Jochen Gutsch & Maxim Leo

Frankie
Jochem Gutch & Maxim Leo


Het is een mooie zomeravond, Frankie slentert lekker door de straten en glipt door het oude houten hek de tuin van het verlaten huis in. Opeens ziet hij het! Er is een man in het verlaten huis! Frankie gluurt en sluipt langzaam dichterbij en kijkt vanaf een paar kattenstaartlengtes door het grote raam naar binnen.
Hij ziet inderdaad een man, die op een stoel staat met een touw om zijn nek. Een superdik touw! Laat Frankie nu helemaal gek op touw zijn en zo'n prachtig touw had hij nog nooit gezien. Hij wil wel meespelen!
Frankie springt op de vensterbank en de man ziet hem gelukkig. Frankie knipoogt gelijk maar. Als een kat knipoogt betekent dat net zoiets als glimlachen, het betekent alles is oké.
Maar voor de man is het helemaal niet oké, hij wordt razend, haalt het touw van zijn nek en dendert naar buiten en gooit iets naar Frankie. En toen werd alles zwart...


Als Frankie bijkomt is hij niet helemaal lekker maar hij hoort de man praten. Hij vertelt dat er een dode poes bij hem op de bank ligt en daar kan Frankie niet tegen. Poes? Hij is een kater! En flapt dat er ook uit, "Bennekater" zegt hij in het Mensiaans. De man schrikt zich een ongeluk en Frankie lacht inwendig. Altijd dezelfde reacties. Natuurlijk houdt hij dan lange tijd zijn bek, maar net als de man denkt dat hij toch niet gek is, zegt Frankie weer wat.
De man verschiet van kleur en vraagt voorzichtig of Frankie echt kan praten. Ja dus.
In korte zinnen stelt de man zich voor: "Ik. Richard Gold"
"Ik Frankie" zegt onze kater. En deze woorden vormen de start van dit eigenzinnige, ontroerende, grappige verhaal.

Richard Gold wil aanvankelijk niets van Frankie weten. Zijn vrouw is dood en zonder haar is het leven gewoon helemaal niets. Maar dan had hij buiten Frankie gerekend, want Frankie heeft eten nodig en aandacht en een slaapplek en die is natuurlijk op Richards bed! De onwillige Richard gaat dan maar naar de dierenwinkel om eten te halen en dat hele bezoek is bijna hilarisch te noemen. Voor beiden is die enorme winkel iets nieuws en bijna verwarrend.

Ondertussen komt er af en toe Anna Komarova, een lieve dierenarts, bij Richard. Het is een vrouw die verder kijkt dan alleen zieke dieren. Zij ziet de innerlijke strijd van Richard en is niet echt ontdaan dat Frankie kan praten. Er ontstaat langzaam een band tussen de drie.

Frankie heeft ondertussen ook zijn eigen zorgen, want hoe kan hij de mooie kattendame versieren. Hij is maar een kat die op de vuilnisbelt woonde. Hij gaat in beraad met zijn beste vrienden de gespierde eekhoorn en de professor ofwel de wijze dashond.

Als je het bovenstaande zo leest, lijkt het bijna een kinderboek maar dat is het totaal niet. Frankie is een eigenwijze maar schrandere kat. Maar het is de professor die aangeeft dat Richard weer de zin van het leven moet gaan zien en Frankie kan hem dat geven! Die taak neemt Frankie serieus.
Het hele verhaal is aan een kant lichtvoetig omdat het vanuit een kat verteld wordt die andere visies heeft dan een mens en ook ontroerend omdat diezelfde kat zo graag bij Richard wil blijven en er voor hem wil zijn. Mooi geschreven ook.
Kortom, een klein juweeltje van een boek.


Jochen Gutsch is verslaggever bij Der Spiegel en columnist bij de Berliner Zeitung.
Maxim Leo (1970) studeerde politicologie en is journalist en schrijver.


ISBN 9789400517363 | Hardcover | 156 pagina's | AW Bruna | 6 juni 2024

© Dettie, 21 augustus 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER