Gekortwiekt
De Tsjechische schrijver Hrabal bracht zijn jeugd door op de bierbrouwerij in Nymburk, waar zijn (stief-)vader Francin bedrijfsleider was. Een centrale figuur in zijn jeugd is het zwarte schaap van de familie: oom Pepin, die als ongeschoold arbeider in de brouwerij van Bohumil's vader werkt. Pepin heeft altijd sterke verhalen tot grote ergernis van Francin.
In Harlekijntjes miljoenen vertelt Hrabals oude moeder haar verhaal waarin ook de brouwerij voorkomt die door de opkomst van het communisme in 1948 genationaliseerd werd.
In Gekortwiekt is zijn moeder eveneens de verteller, zij is dan nog jong, er is nog geen sprake van nationalisatie.
Het boek begint met een schitterende beschrijving over het aansteken van de olielampen en het prachtige licht dat ze verspreiden en wat dat licht doet met de omgeving. Zoals o.a.:
"Mijn man Francin stak in het kantoor de twee buikige lampen aan met ronde pitten, twee lampen die aldoor maar mopperden als twee humeurige huisbewaarders, lampen die elk op de rand van een enorme schrijftafel stonden, lampen die als een kacheltje warmte gaven, lampen die met een enorme appetijt van de petroleum smulden. De groene lampenkappen van die mollige lampen sneden haast liniaalrecht de ruimte van licht en schaduw af in plakjes en wel zo dat wanneer ik door het raam het kantoor in keek, Francin altijd was afgeknipt tot een Francin die met vitrool was overgoten en een Francin die door de duisternis was opgeslokt."
Malenka woont met haar man Francin (meneer de Rentmeester) naast de brouwerij. Malenka's mooiste bezit is haar prachtige blonde haar dat tot de grond reikt. Subliem o.a. als volgt beschreven door Hrabal:
"En zolang mijn haar nat was, kon je nooit zeggen wat het zou gaan doen als het droog was; zodra het begon te drogen, was het of er in die vloedgolven van haar duizenden gouden bijtjes werden geboren, duizenden vuurvliegjes, of er duizenden barnsteenkristalletjes in knisperden."
Zo gauw haar man Malenka en haar prachtige haar ziet begint hij nog altijd te stotteren en weet zich geen raad met zijn houding, wat Malenka nog steeds wat doet.
Francin is de correcte, fatsoenlijke rentmeester. Hij noteert de bieromzet, maakt de week- en maandoverzichten op en de jaarbalans. Bij elk begin van een nieuwe bladzijde tekent hij om de eerste letter golvende lijnen, de golven van Malenka's haar. Hij zou graag zien dat zijn vrouw zich keurig gedraagt maar zij vindt het leven en alles wat daarbij hoort één grote uitdaging. Het leven is voor haar één groot avontuur. Ze eet niet maar vreet volgens eigen zeggen. Gaat constant op onderzoek uit, doet dingen die, volgens Francin, als vrouw van een directielid niet kunnen
Tot overmaat van ramp komt de verguisde broer Pepin de twee met een bezoek vereren. Francin ziet hem met lede ogen komen en weet dat dit bezoek van zeer lange duur zal zijn...
Malenka geniet! Pepin zit vol prachtige verhalen maar maakt tot ergernis van Francin ook veel lawaai. Hoe kan hij als directielid met deze herrie vergaderen? Ga van mijn part op de schoorsteen van de brouwerij zitten adviseert hij de beide mensen. En dat doen ze dan maar...
'Welaan dan: dirección!'riep oom Pepin en stapte op de eerste ijzeren beugel, daarna bedacht hij zich, sprong er weer af en zei: 'Na u.'
En dat waarvan ik vanaf de eerste dag in de brouwerij had gedroomd, dat ik de kracht zou vinden om een keer die schoorsteen van de brouwerij te beklimmen, dat rees en steeg nu voor me op, ik gooide mijn hoofd in de nek en greep de eerste beugel vast."
Malenka is zich opnieuw zeer bewust van haar haar.
"halverwege de schoorsteen voelde ik opeens de eerste harde vlaag van stromende lucht, mijn haardos bolde op, vloog bijna voor me uit, ik bevond me opeens geheel gehuld in mijn eigen loshangende haar dat als muziek om me heen zwierde.[...]
toen viel de wind opeens weg, mijn haren maakten zich los en gleden langzaam omlaag, zoals die losgeraakte wijzers van de kerkklok, het leek net of de gouden pauwenstaart die zich aan mijn hoofd had ontvouwd, zich nu weer langzaam sloot."
Natuurlijk is het hele dorp in rep en roer als beiden bovenop de schoorsteen zitten. Maar het kan hun niets schelen, ze genieten!
Pepin krijgt vanaf die gebeurtenis slaapruimte bij de brouwerij en Francin probeert het hoofd hoog te houden ondanks de capriolen die Pepin en zijn vrouw uithalen. En zo verstrijkt de tijd. Maar het rustige dorpje ontkomt ook niet aan de moderne tijd. Francin neemt uit de stad de modernste snufjes mee voor Malenka. En dan komt de radio... ze horen jazzmuziek, Josephine Baker... en aangezien Malenka alles een uitdaging vindt...
Wat Hrabal tot zo'n unieke schrijver maakt is het kunnen beschrijven, tot in detail, in prachtige (lange) zinnen van kleine dingen. Daarbij heeft hij een milde, liefdevolle, humorvolle kijk op de mens. Ook dit boek straalt die liefde voor het woord en de mens uit. Hij gaat bizarre verhalen niet uit de weg, maar deze stralen zo'n plezier in het schrijven uit dat je niets anders kan doen dan glimlachen en je blijft dat doen totdat het boek uit is.
De vertaling is verzorgd door Kees Mercks en deze heeft een enorm knap stuk werk geleverd.
Lezen dit boek zou ik tegen iedereen willen roepen, geniet van de taal van Hrabal, van de beschrijvingen, de humor, kortom, lezen, lezen, lezen!
ISBN13: 9789046440018 Paperback | 176 Pagina's | Bright Lights december 2007|Originele titel Post?i¸iny: vertaling Kees Mercks
© Dettie, september 2008
Reageren? Klik hier!
Al te luide eenzaamheid
Hoofdpersoon in dit mooie, dunne boekje is Hanta, die al 35 jaar "in het oud papier zit", en uitkijkt naar zijn pensioen. Dan wil hij zijn hydraulische pers kopen en in zijn eigen tuin zetten, om misschien nog wel mooie kunstwerken te persen.
Tussen het oud papier zitten behalve weggegooide gebruiksvoorwerpen en met bloed doordrenkte slagerspapieren ook boeken die hij "redt", hij neemt ze mee naar huis of hij leest ze en geeft ze een ereplaats in een baal geperst papier. Daar legt hij ze dan voorzichtig tussen met het boek open bij een mooie zin.
Hij is een eenzame oude man, die op zijn beurt geplet dreigt te worden door het grote aantal boeken dat hij mee naar huis neemt, een buitenstaander, niet in staat normaal sociaal contact te onderhouden. Maar door al de boeken die hij gered heeft is hij ook een filosoof, een estheet: onder zijn handen wordt het laagste hoog, het vuilste en het lelijkste het schoonst.
Maar zijn manier van werken is een doorn in het oog van zijn baas. Die jaagt hem op, en tenslotte wordt hij vervangen door jongens in hygiënische witte jassen, die geen oog hebben voor de boeken. En zo worden waardevolle boeken weer gereduceerd tot waardeloos vuilnis. Hanta kan het niet aan...
Mooie stijl, met soms lange zinnen, waarin herhalingen de sfeer verduidelijken. Schrijnend, maar ook humoristisch. De symboliek is duidelijk:
Alle meesterwerken van de wereldliteratuur komen tenslotte onder de pletpers van de stalinistische maatschappij terecht, die alle originele geesten tot papierpulp laat verbrijzelen.
Dit verhaal is tevens opgenomen in de bundel 'Verpletterde schoonheid'
ISBN 9035105532 | Paperback | 103 pagina's | Uitgeverij Bert Bakker | 1988
Vertaald door Kees Mercks
© Marjo
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER!
Trouwpartijen
Trouwpartijen is het eerste deel van een autobiografische trilogie. Typerend Hrabal vertelt hij in het boek het verhaal niet zelf maar kruipt hij in de huid van zijn aanstaande vrouw Eliska.
Eliska is afkomstig uit een gegoede familie maar na de tweede wereldoorlog is er niets meer over van de familiebezittingen. Het is begin jaren vijftig. Eliska is zwaar depressief, haar verloofde heeft haar vlak voor haar trouwen laten zitten. Ze zit zo goed als aan de grond en gaat op bezoek bij haar oom en tante om hulp te vragen. Deze wonen in bovenwoning in een armoedige wijk in Praag. Als zij de binnenplaats oversteekt ziet zij een man die buiten een kleed aan het schrobben is. Oom en tante zijn niet thuis en op de terugweg maakt zij een praatje met de man. Ze raakt in de ban van hem en komt steeds vaker bij hem langs. De man, Hrabal, blijkt een bizarre man met veel fobiën en een behoorlijk drankprobleem.
Ook hij komt uit een gegoede familie maar stikte in de benauwde atmosfeer en heeft bewust voor een ander leven gekozen in een piepklein huisje in de achterbuurten van Praag. Daar voelt hij zich gelukkig. Hij vertelt Eliska allerlei verhalen, van de hak op de tak springend. Samen beleven ze allerlei avonturen die prachtig beschreven worden.
Uiteindelijk worden zij man en vrouw en het verhaal over de bruiloft zelf is al een schitterend verhaal op zich.
Een mooi boek met prachtig taalgebruik. Hrabal geeft zeer uitgebreide beschrijvingen maar ze vervelen nooit. Hij maakt zinnen die een halve pagina beslaan maar ook dit is niet irriterend. Alles is even bijzonder en apart in dit boek. Het is niet spannend maar wel een verhaal wat van een intens leven vertelt. Ik vond dit boek een feest om te lezen!
ISBN 9789035116467 | Paperback | 221 pagina's | Uitgeverij Prometheus | 1996
© Dettie, oktober 2004
Ik heb de koning van Engeland bediend
Weer een indrukwekkend boek van Hrabal.
Het verhaal gaat over een lichamelijk kleine man die aangenomen wordt als piccolo in hotel Praag. Alles wat hij weten moet leert hij van zijn chef, de ober. Die kan aan het uiterlijk van mensen zien wat voor werk ze doen en wat ze zullen gaan eten. Diverse keren gaan de kleine man en de chef hierover een weddenschap aan maar altijd verliest de kleine man.
De kleine man probeert altijd groter te lijken, draagt schoenen met dikke zolen, strekt zijn nek maar blijft als kleintje aangesproken worden. Hij droomt ervan ooit eens een eigen hotel te hebben zodat ze hem als groot man zullen zien.
Hij weet langzamerhand op te klimmen tot ober-kelner. Hij ziet hoe de grote handelaren het ervan nemen, alles naar hun hand kunnen zetten en hij weet... eens zit hij ook zo, is hij ook zo rijk, heeft hij ook bezittingen. Maar zover is hij nog lang niet, hij hoort daar nog niet bij, ook al doen de handelaren voorkomend en vriendelijk tegen hem. Alles gaat voorspoedig totdat de Duitsers Tsjechië binnenvallen en hij Líza ontmoet. Een Duitse vrouw. Hij wordt hevig verliefd op haar en daardoor uitgestoten door de Tsjechen. Hij gaat met Líza mee naar Duitsland en moet gekeurd worden door een Duitse arts om na te gaan of hij wel gezond genoeg is om met een Arische vrouw te trouwen. Ook moet hij zelf bewijzen dat hij Arisch is. Op de bruiloft wordt hij door iedereen genegeerd. In de gasten hun ogen is het geen échte Duitser. Maar hij weet, eens... zullen ze tegen hem opkijken.
De rest van het verhaal is een opeenvolging van gebeurtenissen. Schokkend, lachwekkend, bijzonder, triest en hilarisch. Wordt hij rijk? Gaan mensen tegen hem opkijken? Wordt hij een groot man? Het antwoord is ja! Maar op een heel andere manier dan je zou verwachten!
Mijn mening:
Wat ik zo knap vind is dat Hrabal dit verhaal vertelt op een bijzondere manier. Er gebeuren trieste dingen maar toch straalt het verhaal een vrolijkheid uit. Hij houdt een spiegel voor aan mensen die steeds meer en hogerop willen maar niet op een hatelijke, denigrerende manier. In alles blijft het verhaal menselijk. Of het nu om hele arme mensen gaat of de vijand of hoogwaardigheidbekleders tot keizers aan toe. Ieder personage wordt op een vriendelijke, menselijke manier neergezet. Je begrijpt hun handelen. Ook weet Hrabal je steeds opnieuw te verrassen door onverwachte wendingen en zogenaamd terloopse opmerkingen Het boek is opgedeeld in 5 hoofdstukken die steeds een deel van het leven van de kleine man behandelen. Elk hoofdstuk begint met 'Let op wat ik u nu ga zeggen' Het lijkt daardoor een verhalenbundel maar het is het niet, het verhaal loopt gewoon door. Hrabal gebruikt zeer lange zinnen maar die storen mij niet.
Dit was het derde boek dat ik van Hrabal las en ik wil zeker meer van hem lezen.
ISBN 9035108132 Paperback 236 pagina's Bert Bakker 1990
© Dettie, november 2004