Zoeken naar Slory
Ezra de Haan
Ezra de Haan (ps.) gaat in dit boek op zoek naar de bekende Surinaamse dichter Michaël Slory. Tegelijkertijd is dit roadboek een vakkundige inkijk in het Suriname van nu. Het Suriname waar de gewoontes duidelijk anders liggen dan in Nederland. Gelukkig vergelijkt De Haan de twee landen niet, maar hij schetst met vaardige pen wat er opvallend is en vooral schokkend.
De economie ligt op zijn rug en de straten worden bevolkt door prostituees, vooral in Paramaribo. De oude koloniale bouwwerken zijn in verval.
Kokospalm
onder de vloeiende wind
luistert het gedicht
en zuivert zich.
Nee hier is geen eenzaamheid.
Kijk, het gras groeit
De vogels zingen.
En één en al omarming
is de ruimte.
De Haan denkt aan dit gedicht van Slory wanneer hij Fort Zeelandia voor het eerst ziet, badend in het zonlicht, maar ook decor van de decembermoorden. De moorden, die een diepe wond in de Surinaamse samenleving hebben achtergelaten. Bouterse weer aan het bewind en geen gerechtigheid voor de moorden. Er wordt niet afgerekend met het verleden, integendeel, het verleden bladdert alleen maar af.
De tropische hitte is zo klam dat De Haan zich vaak moet douchen. Hij is niet te beroerd om de plaatselijke gerechten te verorberen zoals de kreeften, maar hij drijft dan uiteindelijk bijna letterlijk in de sauce, en hij drinkt Parbo, het niet onsmakelijke bier, of geeft zich op de avondlijke feesten over aan het genot van rum met cola. De vrouwen hebben zijn sympathie omdat het overlevers zijn, die soms met kruiden op de markt staan of op andere manieren zich staande houden, veelal door de steun van familie of andere vrouwen.
De Haan geeft les en doet mee aan literaire avonden, waar hij voorleest en leest iedere ochtend de krant met het local news. En of dat nog niet genoeg is, trekt hij per boot - onder begeleiding - het binnenland in om met eigen ogen de jungle te aanschouwen en vooral te fotograferen. Kaaimannen, apen, vlinders, vogels, maar ook houtkap en illegale jagers komen op zijn weg evenals de bauxietontginning. In de ogen van Slory is dat een aantasting van de aarde en met dat gedicht beziet De Haan de zaak heel anders dan hij dat normaal gedaan zou hebben. De gedichten van Slory vormen een venster op de wereld. Een kritisch maar ook spiritueel venster, de aarde is een lichaam. Politiek is lijden.
Ze graven je borsten
en je ingewanden open.
Ik weet het moeder, ik weet het!
Ze slepen het bauxiet,
het roze bloed van je ingewanden weg,
om het op te stapelen in magazijnen.
Ik weet het moeder, ik weet het!
Dezelfde dieven
die Tsjombe en Verwoerd helpen
om de negers te verraden en te doden...
Een onverwacht thema in dit mooie boek is bovendien: discriminatie. De bakra (blanke), die plotseling niet met een bus wordt meegenomen, maar ook de politieke discriminatie. Eerst vooral van de communisten, Slory ondervond deze discriminatie toen hij zijn bundels aanvankelijk bij Pegasus, de communistische uitgeverij, liet verschijnen. De Hindoestanen discrimineren de Creolen en als tegenstander van de alom aanwezige Bouterse kom je al helemaal niet meer aan de bak.
Als een echte Stanley is De Haan op zoek naar zijn Livingstone, de dichter Slory. Maar wie is dat eigenlijk?
Michaël Arnoldus Slory werd in Suriname geboren in 1935. Hij dichtte eerst in het Sranan, maar later publiceerde hij bij bovengenoemde uitgeverij Pegasus in het Nederlands. Teruggekeerd in Suriname, na een studie Spaans in Nederland, publiceerde hij weer in het Sranan. Later stapte hij weer op het Spaans en Nederlands over. Slory krijgt veel prijzen en een Koninklijke Onderscheiding.
Vlak voor zijn terugkeer naar Nederland ontmoet De Haan zijn idool dan toch op het terras van een restaurant. Hij ontdekt spoedig dat Slory eigenlijk Suriname is! Het water van de rivieren is zijn bloed, zijn stem de wind en zijn lichaam de aarde. Zijn geest zou je het ideaal kunnen noemen waaraan Suriname zou moeten werken, maar dat door de omstandigheden in de ijskast terecht is gekomen.
De Haan kan maar één foto maken van Slory, de batterij van zijn toestel begeeft het daarna. Een mooi beeld, want de oude indianen in Amerika geloofden dat de blanken hun ziel stalen door foto's te nemen. Slory's ziel blijft dus intact.
Het interview met Slory wordt bijna integraal weergegeven.
Een mooi boek over Suriname met de dichter als gids en De Haan, die ons vakkundig bijlicht! Achterin bovendien een overzichtelijke lijst met Surinaamse schrijvers en een bibliografie van ter zake doende boeken.
Ezra de Haan (1957) schrijft gedichten, novelles en is verbonden aan een uitgeverij als reader.
ISBN 9789062658602 Paperback 280 pagina's Uitgeverij In de Knipscheer oktober 2014
© Karel Wasch, 15 februari 2015
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER