Harry Oltheten

Mul ijs
Harry Oltheten


 ‘Eens een lafbek, altijd een lafbek. Always eager to please’


Zo denkt hoofdpersoon Hans Leemans over zichzelf. Hij is getrouwd met een vrouw om wie hij eigenlijk niets geeft. Hij heeft na een studie Nederlands in een opwelling een baan bij de politie aangenomen, - en al heeft hij er spijt van, veranderen doet hij het niet – en nu het oorlogstijd is, schildert hij het Engelse merk op zijn fiets over zodat het niet meer te lezen is, maar heeft hij stiekem bewondering voor Joop Bakker, een oud-klasgenoot, die in Spanje tegen Franco was gaan vechten. Een idealist, maar eentje die daar voor uit kwam. Hans is niet zo, hij durft niet zo te zijn, hij is een conformist in hart en nieren.


Zo komt het dat hij als politieman regelmatig de opdracht krijgt om joden uit hun huizen te halen en in een trein te zetten. En hij protesteert niet, al knijpt hij als hij de kans ziet een oogje dicht. Dat maakt dat hij zich goed voelt: hij is gehoorzaam aan de overheersers en tegelijk een goede vaderlander. Als hij op een dag neergeslagen wordt en weer bijkomt in een donkere ijskoude ruimte, heeft hij geen idee waarom. Al vindt hij het ook niet zo vreemd dat het gebeurd is.


Zijn belager blijkt Joop te zijn, die hem vertelt dat hij hem de hele dag al is gevolgd. Dan heeft hij ook de razzia gezien. En dan heeft hij gezien dat hij Sara Zilversmit heeft gered. Joop heeft nog meer gezien: hoe een Duitser het huis binnenging zodra Hans weg was. En hij heeft het over een Hanneke, die door Hans’ toedoen een vreselijk einde had gekregen. Hans kent geen Hanneke, maar ze staat symbool voor al die andere Hannekes en hun families die hij heeft laten wegvoeren. Hij deed wat hij moest doen, maar is toch schuldig.
Joop hakt hem een vinger af, en komt ook ‘gezellig’ bij hem zitten, maakt een vuurtje en praat wat. Als Hans weer alleen is, droomt hij, en denkt terug aan de voorbije jaren. De dood verontrust hem niet, maar er zijn nog wat dingen blijven liggen:


‘Zaken met een grote innerlijke noodzakelijkheid,’ dacht Hans. ’Daar is Joop zomaar aan voorbij gegaan. Zaken die ik onverbiddelijk af moet wikkelen. Ik mag niet zomaar van de aardbodem verdwijnen.’


Hij probeert het op een akkoordje te gooien met Joop, die natuurlijk weigert, maar hem niet zo goed vastbindt: Hans ontsnapt. Als Joop hem weet te vinden, wordt het akkoord alsnog bereikt.


Een verstild verhaal, zoals Oltheten dat zo goed kan schrijven in een mooie stijl, over een man die zo herkenbaar is: hij laveert tussen goed en kwaad, hij doet zijn best, meer kan hij niet doen. En als zijn daden gevolgen hebben, past hij zich ook daar weer aan. Hij is een man zonder echte grote overtuigingen, zonder vlammende idealen.


‘In de vele lege uren die hij naast het lezen overhield had hij ampel de gelegenheid gehad om over zijn leven na te denken. Trots had het hem niet gestemd. Dat na de oorlog alles totaal anders moest worden was hem wel duidelijk, maar hoe?’


ISBN 9789089609878 | Hardcover | 158 pagina's | Uitgeverij Dulce et Decorum | juni 2010

© Marjo, 26 april 2011

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Dauw
Harry Oltheten

 

Deel acht uit de bibliotheek over de Eerste Wereldoorlog.
Harry Oltheten schreef na zijn debuut 'Wit licht' een heel ander soort boek waarin het verhaal, meer dan de taal, centraal staat.
Wie het een en ander weet van de Eerste Wereldoorlog heeft misschien ook de verhalen gehoord over de straf voor deserteurs. Zonder pardon en vaak zonder behoorlijke rechtspraak werden zij voor een vuurpeloton gezet. En werd aan de familie van gesneuvelde soldaten nogal eens geschreven over heldhaftige
omstandigheden van hun dood, ook al was dat helemaal niet zo, in het geval van desertie kreeg de familie onomwonden bericht over de roemloze, ja zelfs schandelijke dood van hun familielid. Het gebeurde in alle legers, maar de Britten spannen de kroon wat aantal betreft.
Het geeft heel duidelijk aan hoe een soldaat gezien werd in die tijd. Hij was geen mens, maar een werktuig. 'Iets' waar de meerdere over kon beschikken en beslissen. Dat er verzachtende omstandigheden konden zijn, dat een soldaat in psychische nood kan verkeren, daar werd volledig aan voorbij gegaan. Weglopen, opdracht niet uitvoeren, het is lafheid en dat betekent de dood.


In dit boek is soldaat Johnny Bridges veroordeeld. Hij wacht in een schuur op de volgende ochtend. Dan zullen andere soldaten voor hem staan en hun geweer op hem richten. Dat soldaten die zo'n vuurpeloton vormen, daarvoor aangewezen door hun commandant, vaak ook slachtoffer zijn, wordt in dit boek duidelijk. In principe weten ze niet wie de dood veroorzaakt, omdat een deel van de geweren geladen zal worden met losse flodders, zonder dat ze weten wie de kogel heeft en wie de losse flodder.
Pete Crawley, hoofdpersoon in het verhaal, maakt deel uit van het vuurpeloton. Lijdend aan slapeloosheid dwaalt Pete die nacht over het terrein, en komt toevallig bij de schuur waar de deserteur bewaakt wordt.
Hij stelt zich voor hoe het moet zijn om te weten dat je niet lang meer te leven hebt.

'Maar toch blijft hij hopen. Toch verwacht hij elk moment dat de deur opengaat en dat de luitenant die het vonnis uitsprak binnenkomt om hem zijn straf kwijt te schelden. En dan is er de angst. Niet de angst die je het vocht uit je poriën jaagt, je mond kurkdroog maakt of je benen wegslaat, maar een allesoverheersend gevoel van paniek die je van tenen tot kruin verlamt. Honderdmaal achtereen ziet hij de twaalf mannen voor zich, zes geknield, zes staand. Honderdmaal ziet hij de lopen, honderdmaal hoort hij het laatste bevel. Hij voelt hoe de kogels in zijn lichaam slaan en zijn vlees openrijten. En hij ziet hoe hij langzaam, als een ledenpop, in de touwen zakt'

Tot zijn schrik herkent hij de deserteur.
Aan de ene kant vindt hij hem aan arrogante rotzak, maar... John was wel degene die hem gered heeft toen hij in het water geduwd werd, terwijl hij niet kon zwemmen. En nu zou de kogel uit zijn geweer zijn redder kunnen doden! Als de volgende ochtend de executie plaatsvindt, wil het lot dat Pete zeker weet dat hij de dood veroorzaakt heeft. Hij kon niet anders dan schieten, maar voelt zich een moordenaar. Het vreet aan hem, maar hij zal er mee moeten leren leven.  En dan pas begint het verhaal. De executie vormt de kern, de gevolgen ervan, de rest.


Het boek bestaat uit vier delen, waarin de executie het eerste deel vormt, de hoofdstukken tellen af in de tijd. In deel twee is Pete terug in Engeland, met verlof wegens een verwonding.
Zijn ervaringen in de oorlog hebben hem duidelijk gemaakt dat hij zijn leven niet door anderen moet laten regelen, maar dat hij de touwtjes zelf stevig in de hand moet houden. Het leven is immers veel te kort. Hij zal terug moeten naar de oorlog.
Deel drie vertelt het verhaal van de weduwe van Johnny. De kersverse weduwe moet leven met een schande, waar zij part noch deel aan heeft gehad. Maar misschien ligt er toch nog geluk in het verschiet?
Voor deel vier heeft Pete brieven geschreven. Brieven over de strijd aan het front, gericht aan de liefde van zijn leven.


Dit veelomvattende boek is aangrijpend, met af en toe een ontspannende noot, als Harry Oltheten zijn personages cricket laat spelen.
Het is een roman, een oorlogsroman, gebaseerd op feiten uit de Grote Oorlog, over de dilemma's van een soldaat, over moed en lafheid, over vriendschap en machtsmisbruik, kortom over alles wat het leven is. Want oorlog maakt pijnlijk duidelijk hoe belangrijk dat leven is.

 

ISBN 978 90 89601 230 Paperback 160 pagina's | Dulce et Decorum | oktober 2009

© Marjo, oktober 2009

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 
literatuurWit licht


Ik heb hier een juweeltje in handen... Harry Oltheten heeft een schitterend debuut geschreven. Het ontroerende verhaal van Rob de Keizer boeit van begin tot einde, maar de taal alleen al is de moeite waard. Ik zou alles wel willen citeren...


Rob de Keizer, eigenaar van een boekenantiquariaat, is een alleenstaande oudere man, maar vooral een zuiplap. "een met alcohol doordrenkte zak" "Ik wilde me laten wiegen in liefdevolle armen en me bij tijd en wijle laten glijden in een heerlijke leegte."
Hij is "de bewoner van een run down place", maar ook van een run down lijf. Soms vertelt hij zichzelf dat hij zal stoppen, heel goed wetend dat hij zichzelf voor de gek houdt. Hij drinkt alleen maar meer. En nog meer. De aftakeling vordert gestaag naarmate het einde van het boek nadert. Op de dag dat het verhaal begint zit hij met zijn geliefde fles aan de kade en is daar getuige van een zelfmoordpoging van een vrouw die sprekend op Jean Seberg lijkt. (de hoofdrolspeelster in 'à bout de souffle', naast Jean-Paul Belmondo).
Hij wordt er door opgeschrikt, wie is die vrouw, waarom deed ze dat? Hij gaat haar opzoeken in het ziekenhuis, waar ze langzaam opknapt. Ze vertelt hem over haar man, een bruut die haar mishandelt.
Hij denkt terug aan beter tijden en aan de vrouwen in zijn leven, terwijl hij drinkt en luistert naar de cricketwedstrijden op de radio, waar hij ooit zo door gefascineerd was. Zelfs deze zekerheid in zijn leven, het cricket, verwatert...
Zwervend over straat ontmoet hij andere outcasts. Aan een van hen, een grote man in een zwaar leren jas geeft hij een twee-euro geldstuk. Later hoort hij dat de ontmoeting niet toevallig was, de man zocht hem om oud zeer te vergelden. Zoals Rob zich ook geroepen voelt om wraak te nemen...


"Vocht daalde neer uit een asgrijze hemel. Het verfriste me niet, maar voorzag mijn lichaam van een goor vernis, een laklaag die ik maar niet kapot kon krabben."


"Ik zag hem op de T-kruising voor de Hema, midden op het plaveisel, een rafelige monoliet omstuwd door hebberig volk. Als zijn neus al gekieteld werd door de penetrante worstgeur om hem heen dan liet hij dat niet merken."


Er zijn vele verwijzingen naar bekende personen, liedjes en boektitels uit de jaren zestig. Als je die kent is dat meegenomen, maar ken je ze niet, dan zullen ze niet storen. Het is een boek om te herlezen, en nogmaals te genieten.
Oltheten beschrijft de vuiligheid van een zatlap, zonder in grove of platte taal te vervallen. Zelfs het einde accepteer ik van deze schrijver.
Ik hoop dat we nog veel van hem zullen horen!


Het is ook nog een pracht van een uitgave: een gebonden boek met effen zachtgrijze aaibare (!) omslag, met daarom heen een losse omslag, met de foto van Jean Seberg.


Hardcover | 208 Pagina's | Vorroux 2008 | ISBN10: 9080909289 | ISBN13: 9789080909281

© Marjo, april 2008

Reageren? Klik hier!

 

De Krays en andere verhalen
Harry Oltheten


Een negental verhalen met steeds andere hoofdpersonen, soms vrouw, maar vaker een man.


Olthetens personages hebben iets met muziek, met snelle auto’s en ze zijn allemaal zoekende.  Zoekend naar een levensdoel, meestal in de vorm van een geliefde, want ze zijn alleen. Na een mislukte relatie dan wel een overlijden zijn ze enigszins teleurgesteld in het leven achtergebleven.


De uitzondering hierop is het titelverhaal. De hoofdpersoon is wel zoekende, maar niet naar een liefde. Ron is deel van een tweeling: zijn broer Reg is intelligent, populair en mede daardoor verwend.  Maar hij heeft altijd zijn broertje op zijn kop gezeten, hem gepest. Hij was de meerdere en dat zou Ron weten ook. Misschien is al wel duidelijk waar Ron naar op zoek is…


Wraak is in meer verhalen een thema. Of de niet vervulde wensen.
‘Nachtvaart’ is voor mij het meest aansprekende verhaal. Dat gaat over een man met vaste gewoonten die daarin gestoord wordt door een vreemdeling. Onverwacht voor hemzelf vertelt hij deze man zijn levensverhaal.


Oltheten laat zijn personages observeren, door hun ogen kijkend vertelt hij over de menselijke aard. Zijn verhalen zijn verstild, bedaard, nergens overdreven bewoordingen, geen hoogdravende scènes.
Veel blijft ongezegd, zoals hij een personage in een verhaal laat zeggen:


‘hoewel ze veel weglaat, is een reconstructie niet moeilijk’.


Het zijn prachtige verhalen, omdat ze iets oproepen, wat aanspreekt: de bijzondere relatie tussen een leraar en een leerling; de passagier en het meisje die elkaar herkennen in hun levenservaringen;  de bezorgde buurman die op bezoek gaat bij zijn overbuurvrouw; allemaal verhalen die tot de verbeelding spreken. Het zouden de mensen kunnen zijn die je op straat tegenkomt, zo gewoon zijn hun verhalen. En tegelijk zo bijzonder: een klein voorval kan zoveel betekenen.
Het zijn de details die de verhalen echt ‘Oltheten’ maken: Deventer is vaak de ‘plaats delict’; cricket wordt regelmatig genoemd; zijn personages zijn soms leraar zoals hijzelf dat ooit was, en broers is ook een thema dat we vaker zien. Voeg daarbij de auto’s en de muziek, en de afkeuring van het standsverschil dat uit enkele verhalen spreekt.
Mooi… heel mooi…


ISBN 9789080909274 | Gebonden | 175 pagina's | Vorroux | januari 2007

© Marjo, 2 januari 2011

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER