachtes en gevoelens aan vooraf die je doorgewerkt of doorvoelt hebt. Degene aan wie je uiteindelijk jouw verhaal vertelt, weet jouw hele voorafgaande gedachtegang niet en snapt niet waar je het over hebt, terwijl het voor jou toch heel duidelijk is. Voor jou zijn alle verbanden klip en klaar maar voor de toehoorder niet.
Dit laatste voel ik bij dit boek van Joke van Leeuwen. Zij zal in haar hoofd helder hebben geweten wat zij wilde aangeven met dit verhaal, maar als lezer is het moeilijk haar gedachtegang te volgen.


Het begint vrij simpel met de aankondiging dat honderd jaar geleden veel meisjes op hun twaalfde van school af moesten om te gaan werken. Eén van die meisjes is Veertje waarover dit verhaal gaat. Die ochtend dat ze voor het eerst moet gaan werken, wekt haar moeder haar met de woorden "Veertje, het is zover."
"Hoe ver?" is het antwoord van Veertje en met dit antwoord begint al het filosofische maar ook het nog jeugdige karakter van het verhaal.

Aan een kant is het meisje met haar twaalf jaar natuurlijk nog een kind maar ze moet vanaf die dag wel de wereld van de volwassenen betreden. Simpelweg kan 'Het is zover' simpelweg betekenen dat iets begint. Het antwoord : "Hoe ver?" kan echter van alles betekenen. Letterlijk ver weg, uit de vertrouwde omgeving of figuurlijk ver weg. Voert dit nieuwe leven haar bijvoorbeeld ver van haar onbevangen kind zijn, haar echte zelf, af.


Wat volgt is een wirwar van indrukken en voorstellingen, die weinig in woorden maar veel in beeld worden weergegeven.
Veertje krijgt die ochtend de jas van haar moeder aan waar ze symbolisch gezegd 'nog in zal groeien'. Mama zegt dat ze zal moeten wennen aan de wereld, moet wennen aan het moeten.
Ze wordt opgehaald door een mevrouw die haar gelijk een stempel geeft waarop staat gazovoort. Een stempel, net als vroeger in de klas als je iets goed gedaan had.
Al snel krijgt ze een stempel die een giraf voorstelt. Moet ze haar nek leren uitsteken? Want die giraffe komt vaker voor in het verhaal.


Het meisje doorloopt als het ware de school van het leven. Ze wordt dronken, zinkt weg in het donker, ze wil weg en vindt uiteindelijk de uitgang. Daar ziet ze ook weer mooie dingen, ontmoet mensen die zich liever verbergen. Ze wordt gered door een man, maar moet dan wel haar dankbaarheid tonen. Langzamerhand wordt het onschuldige kind ingevoerd in de realistische wereld. Ze leert de harde waarheid kennen van toen en nu. Ze wil ook vooruit, met de trein mee naar één nacht verderop. Naar een plek waar ze tekort zijn en niet over.
Het is een verwarrende, enerverende reis.


En dan hoort ze een stem, die zegt... "Goedemorgen Veertje, het is zover."


Het is een boek dat niet gelijk zijn boodschap afgeeft. Zelf moest ik het meerdere keren lezen. Lezen met grote aandacht en al vragen stellend. Maar langzamerhand ontvouwt het verhaal zich en dan is het een boek van grote schoonheid.
De afbeeldingen zijn donker en indringend met hier en daar intense kleuraccenten.


Opnieuw een opmerkelijk boek van Joke van Leeuwen. Neem er de tijd voor, sta er open voor en ontdek de kern van dit heel bijzondere verhaal.


ISBN 9789045130064 | Hardcover | 80 pagina's | NUR 362/283 |  Querido | 5 maart 2024
Afmeting 24,5 x 20,8 cm | Leeftijd 10-100 jr.

© Dettie 3 juli 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Iep!
Joke van Leeuwen


“Neem drie lijnen buigt ze een beetje om schuif ze tegen elkaar en hier is het landschap waarin dit verhaal begint.  De zon schijnt erboven, maar die past niet op de bladzij. Er moeten nog struiken bij en bomen.
En paden.
Daar lopen wel eens mensen over, en torren en slakken. Torren en slakken weten niet dat ze daar lopen. Mensen wel.  Zoals de man in de verte. Hij kijkt naar de vogels.
En hij weet het”


Zo begint “Iep”en de toon is meteen gezet, want de taal is prachtig. Filosofisch bijna af en toe.
De man uit de eerste regels is Warre, Warre houdt van vogels, en vooral van het kijken naar vogels. Op een dag kijkt hij, al vogels kijkend, onder een struik. Dat doet hij anders nooit, maar die dag wel.
Onder de struik ligt een sóórt vogel, maar dan met beentjes, maar ook met vleugeltjes, het is een vogel in de vorm van een meisje: Viegeltje. Warre neemt haar mee naar huis en ontfermt zich over haar, samen met zijn vrouw Tine. Ze verstoppen haar vleugeltjes. Dat wel. Want dat zullen de mensen niet begrijpen, een vogelmeisje met vleugeltjes. Warre en Tine zorgen voor Viegeltje met alles wat ze in zich hebben. Maar op een dag blijkt Vliegeltje toch gevlogen. Zonder dag te zeggen. Dat is nog het ergste. Dat ze geen dag heeft gezegd. En dus gaan ze op zoek. Samen. En tijdens die zoektocht komen ze allerlei wonderbaarlijke mensen tegen, en samen zoeken ze verder, maar iedere keer als ze haar bijna hebben blijkt Viegeltje toch weer gevlogen. Totdat ze haar uiteindelijk toch vinden. Zou het deze keer wel lukken “dag” te zeggen?


Dit boek heeft eigenlijk alles wat een kinderboek zou moeten hebben, de taal is prachtig, er staan zinnen in die je drie keer wilt overlezen zo mooi zijn ze, het verhaal is af en toe vertederend en af en toe spannend en de tekeningen zijn buitengewoon grappig.
Leuk om te lezen vanaf een jaar of tien, om voor te lezen kan het denk ik al wel iets jonger.
Een aanrader.


Joke van Leeuwen heeft met dit  boek de Woutertje Pieterse Prijs 1997 gewonnen, de bekroning voor het beste literaire kinderboek.


ISBN 9789021432892 | Hardcover | 150 pagina's Querido | januari 2003

©Willeke, februari 2010

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER