Twee fonkelrode sterren in de blinkend witte sneeuw
Het ongelooflijke verhaal van de tweeling Nadja en Viktor
Davide Morosinotto
Viktor Nikolajevitsj Danilov en Nadja Nikolajevitsj Danilov zijn een tweeling. Niet eeneiig, en onafscheidelijk zijn ze ook niet maar ze hebben wel een bijzondere band.
Hun ouders werken bij de Hermitage als in 1941 de Duitsers Rusland binnenvallen. Hun ouders krijgen de opdracht zoveel mogelijk kunstvoorwerpen in te pakken om ze in veiligheid te brengen. Als er een mogelijkheid is dat kinderen eveneens in veiligheid gebracht worden, weg uit Leningrad dat belegerd gaat worden, gaan de twee met de kindertrein mee. In de chaos belanden ze in verschillende treinen. Het zou nog erger worden: de ene trein, met Viktor, rijdt naar Tatastan, die van Nadja strandt in Mga. (Voor wie de topografie van Rusland niet kent, staan er kaarten bij het verhaal!) Na een paar dagen komt het nieuws dat de trein van Nadja platgebombardeerd is. Dat is ook wel zo, maar blijkbaar was niet bekend dat de kinderen niet meer in die trein zaten!
De lezer weet dat omdat allebei de kinderen een dagboek bijhouden. Door een gelukkige omstandigheid zijn zij in het bezit van schriften, en we lezen om en om over hun avonturen.
Viktor belandt op een boerderij, waar hij hard moet werken. Onder het communistische regime wordt er geen onderscheid gemaakt: iedereen moet meehelpen.
Hij is vast van plan om te vluchten, hij heeft zijn vader beloofd dat hij en Nadja bij elkaar zullen blijven! Hij wil dus terug westwaarts. Eerst Moskou, dan Leningrad.
Nadja is intussen na een aantal gevaarlijke avonturen in een fort beland, op een eiland in het Ladogameer, met een aantal kinderen en Russische militairen. Zij worden belaagd door de vijand.
Beide kinderen zijn er van overtuigd dat de ander nog leeft. Ze zouden het weten, zeggen ze, als dat niet zo is. Mede daarom blijven ze doorgaan, ze moeten elkaar terugvinden! Kost wat kost. En het kost veel, het is tenslotte een oorlogsverhaal. En de afstanden zijn enorm in het door oorlog verscheurde land.
De vorm van het boek is bijzonder: niet alleen zijn het de dagboeken van de twee die we lezen, na alle gebeurtenissen: er is nog een lezer: de Russische kolonel Smirnof, een rechtgeaarde Rus, die aantekeningen maakt in het dagboek. Hij heeft de papieren geordend, voor zover mogelijk.
Als hij een deel gelezen heeft maakt hij rapporten, waarin we zijn conclusies lezen. Hij zal na lezing bepalen of de kinderen schuldig of niet schuldig zijn. Zijn ze staatsgevaarlijk? Hebben ze zich schuldig gemaakt aan spionage en anti-Russische acties. Soms schrijft hij in de kantlijn dat hij iets nader moet onderzoeken, of de genoemde personen misschien ook schuldig zijn. Of dat een bepaalde persoon juist een eervolle vermelding verdient.
De verschillende dagboeken zijn rood voor Viktor en blauw voor Nadja.
Zullen zij elkaar terugvinden?
Wat een ongelooflijk verhaal! Niet in de zin dat het absoluut uit de duim gezogen is, maar omdat het gaat over verbijsterende gebeurtenissen tegen de achtergrond van de tweede wereldoorlog in Rusland. Want die geschiedenis krijgen we natuurlijk ook mee: het gaat over strijd, over vluchtelingen, over de strafkampen, over honger en ijzige kou, over alles wat met oorlog te maken heeft.
Mooi uitgevoerd en meeslepend.
Davide Morosinotto (1980) studeerde communicatie. Hij is de Italiaanse schrijver van het spannende avonturenboek 'Het mysterieuze horloge van Walker & Dawn'. Hij won voor dit boek verschillende prijzen, zoals de Andersen Award, een grote internationale prijs voor jeugdliteratuur.
ISBN 9789059247260 | Hardcover | 480 pagina's | Uitgeverij Baeckens | april 2020
Vertaald uit het Italiaans door Pieter van der Drift en Manon Smits | Leeftijd 12+
© Marjo, 12 augustus 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De verloren bloem van de sjamaan
De ongelooflijke reis van de Andes naar het Amazonegebied
Davide Morosinotto
‘In de lucht zag ik een Andescondor, zijn veren waren zilveren sterren. De vogel dook op me af en krijste:
‘Het gaat beginnen! Het gaat beginnen!’
‘Wat gaat beginnen, Condor?’
‘Het verhaal. Het begint op een plek ver weg. Drie geesten zullen hen beschermen maar er wachten hen veel gevaren.’
Ik snapte er niets van.’
Helaas zal de belangrijkste ik-verteller dat snel genoeg ontdekken. Dat is Laila, die als het verhaal begint voor ons, op weg is naar het ziekenhuis in Lima. Ze weet dat ze ernstig ziek is maar hoopt dat ze haar verhaal nog kan vertellen, van hoe ze ontdekte dat er iets niet goed was met haar, de opname in het ziekenhuis en de avonturen die ze beleefde met de daar gemaakte vriend.
Laila’s vader is ambassadeur voor Finland, en nu gestationeerd in Peru. Haar moeder hoopt op een wonder, en natuurlijk wil Laila ook beter worden. Maar ze hoort min of meer per ongeluk een gesprek tussen de arts en haar ouders, en dan beseft ze hoe ernstig het is. Een aflopende zaak, zegt hij. De klachten zullen verergeren. Buiten dat ze al een hele poos steeds slechter kan zien, is er nu nog niet veel aan de hand. Ze baalt dan ook stevig als ze op een afdeling komt waar de andere patiënten allemaal iets akeligs hebben. En dit is 1986, en Peru: er zijn geen privékamers, ze liggen op een zaal. Gelukkig weet haar moeder wel schermen te regelen.
Toch is er nog iemand die helemaal niet zo ziek lijkt: een jongen van ongeveer haar leeftijd, die zich El Rato noemt. Het is een jongen vol geheimen die hij liever niet prijs geeft. In plaats daarvan verzint hij allerlei andere verhalen. Hij wil Laila wel de bijzondere plekjes van het ziekenhuis laten zien, ze gaan bijvoorbeeld naar de bibliotheek, waar ze een oud boek in handen krijgen. Het is een dagboek van een dokter Clarke uit 1941. Daarin lezen de twee over de ontdekkingstocht die de dokter maakte in het Amazonegebied. Er staat een bloem getekend in het boek en de kinderen ontdekken dat het een bijzondere maar ook zeldzame bloem is, die geneeskrachtig zou zijn. De sjamanen van het dorp K. – niet verder aangeduid - gebruikten die bloem.
Een en een is twee: een ziekte die toch een slechte prognose heeft en een zeldzame maar geneeskrachtige bloem. Natuurlijk gaan de twee op pad. Die bloem moeten ze vinden! En zo komt de voorspelling van de Andescondor uit: Er liggen veel gevaren op hun pad. En inderdaad zijn er drie geesten die hen beschermen. Maar kunnen die op tegen drugshandel, tegen terroristen, tegen de gevaren die in het oerwoud verscholen liggen?
Dit boek is een uitdaging voor de jongere lezer, het is nogal lijvig.
Maar het is een wonderschoon verhaal, over doorzettingsvermogen en moed, over vriendschap en de strijd tegen een ziekte die zich niet wil laten tegenhouden.
En de opzet is vrij speels, ondanks het toch wat zware verhaal. Er wordt gespeeld met typografie, er zijn topografische kaarten zodat je de reis die ze maken goed kan volgen.
Behalve dat je ook van alles leert over Peru leer je ook de kinderen goed kennen. Morosinotto beschrijft heel mooi hoe de twee, die elkaar toch helemaal niet kennen en zo een verschillende achtergrond hebben, steeds dichter naar elkaar toe groeien. Daar komt ook heerlijke humor bij kijken.
Het is verdeeld in drie delen, steeds overzien door een van de drie geesten. Binnen die delen doen verschillende personen hun eigen verhaal, waarbij boven de hoofdstukken hun persoonlijke beschermdier afgebeeld wordt. Die van Laila is de vleermuis, die van El Rato de libelle.
De andere vertellers hebben eveneens een eigen dier.
Prachtig verhaal van een begenadigd verteller!
Davide Morosinotto (1980 Camposampiero, Italië) studeerde communicatie. Hij is de Italiaanse schrijver van het spannende avonturenboek 'Het mysterieuze horloge van Walker & Dawn'. Hij won voor dit boek verschillende prijzen, zoals de Andersen Award, een grote internationale prijs voor jeugdliteratuur.
ISBN 9789059247895 | Hardcover | 480 pagina's | Uitgeverij Baeckens | november 2020
Vertaald uit het Italiaans door Pieter van der Drift en Manon Smits | Leeftijd 12+
© Marjo, 12 februari 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het mysterieuze horloge van Walker & Dawn
(of hoe je met drie dollar rijk kunt worden)
Davide Morosinotto
In Louisiana (VS) bestaat voor een groot deel uit de bayou, een groot verraderlijk moerasgebied waar krokodillen leven en waar in de tijd dat dit boek speelt de mensen een armoedig bestaan hadden.
Voor Joju (=Julie) is het leven nog moeilijker: ze heeft een broertje met een zwarte huid. Dat betekende dat hun moeder een ‘slet en een sloerie’ was, vond men. Maar Joju is dol op haar kleine broertje, Tit (= Petit) dat niet praat, maar daarom nog niet dom is, al denken mensen dat wel.
Eddie Krekel is de zoon van een dokter. Hij is een sjamaan, zegt hij, en of je dat gelooft of niet, hij voelt de dingen vaak wel juist aan.
En dan is er Te Trois, die met zijn moeder en drie broers in een hut woont. Zijn moeder bladert graag door de catalogus, de Catalogus van Mister Walker & Miss Dawn, een boekwerk van tweeduizend pagina’s waarin je de meest uiteenlopende artikelen kon vinden.
‘De Catalogus stond vol met knopen, verbandmiddelen, hamers en landbouwgereedschappen. Rijtuigen, Paardrijzadels. Sieraden en horloges, hoeden en kleren, damesschoenen. Geweren, Vishengels. Medicijnen. Bokshandschoenen. Bouwpakketten om zelf een huis te bouwen. Je kon het zo gek niet bedenken of het stond in de Catalogus, keurig netjes met een fraaie inkttekening, een omschrijving van een paar regels en natuurlijk de prijs.’
Als de vier vrienden bij het vissen een blikje ophoog halen waar drie dollar in zit, beginnen ze te dromen. Wat zullen ze kopen? Toffees? Een biggetje en er dan mee fokken?
Als Joju voorstelt iets uit de Catalogus te bestellen vinden ze dat allemaal goed. En als Te Trois oppert om die revolver te bestellen, duurt het niet lang of ook daar stemt iedereen mee in. Het bestellen is wat lastiger, ze moeten de postbode onderscheppen, want ze mogen thuis natuurlijk niets weten. Met wat heisa lukt dat en vol spanning maken ze het pakje open. Maar…daar zit geen revolver in. Het is een horloge! Een mooi oud horloge, maar het is kapot.
En dan komt er een vreemdeling naar het dorp. Een man die zegt dat ze bij het postorderbedrijf hebben ontdekt dat er een fout is gemaakt. Hij komt het goed maken en biedt vijftig dollar voor het horloge. Joju vertrouwt het niet en ze heeft gelijk. Als hij de kinderen in het moeras achtervolgt komt de man in drijfzand terecht, en iemand die dat niet kent komt daar niet meer uit. Als de kinderen hem later vinden is hij al dood. Ze doorzoeken zijn zakken en vinden behalve een revolver en wat geld ook een brief waarin een beloning van vierduizend dollar uitgeloofd wordt voor degene die het horloge brengt.
Vierduizend dollar! Dat is zoveel geld dat de kinderen er nauwelijks over na hoeven te denken. Ze gaan naar Chicago, naar het postorderbedrijf! Het wordt een groot avontuur, waarin ze mensen tegenkomen die hen helpen, maar ook slechteriken; waarin ze een bootreis maken over de Mississippi, en voor het eerst in een grote stad komen. Waar ze hun ogen uitkijken natuurlijk. En dan volgt er nog een clandestiene treinreis.
Natuurlijk gaat niet alles goed, maar het zijn vindingrijke kinderen, die behalve dat ze het nodige geluk hebben ook best slim zijn. En dan wordt ook de rol van de kleine Tit duidelijk, die dan misschien niet veel zegt, maar reuze slim is.
Op de achtergrond speelt een moordzaak, Miss Dawn is vermoord, maar onlangs haar moordenaar ook. De kinderen hebben geen besef van het verband met hun avontuur. Dat komt later pas.
Het verhaal speelt begin 20e eeuw. In een groot deel van Amerika worden zwarten gediscrimineerd. Het gebeurt diverse keren dat mensen Tit compleet negeren, alsof hij er niet is. Daarnaast is er iets met Julie aan de hand, maar dat is alleen voor de goede verstaander duidelijk, er is geen uitleg. Er is alleen die blauwe plek - niet de eerste, vertelt Te Trois – en haar verzuchting dat ze absoluut niet terug naar huis wil.
Het verhaal wordt in vier delen verteld, ieder kind een stuk. In een voorafje van de vertalers wordt duidelijk gemaakt in wat voor tijd het verhaal speelt.
Het is een historisch verhaal dat goed weergeeft hoe de wereld aan het veranderen was met de komst van treinverkeer en de telefoon. De sfeer van Zuidelijk Amerika in die tijd wordt goed neergezet, met de tegenstelling tussen blank en zwart, maar ook het verschil tussen mannen en vrouwen, waarbij de laatsten er bekaaid van afkomen.
Maar het is ook een detectiveverhaal, met in de hoofdrol vier sympathieke kinderen. Er is een vleugje romantiek, maar vooral veel spanning. En een nawoord zodat je weet hoe met het hen afgelopen is.
Bovendien zijn er de vele tekeningen, die pagina’s uit de Catalogus weergeven, kaarten of krantenartikelen.
Een boek waar lezers van zullen genieten!
ISBN 9789059246003 | hardcover | 416 pagina's | Uitgeverij Fantoom | december 2018
Vertaald uit het Italiaans door Manon Smits en Pieter van der Drift | Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 8 mei 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER