Boekenarchief W-X-Y-Z

Jess Walter

http://www.jesswalter.com

 

altWe leven in water
Jess Walter


Er zijn mensen die denken dat de wereld voor hen open ligt. Misschien is dat dan ook wel zo, maar de personages uit de verhalen van Jess Walter komen hun grenzen steeds weer tegen. Ze zijn de losers, de mensen die nooit uit de beperkte ruimte komen die hen geboden wordt. Dat kan fysieke ruimte zijn, maar soms ligt de beperking in wie ze zijn vanaf hun geboorte, of door wat ze denken dat de wereld hen biedt.


Het titelverhaal gaat over een vader en een zoon. In 1958 stelt de dan zesjarige zoon zijn vader een vraag: ‘Leven we in water?’ De vader weet niet wat hij met die vraag aan moet, maar  is ook niet in de stemming om er op te reageren. Hij zit zwaar in de problemen, hij loopt hard tegen zijn grenzen aan. Later zal een herinnering bij hem op komen over vissen in een aquarium. ’We zijn geen vissen, Michael. Jij kunt alle kanten op.’
De jongen blijkt als enige van zijn drie kinderen bij de vader te wonen, omdat dat hem in alimentatie scheelt. De lezer begrijpt dat de jongen nauwelijks meer ziet dan de muren van een armoedige flat en de binnenkant van een auto.


In hetzelfde verhaal springen we naar 1992: Michael is op zoek naar zijn vader, maar heeft geen herinneringen meer aan de eerste zes jaren van zijn leven. Tot hij het vergeten afscheidsbriefje van zijn vader terugvindt na de dood van zijn moeder. Via dat briefje komt hij terecht bij de plek waar zijn vader tegen de muren van zijn bestaan aanliep. Daar ziet hij een oud – nu leeg – aquarium staan, en wazige flarden uit het verleden komen terug. Maar hij zal niet ontdekken wat de lezer wel verneemt.
Op allerlei manieren speelt Jesse Walter hier met grenzen en beperkingen. Letterlijk, omdat hetgeen er gebeurt zich afspeelt binnen een bepaald gebied, binnen de vader-zoonrelatie, maar ook figuurlijk: de grenzen van de herinnering.

En zo speelt Walter in ieder verhaal met grenzen en beperkingen. Er is een oplichter die opgelicht wordt; een man die er voor kiest om te gaan vissen in plaats van de noodzakelijke behandeling in het ziekenhuis te ondergaan en het verhaal New Frontier, refererend aan een speech van president Kennedy, over de onbegrensde mogelijkheden. Die er ook voor de personages in dat verhaal niet blijken te zijn.
Een mooi verhaal is De Wolf en de Wildernis. Over een advocaat die in de fout is gegaan en werkstraf moet uitvoeren. Op een school ontmoet hij kinderen met problemen, en hij ziet mogelijkheden om hen te helpen. Tot een medewerker van de school hem uit de droom helpt.


Mensen die proberen een waardig bestaan op te bouwen, mensen die dromen, die iets willen met hun leven worden geconfronteerd met zinloosheid. Ze kunnen niet op eigen kracht uit hun ellende ontsnappen of worden door anderen binnen de grenzen gehouden. Natuurlijk is dit een universeel probleem, maar de setting is echt Amerikaans. Met Kennedy op de achtergrond en de plaats waar ze meeste verhalen zich afspelen, Spokane en Portland. Vooral het titelverhaal leent zich qua thematiek voor een uitgebreidere roman, maar als kort verhaal hebben de verhalen meer impact.


Jess Walter
(1965) debuteerde in 2001 met Over Tumbled Graves. Daarna volgden vijf romans, waaronder National Book-award finalist The Zero en The Edgar Allen Poe-award winnaar Citizen Vince. Hij woont in Spokane, Washington.


ISBN 9789460682827 | Paperback | 208 pagina's | Uitgeverij Marmer | februari 2016
Vertaald uit het Engels door Nicolette Hoekmeijer

© Marjo, 19 juni 2016

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

altSmoor-Slipstream
Jess Walter


In de serie Nova Novella verscheen een boekje van Jess Walter, met twee verhalen. Jess Walter is de schrijver van  Schitterende Ruïnes, een flink wat lijviger roman dan deze twee novelles.


Smoor is het verhaal van een man die bezeten raakt door een vrouw, ‘smoor’verliefd is hij. De vrouw in kwestie is een Vlaamse, die de taal niet goed machtig blijkt te zijn. Van de communicatiestoornis die daar het gevolg van is, is onze hoofdpersoon zich helaas niet bewust.  Hij dweept met James Joyce en citeert deze schrijver te pas, maar in de ogen van de jonge vrouw vooral te onpas. Zij begrijpt hem niet, kent ook Joyce niet. Terwijl hij denkt een nieuwe liefde gevonden te hebben, vindt zij hem een engerd, hetgeen tot uiting komt als zij hem op laat pakken op beschuldiging van stalking. Helaas is zijn passie niet voorbij als hij huisarrest krijgt en hij met een enkelband om zijn straftijd in eenzaamheid uitzit. Hij zint op mogelijkheden om zijn geliefde toch te zien.


In Slipstream is de hoofdpersoon een jonge vrouw bij wie een kwaadaardige tumor wordt gevonden. De behandeling sloopt haar, het leven dat ze voordien voor zich zag is voorgoed onmogelijk geworden. Ze woont weer thuis, hetgeen ze ervaart als een stap terug richting haar kindertijd. Deze situatie kan ze niet aan, en ze neemt contact op met een vroegere minnaar. Een losbol, zeggen haar ouders. Hij is getrouwd en heeft een kind, dat ook nog. Maar zijn ongecompliceerde manier van leven heeft zij nu hard nodig. Hij is recht door zee, spaart haar niet en is zodoende de enige die er voor haar is op het moment dat ze het nodig heeft.
Een ‘slipstream’ is volgens Wikipedia het gebied waar lagere weerstand heerst door de snelheid van een voorganger. De vrouw gaat letterlijk in de slipstream hangen van haar vriend, als haar auto zonder benzine komt te zitten. Maar de figuurlijke betekenis is natuurlijk de juiste.


Het thema van deze twee verhalen is dezelfde: twee mensen, die de grip op hun leven verliezen. De wanhoop slaat toe, ze zien het niet meer zitten. Zullen ze genoeg kracht hebben om uit deze situatie te komen of leggen ze het bijltje er bij neer, dat is de vraag.
Jess Walter weet de lezer te verrassen, in twee mooie verhalen in een compacte stijl.


ISBN 9789460682971 | paperback | 90 pagina's| Uitgeverij Marmer | februari 2016
Vertaald uit het Engels door Paul Bruijn 

© Marjo, 4 maart 2016

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER