Irène Némirovsky

altHitte van het bloed
Irène Némirovsky

Een oudere man is de verteller, hij is moe van het reizen en vestigt zich nu in zijn oude woonplaats, waar zijn nicht nog woont met haar man en dochter. De dochter en haar nicht gaan een verbintenis aan, maar hebben samen ook iets met die ene man. De echtgenoten sterven, waarvan eentje onder verdachte omstandigheden. Er wordt opnieuw getrouwd. Door deze gebeurtenissen komt ook het verleden van de verteller weer naar boven.
Het verhaal lijkt dat van een romance met wel wat verwikkelingen, toch niet veel bijzonders, denk je. Maar Irène Némirovsky heeft nog wat achtergehouden en daardoor staat als je het boekje uit hebt alles weer even op losse schroeven. Het laat je toch achter met een ander gevoel als wanneer het gebleven was bij dat veredelde romannetje.
Het is de tijd dat er nog verstandshuwelijken gesloten werden, maar ook de tijd waarin vaker gekozen werd voor de Liefde. Al doende ontstaan veel geheimzinnigheden, waar iedere dorpeling het zijne van af weet of denkt te weten.


‘Keurige types die alles verzwijgen, zoals je die alleen op het Franse platteland kunt aantreffen. –Ieder leeft hier op zichzelf, op zijn eigen boerderij, koestert wantrouwen jegens de buren, haalt zijn koren binnen, telt zijn centen en bemoeit zich verder nergens mee.’


Zo’n sfeertje hangt er in dit boek, dat vooral opvalt door de mooie beschrijvingen van de omgeving en karakters. Naturalistisch noemen ze dat.

‘Ik wou terug naar huis. Het is daar behaaglijk. Het vuur smeult. Als het niet meer oplaait en danst, als de stralende vlammen en de duizenden vonken niet meer alle kanten opschieten, maar doven zonder licht of warmte af te geven zodat niemand er meer iets aan heeft, als het vuur alleen nog de pan zachtjes aan de kook houdt, dan is het pas echt behaaglijk.’


Achteraf gezien zou je dit mooie stukje proza ook figuurlijk op kunnen vatten…
als het vuur gewoon blijft smeulen, en er geen vlammengeweld uit voortkomt, dan is het leven rustig. Maar het is onze hoofdpersoon niet gegund: de vlammen zullen oplaaien.


ISBN 9789044511994| 121 pagina's | Geus | april 2009
Vertaald uit het Frans door Pauline Sarkar

© Marjo, 2 januari 2012

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Storm in juni


Een boek waar ik erg van genoten heb. Ik heb het wel voor boeken die zich afspelen in oorlogssituaties en het kleine, alledaagse erin belichten. Ik tik even de achterflap over:


"Storm in juni" doet rechtstreeks verslag van de uittocht in juni 1940, toen stromen vluchtelingen Parijs verlieten. Het lot van allerlei Franse families, van de voornaamste tot de armste, raakte met elkaar verweven. In een directe stijl beschrijft Irène Némirovsky de ontelbare kleine en grote lafheden en het broze saamhorigheidsgevoel van een heel volk op de vlucht.

"Storm in juni" is een aangrijpende, intieme en meedogenloos eerlijke roman die de ziel van de Fransen ten tijde van de Duitse bezetting blootlegt. Het brengt een bewogen episode uit de recente geschiedenis briljant tot leven.
(tot zover dus de achterflap)


Ik ben eigenlijk grotendeels akkoord. Erg fijn zijn ook de bijlagen, eigenlijk aantekeningen van de auteur (die overigens uiteindelijk zelf gedeporteerd werd - het manuscript werd pas veel later teruggevonden en gepubliceerd), die zich vragen stelt bij bepaalde passages, er is briefwisseling, en je kan de vooruitgang van het schrijfproces volgen.


Leest lekker weg en blijft tegelijkertijd ook wel hangen, juist door de oprechtheid, de gefragmenteerdheid en de eenvoud van de schets die het boek is.

ISBN 9044506161 Gebonden, 511 pagina's Verschenen: april 2005 Uitgeverij De Geus
De oorspronkelijke versie, getiteld "Suite française" werd in 2004 uitgegeven bij Editions Denoël.. Vertaler: Manik Sarkar

© Elvira, juli 2005

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Storm in juni


Irène Némirovsky was een joods Franse schrijfster. Ze werd geboren in Kiev in 1903. In 1929 stuurde ze haar eerste manuscript, David Golder, naar de Franse uitgever Bernard Grasset. De roman oogstte meteen een enorm succes.
Haar literaire carrière werd echter bruut afgebroken door de inval van de nazi's in Frankrijk. Toen ze in 1942 als statenloze joodse werd weggevoerd, lukte het Irène nog net een koffertje met het manuscript van Storm in juni aan haar dertienjarige dochter Denise te geven. Irène Némirovsky werd vermoord in Auschwitz. Denise besloot op haar 74ste dat Storm gepubliceerd mocht worden.


Dit staat in het kort in het voorwoord bij "storm in juni" . Het maakt het lezen al meteen beladen, maar gelukkig schrijft ze zo goed dat je dit vergeten kunt in de twee delen van haar manuscript die dan volgen.


Deel 1 beschrijft hoe al voordat de Duitsers Parijs binnenvielen, de bewoners in paniek op de vlucht sloegen. De gegoede klasse had een of meer auto's en kon heel wat meenemen, maar er waren ook mensen die noodgedwongen met een koffertje in de hand gingen lopen. In deze grote stroom mensen bleven dan de auto's weer vastzitten, kortom grote chaos. We volgen meerdere personages.


De familie Péricand is een van de rijke families, ze hebben twee auto's, en kunnen behalve het gezin, inclusief de hulpbehoevende opa en de bedienden ook veel huisraad meenemen. De oudste zoon is pastoor Philippe, hij reist niet met het gezin mee, maar heeft een groep jongens uit het heropvoedingsgesticht onder zijn hoede. Dit loopt uit op een catastrofe.
Mevrouw Péricand gaat er prat op dat ze zich aan de regels van haar stand houdt, en daarbij de arme mensen niet vergeet..deze onverwachte reis met de nodige ontberingen doet de nodige barstjes in dat pantser ontstaan.
Zoon Hubert is vastbesloten te vechten tegen de Duitsers, en keert met hangende pootjes terug.
Dan is daar Charles Langelet, een arrogante man die neerkijkt op het plebs.


"Hij schepte er een pervers genoegen in om al die brave zielen het plezier te onthouden dat ze verwachten als ze hem uithoorden, want het waren vulgaire, grove wezens die misschien wel dàchten dat ze medelijden voelden met de mensheid, maar in werkelijkheid alleen maar op sensatie belust waren. Wat is er toch veel vulgariteit in de wereld, denkt Charles Langelet bedroefd. Altijd weer werd hij somber en verontwaardigd als hij merkte dat de echte wereld bevolkt werd door arme drommels die nog nooit een kathedraal, een beeld of een schilderij hadden gezien. De happy few, waartoe hij zichzelf rekende, reageerde trouwens al even stompzinnig en slap als het volk op de slagen van het lot."


Datzelfde lot zet Langelet op zijn nummer. De Michauds, die hun enige zoon aan het front weten, worden op het laatste moment niet door hun werkgever meegenomen, maar moeten met hun koffertje in de hand de stroom volgen. Als ze vast lopen, keren ze terug naar Parijs, en daar krijgen ze bericht van hun zoon.
De uittocht maar eigenlijk de oorlog heeft een grote omwenteling veroorzaakt: niet alleen zijn alle mensen in het ogen van het gevaar gelijk, er treedt ook een verschuiving op in het bezit van aardse goederen. Er is een verandering van mentaliteit, een verandering van sfeer.


Deel 2 beschrijft hoe de Fransen reageren op de bezetting van de Duitsers. Zij zijn natuurlijk de vijand, maar het blijken ook mensen te zijn. Heel gewoon, precies als zijzelf. De jonge vrouwen zitten zonder mannen, die in Duitsland gevangen zitten, en de Duitse sodaten zijn veelal jong en voorkomend. Diverse vriendschappen en liefdes bloeien op.


De Duitser zegt: "het is het grootste probleem van deze tijd: het individu tegen de gemeenschap, want oorlog is dé gemeenschapsdaad bij uitstek. Wij Duitsers, wij zijn gemeenschapsgezind, op dezelfde manier als bijen korfgezind schijnen te zijn. Aan die gemeenschappen hebben we alles te danken: onze levenssappen, onze luister, onze geur, onze liefde."
En de Française denkt "mijn god, hebben ze dan niets geleerd? Die twee mijoen doden die in de vorige oorlog aan onze kant zijn gevallen werden ook al geofferd aan de 'korfgeest'..en vijfentwintig jaar later... wat een volksverlakkerij! Wat een zelfingenomenheid!... er zijn toch wetten om het lot van bijenkorven of mensenvolken te regelen?"


Deel 2 eindigt als de Duitsers grotendeels wegtrekken uit Frankrijk, om op het Oostfront te gaan vechten. En daarmee is ook het boek afgelopen. Er volgt nog een bijlage met aantekeningen van de schrijfster. Opmerkingen over het geschrevene en opmerkingen over haar plannen: nog drie delen schrijven waarbij ook de personages van de eerste twee delen bij elkaar komen. Helaas heeft dat niet zo mogen zijn. op 13 juli 1942 werd Irène Némirovsky weggevoerd.


Eigenlijk maken het voorwoord en de bijlage het boek indrukwekkender dan het zonder die extra's geweest zou zijn.
Dan was het alleen het verhaal van Frankrijk in de tweede wereldoorlog geweest, met vooral de nadruk op de menselijke kant van deze oorlog. Maar je leest slechts die twee delen..het had zoveel meer kunnen zijn, en dan bedenk je waarom dat het niet het geval is...


ISBN 9044506161 Gebonden, 511 pagina's Verschenen: april 2005 Uitgeverij De Geus

© Marjo, oktober 2005

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER