Achterflap: Petrovitsj is een in verloedering geraakte schrijver die huisoppas is in een typische sovjetwoonkazerne. Een treurig gebouw met eindeloze, troosteloze gangen. Hij is schrijver. Een draagbare typemachine behoort tot de schaarse bezittingen die hij overal met zich meesleept. Onder het communisme werd hij niet gepubliceerd, wat hem een zekere reputatie gaf bij de bohème. Nu wordt zijn werk echter nog steeds niet gedrukt. Maar goed, hij schrijft ook eigenlijk nooit meer iets. Drinken doet hij des te meer.
Petrovitsj komt door zijn 'werk' als huisoppas in aanraking met de meest uiteenlopende types: prostituees die rond het gebouw hun werk doen, jonge zakenmannen die niet weten wat ze met hun geld moeten, oude verzuurde communisten, corrupte politici en gangsters. Bij een beroving vermoordt Petrovitsj een van deze maffiosi. Hij pleegt een tweede moord uit zelfbehoud. Weer wordt hij niet opgepakt. Tezelfdertijd wordt hij uit de woonkazerne verbannen. Petrovitsj leeft verder als dakloze, maar zijn geestelijke toestand wordt steeds slechter en uiteindelijk komt hij in een psychiatrisch ziekenhuis terecht. Hetzelfde ziekenhuis waar zijn jongere broer Venja, ooit een briljant schilder, al jaren verblijft. Venja, die door medicijnen en injecties van een intelligent man verworden is tot een futloze marionet. Door een gelukkig toeval ziet Petrovitsj kans het ziekenhuis te verlaten om na vele omzwervingen weer in zijn oude flatgebouw terecht te komen.
Een boeiende en aangrijpende roman in de luisterrijke traditie van Dostojevski's 'Aantekeningen uit het ondergrondse' en de lange reeks 'ondergrondse mannen' die de Russische literatuur rijk is, tot aan Solzjenitsyn toe. Een boek dat de lezer bij zijn lurven grijpt en de harde postcommunistische werkelijkheid tastbaar maakt.
(Tekst achterflap door mij hier en daar aangepast.)
Van wodka doordrenkte roman over een schrijver die in de communistische tijd een belangrijk man was in de underground, de kunstenaarskolonie die niet wilde meedoen met het regime en ondergronds ging. Na die periode is hij niet in staat zich aan te passen aan de nieuwe "vrije" wereld. Hij wil het ook niet, want ook daar moet hij voldoen aan wetten en conventies en zijn "ik" geweld aan doen. Hij weet ondanks alle tegenwerking te overleven en een vrij mens te blijven. Ondanks de moorden is Petrovitsj een goed mens. Sociaal en hulpvaardig, eerlijk ten opzichte van zichzelf en trouw aan zijn overtuigingen. Door de gedetailleerde schrijfwijze moet je er wel wat moeite voor doen, maar dat is deze roman zeker waard!